G9ESCHE COURANT. BIJVOEGSEL 31 FEUILLETON, Het eenzame Kasteel. Buitenland. Binnenland. Nabetrachtingen uit den Raad. Provincienienws. VAN DE van ZATERDAG 2 NOV. 1912. Wij en gij 1 „De heeren zijn zoo onnoozel niet, als zij er uitzien." Dit zinnetje vonden we in bet zioh noouiend „christelijk-historisch" or gaan voor Zeeland, naar aanleiding van de Raadszitting van WoenBdag jl. Wjj zonden daarop willen zeggen: de redacteur van dat orgaan geeft dan toch wel doorslaande bewijzen van onnoozelheid. Een zuiver plaatse lijke kwestie op te blazen tot een politiek relletje, het komt juist in de kraam van dezen „christelyken" scribent te pas. En de manier, waarop hp de zaak aan zijn lezers uitlegt, zij is... nu, laten wij maar zeer clement zjjn zjj is meer dan onnoozel. Do elsch, de eerste elsch, welke aan oen voorlichter des volks mag worden gealeld, is goed luisteren naar hetgeen in oen openbare vergadering in casu een Raadsvergadering wordt gezegd. Maar voor de Kuyperiaansehe scribenten van huis uit natuurlijk de braafste lieden schijnt het a-b-c eener behoorlijke journalistiek niette bestaan. Eigenlijk mogen wij de zoo genaamd „christelijke" pers daarover niet al te hard vallenzjj wordt schier uitsluitend bediend door dilletanten. üocii als plaatselijke toestanden te scheef worden voorgesteld, dan moe ten wij zoo'n dilettant toch even op zijn vingers tikken. En dit is hier het geval. In het zich voor zijn politieke rich ting schamend orgaan worden enkelen Goeschen Raadsleden conclusies in den mond gelegd, waartoe z{j niet zijn gekomen. Juist daarom is het zoo ge vaarlijk, een dilettant naar dergelijke vergaderingen te zenden. Wjj willen aannemen, dat de brave man zijn best doet, doch daarmee alleen komt men er Diet. Te meer, waar zoo iemand den naam heeft, zijn „christelijkheid" b\j voorkeur te zoeken in het beklad den van zijn anders-denkende stad- on landgenooten. Het artikel, dat wij hier even onder banden willen nemen, 1b door den dilettant-journalist geschreven naar aanleiding der Raadszitting van j. 1. Woensdag, waarin het voorstel des heeren Dekker aan de orde kwam, om de salaris-regeling der politie-agenten te verbeteren. In ons Raads-overzicht kunnen de belangstellenden onze mee ning daaromtrent lezen. Met een onkel woord wjzen wjj daarin op het gevaar, voorstellen te beschouwen naar de richting van hen, die ze indienen. De redacteur van het orgaan, dat nog altoos, brutaal-weg, ware politieke gezindheid verloochent schrijft klakkeloos, dat in onzen Raad, die overwegend vrijzinnig is, geen voorstel van rechts mag worden aan genomen. Wie heeft dat gebod uitge vaardigd? zouden wjj willen vragen. Als deze dilettant-journalist niet met stomheid is geslagen, zullen wjj mis schien te eeniger tijd het antwoord op deze vraag vernemen. Doch wat anders. Laten we eens een oogenblik aan nemen, dat de linkerzijde in onzen Raad gestadig alle voorstellen, welke van rechts komen wij kunnen tot die rechterzijde nog altoos slechts twee Raadsleden rekenen doet kelderen, dan begaat, wjj zqn de eersten om het te erkennen, de linkerzijde een fout. De zaken Btaan echter zóó niet. Wes halve wü den dilettant-journalist van het „christelijk-historïsch" orgaan in ernstige overweging geven, de Raads- verslagen er eens op na te lezen. Dan zal hij, zoo hy althans eenig oordeel des onderscheids bezit, tot een andere overtuiging geraken. Maar om nu op een ander straatje te komon wat doen de rechtsehe heeren, speciaal de anti-revolutionai ren, als zij de meerderheid hebben Houden zij rekening met de wen- schen, de gevoelens van politiek an ders-denkenden Roman van A. CONAN DOYLE. Dit alles was zoo vreemd, zoo plot seling, dat, toen het drama was afge speeld en ze waren heengegaan, ik het een oogenblik voor een