ftONA
Cacao
N°. 105 1912
Donderdag 5 September,
999te jaargang.
Van Houten's
6 FEUILLETON.
Het eenzame Kasteel.
GOESCHE
i:oi ntvr.
Telefoonnummer 22. Directeur A. F. A. van Sstebs. Uitgave van de Naaml. Vennootschap .Goesehe Courant". Hoofdredacteur W. J. C. van Santbv.
De'ultgava dezer Courant geschiedt jMaandag-, Woensdag- en Vrijdagavond
uitgezonderd op feestdagen.
'Prjjs per kwartaal, in Goes f 0,78) buiten Goes, franco lt25.
Afzonderlijke nommers S cent.
Inzending van advertentlën op Maandag en Woensdag
vóór 2 uren, op VRIJDAG vóór 12 uren.
De prijs der gewone advertentiën is van 1-5 regels 50 ct., elke'regel meer lOot.
B{j directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt
de prijs slechts tweemaal berekend.
Geboorte-, huwelijk- en doodsberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 1—10 regels f 1,— berekend.
Bewijsnummers |5 cent,
sche cyfer over het jaar 1911. Dit be
draagt namelijk 12.1. Maar in zooverre
is Duitschand er beter aan toe dan
Engeland, dat dit verschil tusschen
twee vrij hooge getallen is, namelijk
tusschen een geboortegetal van 30.2 en
een sterftecijfer van 18.1. Het sterfte
cijfer in Duitschland i3nog zoo hoog,
dat dit, gelijk ook uit net Eogelsche
rapport blykt, nog aanmerkelijk lager
kan worden, terwijl het nauwelijks
mogelijk is, dat de Engeische cijfers
nog naar beneden gaan. En daar waar
schijnlijk het geboortecijfer in beide
landen ongeveer gelijkelijk zal dalen,
is er alle kans, dat het Duitsche ge
boortecijfer nogeenige jarenstationnalr
zal bljjven, terwijl het in Engeland
snel naar beneden zal gaan. Dit wordt
bevestigd door de vergelijking van
het getal huwelijken, dat in Duitsch
land 15.9 op de 1000, in Engeland
slechts 9.8 bedraagt.
Al is het, zoo eindigt het blad, een
schrale troost, dat anderen het nog
slechter hebben, zoo kunnen toch zij
die zich bezorgd maken over de toe
komst van het Duitsche volk, gerust
zijn, want den bewoners aan gene
zjjde der Noordzee gaat het nog min
der goed. Voor overbevolking behoe
ven wjj voorloopig niet te vreezen...
beschikken over negen bataljons,
welke eehter slechts een minimum zijn
van hetgeen thans noodig is,
De toestand is inderdaad ernstig,
constateerde de generaal; en wellicht
zal hij over enkele dagen nog ernstiger
worden. De gebeurtenissen zijn elkaar,
sedert ik hier ben, wel heel snel opge-
volgt; eerst die geschiedenis te Fez,
toen de abdicatie van den sultan, de
verheffing van ïoussef, de Hibistische
beweging, de troebelen te Marakesj.
Maar binnen enkele dagen zal ik in
staat gesteld zijn het hoofd te bieden
aan den opstand in het Sousgebied
ik ben overtuigd, spoedig de rust en
orde aan de grenzen van het Chau-ja
gebied te kunnen herstellen.
De toestand van onze landgenooten
te Marakesj is zeer kritiek, hoewel niet
hopeloos te achten. Invloedrijke inlan
ders wenden alles aan om hen te
redden."
Ten slotte wees generaal Lyautey
er op, dat de dienst voor de aanwezige
troepen veel te afmattend en ingespan
nen is, daar de menschen haast geen
gelegenheid hebben tot rusten, zoodat
het zenden van versterkingen nood-
zakeljjk is.
Binnenland.
Overdrijving.
