N°. 107 i9l2. Dinsdag 10 September. 998te jaargang. 8 FEUILLETON. Het eenzame Kasteel. Buitenland. Binnenland. Landbouw, Veeteelt eu Visscherij. GÖESCHE Dejuitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond- uitgezonderd op feestdagen. Trijs per kwartaal, in Goes f 0.7S„ buiten Goes, franco f 1,23. Afzonderlijke nommers 5 cent. Inzending van advertentlön op Maandag en Woensdag vóór 2 uren, op VRIJDAG vóór 12 uren. De prijs der gewone advertentiën ia van 1-5 regels 50 et., elke'regel meer lOct. Bg directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Geboorte-, huweljjk- en doodsberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 1—10 regels 4 1,— berekend. Bewijsnummers ;5 cent. Telefoonnummer 23. Directeur A. F. A. van Setebs. Uitgave van de Naaml. Vennootschap ,9oesehe Courant". Hoofdredacteur W. J. C. van Santen. Begrijpelijke mitère. Hoe meer het uur der afrekening nadert, zoo benauwder zich de coalitie gaat gevoelen. De ^antirevolutionaire) Rotterdammer voorspelt een .ondenk baar scherpen strijd" aan de stembus van 1913 en het blad moet er in één adem aan toevoegen, dat de coalitie in een beduidend minder gunstige positie verkeert, dan waarin zij zich in 1909 bevond. Het antirevolutionaire orgaan heelt den Bpijker op den kop geslagen. Geestdrift vodr de coalitie heorseht er sinds geruimen tijd niet meer. In rechtsche bladen is bij herhaling een ontevreden tooD aangeslagen. Het feit, dat het met de coalitie op een einde loopt, valt niet langer te loochenen. In de allereerste plaats staat het Kabinet-Heemskerk daarschnldig aan. Toen het in 1909 door de meerderheid der kiezers werd bestendigd, kon het zich beroemen op een meerderheid, waarover geen Ministerie van den laatsten tijd de beschikking had. En de rechtsche bladen waren het er dan ook roerend over eens, dat het Kabinet met daden moest komen, ten einde het vertrouwen van de meerderheid des Nederlandschen volks voor zoo verre dit het kiesrecht bezit niet te beschamen. Het klonk schoon. Alleenlijk het is bij woorden ge bleven. Tot nu toe na vier-en-een- half jaar aan het bewind g weest te zijn heeft het op éénige daad van beteekenis laten wachten. Geen won der, dat zelfs de meest gemoedelijke coalitievrienden zich onbehagelijk gaan gevoelen. De afgelegde beloften zijn niet in gelost. Nn weten wij wel, dat do kiezers, die door de rechtsche propagan disten aan het lijntje worden gehouden, niet zoo spoedig met een veroordeelend vonnis gereed zgn. Ook het Ministerie- Kuyper was van meening, dat veel beloven en weinig geven de gekken doet in vreugde levea. Het Kabinet- Heemskerk heeft echter te gevaarlijk ■pel gespeeld het dacht, dat de groote menigte, welke het aan het roer bracht, gekker was dan gek. Feitelijk steunt de coalitie op het samengaan van roomschen en doleeren- denonder deze laatste rubriek deelen wfl ook In de lieden, die van huis uit niet doleerend zijn, doch zich aldus gedragen. De hervormden hebben weliswaar hun steun aan de coalitie niet onthouden, doch van harte werd medewerking toch niet verleend. Zg gevoelden zich niet geheel en al thnis in het vreemdsoortig roomsch-calviniB- tisch huishouden. Dit is er op den duur niet beter op geworden. De Borromaeus-encycliek, het jong ste Motu Proprio, de benoeming van een rjjand der Ned. Herv. Kerk tot hoogleeraar aan een der universi teiten, waar predikanten voor die kerk moeti n worden opgeleid, dit alles beeft kwaad bloed gezet. Maar da maat was nog niet vol gemeten. Het rapport van de Staatscommissie tot Eoman van A. CONAN DOYLE. ,Maar waarom doet hij dit, Ga- briëlle ,Ach, wist ik het zelf maar," ant woordde ze oprecht. „Ik weet alleen, dat hij zich verbeeldt, door een of ander doodelijk gevaar bedreigd te worden en dat hg zich dit gevaar op den hals heeft gehaald gedurende zijn verblijf in Indië, maar waaruit dit bestaat, kan ik je onmogelijk zeggen." „Je broeder weet het, dat kon ik uit eenige gezegden van hem op maken." „Ja, hij