verschrik- kebjke nachtmerrie, een zinsbegooche ling meende te moeten houden, ware de Indruk niet te reëel, te levendig geweest,omaan verbeelding te kunnen worden toegeschreven. Toen wierp ik m{j met mijn volle kracht tegen de deur van mqn slaap kamer, hopend het slot te doen breken. Het gaf nietik stiet en beukte er echter zoo lang tegen tot het eindelijk brak en ik in de gang kon komen. MJn eerste gedachte was aan mijn moeder. Ik ijlde naar haar kamerdeur en draaide den sleutel om. Op het zelfde oogenblik trad ze in haar peig noir naar buiten en legde waar schuwend den vinger op den mond. „St, st, maak geen leven," fluisterde ze.' „Gabriëllo slaapt. Zijn ze wegge haald ,Ja." Zün zjj de lieden, die de minderheden niet onderdrukken Gaat bjj hen recht boven macht? Laat daarop die nobele „christelijke" pers-ridder het antwoord eens geven Wy herhalen in een Gemeenteraad achten wü politiek uit den booze. Als het in onze macht lag, zou zg er immer buiten blijven. Doch men mete niet met twee maten en vergunne den één, wat den ander verboden is. En wü hebben zoo'n idee, dat de beide rechtsehe Raadsleden van een hulp, als het zoogenaamd „christelqk- historiBCh" blad ongevraagd verleent, weinig gediend kunnen zjjn. Hun doel kan het immers niet zjjn, de zaken op den kop te zetten. De kwestie, waar het Woensdag omging, is er te ernstig voor. Dat de portée van die kwestie niet tot het brein van den dilettant-jour nalist kon doordringen, wü zqn de eersten, die zulks onmiddellük aan nemen. Maar zoo'n scribent mag toch, in trouwe, de rechtsehe Raadsleden niet verantwoordelijk stellen voor dan onzin, welken h{j debiteert! De Balkanoorlog- Vol moed zjjn de Turken den oorlog begonnen, vol verwachting heeft ge heel Europa het dappere Turksche leger ten strjjde zien trekken, do fanatieke soldaten, die reeds in zoo menigen veldslag de overwinning be haalden en plotseling wordt die ver wachting te niet gedaan, keeren zich de oorlogskansen en staan de mogend heden voor het niet meer te loochenen feit, dat steeds verder en verder de legers der verbondenen naar het hartje van Turküe oprukken en de Moham medanen, door een panischen schrik bevangen, hun versterkingen en wa pens in den steek laten om in een overhaaste vlucht het behoud van leven te zoeken. Daar heeft de diplomatie niet op gerekend en alle plannen, om door onderlinge afspraak den status quo op den Balkan te handhaven, zjjn plot seling waardeloos geworden. Zoo ooit, dan dreigt er nu gevaar voor een algemeenen Europeeschen oorlog. Want de verbonden staten, hoog moedig in den roes hunner overwin ning, zullen niet te bewegen zün, het door zooveel bloedige offers verkregen gebied op eerste aanmaning weer af te staan en het is de groote vraag, of Oostenrük zal toestaan, dat het Turksche gebied naar willekeur onder de verbondenen zal worden verdeeld. En nu reeds voelt Servië het gevaar, dat bq inneming van de provincie Novibazar van de zjjde van Oostenrük dreigt en tracht de Servische pers de bevolking op allerlei wjjze tegen de Oostenrüksch-Hongaarsehe monarchie in het harnas te jagen. Trouwens, de tfjd van verdeeling van den buit is nabü- Telegrammen berichten, dat na gevechten, die twee dagen hebben geduurd, het Bulgaar- sche leger gisteren een volslagen overwinning op de hoofdmaeht der Turken heeft behaald en dat dezen in ordelooze vlucht terugtrokken. Daarbij zou Loele Boergas, een versterkte plaais ton Z.