G9ESCHE COURANT.
BIJVOEGSEL
31 FEUILLETON,
Het eenzame Kasteel.
Buitenland.
Binnenland.
Nabetrachtingen uit
den Raad.
Provincienienws.
VAN DE
van ZATERDAG 2 NOV. 1912.
Wij en gij 1
„De heeren zijn zoo onnoozel niet,
als zij er uitzien."
Dit zinnetje vonden we in bet zioh
noouiend „christelijk-historisch" or
gaan voor Zeeland, naar aanleiding
van de Raadszitting van WoenBdag jl.
Wjj zonden daarop willen zeggen:
de redacteur van dat orgaan geeft
dan toch wel doorslaande bewijzen
van onnoozelheid. Een zuiver plaatse
lijke kwestie op te blazen tot een
politiek relletje, het komt juist in
de kraam van dezen „christelyken"
scribent te pas. En de manier, waarop
hp de zaak aan zijn lezers uitlegt, zij
is... nu, laten wij maar zeer clement
zjjn zjj is meer dan onnoozel.
Do elsch, de eerste elsch, welke aan
oen voorlichter des volks mag worden
gealeld, is goed luisteren naar hetgeen
in oen openbare vergadering in
casu een Raadsvergadering wordt
gezegd. Maar voor de Kuyperiaansehe
scribenten van huis uit natuurlijk
de braafste lieden schijnt het a-b-c
eener behoorlijke journalistiek niette
bestaan. Eigenlijk mogen wij de zoo
genaamd „christelijke" pers daarover
niet al te hard vallenzjj wordt schier
uitsluitend bediend door dilletanten.
üocii als plaatselijke toestanden te
scheef worden voorgesteld, dan moe
ten wij zoo'n dilettant toch even op
zijn vingers tikken.
En dit is hier het geval.
In het zich voor zijn politieke rich
ting schamend orgaan worden enkelen
Goeschen Raadsleden conclusies in den
mond gelegd, waartoe z{j niet zijn
gekomen. Juist daarom is het zoo ge
vaarlijk, een dilettant naar dergelijke
vergaderingen te zenden. Wjj willen
aannemen, dat de brave man zijn best
doet, doch daarmee alleen komt men
er Diet. Te meer, waar zoo iemand
den naam heeft, zijn „christelijkheid"
b\j voorkeur te zoeken in het beklad
den van zijn anders-denkende stad-
on landgenooten.
Het artikel, dat wij hier even onder
banden willen nemen, 1b door den
dilettant-journalist geschreven naar
aanleiding der Raadszitting van j. 1.
Woensdag, waarin het voorstel des
heeren Dekker aan de orde kwam, om
de salaris-regeling der politie-agenten
te verbeteren. In ons Raads-overzicht
kunnen de belangstellenden onze mee
ning daaromtrent lezen.
Met een onkel woord wjzen wjj
daarin op het gevaar, voorstellen te
beschouwen naar de richting van hen,
die ze indienen. De redacteur van het
orgaan, dat nog altoos, brutaal-weg,
ware politieke gezindheid verloochent
schrijft klakkeloos, dat in onzen Raad,
die overwegend vrijzinnig is, geen
voorstel van rechts mag worden aan
genomen. Wie heeft dat gebod uitge
vaardigd? zouden wjj willen vragen.
Als deze dilettant-journalist niet met
stomheid is geslagen, zullen wjj mis
schien te eeniger tijd het antwoord
op deze vraag vernemen.
Doch wat anders.
Laten we eens een oogenblik aan
nemen, dat de linkerzijde in onzen
Raad gestadig alle voorstellen, welke
van rechts komen wij kunnen tot
die rechterzijde nog altoos slechts twee
Raadsleden rekenen doet kelderen,
dan begaat, wjj zqn de eersten om het
te erkennen, de linkerzijde een fout.
