N°. 83 1912,
Dinsdag 16 Juli.
99"* jaargang.
De onzichtbare Dood.
28 FEUILLETON.
GOESCHE
E01R4NT.
Telefoonnummer 22. Directeur A. F. A. van Setebs. Uitgave van de Naaml. Vennootschap „öoeaehe Gourant". Hoofdredacteur W. J. C. van Santen.
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond
uitgezonderd op feestdagen.
Prjjs per kwartaal, in Goes 0,75, huiten Goes, franco 1,25.
Afzonderlijke nommers 5 cent.
Inzending van advertentiën op Maandag en Woensdag
vóór 2 uren, op VRIJDAG vóór 12 uren.
De prjjs der gewone advertentiën is van 1-5 regels 50 et., elke'regel meer lOct.
B(j directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt
de prijs slechts tweemaal berekend.
Geboorte-, huwelijk- en doodsberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 1—10 regels ij/ 1,— berekend.
Bewijsnummers |5 cent.
Gewaardeerde steun.
Met een enkel woord maken wij,
onder de rubriek „Binnenland" van
dit nummer, gewag van het feit, dat
zich te Batavia een comité heeft ge
vormd om gelden in te zamelen, ten
einde de vrijzinnigen van het moeder
land financieel te steunen in hun strijd
tegen het clericale gevaar, welke strijd
in 1913 zal worden gestreden.
Over dit besluit verheugen wij ons
van harte. De campagne van het
volgend jaar is een uiterst gewichtige
niet alleen voor het moederland, doch
evenzeer voor de koloniën. En wil
die campagne tot een goed einde
worden gebracht, dan is er het
spreekt vanzelf geld noodig. Véél
geld. De daadwerkelijke steun uit
Indie zal daarom den vrijzinnigen
zeer welkom zijn.
Maar nog om andere reden geeft
de offervaardigheid, welke Indië zon
der twijfel zal betoonen, ons blijdschap.
Immers: ten duidelijkste blijkt.hoe
men in onze koloniën het clericale
regime hei regime van onwaarheid
en onoprechtheid beu is. Men wil
niet langer, dat de schijn zal over-
heerschen. Want schijn is alles, wat
van de politieke „christenen" uitgaat.
Om het wezen bekommeren zjj zich
niet.
De zoogenaamd „christelijke" poli
tiek is in ons land, sedert dr. Kuyper
aan het bewind kwam, uitstekend
begrepen door lieden, die een
baantje noodig hadden. Het aantal
wonderbaarlijke bekeeringen waslegio.
Een witte das, een zalvend woord,
een trouw bezoek van de doieerende
kerk, schelden op de openbare school
en de „liberalisten", ziedaar onder
het „christelijk" regime de allereerste
eischen, waaraan voldaan moet worden.
Zulke „bekeeringen" zijn in ons
landje aan de orde van den dag. Het
Christendom zelf wordt daardoor na
tuurlijk absoluut niet gebaat Integen
deel. Men herinnere zich slechts, wat
de stichter van het Christendom heeft
gezegd over de farizeërs en schrift
geleerden, van buiten gelijkend op de
wit-gepleisterde graven, doch van
binnen vol verrotting en doodsbeen
deren.
In dit opzicht zijn do tijden nog
absoluut niets veranderd. Onder ons
tegenwoordig zoogenaamd„christelijk"
regime iB de huichelarij opgevoerd tot
dezelfde hoogte als ten tijde van
Jezus' rondwandeling op aarde. Men
kan dit de eenige „verdienste" van
het politiek „christendom" noemen.
Die huichelarij, waaronder het Ne-
derlandsche volk heden ten dage ge
drukt gaat, dreigt ook voet in onze
koloniën te krijgen. Wij hebben ver
schillende brieven van in Indië ge
vestigde landgenooten ter inzage ge
had, waaruit duidelijk blijkt, hoe ook
daar, sinds de benoeming van een
kerkeljjken gouverneur-generaal, alles
voor den schijn wordt gedaan.