-O. van Adrianopel dus in de richting van Constantinopel door de Bulgaren genomen zün. Op twee punten zouden dezen thans door de Turksche linies zün gebroken, zoodat, wanneer de groote mogend heden tenminste niet voor dien tjjd tusschenbeide komen, niets hun meer belet, voorbereidingen voor een tocht naar de Turksche hoofstad te treffan. Verschillende dorpen in den omtrek van Loele Boergas zqn door de Turken in brand gestokende christelijke bevolking werd uitgemoord. De Montenegrünen houden nog steeds Skoetarl omsingeld en zün druk bezig, de Btad met hun granaten in brand te schieten. De Serviërs hebben de stad Prizrend stormenderhand ingenomen en daarbq een groote hoeveelheid oorlogsmate riaal veroverd. Ondanks al deze tegenslagen deelt men in Constantinopel de bevolking „Gods wil geschiede!" zuchtte ze. „Je arme vader zal gelukkiger zq'n hier namaals, dan hü ooit hier op aarde is geweest. Goddank, dat Gabriëlle slaapt. Ik heb haar wat chloraal in de chocola gedaan." „Wat kan ik doen,moeder?" vroeg ik, geheel buiten müzelf. „Waar zün ze heengegaan Hoe kan ik hen helpen We kunnen hen toch zoo niet aan haar lot overlaten Zal ik te paard naar Wigtown gaan en de hulp van de politie inroepen „Alles liever dan dat," zei mijn moe der ernstig. „Je vader heeft mq her haaldelijk gesmeekt, de politie er buiten te laten. Mqn jongen, we zullen hem nooit weerzien. Het verwondertje misschien, dat je mü niet in tranen vindt, maar als je wist ais ik, welk een vrede de dood hem brengen zal, zou je het niet over je hart kunnen vorkrijgen, om hem te treuren. Het zou niets geven hem te achtervolgen en toch ben ik 't met je eens, dat we iets moeten doen, doch laat het zoo geheim mogelqk geschieden. We kunnen hem niet beter dienen, dan door met zqn wenschen te rade te gaan." „Maar, moeder, eike minuut is kost baar. Wie weet, of hq op dit oogenblik ons niet roept, hem uit de klauwen groote over winnings berichten der Turksche troepen mede. ZJ zouden den opdringenden Grieken belangrijke verliezen hebben toegebracht en bjj MoBBtafa Pasja de Bulgaren op de vlucht gedreven en 3000 vüanden ge dood hebben. Het is wel te verwachten, dat ook van Turksche zijde eenige voordeelen te boeken zjjn, maar, gelet op de van alle züden inkomende tele grammen, zjjn dergelijke groote over- winningsberichten op zün minst ge nomen zeer onbetrouwbaar. De houding van den heer Mackay. Men meldt uit Den Haag aanhet-fr'&M; Het bestuur der anti-rev. kiesvereeni- ging's-Gravenhage II heeft de houding van ?E. baron Mackay, aangenomen bü de Kamerverkiezing voor Ommen, in een motie genoemd: verraad tegenover geestverwanten. De verwachting wordt uitgesproken, dat ook de christ.-hist. en roomsch-kath. kiesvereenlgiDgen een daad zullen afkeuren,die den ongerepten politiekcn naam van een nobel geslacht bezoedelt. Da anti-rev. kiesvereeniging verzoek t het bondsbestuur bq'eenroeping van een vergadering ter varbrekiag van alle politieke betrekkingen met den heer Mackay en schort haar oordeel over de gedragslijn van den leider der christ.- hist. Staatspartij op tot daarover meer licht verspre^ is. De avond van Woensdag behoorde in het teeken van de begrootiDg te staan. En hü stond in het teeken van de politie. Het valt eenigszinB moeilqk, de ver warde discussies in een Overzicht te rangschikken en te beoordeelen. Er was laten wq maar eerlqk beken nen te veel klein-gedoe in den Raad. Soms leek het ons, alsof wü nog op de school-banken zaten o, zalige tqdl en, wanneer we een overtreding hadden begaan en' daar voor werden bestraft, den ander kon den toeroepenzoo heb je toch vroeger ook wel eens gedaanAlsof dit een verontschuldiging was i Vroeger meen den we het misschien wel. Doch, ouder geworden, hebben we het oordeel des onderscheids ieeren kennen. Wanneer wq aan liet rangschikken gaan uit de verwarde discussies van Woensdagavond, dan moeten wü er kennen, dat de heer Dekker de man is geweest, die het debat op peil heeft weten te houden. Of wq daarmede zeggen willen, dat bij geen fouten heeft gemaakt Geenszins. Maar de heer Dekker heeft de consequenties aangedurfd van hetgeen hq in een