De zaken Btaan echter zóó niet. Wes
halve wü den dilettant-journalist van
het „christelijk-historïsch" orgaan in
ernstige overweging geven, de Raads-
verslagen er eens op na te lezen. Dan
zal hij, zoo hy althans eenig oordeel
des onderscheids bezit, tot een andere
overtuiging geraken.
Maar om nu op een ander straatje
te komon wat doen de rechtsehe
heeren, speciaal de anti-revolutionai
ren, als zij de meerderheid hebben
Houden zij rekening met de wen-
schen, de gevoelens van politiek an
ders-denkenden
Roman van A. CONAN DOYLE.
Dit alles was zoo vreemd, zoo plot
seling, dat, toen het drama was afge
speeld en ze waren heengegaan, ik
het een oogenblik voor een verschrik-
kebjke nachtmerrie, een zinsbegooche
ling meende te moeten houden, ware
de Indruk niet te reëel, te levendig
geweest,omaan verbeelding te kunnen
worden toegeschreven.
Toen wierp ik m{j met mijn volle
kracht tegen de deur van mqn slaap
kamer, hopend het slot te doen breken.
Het gaf nietik stiet en beukte er echter
zoo lang tegen tot het eindelijk brak
en ik in de gang kon komen.
MJn eerste gedachte was aan mijn
moeder. Ik ijlde naar haar kamerdeur
en draaide den sleutel om. Op het
zelfde oogenblik trad ze in haar peig
noir naar buiten en legde waar
schuwend den vinger op den mond.
„St, st, maak geen leven," fluisterde
ze.' „Gabriëllo slaapt. Zijn ze wegge
haald
,Ja."
Zün zjj de lieden, die de minderheden
niet onderdrukken
Gaat bjj hen recht boven macht?
Laat daarop die nobele „christelijke"
pers-ridder het antwoord eens geven
Wy herhalen in een Gemeenteraad
achten wü politiek uit den booze. Als
het in onze macht lag, zou zg er immer
buiten blijven. Doch men mete niet
met twee maten en vergunne den één,
wat den ander verboden is.
En wü hebben zoo'n idee, dat de
beide rechtsehe Raadsleden van een
hulp, als het zoogenaamd „christelqk-
historiBCh" blad ongevraagd verleent,
weinig gediend kunnen zjjn. Hun doel
kan het immers niet zjjn, de zaken
op den kop te zetten. De kwestie, waar
het Woensdag omging, is er te ernstig
voor.
Dat de portée van die kwestie niet
tot het brein van den dilettant-jour
nalist kon doordringen, wü zqn de
eersten, die zulks onmiddellük aan
nemen. Maar zoo'n scribent mag toch,
in trouwe, de rechtsehe Raadsleden
niet verantwoordelijk stellen voor dan
onzin, welken h{j debiteert!
De Balkanoorlog-
Vol moed zjjn de Turken den oorlog
begonnen, vol verwachting heeft ge
heel Europa het dappere Turksche
leger ten strjjde zien trekken, do
fanatieke soldaten, die reeds in zoo
menigen veldslag de overwinning be
haalden en plotseling wordt die ver
wachting te niet gedaan, keeren zich
de oorlogskansen en staan de mogend
heden voor het niet meer te loochenen
feit, dat steeds verder en verder de
legers der verbondenen naar het hartje
van Turküe oprukken en de Moham
medanen, door een panischen schrik
bevangen, hun versterkingen en wa
pens in den steek laten om in een
overhaaste vlucht het behoud van
leven te zoeken.
Daar heeft de diplomatie niet op
gerekend en alle plannen, om door
onderlinge afspraak den status quo
op den Balkan te handhaven, zjjn plot
seling waardeloos geworden. Zoo ooit,
dan dreigt er nu gevaar voor een
algemeenen Europeeschen oorlog.
Want de verbonden staten, hoog
moedig in den roes hunner overwin
ning, zullen niet te bewegen zün, het
door zooveel bloedige offers verkregen
gebied op eerste aanmaning weer af
te staan en het is de groote vraag,
of Oostenrük zal toestaan, dat het
Turksche gebied naar willekeur onder
de verbondenen zal worden verdeeld.