Lieden, die gauwer vooruit willen
komen, loopen, om een dagelij ksche
uitdrukking te bezigen, de kerk plat.
Vroeger was de kerk hun, zacht ge
zegd, absoluut onverschillig. Ook nu
moeten zij er in hun hart niets van
hebben. Doch zjj bezoeken haar, kiezen
Uit het Amerikaansch.
Toen stonden wjj allen stil en mjjn
hart klopte hoorbaar, want van boven
kwam een mannestem, die opgewonden
sprak. Zelfs in het halfduister kon ik
den blik van verbazing en schrik op
Godfrey's gelaat zien, terwijl hjj een
oogenblik onbewegelijk naar die Btem
stond te luisteren. Ook ik stond met
gespitste oorenmaar ik begreep niets
van hetgeen h(j zei. Toen begreep ik
plotseling, dat hij Fransch sprak. En
tech was het niet de stem van Armand
daarvan was ik zeker.
Tegenover ons was een smalle trap,
die naar de verdieping boven ons
leidde; en na dat eene oogenblik van
verbaasde aarzeling ging Godfrey op
de onderste trede zitten en trok zjjn
sohoenen uit, ons wijzend hetzelfde
te doen. Simmonds gehoorzaamde
uiterst kalmmaar mjjn handen beef
den zoo, dat ik in doodsangst was een
van mijn laarzen te laten vallen. Maar
het gelukte mjj, ze beide uit te krjjgen.
Toen ik eindeljjk met een zucht van
verlichting opkeek, slopen Godfrey en
.Simmonds al zachtjes de trap op met
bij voorkeur den meest orthodoxen
voorganger
Een goed baantje is zoo'n op
offering wel waard, meenen zjj.
Ziedaar, hoe door fortuin-jagers de
kerk, het Christendom wordt verlaagd.
Het farizeïsme, dat in ons land reeds
jaren hoogtjj viert, dreigt ook een
macht in Indië te worden. En daar
tegen wenscht alles, wat de oprecht
heid lief heeft, zich te verzetten.
Welke fouten men den vrijzinnigen
mag aanwrjjven en dat zjj fouten
hebben, erkent elkeen; niemand is
volmaakt van hen kan nooit ge
zegd worden, dat zjj de huichelarij in
de hand hebben gewerkt. De huiche
larij is de vloek van het huidig „chris
telijk" bewind.
Wij strijden en zullen daartegen
strijden met alle krachten, waarover
wij hebben te beschikken.
De steun, welken Indië financieel
voor dien strjjd geeft, aanvaarden de
vrijzinnigen met dankbaarheid. Het
jaar 1913 zal veel van hen vergen.
En dat beseffe men goedhet gaat
niet tegen Christelijk bewind. Verre
van dat. Maar het gaat tegen een
zoogenaamd „christelijk" bewind, een
ellendig surrogaat, hetwelk over ons
land niets anders dan onwaarheid en
onwaarachtigheid heeft gebracht. De
politieke „christenen" van onze dagen
behooren als de geldwisselaars van
weleer uit de tempels te worden ge
dreven.
V* Pot en ketel.
De roomsche Gelderlander vertelt
op roerende wjjze aan haar goed-
geloovige lezers van de dwingelandij,
welke socialisten in België uitoefenen
tegenover roomsche ingezetenen. Ver
moedelijk heeft de redactie, bjj gebrek
aan pakkende kopie, haar duim te
baat genomen dat doen roomsche
redacties wel meer! en zoo werd
een aantal regels gefokt, bijzonderlijk
geschikt, om den braven roomschen
lezers en lezeressen de haren te berge
te doen rijzen.
