N°. 87 M2.
Donderdag 25 JulL
De onzichtbare Dood-
FEUILLETON.
ACtt
I, iKSI.IIK
De uitgave dezer Courant geschiedt'Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond
uitgezonderd op feestdagen.
Prjjs per kwartaal, In Goes f 0,75, buiten Goes, franco f 1,25,
Afzonderlijke nommers 5 cent.
inzending van advertentlën op Maandag en Woensdag
vóór 2 uren, op VRIJDAG vóór 12 uren.
Deprjjsdergewoneadvertentiënis van 1-5 regels 50 ct., elke'regel meer lOct.
Bjj directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt
de prijs slechts tweemaal berekend.
Geboorte-, huweljjk- en doodsberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 1—10 regels A 1,— berekend.
Bewijsnummers cent.
Telefoonnummer 32.
Directeur A. F. A. van Setebs. Uitgave van de Naaml. Vennootschap „Goasehe Courant". Hoofdredacteur W. J. C. van Santen
Een nieuwe partijdige benoeming.
Wanneer wjj beweren, dat bet Mi
nisterie-Heemskerk hoogst partijdig
optreedt bij het doen van benoemin
gen, zeggen wjj niets te veel. Een
zeer groot deel van het Nederlandsche
volk denkt er precies eender over.
Dit bewind, waarvan niet de minste
kracht uitgaat, dat in 4i/, jaar tjjds
niets in het belang van land en volk
heeft tot stand gebracht en ook in
eigen kringen op luttel sympathie
kan bogen, tracht, door het doen van
partijdige benoemingen, zich althans
wat vrienden te verwerven, die op de
reehtsehe kiezers, op hun beurt, in
vloed kunnen uitoefenen. Wie een
ambt krjjgt van deze regeering, is
niet uitsluitend ambtenaar. Zij toch
gaat van de veronderstelling uitvoor
wat, hoort wat. En daarom moet de
benoemde tevens zjjn een propagan
dist voor de zoogenaamd „christelijke"
politiek.
Nog in een gedeelte der oplage van
ons vorig nummer konden wjj mede-
deelen, dat tot schoolopziener in het
district Goes vacature mr. C. ue
Witt Hamer is benoemd de beer
K. Brants, te Botterdam. De heer
Brants is een man van rechts. In de
plaats zjjner inwoning is hij, op het
gebied van het bijzonder onderwijs,
geen onbekende, en dat hjj het open
baar onderwijs niet gunstig gezind
ia, behoeft ons dan ook niet te ver
wonderen.
Zoo lang zulk een man aan het
booid staat van een bijzondere school
en voor het seete-ouderwija propa
geert, is h(j betrekkelijk ongevaarlijk.
Doch wanneer een tegenstander van
het openbaar onderwijs het ambt van
district-schoolopziener gaat bekleeden,
wordt de zaak bedenkelijk. Het bloed
zal kruipen, waar het niet gaan kan.
Is het niet herhaaldelijk gebleken
Men zal het ons niet euvel kunnen
duiden, wanneer wij zeggen, dat wij
de benoeming van den heer Brants
ten zeerste betreuren. Onverwachts
is zjj ons natuurlijk niet gekomen.
Heeft het Ministerie-Heemskerk er niet
steeds naar gestreefd, het zoogenaamd
„christelijk" Kabinet-Kuyper in het
doen van partijdige benoemingen te
evenaren, ja, te overtreffen, en is het
daarin niet uitstekend geBlaagd V Dat
het openbaar onderwijs van deze
regeering en deze meerderheid nietB
te wachten heeit, dat de byzondei e
school haar troetelkind is, ieder,
die oogen en ooren den kost geelt,
weet het.
In dit lieht beschouwen wjj ook do
benoeming van den heer Brants. Zij
is op te vatten als een belooniug
voor aan de coalitie bewezen diensten.
Voorloopig zullen wij de daden vau
den nienwen titularis moeten afwach
ten. Heel gerust zjjn wij begrijpelij
kerwijze niet. De vrienden van het
openbaar onderwijs gelukkig zijn
het er nog velen dienen zich zoo
nauw mogelijk aaneen te sluiten en
32
Uit het Amerlkaansch.
Ik keek op en zag, dat Godfrey mij
met een hnmoristischen glimlach aan
keek.
„Het is natnurlijk een grap", zei ik.
„Neen, het is ernst.En nu weet je zijn
naam, Lester", zei Godfrey, op de
handteekening wijzend. „Ik was van
het begin af overtuigd, dat hij het
was."
