N°. 114 1912.
Donderdag 26 September.
998te jaargang.
i5 FEUILLETON.
Het eenzame Kasteel.
Buitenland.
Binnenland.
G0ESCI1Ë
)n,uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en'Vry dagavond
uitgezonderd op feestdagen.
'jPrfs per kwartaal, In Goes 0,75, bulten Goes, franco f 1,25.
Afzonderlijke nommers 5 cent.
Inzending ran advertentlën op Maandag en Woensdag
vóór 2 uren, op VRIJDAG vóór 12 uren.
GOliRAIMT.
De prys der gewone advertentlën is van 1-5 regels 50 ct., elke regel meer lOet
Bjj directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt
de prijs slechts tweemaal berekend.
Geboorte-, hnweiyk- en doodsberichten en de daarop betrekking hebbend
dankbetuigingen worden van 1—10 regels 1,— berekend.
Bewijsnummers cent.
Telefoonnummer 33.
Directeur A. F. A. van Set ess. Uitgave van de Naaml. Vennootschap „Gosaohe Courant". Hoofdredacteur W. J. C. van Santen.
Zij, die zich met ingang
van I October a.a. op one blad
abonneeren, ontvangen de tot dien
datum verschijnende nummers
gratis.
De man met twee monden.
Wanneer van vrijzinnige zijde be
weerd wordt, dat beginsel-vastheid
nimmer tot de eigenschappen van dr.
Kuyper behoord heeft, verklaren zijn
aanhangers vol verontwaardiging, dat
dit weer een persoonlijke aanval is op
den leider der antirevolutionairen, En
zij zeggen met de bekende beschei
denheid, hun eigen dat, wijl men
dr. Kuyper in zijn politiek niet treffen
kan, de linkerzijde tot persoonlijke
aanvallen haar toevlucht nemen moet.
Maar zy, die beweren, dat de leider
der antirevolutionairen wel beginsel
vastheid bezit, doen goed, eens een
paar uitspraken van dezen staatsman
naast elkander te leggen. Niet over
futiliteiten, doch over zeer gewichtige,
ja, over de gewichtigste zaken.
Men weet, dat de Nederlandsehe
volksvertegenwoordiging gedurende
dit zittingjaar een roomsch president
hebben zal. En over deze benoeming
schrijft het orgaan van dr. Kuyper,
De Standaard:
„Toch is vooral de keuze van Van
Nispen gelukkig, juist omdat hij
Roomsch is. De oud-jufferachtige kwe
zelarij, dat in ons land iemand steeds
naar achter moest weggeschoven blij
ven, omdat hij niet van de „Volkskerk"
was, kreeg er een deuk major mee,
die goed kan doen, om ons van zulke
praatjes voor den vaak af te helpen".
Wanneer een roomsch blad zulke
woorden had neergeschreven, zouden
wy het ons kunnen begrijpen, al maken
uitdrukkingen als „oud-jufferachtige
kwezelarij" en „praatjes voor den
vaak" op ons altoos den indruk, dat
de zaak, welke men verdedigen wil,
niet sterk staat. Doch hier zjjn zij
gepubliceerd in een blad, dat niet
roomsch is; in een blad, dat de tra
dities der groote Hervorming nu ver
loochenen gaat, wijl politieke winst
den hoofdredacteur dierbaarder is,
dan eerbied voor het protestantsehe
verleden.
Of is aan zulk geschrijf hoop op
politieke winst soms geheel en al
vreemd
Voor wien deze vraag allicht in
bevestigenden zin zou willen beant
woorden, kan het zijn nut hebben,
eens aan andere uitspraken tegenover
Rome vao dien zelfden dr. Kuyper
herinnerd te worden.
In „Ons Program" bv. schreef hij
„Onze geestverwanten erkennen we
in de Ultramontaansche party nergens,
zoo min aan deze als aan gene zijde
van den Oceaan".
