N\ 74 1911.
Zaterdag 24 Juni.
98"* jaargang.
Bij dit do. behoort een
Bijvoegsel.
FEUILLETON.
B i it n e n I a n d-
tiOESClIE
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond
uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal, in Goes f 0,75, buiten Goes, franco 1,25.
Afzonderlijke nummers 5 eent.
Inzending van advertentiën op Maandag en Woensdag
vóór 2 uren, op VRIJDAG vóór 12 uren.
Telefoonnummer 22. Directeur A. P. A. *van Setrrs. Uitgave van die Naaml. Vennootschap „G-oesehe Courant". Hoofdredacteur mr. W. S. Kalma.
COURANT.
De prijs der gewone advertentiën is van 1-5 regels 50 ct., elke' regel meer 10c
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt
de prijs slechts tweemaal berekend.
Geboorte-, huwelijk- en doodsberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 110 regels 4 1,berekend.
Bewijsnummers 5 cent.
W Zij, die zich vanaf I Jul!
op ons blad abonneeron, ontvan
gen de tot dien datum verschij
nende nummers gratis.
SEN LESJE VAN „DE ZEEUW".
Het ziet er met de zelfkennis van
de Zeeuw blijkbaar vreemd uit. Het
blad, dat de vrijzinnigen allerlei on
gerechtigheden verwijt, in den ver
kiezingsstrijd gepleegd, tracht ons een
lesje te geven in zelfrespect. Dat het
allerlei andere aardigheden debi
teert, den vrijzinnigen verwijt, er geen
duidelijk te omschrijven beginsel op
na te houden, waarom zij hun toe
vlucht zouden moeten nemen tot perso
naliteiten, kunnen we gemakkelijk
onbesproken laten. Wij hebben zoo
dikwijls ons beginsel tegenover dat
van de reactionairen gesteld, zonder
daarop ooit van de andere zijde be
strijding te zien, dat dit verwijt vrij
wel belachelijk klinkt. Maar wanneer
de Zeeuw ons zelfrespect leeren wil,
dan wordt het toch wat al te gek.
Wij hebben, zoo smaalt de Zeeuio
uit de weigering van eeD dracht water
aan een Katholiek door den Hervorm
den koster een wapen gesmeed tegen
den candidaat derkerkelijken.Nuheeft
de .Zeeuw-redactie heel goed gelezen,
dat wij dit feit aanhaalden ter typee
ring van de zoogenaamde broederlijke
eenheid des geloofs tusschen recht
zinnige Protestanten en Katholieken.
Het ging dus volstrekt niet om die
dracht water. Dat stnbje was alleen
een spottend antwoord op het leugen
achtig gelenter der rechtschen, over
een gemeensohappeljjken wortel des
geloofs en dergeljjken, waarmee ze,
vooral iu verkiezingsdagen, de coalitie
tusschen rechtzinnige Protestanten en
Katholieken, als een op godsdienstige
overtuiging steunende, den een-
vondigen trachten aan te praten. Dit
stond zoo duidelijk in het artikeltje,
dat slechts opzettelijke kwade trouw
er iets anders in lezen kon.
Wat De Zeeuw verder hierover
schrijft, gaat boven ons begrip. Wjj
voegden aan onze mededeeling toe,
dat de koster hierin natuurlijk krach
tens lastgeving handelde, alleen om
don persoon van den koster er geheel
buiten te stellen. Wat voor lasterlijks
er echter in die bijvoeging kan schui
len, moet De Zeeuw ons nog duidelijk
maken.
Dat wij recht hadden ook nu
weer tegen de voorstelling op te ko
men, als zou het b\j deze verkiezing
om de „eere Gods" gaan, blijkt nog
eens uit het artikel zelf, waarin De
Zeeuw ons bovengenoemd liefelijks
verwijt. De redactie schrijft .of de
tijd niet Bpoedig daar zal zijn, dat op
het van onds rechtzinnige Zuid-Beve-
land rood den toon aangeeft." Dat
.rood" is weer zoo'n geniepigheidje
van het blad, waarop we verder niet
ingaan. Maar de rechtzinnigheid van
Zuid-Beveland loopt door de verkie
zingen gevaar, niet waar Is dat niet
met andere woorden gezegd, dat het
9
door
MARYLLE MARKOVITCH.