Sprakeloos staarde ik naar de hand
teekening. Ik had in de kranten al
vaak gelezen van de groote daden
van Croehard den Onverwinljj ke
zooals hjj zich terecht gaarne
noemde. Maar zjjn daden schenen mjj
te fantastisch, om waar te zijn. Ik had
hem altijd voor een fictie der Parjjsche
kranten schrijvers gehouden, een soort
vau reserve voor den komkommertijd.
Nu echter scheen het, dat Croehard
wezenlijk bestond. Ik hield zijn brief
in m(jn hand. Ik had zelfs met hem
gesproken en terwijl ik mij de batoo-
vering, de deftige beschaafdheid van
monsieur Felix Armaud herinnerde,
begreep ik iets van de redenen zijner
buitengewone repuUtie.
„Ja", zei Godfrey, „Croehard is een
van de grootste misdadigers, die ooit
hébben geleefd, vol verbeeldingskracht
qq röfcdoEtt vau geest en mee een
atefic gevoel voor humor. Jarenlang
Jtcb ik xijn loopbaan gevolgd en
waakzaam te zijn, opdat elke aanslag
op het onderwijs, waaraan zij hnn
liefde en hun steun hebben gegeven,
t\jdig afgeweerd kan worden.
Buitenland.
De toeatand in Turkije.
'tls nog niet pluis in Turkije en de
regeering krjjgt een zware taak, het
gevaar zoowel in Albanië als in de
rijen der ontevreden officieren te
bezweren. De sultan heeft in alle
steden van Albanië een proclamatie
doen aanplakken, waarin beloofd
wordt, dat een nieuw kabinet zal
worden gevormd, uitsluitend uit on
partijdige mannen bestaande, maar
velen vreezen, dat deze proclamatie
te laat komt.
Evenzeer te laat is het waarschijn
lijk voor den telegrafischen oproep,
welken do aan de regeering trouw
gebleven officieren in Albanië aan hun
collega's in heel Turkije hebben ge
richt en waarin zij deze laatsten
bezweren, geen gemeenezaak temaken
met de piichtvergeten officieren, die
naar de Albaneezen zjjn overgeloopen.
En zij smeeken hun kameraden, in
naam van den profeet, om deze Alba-
neesche revolutie niet te steunen.
En inmiddels neemt de Albaneesche
opstand dag aan dag groocere afme
tingen aan. Een der Albaneesche
leiders heeft de onder zijn bevel
staande opstandelingen van de mo
dernste wapens voorzien. Hg wacht
slechts op het bevel van de algemeene
leiding, om naar Mitrowitza op te
rakken en vandaar per spoor naar
Constantinopel op te trekken. In de
vlakte van Djakowa hebben zich reeds
12000 man verzameld, terwijl ver
schillende Albaneesche volksstammen
zich bij hen zuilen aansluiten. De
MaiisBoren zijn van de allernieuwste
wapens en geschut voorzien.
De bevolking van het vilajet Janina
wil eveneens tegen Constantinopel
oprukken. De overheid is machteloos.
Dageljjks komen nieuwe gevallen voor,
dat regeeringsambtenaren d.w.z.
degenen, die als aanhangers van het
Jong-Turksche comité bekend zjju
weggejaagd worden. De aanhangers
van de Jong-Turken verdwijnen steeds
meer en de meeste overheidspersonen
hebben hun ambt neergelegd. De
opmarsch naar Constantinopel kan,
naar het heet, werkelyk binnenkort
verwacht worden, wanneer de eiscnen
van de Albaneezen niet zeer spoedig
worden ingewilligd. Behalve dat ne
militaire troepen in alle riiajets met
de opstandelingen gemeene zaak
maken, moeten heden reeds meer dan
80.000 opstandelingen onder de wa
pens zjjn.
Men kan zeggen, dat Noord- en
Midden-Albanië zich volkomen in
handen der opstandelingen bevinden.
Uit alle steden komen regeerings-.
ambtenaren in liet kamp van de op
roerlingen en vragen den leiders om
deze omstaudigueid gaf mg mijn eer
sten wenk. Hij heeft eens een man
gedood op dezelfde wijze, als hij den
man vandaag heeft vermoord. Die
man had hem bij de politie verraden.
Hjj werd nooit weer verraden."
„Wat een duivel moet hjj zjjn", zei
ik huiverend.
Maar Godfrey schudde haastig het
hoofd.
„Geloof dat niet van hem," zei
hy ernstig. „Tot zyn komst in New-
York had hy nooit iemand anders ver
moord dan dien verrader. Hij had
éenigszins het recht dien te dooden
altijd volgens de dievenmoraal. Zyn
eigen leven is honderden malen in
gevaar geweeBt; maar hjj heeft nooit
iemand vermoord om z(jn leven te
redden. Zet dat op zijn creditzijde."