En nu reeds voelt Servië het gevaar,
dat bq inneming van de provincie
Novibazar van de zjjde van Oostenrük
dreigt en tracht de Servische pers de
bevolking op allerlei wjjze tegen de
Oostenrüksch-Hongaarsehe monarchie
in het harnas te jagen.
Trouwens, de tfjd van verdeeling
van den buit is nabü- Telegrammen
berichten, dat na gevechten, die twee
dagen hebben geduurd, het Bulgaar-
sche leger gisteren een volslagen
overwinning op de hoofdmaeht der
Turken heeft behaald en dat dezen in
ordelooze vlucht terugtrokken. Daarbij
zou Loele Boergas, een versterkte
plaais ton Z.-O. van Adrianopel dus
in de richting van Constantinopel
door de Bulgaren genomen zün. Op
twee punten zouden dezen thans door
de Turksche linies zün gebroken,
zoodat, wanneer de groote mogend
heden tenminste niet voor dien tjjd
tusschenbeide komen, niets hun meer
belet, voorbereidingen voor een tocht
naar de Turksche hoofstad te treffan.
Verschillende dorpen in den omtrek
van Loele Boergas zqn door de Turken
in brand gestokende christelijke
bevolking werd uitgemoord.
De Montenegrünen houden nog
steeds Skoetarl omsingeld en zün druk
bezig, de Btad met hun granaten in
brand te schieten.
De Serviërs hebben de stad Prizrend
stormenderhand ingenomen en daarbq
een groote hoeveelheid oorlogsmate
riaal veroverd.
Ondanks al deze tegenslagen deelt
men in Constantinopel de bevolking
„Gods wil geschiede!" zuchtte ze.
„Je arme vader zal gelukkiger zq'n
hier namaals, dan hü ooit hier op aarde
is geweest. Goddank, dat Gabriëlle
slaapt. Ik heb haar wat chloraal in de
chocola gedaan."
„Wat kan ik doen,moeder?" vroeg
ik, geheel buiten müzelf. „Waar zün ze
heengegaan Hoe kan ik hen helpen
We kunnen hen toch zoo niet aan haar
lot overlaten Zal ik te paard naar
Wigtown gaan en de hulp van de
politie inroepen
„Alles liever dan dat," zei mijn moe
der ernstig. „Je vader heeft mq her
haaldelijk gesmeekt, de politie er
buiten te laten. Mqn jongen, we zullen
hem nooit weerzien. Het verwondertje
misschien, dat je mü niet in tranen
vindt, maar als je wist ais ik, welk
een vrede de dood hem brengen zal,
zou je het niet over je hart kunnen
vorkrijgen, om hem te treuren. Het zou
niets geven hem te achtervolgen en
toch ben ik 't met je eens, dat we iets
moeten doen, doch laat het zoo geheim
mogelqk geschieden. We kunnen hem
niet beter dienen, dan door met zqn
wenschen te rade te gaan."
„Maar, moeder, eike minuut is kost
baar. Wie weet, of hq op dit oogenblik
ons niet roept, hem uit de klauwen
groote over winnings berichten der
Turksche troepen mede. ZJ zouden
den opdringenden Grieken belangrijke
verliezen hebben toegebracht en bjj
MoBBtafa Pasja de Bulgaren op de
vlucht gedreven en 3000 vüanden ge
dood hebben. Het is wel te verwachten,
dat ook van Turksche zijde eenige
voordeelen te boeken zjjn, maar, gelet
op de van alle züden inkomende tele
grammen, zjjn dergelijke groote over-
winningsberichten op zün minst ge
nomen zeer onbetrouwbaar.
De houding van den heer Mackay.