Naar het Franseh.
Deze bressen waren het tooneel van
een verwarring, die alle beschrijving
te boven gaat, een chaos van bele
geraars en belegerden, de eersten
stoutmoedig en onverschrokken het
aoul bestormend, terwgl de laatsten,
wien de ontzetting in de oogen te
lezen stond, met bleek gelaat en
slechts aan de vlucht denkend terug
deinsden, door den dood op de hielen
gevolgd. Een dikke, zware rook hing
boven het ongelukkige dorp en de
hartverscheurende kreten van doods
angst en van vertwijfeling, welke nit
het tumult opstegen, werden door de
rotswanden der naburige bergen te-
rnggekaatst en verspreid. Half waan
zinnig van angst trachtteu de Muzel
mannen zich langs de naar het ge
bergte voerende paden te redden, door
flikkerende zwaarden vervolgd of door
Sweerkogels achterhaaldhier en
ar zag men hen met brekende
een godsdienstige strijd is, dat het
om die rechtzinnigheid ot, wat immers
voor rechtzinnigen hetzelfde is, om de
eere Gods gaat
Buitenland
Een rumoerige zitting.
't Is er Woensdag in de Belgische
Kamer weer eens heet toegegaan. Do
eenige christen-democraat, de heer
üaens, gaf den eersten stoot, toen hij
z'n houding voor de crisis wenschtc
te verklaren en dat in 't Vlaamech
deed, wat al dadelijk verzet deed
opgaan by sommige Walen. De heer
Daens verklaarde zich voorstander van
zuiver algemeen stemrecht, doch was
niet te spreken over den leerplicht,
zooals de oppositie die wil, d.w.z. met
een verplichte, onzijdige school. De
sociaal-democraten Anseele en Huys-
man en de liberaal Tuyl antwoordden
hem daarop, dat hjj willens en weteDs
loog, wanneer hjj beweerde, dat de
oppositie zulke bedoelingen heeft. De
heer Tuyl werd door den voorzitter
tot de orde geroepen. Toen kwam de
sociaal-democraat Hnbin, die geen
woord Nederlandsche verstaat, op den
heer Daens af, om hem rekenschap
voor zijn beweringen te vragen, maar
vier deurwaarders volgden hem op
den voet, wat hein den voorzitter deed
toeroepen: „Ik heb er genoeg van,
altjjd door de deurwaarders op de
handen te worden gekeken. De eerste,
die mjj aan het lijf komt, geef ik een
draai om zijn ooren."
Doch dit alles was nog slechts het
voorafgaande gerommel van het on
weer. De poppen gingen eerst goed
aan het dansen, toen de katholiek
Maenholt vroeg, of de sociaal-demo
craten hnn gevluchten collega, het
Kamerlid van Langendonk, te Leuven,
uit de partij gebannen hebben. Daar
op antwoordde Anseele met de weder
vraag „Wat hebt gij Katholieken,
gedaan met de zusters, die hun kleed
onteerd, die kinderen bezoedeld
hebben
„Die hebben wjj uitgesloten", ant
woordde Maenholt, „maar gij hebt ze
in uwe partjjen opgenomen".
Dit verwekte een weergaloos kabaal.
Bjjna gansch de linkerzijde kwam
schreeuwend en dreigend voor Maen
holt staan. De liberaal Augustin wierp
hem een zwaar boeit naar het hoold,
anderen wilden hem te ljjf. Toen
stond de voorzitter op en liet de
tribunes ontruimen.