Inderdaad: roerend is het verhaal
van De Gelderlander. Een mij nwerker
durft zjjn jongen van negen jaar niet
langer „naar de school van den paB-
toor" (siel) te zenden, omdat hjj
allerlei laagheden van andere jongens
heeft te verduren, „die daar klaar-
bljjkeljjk toe opgestookt zjjn". Een
barbier sluipt bjj nacht en ontjj naar
het huis van den pastoor, om dezen
van het overtollige haar te ontdoen
als de „socialisten" het bemerkten,
dat hjj den geestelijke schoor, zou hij
hun clandisie kwjjt raken. Wie een
priester durft groeten, heet het verder,
wordt uitgejouwd
Is het niet roerend
Wjj denken er nog al gemoedelijk
overin de warme dagen, welke thans
zjjn aangebroken, raakt menigeen
gemakkelijk de kluts kwjjt.
Nu nemen wjj den handschoen niet
op voor de sociaal-democratenzjj
moeten zeiven dit zaakje maar op
knappen. Van de mededeelingen
dit terloops gelooven wij niets.
Het maakt op ons den indruk, dat zij
komen uit de bekende clericale leu
gen-fabriek.
de revolver in de hand. Ik volgde hen,
maar ik beken eerlijk, dat m(jn knieën
knikten.Er was zoo iets onheilspellends
en akeligs in die steeds doorpratende
stem. Zij leek wel de stem van een
krankzinnige. Er was iets vreeselijks
en tegelijk zegevierends in.
Godfrey bleef een oogenblik boven
staan en iuisterde ingespannen. Toen
sloop hij voorzichtig naar een open
deur, waaruit de stem scheen te komen,
ons tevens wjj zend, dat wjj moesten
big ven, waar wjj waren. En ter wij 1 ik
op mijn knieën lag, badend in het
zweet, hoorde ik één woord, dat voort
durend werd herhaald:
„KevancheRevancheRevanche!"
Toen ging het geluid plotseling over
in een soort van zacht gegrom, als
van een hond, die in zjjn buit bjjt. En
ik hoorde een geluid alsof kleeren
scheurden.
Godfrey, op handen on voeten, keek
de kamer in. Toen kroop hg achteruit
en wenkte ons. Nooit zal ik het gezicht
vergeten, dat mjjn oog trof, toen ik om
den hoek der deur keek.
De kamer, waarin ik keek, was alleen
verlicht door de lichtstralen, die door
de kieren van een slecht gesloten luik
vielen. Op het midden van den vloer
stond het antieke kastjeen ervoor,
1 Wraak.
Maar gesteld, dat die mededeelingen
waar zjjn. Dan moeten de clericalen
zich daarover toch waarlijk niet te
kwaad maken. Zjj oefenen zeiven een
waar schrikbewind uit. Niet in vroe
gere tjjden, toen ons vaderland ge
drenkt was van het protestanten-bloed,
door de clericalen vei goten. Niet in
België, waar de clerus bjj de joDgste
verkiezingen zulk een fijne rol heeft
gespeeld. Neen, het clericale schrik
bewind heerscht in ons eigen vaderland.
Limburg is daar, om het te bewjjzen.
Anders-denkenden worden er op
zeer onwaardige wjjze en geeste
lijken leenen zich daartoe bemoei
lijkt. Broodroof is er aan de orde
van den dag. Vrijheid van uiting be
staat niet. Alle machtsmiddelen, waar
over de roomsch kerk beschikt en
dat zjjn er wat! worden aangewend,
om den anders-denkenden het leven
zoo zuur mogeljjk te maken.
Wjj kunnen, uit eigen ervaring,
daarvan treffende staaltjes meedeelen.
Laten de clericalen toch heusch niet
verontwaardigd sehrjjven of spreken
over socialistische dwingeland^. Het
is om een bekend gezegde te be
zigen zoo gevaarlijk, in het huis
van den gehangene van den strop te
gewagen
Bui ten ia lid.
De toestand In Turkije.
Het is zeker niet zonder reden, dat
geheel Europa thans het oog nog
gericht houdt op het rijk der halve
maan, dat niet alleen door buitenland-
sche onlusten, maar ook door een
zich steeds uitbreidenden binnenland-
schen opstand een zware crisis heeft
door te maken.