Men meldt uit Den Haag aanhet-fr'&M;
Het bestuur der anti-rev. kiesvereeni-
ging's-Gravenhage II heeft de houding
van ?E. baron Mackay, aangenomen bü
de Kamerverkiezing voor Ommen, in
een motie genoemd: verraad tegenover
geestverwanten.
De verwachting wordt uitgesproken,
dat ook de christ.-hist. en roomsch-kath.
kiesvereenlgiDgen een daad zullen
afkeuren,die den ongerepten politiekcn
naam van een nobel geslacht bezoedelt.
Da anti-rev. kiesvereeniging verzoek t
het bondsbestuur bq'eenroeping van een
vergadering ter varbrekiag van alle
politieke betrekkingen met den heer
Mackay en schort haar oordeel over de
gedragslijn van den leider der christ.-
hist. Staatspartij op tot daarover meer
licht verspre^ is.
De avond van Woensdag behoorde
in het teeken van de begrootiDg te
staan. En hü stond in het teeken van
de politie.
Het valt eenigszinB moeilqk, de ver
warde discussies in een Overzicht te
rangschikken en te beoordeelen. Er
was laten wq maar eerlqk beken
nen te veel klein-gedoe in den
Raad. Soms leek het ons, alsof wü
nog op de school-banken zaten o,
zalige tqdl en, wanneer we een
overtreding hadden begaan en' daar
voor werden bestraft, den ander kon
den toeroepenzoo heb je toch vroeger
ook wel eens gedaanAlsof dit een
verontschuldiging was i Vroeger meen
den we het misschien wel. Doch, ouder
geworden, hebben we het oordeel des
onderscheids ieeren kennen.
Wanneer wq aan liet rangschikken
gaan uit de verwarde discussies van
Woensdagavond, dan moeten wü er
kennen, dat de heer Dekker de man
is geweest, die het debat op peil heeft
weten te houden. Of wq daarmede
zeggen willen, dat bij geen fouten
heeft gemaakt Geenszins. Maar de
heer Dekker heeft de consequenties
aangedurfd van hetgeen hq in een
vorige Raadszitting heeft in het mid
den gebracht. Wü verheugen ons
daarover, en wij stellen er prü's op,
in deze aangelegenheid met hem één
lqn te trekken.
En juist daarom vonden wq het
debat Woensdag-avond van zoo klein
allooi, omdat er werd gegoocheld met
woorden. Er werd gesproken over
links en rechtsde politie-kwestie
werd tot ean politieke kwestie gé-
maakt. De heer Dekker zeidein den
Raad van Goes wordt alles gekiBt, wat
door de rechtsehe Raadsleden wordt
voorgesteld. Eu de repliek wasin
een overwegend rechtsehe Raad wordt
alles gekist, wat.van linksche züde
komt. Het was een kaatsspel. Maar
dachten de heeren wel aan de zaak,
waar het om ging
En die zaak blqft deze: de ge
meente Goes salarieert haar dienaren
van politie op een wjjze, welke meer
dan treurig is. Wü hebben reeds eer
der gewezen op verplichtingen, welke
aan dit korps worden opgelegd. Zq
zün lang niet malsch. En nu kan
iemand, die zün schaapjes op het droge
heeft, gemakkelqk zeggen: wie poli-
tie-agent wordt, weet, wat zün toe
komst is, doch daarmede is men
er niet af. In alle kringen onzer sa
menleving wordt naar lotsverbetering
gestreefd, en de politie-agenten zou
den op een houtje mogen blqven bü-
van die duivels te bevrijden 1"
Deze gedachte maakte mq zoo dol,
dat ik zonder mü te bedenken het huis
uitBnelde in de richting van den straat
weg maar daar aangekomen wist ik
niet waarheen wü te wenden.
Onmetelük lag de heide voor mq', er
was geen spoor van leven in het rond.
Ik luisterde, geen geluid verbrak de
stilte van den nacht.
Toen, mün waarde vrienden, terwül
ik daar zoo stond, zonder te weten
welken kant ik uit moest gaan, voelde
ik, dat ik streed tegen machten, die
ik niet kende. Alles waB even vreemd,
akelig en ontzettend.