„Maar Drouet en Vantine?"
„Een ongeluk, waarvoor hij niet
verantwoordelijk was," zei Godfrey,
onmiddellijk.
„Je bedoelt, dat hij hen niet heeit
vermoord
„Zeer zeker niet. Dien laatsten man,
dien ay vermoordde, was een verrader,
evenals de eerste."
Ik haalde ongeioovig de schouders
op en bracht het gesprek op iets
anders.
„Godfrey", zei ik, „ik heb een brief
van Armand en Zoon ontvangen, het
feit bevestigend, dat hun boeken aan
wijzen, dat het Boalie-kastje is ge
kocht door Philip Vantine. Onder de
gegeven omstandigheden moet ik het
aan het Museum geven*.
„Ik hoop, dat je het laat staan, tot
vergiffenis, wjjl zij tot nu toe slechts
gedwongen de bevelen van de Jong-
Tnrken opgevolgd hebben.
Aan deze „berouwhebbenden* wordt
medegeaeeLd, dat zij naar hun posten
moeten terugkeeren. Omtrent hun ver
dere bruikbaarheid in den staatsdienst
zal een onafhankelijke, rechtvaardige
centrale regeering beslissen. Toch
moesten zjj nu reeds er van doordron
gen zijn, dat zjj in Albanië geen aan
stelling meer zullen vinden.
De regeering heeft bevel gegeven,
om alle vfjandelykheden in Albanië
te staken. De autoriteiten kregen last,
alle maatregelen te nemen, om de
Albaneezen te verzoenen. De troepen
zullen worden teruggetrokken in de
Hoofdplaatsen, om de orde en de veilig
heid te verzekeren en te onderzoeken.
Engeland'* vloot.
De Engelsche minister Churchill
heeft Maandag in het Lagerhuis de
suppletoire begrooting van marine
ingediend. Hjj verklaarde, dat de
onmiddellijke aanleiding tot deze
Degrooting de nieuwe Duitsche vloot
wet was, die tot voornaamste strekking
heeft, de gevechtssterkte van schepen
van alle klassen te verhoogen. Onge
veer viervyfae van de geheele Duitsche
vloot zal oogenblikkeljjk tot den oorlog
gereed gehouden worden. Dergelijke
voorbereidende maatregelen zyn zoo
merkwaardig, dat de minister zich
geen dergelijk voorbeeld herinnerde.
Engeland rnoeat zich zijn Duitscheu
buurstaat tot voorbeeld stellen, wiens
politiek, zonder af te wijken, recht op
het doel atgaat.
De minister verklaarde verder, dat
het noodzakelijk zou zijn, een groote
overmacht te hebben van onmiddellijk
beschikbare strijdmachten. De nieuwe
schepen, in de suppletoire begroo
ting aangevraagd, zijn niet talrijk,
maar het aantal schepen, dat in de
a. s. jaren gebouwd moet worden, zal
de cijfers moeten overschrijden, die
men gehoopt had, dat niet overschre
den zouden worden. Thans heeft men
in Engeland gezorgd voor een uit
breiding van het aantal onderzeeërs,
terwyl de bouw van lichte kruiserB
bespoedigd is geworden. De ver
meerderde gevechtSBterkte der Duit
sche vloot maakte een reorganisatie
der Britsche strijdkrachten noodzake
lijk. In 19X4 zou Engeland dan 5
eskaders hebben, bestaande uit 41
oorlogsschepen, waarvan 4 eskaders
onmiddellyk gevecbtsklaar zullen zyn.
Het is te begrijpen, dat Duitschland
met groote belangstelling van Enge-
land's vlootplannea heeft kennis ge
nomen.
Da monarchiaten-inval in
Portugal.
Het schjjnt wel, dat in Portugal de
toestand weer volkomen normaal is.
Berichten uit alle deelen van het land
melden, dat overal volmaakte orde
heerscht. Troepen en vrijwilligers
doorkruisen alle streken, waar monar
chistische manifestaties plaats hadden.
na Woensdag", zei Godfrey snel.
„Daarna kan het my niet meer
schelen".
„Je gelooft dus werkelijk, dat
Croehard Woensdag zjjn geluk zal
beproeven
„Zeker*.
Ik gaf geen antwoord. Wat hielp
het, tegen zulk een man te redeneeren?
„Tot na Woensdag das", sprak
Godfrey en hjj zei my goeden nacht.
XXII.
WIJ MAKEN KENNIS MAT MONSIEÜB PlOOT.