De Zeeuw heeft zieh geërgerd aan
het feit, dat de burgemeester onzer
gemeente aan den heer Semay, direc
teur van een circus, toestemming heelt
verleend, Zondagavond een voorstel
ling in zijn tent te geven. Zoo iets,
beweert het blad, mocht hier niet ge
schieden de verfoeilijke Vlaamsch-
Brabantseh-Limburgsche zede, om op
Zondag kermis te honden, behoort niet
op Bevelandschen bodem te worden
overgeplant. Het roomsche deel van
de coalitie kan het met deze kritiek
doen.
De hoofdredacteur van De Zeeuw
is tevens marktmeester. Het zou hem
geen nadeel doen, zoo hjj zich eens
in verbinding stelde met eenige col
lega's, die niet in de provinciën Noord-
Brabant of Limburg huu standplaats
hebben. H{j zou dan tot de overtuiging
komen, dat er zoowel in Noord- als
Zuid-Holland, in Gelderland als Over-
jjsel, in Gioningen als Friesland,
kortom, in elke provincie verschillende
gemeenten aan te wijzen zjjn, waar
kermis-vermakelijkheden op den Zon
dag mits na acht uur des avonds
geoorloofd zyn.
Zulks is te Goes niet het geval.
De Zeeuw mag dan ook niet zeggen,
dat hier op Zondag kermis wordt ge
houden. Alléén aan den heer Semay,
directeur van een circus,is toestemming
verleend, op Zondagavond te 8 uur
een voorstelling te geven. Daarin
schuilt niet het minste kwaad.Wanneer
wel in den schouwburg ,De Prins van
Oranje" of ia de zaal der sociëteit
V. O. V. (om van de tuin-coneerten op
Zondagavond maar niet te gewagen I)
een voorstelling mag plaats hebben,
dan zien wy niet in, waarom tegenover
een circus, zij het dan ook een ver
makelijkheid van tijdslij ken hard hier
ter plaatse, anders zou moeten worden
gehandeld.
Toen dezen winter in de Kade het
drjjvend bioscoop-theater lag, zag de
burgemeester er geen bezwaar in, aan
de exploitanten vergunning te ver-
leeuen tot het geven eenor vertoo
ning op Zondagavond. Is er verschil
tusschen een Zondag buiten en een
Zondag in kermistijd Wjj gelooven
van niet. En daarom is de hoofdre
dacteur abuis, waar hij schrijftzoo-
iets is bij ons weten te Goes nog niet
voorgekomen." Wat aan een bioscoop
theater wordt toegestaan, mag aan
een cireus niet geweigerd worden.
Wij scharen ons dan ook onvoor
waardelijk aan de zijde van den bur
gemeester. Een deel van het volk moet
niet dansen naar het pijpen van een
ander. De partij, waartoe de hoofd
redacteur van De Zeeuw behoort, is
er zoo langzaamaan toe gekomen te
meeuen, dat z'y in ons land de wetten
heeft voor te schrijven; met de neigin
gen van anders-denkenden wordt door
haar geen rekening gehouden. Waar
zjj de meerderheid vormt, is onver
draagzaamheid troef. Onze tijd kan
menig voorbeeld daarvan aantoonen.
Velen zijn er, ook in onze gemeente,
Roman van A. CONAN DOYLE.
„Men kan leeren uit boeken en lee-
ren door ervaring," zei ik, „en ge
ziet er niet naar uit, alsof ge uw jaren
met nietsdoen en pretmaken hadt door
gebracht."
.Pretmaken 1" riep hg uit. .Pretma
ken! Kijk eens hie'-." IIj nam zijn
hoed at en ik zag, dat er tal van grflze
strepen door zijn gitzwart haar liepen.
.Denkt ge. dat dit van de pret komt?"
vroeg hj met een bitteren iach.