Na een schorsing van tien minuten
werd de zitting hervat en verklaarde
Maenholt, dat hjj slechts bedoeld had
dat de vrijzinnige partijen de priesters
opnemen, die hun godsdienstplichten
verzaakt hebben, maar niet zulke
priesters, die zich aan zedenschennis
hadden sohaldig gemaakt.
De linkerzijde verklaarde zich met
deze uitlegging niet tevreden. Zy
wilde geconstateerd zien, dat Maen-
hout eenvoudig zjjn woorden had in
getrokken.
Thans ontstond nóg een incident en
wel tusschen den sociaal-democraat
Anseele en den oud-Katholieken mi
nister Degeren, dien de sociaal-demo
cratische afgevaardigdigde beschul
digde van zijn mandaat misbruik te
oogen op den weg nederstorten, de
armen uitgestrekt naar die wijkplaat
sen, waarvan de dood hnn den toegang
had afgesneden.
Er bleef thans geen twjjfel meer
overhet aoul was genomen. Het was
een absolute nederlaag, een ware
slachting, een redden, wat er te red
den valt, de bladzijde, na welker
lezing het boek voor altijd gesloten
wordtEn was men dan daarvoor
van zoo ver hierheen gekomen
Aly wendde zich tot zjjn zuster.
Sprakeloos van ontzetting door den
omvang van de ramp, alles buiten
Schamyl en de vrijheid vergetende,
had het jonge meisje haar sluier op
gelicht. Haar oogen, waarin een on
uitsprekelijke treurigheid te lezen
stond, konden zich niet losmaken van
het hartverscheurend schouwspel, het
welk zich voor haar blik ontrolde.
Wat zullen wij doen? vroeg Aly.
Voor alles den imam redden,
antwoordde Thamar.
En op welke wijze
Zich onder de overwi. naars be
geven. met hen medestormon, tot den
ebef doordringen en zich onder zijn
bevelen scharen.
Geljjk een koppel jachthonden
stormden zy voorwaarts. Door dezen
onverwachtschen aanval verrust.
hebben gemaakt, om financieele onder
nemingen te bevoordeelen. Anseele
verklaarde zich bereid, om deze zware
beschuldiging door bewijzen te staven.
Zoover kwam het evenwel niet, daal
de voorzitter zoo verstandig was de
zitting op te heffen.
Erger, veel erger nog moet het er
van langs gegaan zjjn bij de
verkiezing in Galioië.
Te Drokobycz liggen niet minder
dan 18 lijken in het lijkenhuis, 47
zwaargewonden, w. o. 3 vrouwen en
een meisje, in het hospitaal, alles ten
gevolge der verkiezingsonlusten.
In Oost-Galicië moesten 60 verkie
zingen voor den Rijksraad gehouden
worden de verkiezingscampagne
werd tusschen Polen, Ruthenen, soci
alisten en sionisten met grooten ijver
en hartstocht gevoerd. Te Drokobycz
begonnen reeds vroeg in den morgen
vechtpartijen tusschen de agitatoren
der Poolsehe en nationalistische demo
craten. Toen in den namiddag de
arbeiders van de petroleumbronnen
naar de stad kwamen om te stemmen,
begon eexst het eigenlijke gevecht.
Voor het huis van den burgemeester,
vau wien men vertelde, dat hjj zich
ten gunste van de Polen met de ver
kiezingen bemoeid had, rotte de menig
te samen. Het tnrnult begon met
een bombardement van steenen op
het huis. De politie bleek machteloos
om de razende volksmenigte in toom
te honden, zoodat soldaten werden
ontboden. De menigte week evenwel
geen duimbreed en begon ook de
soldaten met steenen te werpen. Eerst
attaqueerden de troepen met de bajonet.
Toen zjj echter ontvangen werden
door een hagel van keien, werden er
eenige salvo's gelost. Bierbjj werden
8 menschen gedood en velen gewond.
Dan gingen de betoogers op de vlucht.