De gedachte aan u en aan de hulp,
die ik verwachtte van uw raad en bg-
stand, was mü een lichtstraal in de
duisternis. Op Branksome tenminste
zou ik sympathie ondervinden en
bovenal aanwüzing, voor wat mü te
doen stond, want mün brein was zoo
verward, dat ik op mün eigen oordeel
niet meer durfde vertrouwen.
Mün moeder wilde graag alleen
bigven, Gabriëlle sliep en ik had niet
het minste vooruitzicht, iets te kun
nen uitrichten, eer de dag aanbrak.
Wat was er, onder deze omstandig
heden, natuurlijker, dan dat ik naar
u snelde, zoo vlug als mqn voeten
ten Het is al te dwaas
En nu de politieke kant van de
kwestie. Wie wüst hem ons aan Was
de heer Dekker politiek? Wü geloo-
ven van niet, maar het is ons gezegd
van wél. Welnudan was de heer
Dekker gelukkig in zqn politiek.
Want hü wilde verbetering aange
bracht zien daar, waar verbetering
brood-noodig is. Het zou ons grieven,
wanneer de politiek in een zóó ver
worden staat was geraakt, dat men
een voorstel van een rechtsch Raads
lid niet zou kunnen steunen, alleen,
omdat het van een rechtsch Raadslid
komt.
Over de kwestie zou veel teschrü-
ven vallen, doch wü willen kort zqn.
En dan zeggen wü tegen al de sym
pathie-betuigende Raadsledenmüne
heeren, aan uw platonische liefde heb
ben wq niets. Niet het minste. Wü
willen daden. En wanneer een betere
salaris-regeling voor de politie agenten
door u noodig wordt geacht, en ge
hebt de noodzakelijkheid daarvan er
kend, dan onmiddellijk tot daden
overgegaan. En die kans werd ge
boden door het voorstel des heeren
Dekker; een voorstel, dat, mochten
wü meer dan een zwflgende rol ge
speeld hebben, voorzeker van onze
stem verzekerd was geweest.
Wq kunnen nu op dit resultaat wqzen
Burgemeester en Wethouders zullen
met een nieuwe salaris-regeling voor
de politie komen. Ook aan andere
beambten zal de noodige aandacht
worden gewq'd. Waar lots-verhetering
dringend noodzakelqk is, daar behoort
zq aangebracht. En in dit opzicht kan,
dunkt on9, de Goesche Raad nog zeer
vruchtbaar werkzaam zün.
Voor het overige kunnen wü in dit
Raads-overzicht er het zwügen aan
toe doen. De overige punten, welke ons
geen aanleiding geven tot nadere
beschouwing, vindt men in hot verslag.
Reclame.
SUIKER- of EIWITZIEKTE.
Dr. G. DAMMAN, 76 Rue du
Trone, Brussel (Bslgië) kan D een
algeheele, snelle genezing verzekeren
zonder latere aanvallen, zelfs in de
meest verouderde en ernstige geval
len, door een geneesmiddel, hetwelk
geneeskrachtige plantenBtoffen bevat-
welke tot op heden onbekend waren-
Vraagt brochure 8. 15 over Suiker,
ziekte of brochure E 15 over Eiwit,
ziekte, direct bq den dokter te Brus
sel of bü de Export Co. Nederland.
N.-Z. Voorburgwal 232, Amsterdam.
'«•Hoor Arendekerke. Bg de
Woensdag gehouden stemming voor
drie leden van het kiescollege der
Ned. Herv. Kerk werden herkozen de
heeren J. Kodde en P. Mol.'
Herstemming zal plaats hebben
tussehen de heeren W. de Visser Az.
en D. W. Lindenberg, J. van der Maale
Dz. en M. Nagelkerke en A. Bedet en
Jan van der Maale Dz.