En in De Standaard heette het des
tijds tot zyn partvjgenooten
„Door u aan Rome te koppelen,
Roman van A. OONAN DOYLE.
Zonder er notitie van te nemen,
ging de generaal verder en was
spoedig verdwenen. Ik kroop ais de
wind uit mijn schniiplaats, liep, als
door geesten achtervolgd, naar mijn
kamer terug en paste wel op, myn
hoofd niet weer buiten de deur te
«teken.
Ik sprak met geen mensch over wat
ik gezien had, doch besloot niet lang
meer op Cloomber Hall te blijven.
Vier pond per maand is een goed
loon, maar het is niet genoeg om er
je ziel voor te verliezen, en als de
dnivel er rondspookt kun jo nooit
weten, hoe hy je nog eens in de
▼al lokt.
Het was zonneklaar, dat er een vloek
rustte op den generaal en zyn heele
huis en het was niet meer dan billyk,
dat die vloek neerkwam op hen, die
het verdienden en niet op een recht
geloovig Presbyteriaan, die steeds het
smalle pad betreden had.
Voortdurend klonk my dat ver-
ichrlkkelyfce „ting-ting" ia de ooren
en als ik alleen de gang door moest,
bekroop my altyd de angst, het weer
te zullen hooren. Ik zocht naar een
reden, om den generaal den dienst op
te zeggen en een betrekking by recht
geaarde Christenen te zoeken, in de
onmiddeliijfce nabijheid van de kerk.
verspeelt ge uw toekomst; brengt ge
nw goeden naam in opspraak, ver
loochent ge uw volkshistorie en han
delt go, wat het ergste is, met uw
beginsel in lynrechten strijd.
„Verre van Rome's stemmen voor
uwe candidaten ai te bedelen, paBte
het u veeleer, om middelen te zinnen,
om die stemmen van uw candidaat te
weren."
Keurt elk overleg met Rome en uwe
leidslieden af, waar ge die ook op het
spoor komt. Zeg uw vertrouwen op
aan wie u door Rome ter overwinning
wil leiden."
Dat klinkt heel anders, nietwaar
Doch, aiet een hooghartig gebaar,
zal de leider der antirevolutionairen
te kennen gevenoude plunje 1 En
wanneer men dan nog niet beweren
mag, dat op zoo iemand van toepassing
is het gezegde :„zooals de wind waait,
waait mjjn jasje", dan begrijpen wjj
er absoluut niets meer van.
Dii De Standaard blykt echter ten
duidelykste, dat de Nederlandsch
Hervormde Kerk niets dan kwaad
heelt te dachten van dr. Knyper s
obscure actie. Het is goed, daarop
nogmaals den nadruk te leggen.
In de onderlinge verhouding der
mogendheden, in haar vriendsebappe-
iyke toenadering oi vjjandige verwy-
dering, speelt de diplomatie een groo
te rol. Maar omdat zy achter de
schennen werkt, omdat alles, wat door
haar handen gaat, van de Btrengste
geheimhouding verzekerd moet blijven,
tornt er uitgezonderd de opzettelyk
in dagbladen gepubliceerde mededee-
Uugen, welker openbaarmaking iu den
regel ook al weer een diplomatieke
streek is maar heel weinig van
aan den dag en zijn de toevalliger
wijze bekend geworden officieele han
delingen in den regel nog in het ge
heel niet te vertrouwen.
Maar het is te begrypen, dat bij de
diplomatie een groote macht berust
en daarom is voor ieder laad de keuzo
zyner gezanten, in wier handen toch
de buitenlandsche belangen van het
vaderland zyn toevertrouwd, een
vraagstuk dat groote voorzichtigheid
vereischt. Het is daarom, dat het be
richt van
het overlijden van baron
Marschall,
den Duitschen gezant te Londen, van
meer dan gewone beteekenis is. Want
Marschall von Bieberstein stond be
kend als een buitengewoon staatsman
en knndig diplomaat. Nadat eenige
maanden geleden de Engelache minis
ter Eord Haiaane, in het belang van
een toenadering tusschen Engeland en
Duitschland, een buitengewoon bezoek
aan Berlijn had gebracht, zocht de
Daitsche regeering een diplomaat,
wien met volle gerustheid kon opge
dragen worden, de goede betrekkin-
Inplaats evenwel, dat dit van mij
zelf uitging, zon het van den kant
van den generaal komen.