Het eerste slachtoffer is thans ge
vallen. Mahmoed Sehefket-pasja, de
Turksche minister van oorlog, de man
die in 1909 op zoo uitstekende wjjze de
contrarevolutie van sultan Abdoel Ha-
med deed mislukken, de man, die
thans de opperste leiding had in den
grooten strjjd met Italië, gaat heen
en zjjn heengaan is gedwongen.
lntusschen is de politieke toestand
door het aftreden van den minister
niet verbeterd geworden.
Het begint al dadeljjk met een groote
moeiljjkheid, nl. wie zjjn opvolger zal
worden, daar er zich in de bestaande
omstandigheden natuurlijk heel weinig
liefhebbers voordoen.
De Jong-Turksche leiders waren
zeer goed bekend met de ontevreden
heid in het leger, maar hadden toch
niet verwacht, dat deze zich reeds
vóór het einde van den oorlog op
dergelijke wjjze uiten zou.
De onmiddellijke aanleiding tot
aftreden van den minister van oorlog
schijnt, volgens den correspondent te
Konstantinopel van de Frankf. Ztg.,
te zjjn, het ontvangen van berichten
over de houding van het officierskorps
in Damascus en Smyrna en een ulti
matum aan de presidenten van Kamer
en Senaat door de officieren in de
Europeesche districten, waarin geëischt
werd, dat de minister van oorlog bin
nen 24 uur zjjn ontslag zou nemen,
met bedreiging van daden van geweld,
zoo dit niet geschiedde. Hierdoor was
met zjjn rug naar de deur, stond een
man, die woest de stukken laken eraf
trok, waarin het gewikkeld was. Ge
durende al dien tjjd babbelde hjj op
eenzelfden deun en hield daarmee
soms op, om te kjjken naar een bundel,
die op den vloer tegen den tegenover-
liggenden muur lag.
In het eerst kon ik niet zien, wat die
bundel wastoen, mjjn oogen inspan
nend, zag ik, dat het het lichaam van
een man was.
En terwjjl ik naar hem keek, zag ik
het schitteren zjjner oogen, die op den
man bjj het kastje waren gericht
een schittering, waarin men zich niet
kon vergissen dezelfde schittering,
die mjj te voren zulk een schrik had
aangejaagd
Met vaste hand trok Godfrey mjj
achteruit en nam mjjn plaats in. Ik
ging op de trap zitten en veegde
koortsig mjjn voorhoofd af, trachtend
iets te begrijpen. Wie was die man?
Wat deed hjj daar bg dien muur
Wat beteekende dit woeste tooneel?
Toen dreigde mijn hart stil te staan,
want Godfrey sprong met een kree.
van „Halte lil" overeind en rende de
kamer in, Simmonds achter hem.
Ik denk dat er twee seconden ver
liepen voor ik den drempel bereikte
en ik bleef daar staan, hijgend, de
deur grjjpend om mjjn evenwicht te
de regeering niet in staat, eerst een
opvolger voor Mahmoed Schefket te
zoeken, maar moest zjj het departe
ment van oorlog voorloopig aan den
zwakken minister van Marine, Hur-
schid-pasja, opdragen. Zjj stond voor
een dreigende revolutie en het ontslag
van Mahmoed Schefket was het eenige
middel, om haar te voorkomen.
Maar ook deze correspondent voor
ziet, dat het daarmede niet zal uit
zjjn. De officiersbond is in tegendeel
voornemens, ook de de andere comité
leden uit de regeering te dringen,
maar, om binnenlandsche onlnsten te
voorkomen, wordt hun een tjjd toege
staan, waarin zg kunnen pogen, hun
aftreden voor te bereiden.
En intusschen breidt de opstand in
Albanië zich steeds uit. Alle garni
zoenscommandanten vragen verster
kingen, wegens de dreigende houding
der Albaneezen. Een algemeene op
stand zal dan ook wel niet lang meer
uitbljjven. Tal van hooggeplaatste
officieren zjjn in de laatste dagen weer
naar de opstandelingen overgeloopen.
