RONA Cacao
N°. 148 1912,
Zaterdag 14 December.
99,te jaargang.
Van Houten's
Bij dit oo. behoort een
Bijvoegsel.
2 FEUILLETON,
De Vrouw in 'tSpel.
(iOESonc
COURANT.
Telefoonnummer 33. Directeur A. F. A. van Setbbs. Uitgave van de Naaml.Vennootschap „Gtoesthe Courant". Hoofdredacteur W. J. C. van Santen.
Do uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en'Vrgdagavond
uitgezonderd op feestdagen.
Prgs per kwartaal, In Goes f 0,75, buiten Goes, franco f 1,25.
Afzonderlijke nommers 5 cent.
inzending van advertentiën op Maandag en Woensdag
vóór 2 uren, op VRIJ O AG vóór 12 uren.
De prgs der gewone advertentiën is van 1-5 regels 50 ct., elke regel meer 10 ct.
Bg directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt
de prgs slechts tweemaal berekend.
Geboorte-, huwelgk- en doodsberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 1—10 regels A 1,— berekend.
Bewgsnummers 5 cent.
■3* Zl], die zioh met ingang
van 1 Januari a.s. op ons blad
abonneeren, ontvangen de tot dien
datum verschijnende nummers
gratis.
Gemeenteraad van Goes.
Zitting van Donderdagavond 8 nar.
Voorzitter de heer J. B. de Beanfort,
burgemeester.
Afwezig de-heeren Kakebeeke, De
Witt Hamer, Pilaar en Donner, allen
met kennisgeving.
Ingekomen Is o.a. een verslag en
rekening van de commissie voor eco
nomische spijsuitdeeling over het
dienstjaar 1911—1912 en de goedkeu
ring door Ged. Staten van de be
grooting der gemeente over 1918,
waarbg, van de zgde van Ged. Staten,
eenige opmerkingen van onderge
schikten aard zgn gemaakt.
Nog is ingekomen een adres van
den heer M. D. Ualjonw, onderwijzer
in het boekhouden bij het herhalings-
onderwijs te Goes, waarin hij verzoekt,
de belooning per lesuur van f 1,25 op
f2,te willen brengen en een adres
van de Ned. Vereenlging tot afschaf
fing van alcoholhoudende dranken
met verzoek, in de bestekken van de
door de gemeente te boudeu aanbe
stedingen een bepaling op te nemen,
waarbij het verboden wordt, op het
aanbestede, werk alcoholische dranken
te gebruiken.
Het laatste adres wordt voor kennis
geving aangenomen.
De heer L J. de Groot, te Vlissingen,
verzoekt in een adres aan den ge
meenteraad, hier ter stede eerste klas
Argentijnsch bevroren rundvleesch te
mogen invoeren. Het vleesch is af
komstig van gezonde runderen en
voorzien van het Argentijnsch keur
stempal. De invoer zal geschieden
uit de koelkamer te Amsterdam en
rechtstreeks uit Londen.
Van den burgemeester van Vlissin
gen is de medeeling gekomen, dat de
invoer vau dit vleesch gedurende drie
weken te Vlissingen goed beeft vol
daan. Volgens den keurmeester is het
vleesch goed van smaak en kost het
ongeveer f 0.50 minder dan gewoon
vleesch.
Van het bestuur van het waterschap
de,Breede watering bewesten Ierseke*
is het verzoek ingekomen om, nu het
volgend jaar bijna alle thans nog
onverharde wegen in de gemeente
zullen begrind worden, te voorkomen,
■dat slijk ot grond van het land op
den door kunstbedekking verharden
weg komt. Adressante verzoekt de
desbetreffende politie-verordening te
wijzigen, zoodat voortaan zonder af
kondiging overtreders straf baar wor
den gesteld, niet alleen in den winter,
maar ook in den zomertijd.
Alle andere adressen worden in
handen van B. en W. gesteld om
advies.