,Ge moet een grooten schok of een
versehrikkelyke ziekte doorstaan heb
ben in uw jeugd,zei ik, hem verbaasd
beschouwend. ,Cf kan het een ande
re oorzaak hebocn, een knagend ver
driet misscnioü Ik heb wel jonge
mannen ontmoet van uw leeftijd, die
reeds geheel gr ij a waren."
.Arme drommels I" mompelde hü.
..Ik beklaag hen."
„Als ge kans ziet, nu en dan
op Branksome te komen," vervolgde
ik, „zoudt ge misschien juffrouw
Heatherstone mee kunnen brengen.
Ik ben overtuigd, dat het mijn vader
en myn zuBter te allen tijde genoegen
zal doen, haar te zien en een ver
andering zou goed voor haar zijn".
„Het zal moeilijk gaan, alle twee
tegelijk te kouten, maar zoo ik er
die zich des Zondags op gepaste wyze
willen vermaken. Wy zien op den
avond van dien dag liever duizend
menschen in een circus, dan dat er
vyf of zes zieh schuldig maken aan
een vergryp tegen de zeden. Die ge
legenheid wordt bier in een hei-ver
lichte tent zeer zeker niet gebaden.
Zij, die den Zondag op een and9re
wyze willen doorbrengen, hebben
daartoe het volkomen recht. Maar een
minderheid van dryvers schrijve aan
een meerderheid de wet niet voor.
En men make van een mug geen
olifant. Hier is niets anderB geschied
dan het verleenen van vergunning
aan een circus (een dichte tent), om
op Zondagavond, na kerktyd, een
voorstelling te geven. Van kermis
houden op Zondag is geen sprake
geweest. De Zeeuw wekt, door aldus
te schrijven, een valsche voorstelling
bij haar lezers.
Wij zyn voorstanders van gepast
vermaak op Zondag. Tegen uitspat
tingen wordt hier deugdelijk gewaakt,
en zulks is toe juichen. Maar ander-
zyds moet men er zorgvuldig voor
waken, dat in onze gemeente de cal
vinistische onverdraagzaamheid niet
den boventoon gaat voeren
üuiteiiiaiid.
Bevolkingsstatistiek.
Onlangs is in Engeland het drie
maandelij ksche rapport verschenen
omtrent het aantal sterfgevallen en
geboorten voor Engeland en Wales,
gedurende het tweede kwartaal, en het
aantal huweiyken gedurende het eerste
kwartaal van het jaar 1912 Uit dit
rapport blijkt, dat zich in Engeland
dezelfde bevolkings-verschijnselen
voordoen in Frankrijk en Duitschland.
Het aantal sterfgevallen bedraagt 12.7
op de 1000 inwoners, hetgeen in ver-
geiyking met het gemiddelde van het
zelfde kwartaal over de afgeloopen 10
jaren een sterfteteruggang beteekent
van 1.7 op de 1000 inwoners. Dit ii het
laagste sterftecijfer, dat sedert de in
stelling van den burgerlijken stand,
bekend is geworden. Het aantal ge
boorten over hetzelfde kwartaal be
draagt 23.9 op 1000 inwoners, hetgeen
een vermindering is van 3.7 op de 1000,
vergeleken bij de tien vorige jaren.
Dit is evenzeer het laagste geboorte
cijfer, dat bekend is.
Verder geeft het rapport het aantal
huweiyken gedurende het eerste kwar
taal van het loopende jaar aan met
het gemiddelde eyfer van 9.8 op 1000
personen.
Aangezien het hier slechts een drie-
maandeiyksch rapport betreft, kunnen
uit deze cijfers nog geen algemeene
gevolgtrekkingen worden gemaakt.
Merkwaardig blijft echter, dat de ge
tallen alle een soort laagterecord
vormen.
Een Duitsch blad vindt in deze sta
tistiek aanleiding tot een vergelyking
met het eigen land. Het geboorte
cijfer van 11.2 op de 1000 verschilt
niet veel, aldus dit blad, van het Duit
kans toe zie, zal ik haar meebrengen,
's Namiddags zal het nog het beste
gaan, als de oude heer zijn slaapje
doet".