Den volgenden middag bracht God
frey door de telefoon mjj de volgende
tjjding:
„De „Savoie" komt tegen zes uur
in de quarantainehaven aan. Ik ga
haar op onze boot tegemoet. Ik wil
inspecteur Pigot spreken den
Franschen detective. Ga je mee?"
„Gaarne 1 Waar kan ik je ont
moeten?"
„In Liberty street oni vyf uur".
„Ik zal er zjjn", beloofde ik.
Eu ik was er.
De boot stak vau wal, zoodra wjj
aan boord waren en voer de druk
bevaren rivier af.
Er waren nog twee mannen aan
boord de gewone seheepsreporters
deuk ik en Godfrey was naar de
kajuit gegaan om met hen te spreken
over enkele bijzonderheden vau het
wurk voor dien avond.
Even later kwam Godfrey bjj mg en
een tjjd lang keken wjj zwygend naar
het tooneel om ons neen.
„Mooi hier, hè?" zei hy eindelijk.
„Hallo, kijk een» naar de boot,* voegde
De hoeren hebben zich in heel den
stryd aan de zjjde van de republi-
keinsche regeering geschaard en ge
meene zaak gemaakt met de repu-
blikelnsche agenten. Inmiddels schjjut
het voorbeeld, door de Portugeesehe
monarchisten gegeven, in Spanje na
volging gevonden te hebben. In den
nacht van Zondag op Maandag hebben
de radicalen te Barcelona een mani
festatie gehonden, waarbij de kreten
„Leve de Portugeesehe republiek*
aangeheven werden. De politie maakte
een charge, waarbij twiDtig burger»
gewond en zes-en-twintig personen
werden gearresteerd.
De Engelsohe kiesrecht-vrouwen.
Het is te begrijpen, dat de stemming
van de bevolking van Dublin, waar
de strijdende suffragettes haar laatste
misdrijven hebben gepleegd, niet erg
in het voordeel van deze dames ge
worden is. De houding der bevolking
is integendeel zoo vijandig, dat eenige
suffragettes ternauwernood aan een
bad in de rivier ontkwamen.
Terwijl de eerste minister Asquith
dezer dagen in het „Theatre Royal"
te Dublin voor een groote menigte
een rede over „Home RuLe" hield,
trachtten de suffragettes in de drukke
straten een betooging te houden. De
politie moest er aan te pas komen, om
de vrouwen tegen de woedende me
nigte in bescherming te nemen. Reeds
maakte men aanstalten, om de doode-
ljjk verschrikte vronwen in het water
te werpen, toen een inspecteur van
politie een beroep op de ordelievend
heid der menigte deed en daardoor
wellicht het leven der vrouwen redde.
Binnenland.
D* invaliditeitsverzekering.
Naar Het Volk verneemt, heeft Mi
nister Talma in de gisteren gehouden
vergadering van de commissie van
voorbereiding zich absoluut tegen
vrijstelling van de laagste loonen ver
klaard en gezegd, voor een andere
regeling, die hetzelfde doel beoogt,
geen practisehe oplossing te weten.
Ook voor het overige heeft de Mi
nister geen enkele concessie van
eenige beteekenis gedaan.
Staatscommissie Grondwetsherziening.
De staatscommissie voor de grond
wetsherziening is,onder dankbetuiging,
ontbonden. De secretaris der commis
sie, mr. J. B. Kan, secretaris-generaal
by het departement van binnenland-
sche zaken, is benoemd tot comman
deur in de orde van Oranje-Nassau
aan de beide adjunct-secretarissen,
jhr. mr. W. D. de Jonge en mr. J. K.
Thorbeeke, werd het ridderkruis van
die orde verleend.
Kamerverkiezingen in 1913.
De afdeeling Leiden van de D. A. P.
heeft gisteravond eandidaat gesteld in
het district Leiden voor het lidmaat
schap van de Tweede Kamer dr.
W. v. d. Waerdeu.
hjj er bij, toen een jacht de baai
afkwam, langs ons gleed en toen lang
zaam voor ons uit voer. „Die heeft
gang. Onze boot is niet langzaam, zie
jemaar kjjk eens, boe deze ons voor
komt. Ik ben benieuwd van wien ze is.
Wat is dat voor een boot, kapitein
vroeg hjj den man op de brug.
„Ik weet het niet, mynheer," ant
woordde de kapitein, nadat hy door
zyn verrekjjker had gezien. „Een eigen
jacht, kan haar naam niet lezen, er
hangt een vlag of zooiets over den
boeg. Het heeft de Fransche vlag. Er
komen nog andere persbooten achter
ons, mijnheer. En daar is de „Savoie",
die langzaam de knst nadert."