Afschrijving of ontheffing van hon
denbelasting wordt verleend aan de
heeren Joh. Eckhardt en Jan Bontens.
Naar aanleiding van een gel Jieening
ter voorziening in de kosten van uit
breiding der gemeente-gasfabriek ad
f 21700, wordt dit bedrag in inkomsten
en uitgaven (onder hoofdstuk VI) van
de gemeente-begrooting over 1912
gebracht.
Goedgekeurd worden eenige af- en
overschrijvingen van posten op de
gemeente-begrooting van 1912, tot een
totaal bedrag van f432,01.
De heer W. Kok heeft den raad
verzocht, hem voor den tgd van 99
jaar eau stuk grond, over oen lengte
van 60 M., langs den Westsingel in
erfpacht af te staan, tegen f0,10 per
c.A., teneinde daarop woningen te
bouwen.
Burg. en Weth. stellen voor, hierop
niet in te gaan. Met het oog op de
steeds nog hangende tramplannen en
in verband met een mogelijke ver
bouwing van het Ravelgn, tegenover
de Brouwersgang, komt het Burg.
en Weth. raadzaam voor, het ge
vraagde terrein niet uit handen te
geven, afgescheiden nog van het te
geringe aanbod van t0,10 per centiare.
De raad gaat met het voorstel van
B. en W. mede.
Burg en Wethouders stellen voor,
aan den heer J. Westdorp, tot weder-
opzeggtngs toe, drie centiaren ge
meentegrond in gebruik af te staan,
thans openbaar plantsoen, gelegen aan
den Oostwal, tegen een jaarlijkscbe
betaling van f 1,
De raad besluit aldus.
Burg. en Weth. deelen den raad
made, dat in een vergadering van hnn
college de wenschelijkheid is bespro
ken tot wijziging van verschillende
loonen, voorkomende in het tarief
voor de gemeentewerken, waarom zij
voorstellen, de loonen te bepalen.zooals
die in een overgelegde tabel zijn aan
gegeven. Het loon van een steenhouwer
kan verminderd worden, aangezien
vroeger steeds steenhouwers van elders
moesten komen en daardoor het loon
op een hooger bedrag moest worden
bepaald.
De financieele commissie kan zich
hiermede vereenigen.
Dit doet ook de raad.
Aan de orde is thans het besluit
van de Staten der provincie Zeeland,
betreffende het verleeDen van een
subsidie tot een maximum bedrag van
f13000 in de stichting-kosten van een
nieuw gebouw voor hotKijkslandbouw-
winteronderwijs en het, in verband
daarmede, aangaan eener geldleening
van ten hoogste f 17000.
De heer Franten van de Putte meent,
dat Ged. Staten weinig hebben ge
geven.
De bevolking van de landbouw
school wordt bijna uitsluitend van het
Het smaakt toch zóó lekker, en Moeder
zegt dat ze nooit heeft geweten dat
Cacao zoo goedkoop in het gebruik
is, voor ze ons geregeld RONA Cacao
heeft gegeven.
Hen crimineele Roman uit
hooge kringen
Jn De Poet van Maandagavond
Stond het volgende artikel in verband
met de zaak
,De volgende bijzonderheden zijn
nog gebleken, welke eenig liebt kun
nen werpen op den geheimzinnigen
moord in een huurrijtuig, waarvan
wü een uitvoerige beschrijving gaven
ln ons nummer van Zaterdag. Er heeft
zich een andere koetsier op het politie
bureau aangemeld, om een mededee-
ling te doen, welke zonder twijfel
van waarde iB voor de politie bjj haar
nasporingen. Hij verklaart, dat hij
Vrijdagnacht omtrent half twee naar
huis wilde terugkeeren, toen hij werd
aangeroepen door een heer in een
lichte jas, die in het rgtuig stapte en
zei, dat hij hem tot aan de grens van
Watergraafsmeer moest brengen. Hg
deed dat en vroeg toen, waarheen hij
den heer verder moest rijden. Deze
antwoordde, dat zulks onnoodig was
hij zou zgn weg verder wel te voet
afleggea. Na den koetsier betaald te
hebben, verdween hij weldra uit het
gezicht. Er is geen twijfel mogelijk,
of de man, die uit het rijtuig van
Verbeek stapte en plaats nam in dat
van den tweeden koetsier, is een en
-dezelfde persoon.