De monarchletisohe samenzwe
ring in Portugal.
Op tal van plaatsen steken de ko-
ningsgezinden de hoofden op en
vooral in het Noorden wordt er op
heftige wijze gestreden. Daar drong
de royalist Couceiro met zjjn troep
het land binnen, om den strjjd aan te
binden tegen het republikeinsche
leger. Hoewel de regeering de ge-
heele geschiedenis zeer kalm zegt op
te nemen en den inval van Couceiro
van niet de minste beteekenis noemt,
bljjkt toch wel, dat het royalistische
complot uitstekend in elkaar zat. Het
was goed beraamd en over 't geheele
land vertakt, maar zooals gewoonlijk
was ook nu weer het plan der samen
zweerders aan de regeering verraden.
In het Noorden trok een troep van
500 man tegen de republikeinen op,
maar werd met zeer groote verliezen
teruggeslagen.
Thans heeft de regeering bericht
ontvangen, dat groepen royalisten
zich bg Mintalegre zouden hebben
vereenigd. De regeering zit inmid
dels niet stil, maar onderdrukt met
kracht iedere revolutionaire beweging.
Kleine guerilla-benden, die de ber
gen doortrekken, worden hardnekkig
door de republikeinsche troepen ach
tervolgd. Reeds zjjn weer 1000 man
cavalerie en infanterie, met bestem
ming naar het Noorden, uit Lissabon
vertrokken.
Inmiddels wordt gemeld, dat de
Portugeesche royalisten nieuwe on
dernemingen op het oog hebben,
waartoe zjj in België en DuitBChland
reeds de noodige voorbereidingen
troffen. Want de royalisten achten
zich nog lang niet verslagen. Hun
leider Couceiro houdt goeden moed.
Zelfs wordt beweerd, dat hjj er in
geslaagd is, een macht van 1500 man
onder zjjn bevelen te vereenigen en
dat hg met behulp daarvan reeds
meester van een uitgebreide streek
in het Noorden was, hoewel de re
geering er voor gezorgd had, dat
hiervan niets naar buiten was door
gedrongen.
Dezer dagen werd in verschillende
bewaren.
Dat tooneel is zoo in mjjn geheugen
geprent, dat ik slechts mjjn oogen
behoef te sluiten, om alles in iedere
bjjzonderheid te zien.
Daar was het kastje, met de om
hulsels eraf gescheurd; maar de ge
stalte op den vloer was verdwenen;
en voor een openstaande deur bjj een
andere kamer stond een man, een
reus, zjjn handen boven zijn hoofd,
zjjn gelaat verwrongen door angst en
woede, terwjjl Godfrey met een spot-
tenden glimlach een pistool tegen zjjn
borst drukte.
En eensklaps gilde de reus met
schrille stem
„La mort! La mort!"
Ik zag iets schitterends boven hem
zweven. Een enkel vreeseljjk oogen
blik bleef hjj nog onbewegeljjk staan,
zjjn handen boven zjjn hoofd, zjjn
oogen afschuwelijk uit de kassen
puilend. Toen, met een half verstikten
kreet, viel hjj met een zwaren slag
aan Godfrey's voeten.
XIX.
Ontvlucht.
Ik heb een vage herinnering van
Godfrey, die zich een oogenblik over
het ljjk boog, erop staarde en toen,
1) La. mort da dood.
Spaansche bladen melding gemaakt
van een zgn. overeenkomst tusschen
den Portugeeschen gezant te Madrid
en de Spaansche regeering over de
houding, ten opzichte van de samen
zweerders aan te nemen. In een offi
cieuze nota wordt dit thans absoluut on
juist genoemd. Niet alleen heeft de Por
tugeesche gezant steeds de Spaansche
regeering in kennis gesteld van alles
wat voorviel, maar vroeg tevens voort
durend, dat noodzakelijke maatregelen
genomen zouden worden. De gegeven
beloften werden echter niet altjjd
nagekomen.