Toen ik op zekeren dag, in het be
gin van October, uit den stal kwam,
om het paard wat haver te halen,
zag ik een grooten iorschen kerel, op
êén been hinkend, de laan afkomen.
Ik dacht, dat het misschien een vau
de schurken was, waarover mynheer
met my gesproken had en zonder
aarzelen nam ik myn dikken stok, om
er den vent een atevigen slag mee
toe te dienen. Hy begreep, wat ik in
den zin had, haalde een groot knip
mes uit zyn zak en vloekte zoo ver-
schrikkeiyk, dat my de haren te berge
rezen. Groote genade, het verwondert
mjj nog, dat hy niet op de plaats
zelve dood neerviel
We stonden nog tegenover elkaar,
hy met zyn mes en ik met myn stok,
toen de generaal aankwam en tot
m{jn groote verwondering met den
vent begon te praten, alsof hg hem
al z{jn leven gekend had.
„Steek dat mes in je zak, korporaal",
zegt hy. „Je weet van benauwdheid
niet meer, wat je doet."
„God beware 1" zegt de ander, „hy
zou mS de hersens ingeslagen hebben
met zUn stok, als ik myn mes niet
getrokken had I Ik zou u raden, zoo'n
wildeman niet op uw heem te houden
Mynheer fronste de wenkbrauwen
en keek, alsof het hem laag niet aan
stond, raad van dien vlegel te krijgen.
Toen zegt hy tegen my
„Israël," zegt hy, „na vandaag heb
ik je diensten niet meer neodig, je
gen tnsBchen beide landen ook te
Londen krachtig te bevorderen. En
het was een eer voor baron Marschall,
destyds gezant te Constantinopel, dat
op hem de keuze voor die zoo gewich
tige zending is gevallen en hy be
noemd werd tot gezant te Londen om
daar zyn voorganger, graat Wolff
Metternieh, te vervang >n. Maar nauwe
lijks iu de BritBChe hoofdstad, juist
nu hy zich van land en volk op de
hoogte kan gesteld hebben, kwam
dezer dagen het bericht van zyn ziekte,
waaraan de zeventig-jarige diplomaat
gisteren is overleden. Door zyn heen
gaan lydt de Daitsche diplomatie een
onherstelbaar verlies. Hy alleen werd
in staat geacht, de niet meer zoo
gunstige verstandhouding tusschen
beide mogendheden na de moeiiyke
Marokkocrisis tot een betere te maken,
en het is daarom, dat het overlyden
van dezen uitstekenden staatsman een
gebeurtenis van meer dan gewone
beteekenis in de diplomatieke wereld
mag genoemd worden.
Hoewel er in den
toestand op den Balkan
niets nieuws onder de zon is en be
richten van mobiliseering en oorlogs
toerusting zooais gewooniyk weer
onmiddeliyk gevolgd worden door
officieele tegenspraak van de betrok
ken regeeringeu, biyft er toch aityd
nog een gespannen verhouding tus
schen de Balkanstatcn en zyn grens
gevechten en onheteekenende scher
mutselingen aan de orde van den dag.
Het zyn er dan ook nog echt zon
derlinge toestanden, zooals wel uit een
protest, Maandag door de Turksche
regeering tot de mogendheden gericht,
kan blyken Zy beklaagt zich daarin
n.l. over Montenegro, dat gewonde
Albaniërs in de hospitalen van den
Staat doet verzorgen en hen vervol
gens gewapend op Turksoh grondge
bied zendt.