Er kan geen gevecht hebben plaats
gehad, want dan zou de koetsier Ver
beek zonder twjjfel eenig leven hebben
gehoord. Men veronderstelt daarom,
dat de overledene te dronken was,
om eenigen weerstand te bieden en
dat de ander, zijn kans schoon ziende,
zonder moeite een doek, gedrenkt met
chloroform, over den mond van zgn
slachtoffer heeft knnnen leggen. De
man in de lichte jas schijnt, te oor-
deelen naar zijn houding, vóór hg
instapte, den overledene gekend te
hebben. De omstandigheid echter, dat
hij wegliep en weer terugkwam, be
wijst, dat de verstandhouding niet
juist een vriendelijke was.
De moeilijkheid is, dat de gestorvene
een onbekende schijnt te z{jnhet is
echter onmogelijk, dat het l{jk niet
zal v orden herkend al is Amsterdam
een groote stad, het is noch Parijs,
noch Lonaen, wasr een mensch in de
menigte kan verdwijnen, zonder dat
men er ooit weer van hcort. Het
eerste, wat te doen staat, is het vast
stellen van de identiteit van den over
ledene en dan Hidt het geen twijfel,
of men zal een draad in handen
krijgen, welke zal leiden tot de aan
houding van den man in de lichte
jas, die de misdaad bedreven moet
hebben. Het is van het grootste belang,
dat het geheim, waarin de misdaad
is gehuld, ontsluierd wordt, Diet alleen
ter wille van de gerechtigheid, maar
ook voor het publiek, daar de moord
plaats had in een publiek voertuig en
op den openbaren weg.
platte land getrokken. Daarom is het
offer van f 17000 voor de gemeente
onevenredig groot. Toch aarzelt spre
ker niet, aan de totstandkoming der
sehool mede te werken.
Hij betuigt echter nogmaals zgn spijt
over de geringe provinciale BUbsidie.
De Voorzitter meent, dat een grooter
bedrag wel niet te krijgen zal zijn.
De heer Dekker wflst er op, dat in
twee afdeelingen van Prov. Staten op
een subsidie van 9/14 der kosten is
aangedrongen. Hü is gaarne bereid,
daarover in de besloten zitting meer
mede te deelen.
De Voorzitter deelt mede, dat men
het te Middelburg verstandig zon
vindeD, de verschillende leeningen
onder één bedrag te breDgen tot een
afgerond geheel, om dit de volgende
maand ter goedkeuring aan Ged.
Staten over te leggen. In de volgende
vergadering zal dan een leening, ver
moedelijk van f40,000, voorgesteld
worden.
Het 2e gedeelte van het voorstel
van B. en W vervalt dus.
De heer Franten van de Putte be
tuigt zijn instemming met het plan,
de leening voor alle benoodigde gelden
tegelijkertijd te sluiten.
Geen van de leden beeft tegen de
door Ged. Staten gestelde voorwaarden
bezwaar.
De raad gaat vervolgens over tot
de benoeming van leden in verschil
lende commissiën en bes'uren, wegens
pariedieke aftreding op 1 Jan. 1913
Alle aftredenden worden herbe
noemd.
De heer Dekker verzoekt, bg de
rondvraag, eenige inlichten betreffen
de het niet sluiten van de bewaar
school, hoewel 70 van de leerlingen
aan mazelen leed. Whet niet beter
geweest, die school tijdelijk te sluiten
De VoorzLter zegt, dat de gemeente
geneesheer adviseerde, de sehool niet
te sluiten. Hij zag er geen nut in.