Uit Cabeceiras komt thans weer het
bericht, dat de republikeinsche sol
daten er in slaagden, zes samenzweer
ders te dooden en een tweetal krijgs
gevangenen te maken.
Een militair gerechtshof is te Chavez
gevormd, ten einde alle gevangen
samenzweerders te vonniBsen.
De «taking te Londen.
De sympathie met de Btakers neemt
voortdurend toe, tengevolge van de
onverzettelijke houding der werk
gevers. De laatsten zjjn niet bereid
tot eenige concessie, zoolang het werk
niet is hervat.
Lord Devonport, de leider der werk
gevers, heeft te kennen gegeven, dat
alleen door wetteljjke maatregelen de
houding der werkgevers zou kunnen
veranderen.
Als een bewjjs, hoezeer in verschil
lende kringen de houding der werk
gevers afkeuring ondervindt, kan
dienen, dat meer en meer gelden in
komen ten behoeve van de ondersteu
ning van stakersgezinnen.
Binoenlaad.
Eerste Kamer.
De Haagsche correspondent van
het Bbl. verneemt, dat de EerBte
Kamer niet meer voor het najaar zal
bijeenkomen, zoodat eenige wetsont
werpen, w.o. die over het Staatsmjjn-
veld en de Auteurswet, niet meer in
dit zittingsjaar zullen behandeld
worden.
Kamerverkiezingen in 1913.
De correspondent van de N. JU. Ot.
te Batavia seint
Er heeft zich alhier een comité ge
vormd om gelden in te zamelen voor
steun van de vrijzinnigen bjj de ver
kiezingen in 1913.
De ellenden van 't militairisme.
Onder het opschrift „Oorlogamarsch
lezen wjj in Het Vaderland
„Donderdag moest het 8e reg. inf.
een oorlogsmarsch door de Betuwe
maken. De kolossale warmte drukte
de jongens erg, van wie er dan ook
zeer velen door vermoeienis flauw
vielen. Zelfs op den marsoh naar
huis vielen op de Steen straat te
Arnhem enkelen uit. Verschillenden
moesten naar het hospitaal, anderen
in de kazerne gebracht worden. Gis
terenmorgen werd er weder een naar
het hospitaal gebracht.
Een soldaat van het 10e reg. inf. uit
Haarlem, te Arnhem ter versterking
van het garnizoen gedetacheerd, is
gisterenavond overleden, terwjjl een
met een woesten kreet, de kamer
uitrende. Een deur werd ergens dicht
geslagen, er was een geluid van ren
nende voetstappen en vóór Simmonds
of ik wisten, wat er gebeurde, was
Godfrey terug in de kamer en holde
naar de deur, die op de vestibule uit
kwam, juist op het oogenblik, dat zjj
voor zgn neus werd dichtgeslagen.
Ik zag hem wanhopig aan den knop
rukken, toen twee Btappen teruggaan
en zich ertegenaan werpen. Maar de
deur bleef stevig dicht. En buiten in
de vestibule klonk een spottende
schaterlach, die mjj het bloed in de
aderen deed stjjven.
„Komt hier, domkoppenriep God
frey, woest. „Ziet ge dan niet, dat hjj
ontsnapt
Simmonds was vlugger dan ik en
samen wierpen zjj zich tegen de deur.
Zjj kraakte, maar bleef gesloten. Nog
maals probeerden zjj het en dezen
keer spleet ze van boven tot beneden.
Godfrey trapte de stukken opzjj en
gleed er doorheen, Simmonds volgde
hem.
In een soort van verdooving volgde
ik en bevond mjj even later weer in
de vestibule. Ik kwam bjj de trap,
tjjdig genoeg om te zien, hoe Godfrey
de straatdeur probeerde en toen naar
het achterhuis rende.
{Wordt vervolgd.^.