vorige Raadszitting heeft in het mid den gebracht. Wü verheugen ons daarover, en wij stellen er prü's op, in deze aangelegenheid met hem één lqn te trekken. En juist daarom vonden wq het debat Woensdag-avond van zoo klein allooi, omdat er werd gegoocheld met woorden. Er werd gesproken over links en rechtsde politie-kwestie werd tot ean politieke kwestie gé- maakt. De heer Dekker zeidein den Raad van Goes wordt alles gekiBt, wat door de rechtsehe Raadsleden wordt voorgesteld. Eu de repliek wasin een overwegend rechtsehe Raad wordt alles gekist, wat.van linksche züde komt. Het was een kaatsspel. Maar dachten de heeren wel aan de zaak, waar het om ging En die zaak blqft deze: de ge meente Goes salarieert haar dienaren van politie op een wjjze, welke meer dan treurig is. Wü hebben reeds eer der gewezen op verplichtingen, welke aan dit korps worden opgelegd. Zq zün lang niet malsch. En nu kan iemand, die zün schaapjes op het droge heeft, gemakkelqk zeggen: wie poli- tie-agent wordt, weet, wat zün toe komst is, doch daarmede is men er niet af. In alle kringen onzer sa menleving wordt naar lotsverbetering gestreefd, en de politie-agenten zou den op een houtje mogen blqven bü- van die duivels te bevrijden 1" Deze gedachte maakte mq zoo dol, dat ik zonder mü te bedenken het huis uitBnelde in de richting van den straat weg maar daar aangekomen wist ik niet waarheen wü te wenden. Onmetelük lag de heide voor mq', er was geen spoor van leven in het rond. Ik luisterde, geen geluid verbrak de stilte van den nacht. Toen, mün waarde vrienden, terwül ik daar zoo stond, zonder te weten welken kant ik uit moest gaan, voelde ik, dat ik streed tegen machten, die ik niet kende. Alles waB even vreemd, akelig en ontzettend. De gedachte aan u en aan de hulp, die ik verwachtte van uw raad en bg- stand, was mü een lichtstraal in de duisternis. Op Branksome tenminste zou ik sympathie ondervinden en bovenal aanwüzing, voor wat mü te doen stond, want mün brein was zoo verward, dat ik op mün eigen oordeel niet meer durfde vertrouwen. Mün moeder wilde graag alleen bigven, Gabriëlle sliep en ik had niet het minste vooruitzicht, iets te kun nen uitrichten, eer de dag aanbrak. Wat was er, onder deze omstandig heden, natuurlijker, dan dat ik naar u snelde, zoo vlug als mqn voeten ten Het is al te dwaas En nu de politieke kant van de kwestie. Wie wüst hem ons aan Was de heer Dekker politiek? Wü geloo- ven van niet, maar het is ons gezegd van wél. Welnudan was de heer Dekker gelukkig in zqn politiek. Want hü wilde verbetering aange bracht zien daar, waar verbetering brood-noodig is. Het zou ons grieven, wanneer de politiek in een zóó ver worden staat was geraakt, dat men een voorstel van een rechtsch Raads lid niet zou kunnen steunen, alleen, omdat het van een rechtsch Raadslid komt. Over de kwestie zou veel teschrü- ven vallen, doch wü willen kort zqn. En dan zeggen wü tegen al de sym pathie-betuigende Raadsledenmüne heeren, aan uw platonische liefde heb ben wq niets. Niet het minste. Wü willen daden. En wanneer een betere salaris-regeling voor de politie agenten door u noodig wordt geacht, en ge hebt de noodzakelijkheid daarvan er kend, dan onmiddellijk tot daden overgegaan. En die kans werd ge boden door het voorstel des heeren Dekker; een voorstel, dat, mochten wü meer dan een zwflgende rol ge speeld hebben, voorzeker van onze stem verzekerd was geweest. Wq kunnen nu op dit resultaat wqzen Burgemeester en Wethouders zullen met een nieuwe salaris-regeling voor de politie komen. Ook aan andere beambten zal de noodige aandacht worden gewq'd. Waar lots-verhetering dringend noodzakelqk is, daar behoort zq aangebracht. En in dit opzicht kan, dunkt on9, de Goesche Raad nog zeer vruchtbaar werkzaam zün. Voor het overige kunnen wü in dit Raads-overzicht er het zwügen aan toe doen. De overige punten, welke ons geen aanleiding geven tot nadere beschouwing, vindt men in hot verslag. Reclame. SUIKER- of EIWITZIEKTE. Dr. G. DAMMAN, 76 Rue du Trone, Brussel (Bslgië) kan D een algeheele, snelle genezing verzekeren zonder latere aanvallen, zelfs in de meest verouderde en ernstige geval len, door een geneesmiddel, hetwelk geneeskrachtige plantenBtoffen bevat- welke tot op heden onbekend waren- Vraagt brochure 8. 