Heel in de verte konden wjj den
grooten romp der stoomboot doDker
tegen den horizon zien afsteken, ge
kroond door rjjen gekleurde lichten.
De „Savoie" gleed nu kalm voort en
even later pufte een boot naast haar,
enterde en drie of vier mannen klom
men aan boord en verdwenen aan
bakboordzij.
„Daar gaan de dokters," zei Godfrey.
„En nu legt die Fransche ooot er
ook aan."
De boot der quarantainedokters gleed
opzjj en het Fransche jacht na u haar
plaats in. Na eenig heen en weer ge
praat werd één man er van aan boord
der „Savoie" geholpen. Toen was het
onze beurt, een touw werd ons toege
worpen en vastgemaakt en een oogen-
blik later waren Godfrey en ik en de
twee andere mannen aan boord van
het schip.
Wjj heklommen vlug de ato&ila trap,
Dit tie Pers»
De nieuwe Kamer president.
De (unie-liberale) Zutphensche Cou
rant is van meaning, dat jhr. mr.
O. van Nispen tot Sevenaer president
van de Tweede Kamer der Staten-
Generaal zal worden.
(fcjHet blad schrjjit dan
„Cf hy de plooibaarheid van aard
en den strikten rechtvaardigheidszin
zal bezitten, welke aan graai Van
Bylandt aan weerszjjden van de Kamer
zoo tal van persoonlijke warme vrien
den bezorgden dat zal nog moeten
bljjken. Wjj zeggen allerminst, dat dit
niet 't geval zal wezen. Maar niemand
kan met zekerheid zeggen, hoe de
heer Van Nispen, eenmaal definitief
president, zyn ambt zal vervullen,
want dat is nog heel wat anders, dan
wanneer iemand van tjjd tot tjjd moet
invallen voor den voorzitter.
^Wanneer we ietwat sceptisch daar
tegenover staan, dan komt het, doordat
we weten, dat de heer Van Nispen
bekend staat als een partyman. Hy
heeft een paar jaar geleden, toen het
40 milüoen plan in den lande heftige
bestrijding ondervond, ook by de
r.-kath. en met name in zjjn eigen
district, een motie zien aannemen
tegen dat plan gericht, wat hem zoo
zeer mishaagde, dat hij daarvan open-
ljjk getuigenis aflegde. Hy heeft zieh
bjj meer dan een gelegenheid vrjj
krachtig uitgelaten als een vinnig
vijand van het socialisme en van de
wjjze, waarop de soc.-dem. Kamerleden
in het parlement voor hun beginselen
opkwamen.
„Maar één ding staat vast: het
ministerie vindt in hem een trouwen
volgeling. Hjj zal doen wat hjj kan
om zooveel mogelijk nog te helpen,
den buit binnen te halen vóór de
verkiezingen van 1913. Daartoe is hjj
een te krachtig figuur, daartoe beseft
hjj te zeer, hoeveel er voor zjjn partjj
riekend naar rubber en warm metaal,
tot wjj aan de hoofdtrap kwamen.
Hier verlieten de twee reporters ons,
om zekere beroemde passagiers te inter
viewen. Godfrey bleef voor het kan
toortje van den betaalmeester staan
en reikte den man door het loket zjjn
kaartje toe.
„Ik zou gaarne monsieur Bigot vau
den Parjjschen Veiligheidsdienst spre
ken", zei hjj. „Missehien zou u zoo be
leefd willen wezen, den hofmeester
met mjjn kaartje by hem te zenden
„Dat is niet uoodig, mijnheer", zei
de man beleefd. „Ginder staat mon
sieur Pigot de beer met hetgrjjze
haar, met zjjn rug naar ons gekeerd.
U zult echter een oogenblik moeten
wachtende heer met wien hjj spreekt
komt van het Fransche consulaat en
is juist aan boord gekomen met een
boodschap".
Na een oogenblik versoheen Pigot
bjj ons, omringd door journalisten.
„Mjjn waarde vrienden van de pers,"
zei hy langzaam en met een heel licht
accent sprekend, terw jjl hy glimlachend
keek naar de gezichten om hem heen,
,u zult mjj, hoop ik, vergeven, dat ik
u heb laten wachten, maar ik had
eerst een uiterst belangrijk werkje te
verrichten en ook myn haudtasch te
pakken. Hofmeester," voegde hjj er bjj,
„u zult mjjn tasehje buiten de deur
der kajuit vinden. Wees zoo goed het
hierheen te brengen, zoodat ik gereed
ben om dadeljjk aan wal te gaan."
De hofmeester snelde weg en Pigot
wendde zich weer tot ons.
(Wordt 'X'.raolgd.'^