Twee vacatures zün ontstaan, door
dat de heeren M. Lamper en. M. de
Schipper tot kerkeraadsleden zjn be
noemd.
Hoedekenskerke. Donderdag in
den vroegen morgen dreef aan den
zeedijk een roeiboot aan, waarin zich
een anker en eenige balen kalk be
vonden. Al spoedig bleek deze boot
eigendom te zqn van het hier thuis
behoorende visschersvaartuig Hoe, I,
welke ontdekking groote ongerustheid
voor de opvarenden teweegbracht. Na
onderzoek bleek echter, dat het
scheepje zelve behouden in de Baar-
landsche kade was binnengeloopen.
Gisternacht, bü mooi weer, om 3 uur
uit Terneuzen mot een ladiDg kalk en
eenig bouwmateriaal voor Baarland
vertrokken, was de hoogaars onder
weg door een hevige windvlaag over
vallen, wasrbg de roeiboot losraakte
en door het overboord slaan van zware
zeeën het zeer weinig scheelde, of het
schip was gezonken. Behalve de
schipper was slechts een kleine jongen
aan boord.
het mij veroorloofden? Jouw hoofd
is helder, Jack, spreek, man, en zeg
mü, wat ik doen moet. Esther, raad
mq."
flq wendde zich van den een tot
den ander met uitgestrekte handen
en gretig vragenden blik.
„Je kunt niets beginnen, zoolang het
nog donker is," antwoordde ik. „Het
beste zal zqn, de politie in Wigtown
te waarschuwen, maar we behoeven
er geen boodschap heen te zenden,
vóór we onzen onderzoekingstocht
beginner, dan voldoen we aan de
voorschriften van de wet en kunnen
toch, zooals uw moeder wensc'it, zelf
pogingen in het werk stellen, om uw
vader nog te redden, John Fallarton,
aan gindschen kant van den heuvel,
heelt een speurhond; als we dien op
het spoor van den generaal zetten,
zal het dier niet rusten, eer hü hem
vindt."
„Het is verschrikkelük, hier kalm te
zitten wachten, terwül vader onze
hulp misschien zoo noodig heeft,"
kreunde Mordaunt.
„We hebben nu eenmaal geen andere
keuze, nietwaar? Bovendien weten
we niet, welken kant ze zün uitge
gaan we zouden dus slechts doelloos
over de heide zwerven en onze kracb-
lerseke. Woensdagavond werd hier
door den heer Camman, landbouw-
leeraar, in tegenwoordigheid van den
burgemeester, den wethouder Cuperü
en den heer E. de Jonge, lid van
den Raad van toezicht, de snoei- en
tuinbouwcursus geopend, die door de
heeren Van der Linde van Rilland en
Hollebrandt van Ierseke zal gehouden
worden. Herinnerende aan de spreuk
„Kennis is macht", wekte de heer
Camman de 15 leerlingen op, door
vlqt en trouw bezoek zooveel mogelqk
van deze gunstige gelegenheid te
proffteeren, om iets nuttigs op het
gebied van ooft- en tuinbouw te weten
te komen.
Ook de heer Van der Linde sprak
een bemoedigend woord.
Kapelle. Donderdag vergaderde
de raad. Alle leden waren tegen
woordig.
Ingekomen was o a. een verzoek van
den heer W. H. Magielse om afsehrü-
ving van H. O., wat ingewilligd werd.
Besloten werd, aan de tentoonstelling
te Middelburg in 1913 f 10 subsidie te
verleenen, maar geen voorwerpen uit
het archief in bruikleen af te staan.
Naar aanleiding van de ontvangst van
Bestek en teekening van de herstel
lingswerken aan den toren, deelde de
voorzitter mede, dat hem gebleken is,
dat de gestelde termqn voor afwerking
te kort was. Besloten werd, dezen ter
mqn tot 1 Mei 1913 te verlengen.