De regeering verzoekt den mogend
heden, Montenegro ernstig te waar
schuwen, daar Turkye anders alle
verantwoordelykheid voor de gebeur
tenissen, die zich kunnen voordoen,
van zich afwerpt.
Niettegenstaande officieele tegen
spraken, blijft de toestand in Albanië
ernstig. Vooral in het vilajet Skoetari
hebben gevechten plaats tusschen
troepen en Albaniërs. Te Skoetari zelf
is thans de staat van beleg afgekon
digd. Tallooze benden plegen roove-
ryen op verschillende punten van
Macedonië. Men signaleert daarby nog
in de nabyheid van het plaatsje Dju-
mabaka, aan de Bulgaarsche grens, de
concentratie van Bulgaarsche reser
visten. Voortdurend hebben botsingen
plaats tusschen de Tnrksche troepen
en de grensbewoners. De algemeene
opvatting te Constantinopel is echter,
dat deze grenscoi flioten geen onmid
deliyk oorlogsgevaar zullen veroor
zaken.
Maar in den brouwketel van den
bent een goede knecht geweest en
ik heb niet over je te klagen, maar
ik word door de omstandigheden ge
dwongen, my van een anderen knecht
te voorzien."
„Heel goed, mynheer," zeg ik.
„Je kunt vanavond nog gaan," zegt
bij, „ik zal je deze maand uitbetalen."
Met deze woorden ging hy in huis,
gevolgd door dan man, dien hy „kor
poraal" noemde en van dien dag af
heb ik geen van beiden ooit weer
gezien. Myn geld werd my in „een
enveloppe gebracht en nadat ik den
dienstboden had goeden dag gezegd,
schudde ik het stof van Cloomber
voor goed van my af.
Meneer Fothergill West zegt, dat
ik niet mag vertellen, wat er later
gebenrde, maar dat ik my alleen moet
bepalen, tpt wat ik zelf zag. Na, daar
zal hy wel zyn redenen voorhebben,
maar ik wil toch oog even zeggen,
dat ik heelemaal oiet verbaasd was
over wat er voorviel.
HOOFDSTUK IX.
Vbbslaq van Dr. Jobn Eastsbuns
Nadat ik den lezer het verslag van
Israël Stakes in extenio heb gegeven,
zal ik er een kort memorandum aan
toevoegen van dokter Easterling,
practiseerend geneesheer te Stranraer.
Weliswaar heeft de dokter slechts
eenmaal een bezoek aan Cloomber
gebracht, gedurende den tijd, dat
generaal UeaiherstoDe dit ba.voonde,
maar aan dit bezoek waren eenige
omstandigheden verbonden, die het
van belang maakten, omdat het ter
Balkan zal het gisten en borrelen,
totdat de groote mogendheden hem
van het vuur nemen, wanDeer zj den
tyd daarvoor gekomen zullen achten.
De berichten van werkelijke ge
vechten of ernstige schermutselingen
mogen zich altyd in een byzondere
belangstelling verheugen en het is
daarom, dat wy ten slotte nog een
beknopt relaas geven van een Vrijdag
plaats gehad hebbend
gevecht tusschen Italiaansche
troepen en een
Turksch-Arablsche strijdmacht
in Tripolis, waarvan de bijzonder
heden eerst nn bekend zijn ge
worden. Het doel van den aanval
was, de Turken en Arabieren, die
zich by de oase Zanzoer en op de
Sidi Belhai-hoogte by Zaria, ten westen
van Zanzoer, hadden versterkt, van
de kust te verdry ven, terwijl tevens de
aanval waB gericht op de Saniat Beni
Adem-hoogte, ten zuiden van de stad
Tripolis gelegen.
Omstreeks hali zes 's morgens werd
de aanval op da Sidi Belhai-hoogte
ingeleid door het vuur der Italiaan
sche artillerie. Een half uur later
rukte de aanvalskolonne de oase
Zauzoer binnen, die na een langdurig
en verwoed gevecht door de Italianen
werd bezet. Daarop werd verder op
gerukt naar de Sidi-Belhai-hoogte, die
eveneens genomen werd.