weet het en mijn moeder ook, maar voor mij hebben zij het altjj l geheim geQoudeu," zei ze met tranen in dj oogen. Ik kaste haar hartelijk en ze ver volgde „Op he. oogenolik is vader hoogst zenuwachtig. Dag eu nacht wordt hg verteeid door angBt maar hot is spoedig de vijfde October, de dag, waarop hij zijn rust terugvindt". „Hoe weet je dat?" vroeg ik ver baasd. Uit ervaring. Op den vijfden Oc tober Dereikt zjjn vrees altijd het top punt. Jaren achtereen is hij gewend, Mordaunt en m(j op dien datum in onze kamers op te sluiten, zoodat we geen idéé hebben van wat er gebeurt, herziening van de Grondwet werd ge publiceerd en daaruit bleek, dat zg met artikel 171 dier Grondwet, het welk de rijksuitkeeringen aan de kerken regelt en de Ned. Herv. Kerk onbetwistbaar ten onzent de volks kerk zekere voorrechten verleent, wil breken. Zulks doet thans blijkbaarden beker overloopen. Dr. P. J. Kromsigt, orthodox-predi kant te Amsterdam, wenschte het mee gaan van de ehristelijk-historischen met de coalitie in 1913 afhankelijk te stellen aan het behoud van het oude artikel 171 der Grondwet. Hg betreurde het, dat iu de Staatscommissie wel van gereformeerde en roomsche zijde theo logen zitting hadden, doch niet van hervormden kant. En.dr. Kromsigt stond niet alleen. Verschillende ortho doxe predikanten wij noemen slechts de hoeren Van Koetsveld, Groot Enze- rink, Van Eijck van Heslinga, Wage naar vielen hem bij. De laatste, bekend Botterdamsch voorganger, stelde een motie voor en zag haar aangenomen. Zg luidde„De vergade ring spreekt als haar gevoelen uit, dat de door de Staatscommissie voorge stelde wijziging van artikel 171 der Grondwet .het revolutionair beginsel inzake de kerk bestendigt en bevestigt, en dat het de in de bestaande Grond wet bevestigde rechten der Ned. Herv. Kerk miskent." De eenige spreker, die de Ned. Herv. Kerk afviel en de door de Staatscom missie voorgestelde wijziging van art. 171 verdedigde, was ae doleerende jhr. mr. De Savornin Lohman. Van dezen afgevaardigde weet men trou wens niet, wat men aan hem heeft. Hij spreekt in de Kamer dikwerf op felle wjjze tegen wetsontwerpen en eindigtmet er voor te stemmen. Zoo iemand kan men bezwaarlijk au sérieux nemen. De (antirevolutionaire) Rotterdammer heeft wél gelijk, wanneer z(j schrijft „Die ellende, waarmee elk zittend Kabinet heeft te worstelen, zal ook het Ministerie-Heemskerk benauwen". En dat daarnaast nog een buitengewone misère dreigt, door de houding der ehristelijk-historischen, het blad slaat de plank niet mis. Het was trouwens niet anders te voorzien. Het Ministerie-Heemskerk heeft aldra gemeend, dat het slechts de belangen van een gedeelte des Nederlandsehen volks te behartigen had. En ten slotte iB het de Ned. Herv. Kerk gaan be schouwen als een guantité nigligeable, vergetend, dat .zij juist in ons land de volkskerk is. Zulks gaat zich thans wreken. De heer Heemskerk kan in een verloren oogenblik de waarheid van het oude Hoilandsche gezegde overpeinzen, dat hg,die zeker lichaams deel brandt, op de blaren moet zitten. De coalitie heelt haar t{jd gehad. Rekenende slechts met de belangen van een dejl onzes volks, heelt zij ha»r eigen vonnis geteekend. Wij kunnen er met rouwig om zijn. maar steeds hebben we ondervonden, dat hjj daarna geheel opgelncht iseu betrekkelijk kalm blijft, totdat die dag weer nadert". „Dan nog slechts een dag of tien moed gehouden, liefste", zei ik, want September liep ten einde. „Maar zeg eens, Gabriëlle, waarom nraudt het licht bjj jullie des avonds in alle kamers Ze keek m{j verwonderd aan. „Heb je dat dan opgemerkt?" vroeg ze. Ik knikte. „Vader duidt geen hoekje iu huis, dat iets verbergen kan. Eiken avond doet bjj de ronde van den zolder tot den keider, om alles te onderzoeken. Hij heeft in aLLe kamers en gangen lampen laten aanbrengen en beveelt den knecht, deze aan te steken, zoo dra de schemering begint te vallen". „Het verwondert mg", zeiik laehend, „dat ge uw bedienden kunt