Onder de gewonden bevindt zich een
luitenant van de huzaren; verschil
lende huzaren werden van hun paar
den gesleurd en mishandeld.
De opwinding in de stad is gewel
dig. Men beweert dat de soldaten
zonder voorafgaande sommatie ge
schoten hebben. De verschillende par
tjjen zetten intusschen hun twisten
voort. De sionisten vooral weren zich
drnk. Hun leider is in hechtenis ge
nomen.
Dan gaat het hier toch vrij wat
kalmer toe
De Zkkliedknstaking.
Zoowel uit België als nit Engeland
komen berichten, dat men het einde
der zeeliedenstaking nabjj acht. Ver
schillende reeders zijn aan de eischen
der zeelieden tegemoet gekomen.
Te Huil heeft de staking een offer
geëiseht. Stakers poogden de be
manning van het naar Rotterdam
bestemde stoomschip „Lady Wood"
over te halen niet naar zee te gaan.
Er ontstond een gevecht, waaraan de
kapitein van de «Lady Wood" een
einde maakte door te bevelen het
anker te lichten. Toen dit geschied
was, liepen enkelen der bemanning
naar het [achterdek en schoten naar
de stakers. Een van hen, Joe Welsoh,
werd zwaar gewond. Het schip zette
zjjn reis voort naar Rotterdam. Bij
stoven de Russen in het eerste oogen-
blik uit elkaar en dwars door den
kruitdamp, het vuur, den rook en het
bloed, ja, zelfs den steenregen, dien
eenige getrouwe Muzelmannen nog
steeds op de belegeraars deden neer
dalen, bereikten zjj de open plaats in
het midden van het aoul. Iu zjjn woning
geblokkeerd, van alle zjjden door den
vijand omsingeld, had Schamyl nog
Blechts te kiezen tusschen overgeven
of sterven. Doeh deze kleine troep
was zjjn behoud.
Moedig als leeuwen wierpen zjjn
bevrijders zich met ware doodsver
achting op de Russen. De slagen en
houwen vielen rechtB en linkshet
bloed sprong uit de gapende scheuren
in de kieederen of teekende purperen
strepen op de aangezichten. Hier en
daar zag men mannen zich plotseling
omdraaien, met de armen in de lucht
slaan en met brekende oogen in elkaar
zakken om terstond daarop onder de
voeten der strijdenden te worden ver
treden. Midderwjjl floten de kogels
vaa Schamyl en zjjn getrouwen zonder
ophouden door de schietgaten vau het
in een citadel veranderde huismet
onweerstaanbaar geweld baanden deze
bodea des doods zich in het vleesch
een doortocht, op goed geluk zoowel
vrienden ala vijanden treffende.
aankomst aldaar begaf zich de in
specteur van politie Klein aan boord
van het schip, dat in de Maashaven
lag, vergezeld van eenige politie-agen-
ten, en arresteerde den machinist F.
M., die aan boord onder bewaking
was gehouden. Zjjn revolver werd in
beslag genomen. De aanhouding ge
schiedde op telegraphisoh verzoek van
het hoofd der politie te Huil.
De Zeeliedenstaking.
Te Amsterdam schijnt de toestand
te verergeren. De bootwerkers hebben
zich reeds daadwerk eljjk in het con
flict der zeelieden gemengd en met
toepassing van hun besmettingstheorie
geweigerd werk te verrichten.
Toen met den Dnitsohen trein een
30-tal werkwilligen voor de Kon.
Stoomvaart-Maatsehappjj aankwamen,
moesten ze onder politie-geleide naar
de Handelskade gebracht worden, ter
wijl in den trein zelf politie-beambten
hadden meegereisd. Op de Prins
Hendrikkade moest de bereden politie
chargeeren om de aandringende sta
kers terug te drijven.