Burg. en Weth. adviseerden om door
de maatsehappq', die de voorloopige
besprekingen daarvoor heeft ingeleid,
rapport te doen uitbrengen over den
aanleg van electrisch licht in de ge
meente. Wordt het werk binnen vqf
jaar niet aan anderen opgedragen,
dan wordt het rapport gratiB verstrekt.
In het andere geval moet een groote
som betaald worden. Men zal later
kunnen regelen, of het kabelnet over
de geheele gemeente, dan wel alleen
in de kom der gemeente zal moeten
aangebracht worden. Het voorstel van
Burg. en Weth. werd, na eenig debat,
z. h. s. aangenomen.
Eveneens werd aangenomen een
voorstel van den heer Zagers, om de
openbare school alsnog aan de water
leiding aan te sluiten.
Bij de behandeling der gemeente-
begrooting voor 1913 werd de post
uitgaven voor de verkiezing belang
rijk verhoogd.
Na bespreking van verschillende
posten werd de begrooting vervolgens
vastgesteld op f22389,47 in ontvang
en uitgaat met een post voor onvoor
zien van f4,38.
Bg de rondvraag verzocht de heer
Rottier om te voorzien in het onder
houd en schoonmaken van den toren.
De voorzitter beloofde, dat Burg.
en Weth. deze kwestie zullen over
wegen.
Daarna sluiting.
Kruiningen, Nu ook de züleidingen
der waterleiding doorgespoeld zün,
kunnen alle aangeslotenen in do kom
der gemeente iederen dag water af
tappen tussehen 8 en 4 uur.
Kortgene. In de Maandag alhier
gehouden algemeene vergadering van
de vereeniging „de Ambachtsteekon-
school voor Noord-Beveland", werd
medegedeeld, dat thans weder 7 leer
lingen aan den cursus deelnamen. De
begrooting werd vastgesteld in ont
vang op f 296,58, in uitgaaf' op f 306.
De geraamde inkomsten bestaan uit:
goed slot 1911 f 11.08, contributiën en
subsidiën der gemeenten en het Nut
f 110,50, schoolgelden en subBidiën van
KÜk en Provincie f 175,Op aan
winning van nieuwe contribueerende
leden werd door het bestuur zeer
aangedrongen.
Kats. Woensdagavond hield het
leesgezelschap T. A. V. E. N. U. zün
gewone jaarvergadering. Van de 14
leden waren er 11 aanwezig. Het
voornaamste punt der agenda was de
rekening en verantwoording van den
penningmeester. Daaruit bleek, dat,
met inbegrip van het goede slot van
het vorig jaar ad f8,10, ontvangen
was f43,10 en uitgegeven f36,93,
zoodat de rekening sluit met een batig
saldo van f6,17. Hierbü komt later
ten verspillen, die we morgenochtend
maar al te zeer noodig hebben. Tegen
vüf uur gaat de zon op. Over een uur
kunnen we alvast de heuvel overste
ken, om Fullartons hond te gaan
halen."
„Over een uur I" steunde Mordaunt,
„en elke minuut schünt een eeuwig
heid."
„Ga nu weer op de sofa liggen, om
wat uit te rusten," zei ik, „we hebben
een vermoeienden marsch voor ons."
„In deze papieren, Jack," sprak
Mordaunt, een klein pakje uit den
zak halend, „zult ge een verklaring
vinden van al, wat ons nu zoo ge
heimzinnig voorkomt."
Het pakje was aan beide zgden met
zwart lak verzegeld én gestempeld
met het wapen van den generaal. Aan
den buitenkant stond met groote,
flinke letters geschreven
Aan den WelEd. Heer J. Fothergill
West, en daaronderVerzoeke dit aan
geadresseerde te overhandigen, bü
mogeigk verdwünen of overlqden van
generaal-majoor J. b. Heatherstone,
V. Kr. van het Britseh-Indische Leger."
Nu zou zich dus eindelq'k het groote
raadsel oplossen, dat zulk een scha
duw had geworpen op ons leven.
Wordt vervolgd