houden. Het volk is zeer bijgetoovig in deze streek en hun veroeelding wordt spoe dig opgewekt door iets, wat ze niet begrijpen". „Ja, het moet je wel verwonderlijk toeschijnen, maar de keukenmeid en het kamermeisje zijn beiden uit Lon den en geheel aan vaders handelwijze gewend. Bovendien geven we haar een zeer hoog loon, om haar het on aangename van den dienst te ver goeden. Israël Stakes, do koetsier, is de eenige bediende hier uit de buurt en dat schijnt een eerlijk, vertrouwd man to zjjn, die voor geen kleintje Wilhelm is weer thuis. De Duitsehe keizer heeft van zjjn Zwitsersehen gastheer een hartelijk afscheid genomen en is met zijn ge trouwen naar eigen vaderland terug gekeerd. H{j schijnt geen spijt van zijn uitstapje gehad te hebben en heeft zich meermalen op waardeerende wijze over land en volk uitgelaten. Uit Schaffhausen zond hjj een telegram aan den Zwiterschen president, waarin hij zjjn dank betuigt voor de warme ontvangst, die hem te beurt is gevallen en zijn bewondering uitspreekt voor de dappere Zwitsersehe troepen en hun uitstekende officieren. De president antwoordde met een telegram, waarin hij den Keizer dankt voor z|jn bezoek en verklaart, dat het leger trotsch kan zijn over het gunstige oordeel van een zoo hooggeplaatste en zoo bg uitstek bevoegde persoonlijk heid als de keizer. Meu ziet betaan complimentjes heelt het aan beide zijden niet ontbroken. Niettegenstaande het bepaalde voor nemen bestond, zich ten opzichte van het verloop der manoeuvres in niets te laten beïnvloeden door de aanwezig heid van den keizer, schijnt het geheel toch zeer gewrongen te zijn geweest. Althans zoo meldt op gezag van ver schillende deskundigen de correspon dent van de Temps, die de manoeuvres volgde. p Dientengevolge zijn de oefeningen niet geheel tot haar recht gekomen. Het voornaamste gebrek was wel de onvoldoende samenwerking der ver schillende wapens. Maar al heeft Wil helm dit ook opgemerkt, hjj zal na tuurlijk wel zoo oeiaefd geweest zijn, er geen woord over te zeggen. Een eigenaardig denkoeela moet het voor hem geweest zijn, dat hg bg deze gelegenheid geen decoraties heeft kunnen nitdeelen. Daalt gewoonlijk in een land, dat door een of ander vorst met een be zoek vereerd wordt, een stroom van lintjes neer, niet aldus in Zwitserland. Niet omdat de autoriteiten en hoog geplaatste personen ze daar minder verdienen, maar eenvoudig, wijl de wet verbiedt, ze aan te nemen. Een artikel van de grondwet van 1874 zegt n.l., dat het aan de burger lijke en militaire autoriteiten verboden is, van een vreemde regeering deco raties of titels aan te nemen. De keizer heeft het in dezen dus al niet te moeilijk gehad. Het Bchijnt wel, dat graaf Serchtold het ernstig meent met zijn plannen tot behoud van den tegenwoordigen staatkundigen toestand op den Balkan. Naar uit Weenen wordt gemeld, is in verband met de Balkan-politiek van den Driebond graaf Berchtold naar het stadje Buch- lau vertrokken, waarheen zich ook do Duitsehe rijkskanselier heeft begeven. Het moet als een voor het Ottomaan- vervaard is." „Arm kind", riep ik uit, neerziende op het tengere figuurtje aan mijn zijde. „Hoe weinig is dit leven voor je geschikt I Waarom mag ik je er niet aan ontrukken Waarom toch laat je mij niet regelrecht naar je vader gaan en hem om je hand vra gen Overdenk dit nu eens goed. Hij kan het op zijn ergst weigeren". De gedachte alleen deed iiaar reeds verbleeken. „Om 's hemels wil, John", riep ze op smeekenden toon uit, „doe dat toch niet! Hij zou ons allen met de zweep het huis uitjagen in het holle van den nacht en dan zoo spoe dig mogelijk naar tde een ot andere woestenij verhuizen, waar we nooit de minste kans zouden hebben, je weer te zien oi van je te hooren. Daarenboven zou h(j het ous nooit vergeven, dat we ons buiten het hek hadden gewaagd." „Ik geloof niet, Gabriëlle, dat zgn natuur hardvochtig isik heb ééns een vriendelijke uitdrukking in zgn oogen gezien". „O, John, hij kan