De heer Dekker meent, dat vaD
hoogerhand gewoonlijk anders wordt
gehandeld. Mazelen zijn besmettelijk
en het komt hem voor, dat de ziekte
meer beperkt had kunnen worden door
tijdelijke sluiting der sehool.
De Voorzitter deelt nog mede, dat
de gemeente geneesheer den aard der
mazelen niet gevaarlijk achtte.
De heer Bitch wijst op de onaan
gename lnoht, eenigen tijd geleden
teweeggebracht door opberging van
bedorven waar, in een magazijn in de
Wijngaardstraat. Waar ook het ver
voer van bedorven waar op het oogen-
blik niet te verbieden is, wil spreker
het dagelijksch bestuur gaarne op het
hart drukken, maatregelen te nemen
om een dergelijk geval voortaan te
voorkomen.
Reeds hebben B. en W. zooveel
mogelijk ingegrepen, maar een af
doende regeling is dringend noodig.
De Voorzitter deelt mede, wat B. en
W. in dezen hebben gedaan, ln het
bedoelde perceel zullen voortaan be
dorven waren niet meer worden op
II
Bjj het onderzoek kwamen de vol
gende voorwerpen, welke gevonden
werden op het lijk, te voorschijn: lo. een
bankbiljet van vjf-en-twintig gulden,
benevens zes gulden in zilvergeld;
2o. De wit zijden zakdoek, gedrenkt
met chloroform, welke gebonden was
voor den mond van den overledene
en gemerkt met de letters A. C. B.
in roode zijde3o. Een sigaretten
koker van Rnssisch leer, half gevuld
met Quo Vadis cigaretten4o. Een
linker wit glacé handschoen, met
zwarte zoomen op den rng.
Lonis Goudsmit van de afdeellng
recherche was aanwezig om te ver
nemen, of een van de getuigen mis
schien iets zou kunnen zeggen, wat
licht zou verschaffen in deze duistere
zaak.
De eerste getuige, die gedagvaard
waB, was Gerrit Verbeek, in wiens
rijtuig de misdaad was bedreven. Hij
vertelde dezelfde geschiedenis als
reeds in De Poet was gepubliceerd.
Hier volgen de verschillende vragen
en antwoorden
.Kunt ge een beschrijving geven
van den heer in de lichte jas, die den
overledene vasthield, toen ge Icwaamt
aanriiden
„Ik heb hem niet uanwkenrig waar
genomen, want al mgn aandacht, was
op den anderen man gevestigd en
bovendien stond de heer in de lichte
jas in de schaduw".
.Beschrijf hem, voor zoover ge hem
geborgen.
De heer BoUmann vraagt of er cog
eenige kans is, dat er hier ter stede
een suikerfabriek zal komen.
De Voorzitter deelt mede, dat nog
steeds geen antwoord van de aan
vragers is ingekomen op de vraag van
B. en W. of het niet mogelgk was, de
bestaande bezwaren nit den weg te
rnimen.
De heer BoUmann meent, dat reeds
een schrijven is ingekomen.
De Voorzitter ontkent dit.
De heer BoUmann vindt dit heel
vreemd. Een van de aanvragers heeft
hem persoonlijk voorgelezen, wat aan
B. en W. medegedeeld zou worden.
Is de brief dan wellicht zoekgeraakt?
De Voorzitter deelt nogmaalB mede,
dat noch bij hem, noeh bg den secre
taris of een der wethouders een schrij
ven is ingekomen.
De heer BoUmann blfjft dat vreemd
vinden. Weet de Voorzitter wel zeker,
dat de brief niet gekomen is?
De VoorzitterHenseb meneer Holl-
manD, er is geen brief gekomen.
De heer BoUmann acht het onwaar-
Behgnlgk, dat de brief zoek geraakt
zou zgn. Weet de Voorzitter het toch
wel heel zeker, dat de brief er niet is
hebt gezien".