Al sprekend hadden we het einde
van het boschpad bereikt, dat van den
grooten weg naar het huis van den
„edelman" voert en myn metgezel
bleet staan.
„Nu moet ik terugkeeren", zei hij
eensklaps, ,oi ze zullen mij thuis
missen".
Hij schudde mij hartelijk de hand
en ging heen, doch bijna onmiddellyk
kwam hij terug en sprak:
.Meneer West, ge moet ons wel als
krankzinnigen beschouwen en dat kan
ik u niet kwaljjk nemen. Het is niet
vriendschappelijk van mij, dat ik u
niets naders omtrent onze aangelegen
heden vertel, doch ik heb beloofd,
daaromtrent het stilzwijgen te bewaren.
En al vertelde ik u al, wat ik wist,
dan zoudt ge par slot van rekening
niet veel wijzer zijn. Ik wenseh er
echter den nadiuk op te leggen, dat
myn vader even goed by zijn verstand
is als gjj of ik en dat hy gegronde
redenen heeft, het leven te leiden, dat
hij nu leidt. Hieraan wil ik nog toe
voegen, dat zyn wensch, om zoo afge
zonderd te leven, niet voortspruit uit
minderwaardigeof onedele dryfveeren,
maar enkel uit zucht tot zeil behoud".
,Is hy dan in gevaar riep ik uit.
„Ja, in voortdurend gevaar",
.Waarom wendt hy zich dan niet
tot het gerecht om bescherming V
De dreigende toestand In
Marokko.
Generaal Lyautey verklaart in een
telegram aan de regcering, dat het
bericht omtrent een bevrijding der
Fransche gevangenen te Marakesj door
den bevrienden kaïd Glaoul weinig
geloot verdient. Het agentschap „Four-
nier" verneemt uit Casablanca, dat
men het gerucht aldaar voor onjuist
houdt.
Van belang is een telegram, mel
dende, dat aan de grens van int
Ohatya-gebied, dat, naar men weet,
voor geheel gepacificeerd geldt, een
gevecht geleverd is tnsschen Marok
kanen en inlandsche troepen, waarbij
aan Fransche zijde vier dooden, o.w.
een onderofficier, vielen. De stammen
weten, dat het geheele Chanja-gebied
van troepen ontbloot is, hetgeen de
anti-Franschgezinde stemming in de
hand werkt en tot uiting doet komen.
Wanneer deze beweging gecombineerd
wordt met het opdringen van È1 Hiba,
dan staat een débacle te wachten,
meent de oorlogscorrespondent van
de Echo de Paria. Ook uit hetTadla-
gebied, gelegen in den rug en op den
linkervleugel van de kolome Mangin,
komen berichten van voortdurende
concentratie van Berberhorden.
Vrydag is te Mogador een compagnie
mariniers aan wai gezet, om de rust
en orde in de Btad te verzekeren en
de buitenlandsche kolonies te bescher
men.
Een medewerker van de Dépêche
murocaine heeft dezer dagen een
onderhond gehad met generaal Lyau
tey over aen toestand.
De resident-generaal verzekerde den
journalist, dat de regeering hem alles
toegestaan heelt, wat hy gevraagd
hadbinnenkort zou hij alvast kunnen
„Myn waarde West, het gevaar, dat
myn vader bedreigt, kan niet door
menschen afgewend worden."
„Ge wilt toch nier zeggen, dat het
bovennatuurlijk is?" vrojgik ongelo
vig.
„Neen, dat niet bepaald," was het
aarzelend antwoord. De jonge man
keek mij eenige seconden besluiteloos
aan, stak mij toen nogmaals de band
toe en zei haastig„Vergeef my,
meneer West. Vaarwel. Ik heb eigen
lijk reeds te veel gezegd, maar ik weet,
dat gy geen misbrnik van myn ver
trouwen zult maken."