In den omtrek van de haven begint
onrust te heerschen, die af en toe
overslaat tot min of meer ernstige
botsingen met de politie. Voor de
emplacementen der maatschappjjeu
langs de Ruyter-, de Handels en de
IJkade staan sterke afdeelingen poli
tie, bereden zoowel als te voet, en
ook de kantoren langs de Prins Hen
drikkade worden scherp bewaakt.
Vooral echter voor het kantoor van
den waterschout, d. i. op het Kadjjks-
plein, waar het kautoor van den Zee-
liedenbond in de onmiddellijke nabij
heid is, was het gisteren den heelen
namiddag zeer woelig. Te ruim vier
uur drongen een 50-tal zeelieden, die
daar samenschoolden, wat sterk op,
waarop zjj door de politie werden
uiteengedreven. Zij lieten zich even
wel niet onmiddellijk verjagen, en
toen de sabels te voorschijn kwamen,
suisden plotseling eenige keisteenen
door de lucht iu de richting der be
reden politie, die een uitval deed. Het
zelfde oogenblik klonken twee 3choten
die uit de menigte werden gelost
voor zoover bekendis, zonder iemand
te treffen.
De nagedachtenis van admiraal
De Ruyter geëerd.
De officieren van het te Amsterdam
vertoevende Deensche oorlogsschip
Berluf Troile hebben een krans ge
legd op het graf van admiraal Michiel
Adriaansz. de Ruyter.
Neerbosch.
Uit het jaarverslag van de wees
inrichting te Neerbosch, op het 48ste
jaarfeest door den directeur uitge
bracht, bljjkt, dat thans opgenomen
zjjn 499 kinderen, onder wie 119 door
voogdijraden der stichting zjjn toe
vertrouwd voor een 340 tal werd dit
jaar plaatsing gevraagd, van wie 75
werden aangenomen. De ontvangsten
bedroegen in het geheel f 161.183,73,
waaronder aan giften f 32.297,11, de
uitgaven f 160,582,38.
De Tscherkessen behielden evenwel
de overhand en plotseling zag men
hen onder aanvoering van een vronw
de thans in doodsangst verkeerende
Russen met den ponjaard in de len
denen naar den ringmuur terugjagen.
Daarna even snel weder rechtsom
keert makende, verzamelden zjj zich
rondom Schamyl, die thans eindelijk
bevrjjd was.
Hassan was niet van Thamar's
zjjde geweken en meer dan eens had
zjjn arm de slagen, die haar bedreig
den, afgewend. Hoewel hjj een won
de aan het voorhoofd ontvangen had
en zich van uitputting bjjna niet
meer kon honden, volgde hjj haar
nog steeds. Zjj wendde zich tot hem,
Dank u, Hassan, zeide zjj, hem
de hand drukkende. Én een stuk van
haar sluier afscheurende, verbond zjj
zjjn voorhoofd. Hierop haastte zij
zich naar de plek waar Schamyl zjjn
getrouwen om zieh heen verzamelde.
Zij brandde van begeerte om tot j
hem door te dringeu, doeh de verwar
ring was zoo verschrikkelijk dat zij
er ondanks Hassan's pogingen niet
in kon slagen. Eèn woord slechts,
hetwelk van mond tot mond ging,
drong tot hea door: „Naar den
Goenib-Dagh l"
En daar de troep, ia welks midden
Staten-Generaal.
TWEEDE KA M E R.
De heer Treub bleek de bezwaren
van de heeren Duys en Patjjn tegen
de uitsluiting van de zorg voor ge
neeskundige hulp uit de wetteljjke
ziekteverzekering te deelen. Hjj meen
de, dat het algemeen belang de ge
neeskundige behandeling eischte en
dit rechtsgrond genoeg was. Waar de
minister zelf erkende, dat de zieken
fondsen nog niet afdoende in de ge
wone geneeskundige behandeling voor
zien, beweerde hjj, dat deze alleen in
de groote steden voldoende waren.