Toen een Italiaansche afdeeliog,
aangewezen voor de bezetting van de
zuidelijke grens van de oase Zanzoer,
daar gekomen was, geraakte zjj in ge
vecht met aenTurkseh-Arabische leger
macht. De Btryd, die in het voordeel
der Italianen verliep, nam tegen den
middag juist in hevigheid ai, toen het
bericht werd ontvangen, dat een
sterke afdeeling Turken en Arabieren
in aantocht was.
Dezen, die In den eersten aanloop
zelfs tot de artillerie doordrongen,
zoodat de bedieningsmanschappen hen
met de bajonet moesten terugdryven,
werden met behulp van toesnellende
reservetroepen geheel teraggedrongen
en over een grooten afstand vervolgd
Dat de Italiaansche bladen het ver
haal van den slag ais een beslissende
en alles overtreffende zegepraal aan
den volke bekend hebben gemaakt,
behoeft zeker niet gezegd te worden.
Kamerverkiezing- Ommen.
Men schrijft aan Het Vaderland:
Jl. Zaterdag is in een voorloopige
vergadering van bestaren van enkele
kiesvereenigingen en uitgenoodigden
besloten tot het stellen van een can
didaat van vryzinnige richting in de
vacature-Kuyper.
A.b. Zaterdag zal de candidaat ge
kozen worden.
Wanneer de voorteekenen niet be
driegen, belooft deze verkiezing wel
aanvulling diende van de gebeurte
nissen, die ik den lezer reeds heb
voorgelegd.
In weerwil van zyn druk leven als
dorpsgeneesheer heelt de dokter nog
tyd kunnen vinden, zyn herinneringen
neer te schryven en ik geloof niet
beter te kunnen doen, dan ze in zyn
eigen woorden weer te geven.
„Het doet mij veel genoegeo, den
beer Fothergill West een verslag te
kannen geven van myn ééuige bezoek
aan Cloomber Hall, niet alleen uit
hoofde van de achting, die ik hem
heb leeren toedragen gedurende zyn
verbiyf te Branksome, maar ook, om
dat, hetgeen ik waarnam, van zóó
zonderlingen aard was, dat ik het van
het hoogste gewicht acht, er den lezer
mee in kennis te stellen.
Het was ongeveer in bet begin van
September van verleden jaar, dat ik
een briefje ontving van mevrouw
Heatherstone met het verzoek, haar
echtgenoot eens te willen bezoeken,
daar zyn gezondheid, volgens haar,
sedert eenigen tijd veel te wenschen
overliet.
Ik had reeds iets omtrent de Heather-
stones en hun eigenaardige afzonde
ring gehoord en greep dus gretig deze
gelegenheid aan, om met hen in
kennis te komen.
In den tijd van den heer MoVittée,
den oorapronkelyken eigenaar, was ik
dikwyis op de Hall geweest en vol
verbazing zag ik, aan de oprylaan
gekomen, welke veranderingen er
«adert zjju vertrek hadden plaats ge
een spannende te worden. Zeerwaar-
schyniyk zal ook een Christ-histori
sche candidaat gesteld worden. Als
men nn bedenkt, dat by de drie laatste
verkiezingen de verhouding tusschen
de coalitie en de vrijzinnigen steeds
4:3 was en dr. Knyper in 1908 en
1909 minder stemmen kreeg dan de
helft van het aantal kiezers, dan be-
grypt ieder, dat onze strijd niet een
geheel hopelooze is. Maar dan zal veel
laksheid overwonnen en veel onver-
schilligheid afgeschud moeten worden.
Het is bekend genoeg, aan welke zyde
de thuisblijvers moeten worden ge
zocht.