15 over Suiker, ziekte of brochure E 15 over Eiwit, ziekte, direct bq den dokter te Brus sel of bü de Export Co. Nederland. N.-Z. Voorburgwal 232, Amsterdam. '«•Hoor Arendekerke. Bg de Woensdag gehouden stemming voor drie leden van het kiescollege der Ned. Herv. Kerk werden herkozen de heeren J. Kodde en P. Mol.' Herstemming zal plaats hebben tussehen de heeren W. de Visser Az. en D. W. Lindenberg, J. van der Maale Dz. en M. Nagelkerke en A. Bedet en Jan van der Maale Dz. Twee vacatures zün ontstaan, door dat de heeren M. Lamper en. M. de Schipper tot kerkeraadsleden zjn be noemd. Hoedekenskerke. Donderdag in den vroegen morgen dreef aan den zeedijk een roeiboot aan, waarin zich een anker en eenige balen kalk be vonden. Al spoedig bleek deze boot eigendom te zqn van het hier thuis behoorende visschersvaartuig Hoe, I, welke ontdekking groote ongerustheid voor de opvarenden teweegbracht. Na onderzoek bleek echter, dat het scheepje zelve behouden in de Baar- landsche kade was binnengeloopen. Gisternacht, bü mooi weer, om 3 uur uit Terneuzen mot een ladiDg kalk en eenig bouwmateriaal voor Baarland vertrokken, was de hoogaars onder weg door een hevige windvlaag over vallen, wasrbg de roeiboot losraakte en door het overboord slaan van zware zeeën het zeer weinig scheelde, of het schip was gezonken. Behalve de schipper was slechts een kleine jongen aan boord. het mij veroorloofden? Jouw hoofd is helder, Jack, spreek, man, en zeg mü, wat ik doen moet. Esther, raad mq." flq wendde zich van den een tot den ander met uitgestrekte handen en gretig vragenden blik. „Je kunt niets beginnen, zoolang het nog donker is," antwoordde ik. „Het beste zal zqn, de politie in Wigtown te waarschuwen, maar we behoeven er geen boodschap heen te zenden, vóór we onzen onderzoekingstocht beginner, dan voldoen we aan de voorschriften van de wet en kunnen toch, zooals uw moeder wensc'it, zelf pogingen in het werk stellen, om uw vader nog te redden, John Fallarton, aan gindschen kant van den heuvel, heelt een speurhond; als we dien op het spoor van den generaal zetten, zal het dier niet rusten, eer hü hem vindt." „Het is verschrikkelük, hier kalm te zitten wachten, terwül vader onze hulp misschien zoo noodig heeft," kreunde Mordaunt. „We hebben nu eenmaal geen andere keuze, nietwaar? Bovendien weten we niet, welken kant ze zün uitge gaan we zouden dus slechts doelloos over de heide zwerven en onze kracb- lerseke. Woensdagavond werd hier door den heer Camman, landbouw- leeraar, in tegenwoordigheid van den burgemeester, den wethouder Cuperü en den heer E. de Jonge, lid van den Raad van toezicht, de snoei- en tuinbouwcursus geopend, die door de heeren Van der Linde van Rilland en Hollebrandt van Ierseke zal gehouden worden. Herinnerende aan de spreuk „Kennis is macht", wekte de heer Camman de 15 leerlingen op, door vlqt en trouw bezoek zooveel mogelqk van deze gunstige gelegenheid te proffteeren, om iets nuttigs op het gebied van ooft- en tuinbouw te weten te komen. Ook de heer Van der Linde sprak een bemoedigend woord. Kapelle. Donderdag vergaderde de raad. Alle leden waren tegen woordig. Ingekomen was o a. een verzoek van den heer W. H. Magielse om afsehrü- ving van H. O., wat ingewilligd werd. Besloten werd, aan de tentoonstelling te