HÜ giQg snel heen en was spoedig
door een bocht van den weg uit het
gezicht verdwenen.
Tot dusverre had ik de bewoners
van het kasteel enkel als zonderlingen
beschouwd, maar na myn onderhoud
met den jongen Mordaunt kon ik niet
langer twyfelen, of or lag een duistere,
onneilspellende beteekenis ten grond
slag aan al hun daden. Hoe meer ik
er over nadacht, des te onverklaar
baarder kwam mij alles voor en toch jj
kon ik het niet uit mijn gedachten
zetten. Dien geheeleu avond, tot laat J
in den nacht, zat ik zwijgend by het
vuur te peinzen en ging de verschil
lende gebeurtenissen nog eens na, ot
die mij soms den draad van het
mysterie zouden kunnen verschaffen.
HOOFDSTUK V.
Ds SOHADDW VAN HST SKHitlM.
Ik kon nooit de donkere, vyf voet
Bet presidentichap van de
Nederlandache Bank.
Naar wij vernemen hebben direc
teuren en commissarissen van de Ne-
deriansche Bank Maandag vergaderd
tot het opmaken eener aan de Koningin
aan te bieden aanbevelingslyst, ter
vervulling van de vacature in het
preBidentBchap der Bank, ontstaan
door het, op eigen verzoek, aftreden
van mr. N. P. van den Berg als zoo
danig.
Naar ons uit alleszins betrouwbare
bron wordt meegedeeld, zijn op die
aanbevelingslijst geplaatst de namen
der heeren mr. G. J. Vissering, 1ste
president der Javasche Bank te Bata
via en mr. Th. de Meester, oud vice-
president van den Raad van Indië,
oud-minister van Financiën en lid
van de Tweede Kamer voor het kies
district den Helder.
H. M. heeft het recht van die aan
bevelingslyst af te wyken, doch alge
meen wordt verwacht, dat door haar
tot president der Ned. Bank zal wor
den benoemdmr. G. J. Vissering.
Eigen vertegenwoordiging in Indii.
De correspondent van bet Algemeene
Bandeliblad te Batavia seint
In zjn rede, ter gelegenheid der
openbare audiëntie op Koninginnedag
door den gouverneur-generaal Iden-
burg gehouden, deelde deze o.a. mede,
dat binnenkort een eerste stap zal
worden gedaan, om Indië een eigen
vertegenwoordiging te geven.
Qraaf Van Bylandt.
Graaf Van Bylandt, de oud-voorzit
ter van de Tweede Kamer, is in zoo
verre hersteld, dat hij korte wandelin
gen mag maken en zich gisteren voor
een dagje van Zeist daar Den Haag
mocht begeven.
hooge schatting en het groote ijzeren
hek met zyn massief slot voorbijgaan,
zonder even stil te staan en myn
hersenen te pijnigen met het ondoor
grondelijke geheim, dat daar achter
opgesloten lag. Doch met al mijn
veronderstellingen en waarnemingen
kon ik zelis niet tot een eenigszins
bevredigend resultaat komen. Eens
op een avond was mijn zuster uitge
gaan, om een zieke te bezoeken. Zy
keerde vry laat terug en scheen hoogst
zenuwachtig.
„John", sprak ze, „heb je Cloomber
wel eens bij avond gezien
„Neen", antwoordde ik, het boek,
waarin ik zat te lezen, neerleggend,
„niet sedert den gedenkwaardigen
avond, toen de generaal en meneer
Mc. Neil bezig waren, om het te be
kijken".
„Welnu, John, zet dan je hoed op
en ga eens met mij mee". Haar stem
beefde lichtelyk.