de goedhartigste vader ter wereld zijn, maar hg is ver schrikkelijk, wanneer man zich tegen hem verzet. Doch jij hebt hem nooit zoo gezien en ik hoop, dat die gelegen heid zich nooit aan je zal voordoen. Het is juist de ijzer-terko wil geweest en zijn afkeer van allen tegenstand, die hem tot zulk een kranig officier hebben gemaakt. Ik verzeker je, dat hij in Indië oen hooge plaats innam. sche rjjk zeer gewichtige gebeurtenis beschouwd worden, dat op het oogen blik, waarop Turkije zich in een zoo hachelijke positie bevindt, de ministers van twee mogendheden, wier politiek gericht is op het behoud en de ver sterking van het Turksche rijk, bij elkander komen. Von Bethmann Holl- weg en graaf Berchtold streven, als vertegenwoordigers van Duitsehland en Oostenrijk-Hongarije, overeenkom stig de belangen hunner landen, naar het behoud van den tegenwoordigen toestand op den Balkan. Dit streven van de Duitsehe en Oostenrijksche politiek is voor Turkije van des te meer gewicht, daar, volgens officieuze berichten, de mogelijkheid niet uitge sloten schijnt, dat het Turksche rijk binnen afzienbaren tijd van de zorg van den Italiaanschen oorlog bevrijd wordt. Het sluiten van den vrede met Italië zon de Turksche regeering in staat stellen, al baar aandachtte wijden aan de verbetering van den binnen- landschen toestand des lands. En de pogingen, welke hiertoe door de re geering in het werk gesteld zonden worden, zouden voorzeker op de volle sympathie der beide mogendheden kunnen rekenen. Bij de gedachten- wisseling tusschen Von Bethmann Holl- weg en graaf Berchtold zal ongetwij feld weder het streng conservatieve der Driebondpolitiek op den voorgrond treden, dat tot heden een zoo gewich tige factor voor het behoud van den vrede gebleken is. De overeenstem ming der Dnitsche en Oostenrgksch- Hongaarsche politiek is dan ook een niet genoeg te waardeeren waarborg voor de handhaving van het Euro- peeseh evenwicht. Terwijl de groote mogendheden in Oost-Europa over vrede onderhande len, voeren de Fransche troepen in Marokko nog steeds een verwoeden krjjg tegen de oproerige inlandsche stammen en de aanhangers van den troonpretendent El Hiba. Want nog altjjd is de toestand in Marokko zeer kritiek en er is alle kans, dat het dezer dagen tot een beslissend gevecht zal komen. Volgens een mededeeling uit Parjjs ui. verwachtte meu daar, dat de colonne-Mangin dezer dagen voor de poorten van Marakeaj zou aankomen. Mangin beschikt over een vrij sterke legermacht, samen ongeveer 5000 man, terwijl het leger van den Marokkaan- schen pretendent El Hiba slechts on geveer 4000 man telt, die bovendien nog vrij slecht gewapend zgn. Hoofddoel van de expeditie is, de negen Franschen, die te Marakesj gevangen worden gehouden, te be vrijden, maar tevens El Hiba te ver- dnjven. Volgens sommige berichten uit Marokko zou de kans daarop vermeerderd zgn, daar het aanzien van den pretendent gedaald iB en velen hem niet ongaarne van bet tooneel zouden zien verdwijnen, of schoon van andere zijde wordt medege- De soldaten vreesden hem, maar ze zouden hem overal volgen, zelfs in het grootste gevaar." „En had je vader toen reeds deze aanvallen van zenuwachtigheid?" „Ja, nu en dan, maar niet in zoo hevige mate. Het komt mij voor, dat het gevaar wat het ook moge zjjn elk jaar dreigender wordt. O John, het is ontzettend, zoo te moeten wach ten met een zwaard boven ons hoofd, en het is nog het ergst voor mfi, de eenige, die het verschrikkelijke ge heim niet kent." „Lieve Gabriëlle," zei ik, haar hand vattend en het lieve gezichtje kussend, „kjjk eens naar dit mooie landschap en de uitgestrekte blauwe zee. Is het niet schoon Stemt het niet tot vrede En deze vriendelijke hutten, die daar zoo gemoedelijk bijeenstaan op de grauwe heide, zijn bewoond door een voudige, Godvreezende menschen, die hard werken voor hun brood en nie mand een kwaad hart toedragen. Op zeven mijlen afstauds van ons bevindt zich een groote stad, waar alles mee