Middelburg in 1913 f 10 subsidie te verleenen, maar geen voorwerpen uit het archief in bruikleen af te staan. Naar aanleiding van de ontvangst van Bestek en teekening van de herstel lingswerken aan den toren, deelde de voorzitter mede, dat hem gebleken is, dat de gestelde termqn voor afwerking te kort was. Besloten werd, dezen ter mqn tot 1 Mei 1913 te verlengen. Burg. en Weth. adviseerden om door de maatsehappq', die de voorloopige besprekingen daarvoor heeft ingeleid, rapport te doen uitbrengen over den aanleg van electrisch licht in de ge meente. Wordt het werk binnen vqf jaar niet aan anderen opgedragen, dan wordt het rapport gratiB verstrekt. In het andere geval moet een groote som betaald worden. Men zal later kunnen regelen, of het kabelnet over de geheele gemeente, dan wel alleen in de kom der gemeente zal moeten aangebracht worden. Het voorstel van Burg. en Weth. werd, na eenig debat, z. h. s. aangenomen. Eveneens werd aangenomen een voorstel van den heer Zagers, om de openbare school alsnog aan de water leiding aan te sluiten. Bij de behandeling der gemeente- begrooting voor 1913 werd de post uitgaven voor de verkiezing belang rijk verhoogd. Na bespreking van verschillende posten werd de begrooting vervolgens vastgesteld op f22389,47 in ontvang en uitgaat met een post voor onvoor zien van f4,38. Bg de rondvraag verzocht de heer Rottier om te voorzien in het onder houd en schoonmaken van den toren. De voorzitter beloofde, dat Burg. en Weth. deze kwestie zullen over wegen. Daarna sluiting. Kruiningen, Nu ook de züleidingen der waterleiding doorgespoeld zün, kunnen alle aangeslotenen in do kom der gemeente iederen dag water af tappen tussehen 8 en 4 uur. Kortgene. In de Maandag alhier gehouden algemeene vergadering van de vereeniging „de Ambachtsteekon- school voor Noord-Beveland", werd medegedeeld, dat thans weder 7 leer lingen aan den cursus deelnamen. De begrooting werd vastgesteld in ont vang op f 296,58, in uitgaaf' op f 306. De geraamde inkomsten bestaan uit: goed slot 1911 f 11.08, contributiën en subsidiën der gemeenten en het Nut f 110,50, schoolgelden en subBidiën van KÜk en Provincie f 175,Op aan winning van nieuwe contribueerende leden werd door het bestuur zeer aangedrongen. Kats. Woensdagavond hield het leesgezelschap T. A. V. E. N. U. zün gewone jaarvergadering. Van de 14 leden waren er 11 aanwezig. Het voornaamste punt der agenda was de rekening en verantwoording van den penningmeester. Daaruit bleek, dat, met inbegrip van het goede slot van het vorig jaar ad f8,10, ontvangen was f43,10 en uitgegeven f36,93, zoodat de rekening sluit met een batig saldo van f6,17. Hierbü komt later ten verspillen, die we morgenochtend maar al te zeer noodig hebben. Tegen vüf uur gaat de zon op. Over een uur kunnen we alvast de heuvel overste ken, om Fullartons hond te gaan halen." „Over een uur I" steunde Mordaunt, „en elke minuut schünt een eeuwig heid." „Ga nu weer op de sofa liggen, om wat uit te rusten," zei ik, „we hebben een vermoeienden marsch voor ons." „In deze papieren, Jack," sprak Mordaunt, een klein pakje uit den zak halend, „zult ge een verklaring vinden van al, wat ons nu zoo ge heimzinnig voorkomt." Het pakje was aan beide zgden met zwart lak verzegeld én gestempeld met het wapen van den generaal. Aan den buitenkant stond met groote, flinke letters geschreven Aan den WelEd. Heer J. Fothergill West, en daaronderVerzoeke dit aan geadresseerde te overhandigen, bü mogeigk verdwünen of overlqden van generaal-majoor J. b. Heatherstone, V. Kr. van het Britseh-Indische Leger." Nu zou zich dus eindelq'k het groote raadsel oplossen, dat zulk een scha duw had geworpen op ons leven. Wordt vervolgd

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1912 | | pagina bijlage 1