„Lieve hemel 1" riep ik uit, „wat
scheelt er aan Het oude kasteel staat
toch niet in brand? Je ziet er uit,
alsof heel Wigtown één vuurzee ware"
„Neen, zoo erg is het niet", zei ze
glimlachend. „Maar kom nu, John".
Op haar verzoek nam ik mijn hoed
van den kapstok en volgde haar in
de duisternis. Ze ging my vóór langs
het smalle heidepaadje, dat naar een
lage helling voerde, vanwaar we net
kasteel konden zien, zonder dat het
uitzicht belemmerd werd door de pyn-
boomen, die het omringden.
GOED en G0EDK00PN
is
In vierkante boeien
1 Kg. 1.50 |y4 Kg./0.42|
- 0.80 k, - 0.18 J
Oeen onvereenigbaarheid.
Naar Zeelandia verneemt, heeftH.M.
de Koningin afwijzend beschikt op
het adres van den heer H. A. van
Dalsum te Hulst, waarbij hij verzocht
een beslissing van de kroon, omtrent
het zitting hebben van twee leden van
Gedep. Staten van Zeeland in den raad
van bestuur der Z. Vlaamsehe Tram-
weg-Maatechappy, dat de heer Vau
Dalsum in strijd acht met art. 57 der
Prov. Wet.
Aan den heer Van Dalsum is te
kennen gegeven, dat er voor de tus-
Bohenkomst der Regeering in deze
geen termen aanwezig zijn.
Kamerverkiezingen in 1913.
De af deeling Deventer van de S.D.A.P.
heeft tot eandidaat voor de verkiezingen
in 1913 gekozen den heer A.H.Gerhard,
te Amsterdam.
Froriacieuieaws.
Driewegen, De raad dezer ge
meente vergaderde j.l. Zaterdag
Present alle leden. De gemeente-be
grooting voor 1913 werd aangeboden
in ontvang en uitgaaf elk op f 10485,60.
In de begrooting voor 1912 werd een
wijziging aangebracht. Den veldwach
ter Jobsen werd een tegemoetkoming
van f20 toegekend in de kosten van
buitengewone geneeskundige behan
deling zijner vrouw. Thans werd
definitief besloten, de oude docters-
woning publiek te verkoopen en van
de oude school een Gemeentehuis te
maken volgens een door den bouw
kundige Van de Weert overgelegd
plan D.
's Gravenpolder, In deze gemeen
te hebben zich tot dusver 24 personen
aangemeld, die voor hun perceelen
aansluiting wenschen bij de water
leiding.
's Heer Abtskerke, In de verga
dering van den Gemeenteraad, Dins
dagmorgen, was afwezig de heer
Vermnë, Met een harteiyke toespraak
„Kfik nu i* zei Esther, op den top
van deze kleine hoogte Btilstaand.
Cloomber lag beneden ons, badend
in een zee van licht. In de beneden
verdiepingen werd dit licht door de
iniken onderschept, maar boven, van
de breede ramen der tweede verdie
ping af tot aan de smalle spleten in
den toren-, was er geen reet of opening,
waardoor het niet naar bniten straalde,
zóó verblindend, dat het oogenblik
scheen, alsof het geheele gebouw in
brand stond, ware het niet, dat het
licht zeer bestendig en overal even
helder was.
Het vreemde van dit tooneel word
nog verhoogd door het feit, dat al
deze schitterend verlichte vertrekken
onbewoond, ja eenige zelis, voor zoo
ver wij er over konden oordeelen,
niet eens gemeubeld waren. Nergens
was eenig toeken van leven te be
speuren niets dan die stroom van
helder geel licht.
Ik keek or met stomme verbazing
naar, toen ik plotseling naast my een
zacht snikken hoorde.
„Wat scheelt er aan, Esther vroeg
ik, op myn zuster neerziende.
„Ik ben zoo bang. O, John, breng
mij weer naar huis, ik ben zoo bang".
Ze hield my by den arm vaBt en
klemde zich tegen my aan.
Wordt vervolgd).