werkt tot het behoud van den vrede. Tien mijlen verder ligt een garnizoen ingekwartierd en elk oogenblik kan men telegrafisch een regiment sol daten ontbieden. Nu vraag ik je, mijn kind,welk gevaar zou jullie dan in deze afzondering kunnen bedreigen Ge loof mij, ge woont zoo veilig mogelijk. Je hebt mij toch verzekerd, dat het gevaar niet in verband staat met je vaders gezondheid, nietwaar}" deeld.dat verschillende maehtige kaids nit het gebied tnsschen Mogador en Marakesj naar laatstgenoemde plaats zgn getrokken, om zieh daar met El Hiba te vereenigen. Generaal Lyautey heeft inmiddels te MarakeBj bekend gemaakt, dat hij al de notabelen aldaar aansprakelijk stelt voor het leven der gevangenen. Ten gevolge van het protectionis tische stelsel in Duitsehland, neemt daar de agitatie tegen de duurte der levensmiddelen en den vleeschnood iederen dag toe. Berichten uit Stuttgart, Offenbach, Krefeld, Königshütte, Posen en andere plaatsen uit alle deelen van het Bjjk spreken van protestvergaderingen, gemeenteraadsbesluiten,enz. In andere steden hadden twisten plaats tnsschen marktkooplieden en huisvrouwen. Te Berlijn gaat het gerncht, dat de Bonds raad besloten heeft, een spoedeischende vergadering bijeen te roepen. En dat zijn nu de zegenrijke gevol gen van een tariefwetdat is nu de ideale toestand in Duitsehland, waar naar door de voorstanders van het protectionisme zoo graag en zoo dik wijls wordt verwezen. Sluiting zitting Staten-Gleneraal. Bij Kon. besluit van 5 dezer is be paald, dat de tegenwoordige zitting der Staten-Generaal zal worden ge sloten op Zaterdag 14 dezer, des na middags te drie nren. De minister van binnenlandsehe zaken is gemachtigd zich op dat tijd stip te begaven naar de vergadering der Staten-Generaal, ten einde in een vereenigde vergadering der beide Kamers de zitting in naam der Ko ningin te slniten. Voorzitter van de Eerste Kamer. Bfi Kon. besluit van 5 dezer is be noemd tot voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal, gedurende de zitting, die zal aanvangen op den derden Dinsdag in September, J. E. N. baron Schlmmelpenninck vanderOge van Hoevelaken, lid van die Kamer. Kamerverkiezingen 1913. De aldeeling Amsterdam IV der S. D. A. P. heefi, naar Het Volk meldt, den heer Jos. Loopuit candidaat ge steld. Besmettelijke veeziekten. Een bg voegsel tot de Staatscourant (no. 210) bevat een staat van de ge vallen van besmettelijke veeziekten in Nederland, voorgekomen geduren de de maand Augustus. Daaraau ont- leenen wjj de volgende opgave (de cjjfers tusschen haakjes duiden het aantal eigenaren aan, onder wier vee de ziekte voorkwam)mond- en klauw- „Ja, daar ben ik zeker van. Dokter Easterling, van Stranraer, heeft vader ééns bezocht, maar dat waB slechts voor een lichte ongesteldheid," „Welnu, kind," zei ik, haar lief- koozend over het haar strijkend, „dan zeg ik je, dat er geen gevaar kan be staan. Het moet de een of andere monomanie of zinsbegoocheling zgn. Er is niets anders mogelgk." „Zou deze zinsbegoocheling het haar van mgn broeder hebben doen ver grijzen en mgn arme moeder doen wegkwijnen vroeg ze ongeloovig. „Ongetwijfeld," antwoordde ik, „zou den de voortdurende angst van den generaal en zgn groote prikkelbaar heid die uitwerking kunnen hebben op gevoelige naturen als de hnnne." „Neen, neen," zei ze, droevig het hoofd schuddend, „ik ben daaraan ook voortdurend blootgesteld, zonder dat het dien invloed op mg had Plotseling keerde ze zich om, als werd haar oor getroffen door een onverwacht geluid. Haar oogen keken angstig rond en haar gelaat nam een strakke uitdrukking aan. Ik wendde eveneens mijn hoofd zijwaarts en een rilling ging mg door de leden. Dé&r achter een der boomen begluurde ons een van boosaardigheid en woede ver wrongen gelaat, en ik herkende den generaal, wiens oogen schitterden ouder de zwaargeaderde leden met een onheilspellend, duivelachtig vuur. (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1912 | | pagina 1