Door het stelsel van den minister
zonden de ziekenfondsen ook worden
verzwakt, daar de arbeider minder
in het fonds zon bijdragen. Deze zou
te zwaar belast worden en, waar geen
doktersbussen waren, de uitkeering
aan den dokter worden besteed.
Dit laatste vreesde ook de heer
Tydeman, die bovendien een vraag
punt gewenseht had, waardoor de
kamer zieh zou hebben uitgesproken
over de verkieslijkheid van door den
Staat opgelegden dwang bjj arbeiders
verzekering boven vrijwillige ver
zekering.
De heer Lohman bleek het gansche
ontwerp, dat volgens hem rechtsgrond
miste, niet te best gezind, terwjjl de
medicus Scheurer als zjjn oordeel uit
sprak, dat de regeering niet verder
kon gaan dan een uitkeering waar
borgen.
Hierna kwam minister Talma aan
het woord. Deze verdedigde de split
sing van uitkeering en geneeskundige
bulp. Hjj beweerde geen rechtsgrond
te zien voor eeu verzekering, die zieh
ziekenbehandeling ten doel stelt. Ver
zekering van geneesk. hulp achtte hjj
geen arbeidersbelang, maar een volks
belang in den ruimsten zin des woords
en dus als zoodanig niet in deze wet
te behooren. Een ander bezwaar zag
hjj in het feit, dat de geneesheeren
geen staatsdoktoren zijn en er dus
geen behandeling gewaarborgd kan
worden.
Verder meende hjj, dat de arbeider
de premie voor een verzekering, die
ook geneeskundige hulp omvat, niet
zou kunnen betalen en vrjjstelling
voor de lage loonen niet zou baten.
Bjj het sectie-onderzoek van het ont-
werp-Veegens waren ook veel leden
voor de splitsing geweest.
Te platten lande achtte hjj een
noodtoestand aanwezig, omdat talrijke
gemeenten zonder geneesheer zijn.
De ziekenkas kan in die behoefte niet
voorzien. Maar dit noemde de minis
ter een zaak, die geregeld moest wor
den als een kwestie van volksgezond
heid. 's Ministers conclusie was, dat
het ondoenlijk was aan de arbeiders
bevolking speciaal te platten lande
ziektebehandeling te garandeeren.
Op den heer Nolens bleek 's ministers
redeneering indruk te hebben gemaakt.
Hjj had tegen deze regeling bezwaren,
maar erkende, dat de nadere opmer
kingen van den minister hem in zjjn
meening zeer hadden geschokt. En
aanneming van 's ministers stelsel
achtte hjj thans in het belang van
arbeiders en maatschappij. De heer
Schaper wees na deze rede op het
Schamyl zich bevond, derwaarts
heensnelde, volgden zjj hem beiden.
Wat was er van haar twee broeders,
Aly en Youssouf, geworden Zjj wist
het niet. Eén ding kwam haar ech
ter ala zeker voor, namelijk, dat zjj,
zoo zjj niet gesneuveld waren, zich
daarginds in het gevolg van den held
bevonden, misschien zelfs in zjjn on
middellijke nabjjheid.
Zjj baanden zieh een weg door de
nauwe straten, waar de Russen nog
de laatste vluchtelingen vervolgden.
Opnieuw huilde de dood om hen heen,
opnieuw werd hun pad met Ijjken be
zaaid en werden er gapende wonden
toegebracht. Maar binnen weinige
minuten hadden Schamyl en de zjj-
nen het aoul verlaten en bevonden
zich op de paden van den GoenibDagh,
buiten het bereik hunner vjjanden.
Aan den eenen kant door den Koïsoe,
welks schuimend water meer dan hon
derd voet beneden den top des bergs
voortschiet, aan den andoren door een
onbekiimbaren granietmuur van de
omnngende bergen gescheiden en be
kroond door een plateau, hetwelk de
vjjand slechts langs één zjjde kon be
reiken, was de Goenib-Dagh voor
Schamyl het laatste toevluchtsoord.
{Wordt vervolgd}.