Naar H:t Centrum verneemt, heeft,
ten aanzien van het bezetten van den
vacanten Kamerzetel in het district
Ommen, een gedachtenwisseling plaats
gehad tusschen de besturen der recht-
sche partyen, waarby' men het spoedig
erover eens werd, dat de zetel van
dr. Kuyper opnieuw door een anti.
revolutionair dient te worden bezet.
Het meest zouden, naar het blad
voorts verneemt, voor een candidatnur
in aanmerking komen proi. rnr. Die
penhorst te Amsterdam en prof. dr.
Visacher te Utrecht.
Kamerverkiezingen in 1913.
Door de S. D. A. P. is in het district
Beverwyk, na gehouden referendum,
tot candidaat voor de Tweede Kamer
verkiezing in 1913 gekozen de heer
A. Nagtzaam, te Haarlem.
Invaliditeits- en ouierdomsverzekering
Vyf leden van de Liberale-Unie-Club
hebben, naar Het Vad. meldt, by de
Commissie van Voorbereiding voorde
Invaliditeits- en Ouderdomswet negen
amendementen ingediend. De belang-
rykste daarvan hebben de volgende
strekking
Volgens het ontwerp zal de verze
kering eerst aanvangen met het 16de
levensjaar. De voorstellers der amen
dementen wenschen in de verzekering
te betrekken allen, die in loondienst
zyn, ook al hebben zy den 16-jarigen
ieeftyd nog niet bereikt. Deze uitbrei
ding zon aan de flnancieeie resultaten
der verzekering in haar geheel ten
goede komen en mitsdien de belangen
der arbeiders bevorderen.
Minister Talma wil de uitvoering
van de wet schier geheel opdragen
aau eeu door de Kroon benoemden
ambtenaar, n.l. den voorzitter van den
Raad van Arbeid. Een der amende
menten beoogt, voor die uitvoering
in de eerste plaats aan te wijzen het be
stuur van den Raad van Arbeid, waarin
ook vertegenwoordigers van de werk
gevers en van de arbeiders zullen
zitting hebben. Gepoogd wordt, op
die wyza het streng bureaucratische
karakter van het wetsontwerp eenigs-
zlns te temperen.
Op het voe'spoor van de Duitsche
wet wenschen de voorstellers een ge-
lyken toeslag nit 's Ryks schatkist
beschikbaar te doen stellen voor elke
grepen.
Het hek zelf, dat altyd gastvrjj
openstond, was nn gegrendeld en een
hooge houten schutting met scherpe
stalen punten omgaf huis en tuin. De
laan was bezaaid met bladeren en
alles zag er even naargeestig, ver
waarloosd eD vervallen uit.
Na tweemaal geklop te hebben,
opende een dienstbode mij de deur en
ging mij door een donkere vestibule
voor naar een kleine kamer, waar een
dame van middelbaren Ieeftyd by het
raam zat, die zich voorstelde als
mevrouw Heatherstone. Ze had een
bleek gezicht, grys haar en droevige,
kleurlooze, maar niet onvriendeiyke
oogen. De verschoten zyden japon,
die ze droeg, was in volkomen over
eenstemming met de melancholieke
omgeving.
„U vindt ons door zorgen gekweld,
dokter", begon ze met een zachte,
beschaafde stem. „Myn arme man
heeft allerlei dingen, waarover by tobt
en zyn zenuwgestel is daardoor ge
heel van streek geraakt, We zyn hier
gekomen in de hoop, dat de verster
kende lucht en de landeiyke rust een
heilzamen invloed op hem mochten
hebben, maar iuplaats van vooruit,
schynt hy steeds langzaam achteruit
te gaan. Vanmorgen had hy harde
koorts en yiie een weinig uit heeft
myn kindereu cn mij zoo beangst ge
maakt, dat we onmiddeliyk om u
zonden. Als u zoo goed wilt zyn my
te volgen, zal ik n naar de slaapkamer
van den generaal brengen".
[Wordt, vertolgfyy