„Hü was blond, geloof ik, want ik
kon z(jn snor zien, vrij groot en in
een gekleed coBtnnm met een lichte
overjas. Ik kon zijn gezicht niet dnlde-
ljjk onderscheiden, want hü droeg een
slappen, vilten hoed, dien hü over de
oogen getrokken had".
,Wat zei hü, toen je hem vroeg,
ot hg den overledene kende?"
,Hü zei van neen; hg had hem
juist opgetild."
,En later scheeD hg hem te her
kennen
.Toen de overledene opkeek, zei
hü: ,Ben jü het?' Toen liet hü hem
op den grond vallen en liep de
straat in.
.Keek hü nog om?"
.Niet, dat ik zag.'
.Hoe lang heb je hem nagekeken?'
„Ongeveer een minnut."
,En wanneer zag je hem terug
„Nadat ik den overledene in het
rijtuig had gezet, wilde ik op da bok
klimmen en toen zag ik hem naast
mg Btaan."
„En wat zei hjj
„Ik zei,0, bent n teruggekomen
en toen antwoordde bjj„Ja, ik ben
van meeniDg veranderd en wil bem
thuisbrengen" en daarop stapte hü in
het rütuig en zei, dat ik hem naar
den Willemsparkweg moest rüden".
.Sprak hp toen, alsof h(j den over
ledene kende
,Ja, ik daeht, dat hg misschien ruzie
met hem had gehad en daarom eerst
weggeloopen was'.
De Voorzitter verzekert ditmaal op
zgn eerewoord, dat hü den brief niet'
heeft.
De heer BoUmann trekt een onga-
loovig gezicht, maar gaat door het
lachen op de publieke tribune niet
verder op de kwestie in.
Daarna komt een reelame van bet
le suppl. kohier van den hoofdelgken
omslag, dienst 1912, in behandeling
Dit geschiedt in besloten zitting.
BnlteniantL
De toestand op den Balkan.
Veel valt er voor het oogenblik
niet te melden. Uitgezonderd eenige
schermutselingen is de strijd geëin
digd maar de onderhandelingen over
den vrede zjjn nog niet begonnen.
Maar nu, in de periode van rust, nu
het krügsrumoer niet meer de klach
ten en kreten van zoo vele slacht
offers overstemt, nu de censuur niet
meer zoo streng en nauwlettend iedere
büzonderheid van den oorlog voor
de buitenstaanders verborgen houdt,
komen da berichten van gepleegde
wreedheden aan den dag, beschuldi
gen Tarken en verbondenen elkander
„Zag je hem terugkomen
„Neen, ik zag hem pas naast mü
staan, toen ik mg omkeerde*.
„En wanneer Btapte hij uit?"
„Een minnut of vgf voor we aan
het opgegeven adres waren".
„Heb je, gedurende den rit, eenig
geluid van vechten of worstelen ln
het rgtnig gehoord?"
„Neen, maar door het geluid van
de wielen over de straatsteenen zon
ik toch niets kunnen hooren".
.Toen de heer in de lichte jas uit
stapte, scheen hü toen zenuwachtig
of zoot"
.Neen, hg was volkomen kalm"
.Hoe weet je dat?"
„Omdat het licht van een lantaarn
in zfln gezicht scheen en ik hem goed
zien kon".
„Zag je toen zfln gezicht
„Neen, want hg hield zgn hoed over
de oogen getrokken. Ik zag evenveel
van hem, als toen hg instapte".
„Waren zgn kleeren gescheurd of
eenieszins in wanorde?"
„Neen, het eenige verschil, dat ik
aan hem zag, was, dat zgn jas was
dichtgeknoopt".
„En was die open, toen hg instapte
„Neen, maar wel, toen hg den over
ledene vasthield".
„Ons maakte hg die dicht, vóór hg
terugkwam en instapte?"
„Ik veronderstel van wel".
Wordt vervolgd)