N\ 11 1911.
Dinsdag 24 Januari.
989m
FEUILLETON.
JCef geheim van den
JCercnlesbnrcht.
GOESCHE
Do uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond
uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal, in Goes f 0,75, buiten Goes, franco 1,25.
Afzonderlijk» nommers 5 cent.
inzending: van advertentlën vóór 2 uren op den dag der
uitgave.
Telefoonnummer 23. Directeur A. F. A. van Sbters. Uitgave van de Naaml. Vennootschap „Goesche Courant". Hoofdredacteur mr. W. S. Kalma.
De prjjs der gewone ad vertentiën is van 1-5 regels 50 ct., eiken regel meer lOct
Bjj directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt
de prijs slechts tweemaal berekend.
Geboorte-, huwelijk- en doodsberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 110 regels k f 1,berekend.
Bewijsnummers 5 cent.
EENE RECTIFICATIE
EN NOG IETS. -:-
De Zeeuw heeft ons de eer van een
vermjlding in haar nummer van 23
dezer waardig gekeurd. Wy zjjn daar
voor zeer gevoelig, maar achten ons
verplicht der redactie van De Zeeuw
op een kleine, wellicht onbewuste on
nauwkeurigheid opmerkzaam te maken.
Na aan haar heel bescheiden protest
tegen het „haast godslasterlijke" be
drijf van Mr. Troelstra en zijn toe
hoorders in de kerk te Stiens herin
nerd te hebben, zegt De Zeeuw: „De
Goesche Courant schrijft naar aanlei
ding hiervan aan ons adres„Dat is het
huichelachtig farizeeïsme, enz." Zoo
gelezen wekt het den indruk alsof wjj
speciaal dit protest wilden aanduiden
met „dat is het huichelachtig farizee-
isme" en met wat we verder schreven
in ons nummer van Donderdag 1.1.
De zaak staat echter anders en kan,
dunkt ons, voor ieder volkomen dui
delijk zijn.
Deze daad van De Zeeuw gaf ons
een artikeltje in de pen over: „Wat
ook rechtzinnig protestantisme heet"
over het politieke christendom van
protestantBChen bloede en wat daarmee
eens geestes is. Wat we daar dus schre
ven heelt verder met die daad geen
ander verband dan dit, dat we in die
daad een uiting zagen van dat soort
orthodoxie, waartegen we opkwamen
Het verwijt van farizeeïsme, ons gezeg
de „dat is de kanker" enz., sloeg dus
op die „geestes- en gemoedsstemming",
die zich achter orthodoxie verschuilt
en die een deel is van het politieke
Christendom ten onzent.Dat een protest
vau De Zeeuw, hoe gewichtig ook, „de
kanker zou kunnen zijn, die weg vieet,
wat er aan schoon van godsdienstig en
geestelijk leven zou willen opbloeien in
de zielen zooveler eenvoudigen", is
zelfs niet in ons opgekomen. Ba wan
neer De Zeeuw meent, dat tegen haar
of haar protest onze onverbiddelijke
strijd gaat, dan moeten we haar, hoe
zeer het ons ook om harentwille spijt,
die illusie ontnemen.
Hoe en waarom De Zeeuw in ons
stukje die antithese proefde, is ons
niet recht duidelijk. Wij hebben willen
wijzen op het misbruik, dat van den
godsdienst, van godsdienstige woorden
en gedachten gemaakt wordt, op het
huichelachtig farizeeïsme, dat zelf de
heiligheid van den godsdienst niet
begrijpt en de heiligheid van anderer
godsdienstig leven durft bezoedelen.
We hebben dus, zoo De Zeeuw wil,
een tegenstelling gemaakt tusschen
waarachtige- en schijn- godsdien
stigheid. Wil De Zeeuw die tegen
stelling tot de antithese maken tusschen
rechts en links, ons is het we;. Maar
van een orgaan van rechts is dat dan
wel een zeer opmerkelijke schuldbe
lijdenis.
Buitenland.
Een nuttige staking.
De republikeinen iu Portugal schrij
nen maar wat in hun nopjes te zijn
met de jongste stakingen, want, zoo
69
Uit het Fransch
van
GASTON LEROUX.
Edith, die door dit alles nog zenuw
achtiger werd dan ze reeds was, ging
naar haar twee trouwe knechts Mat-
toni en Walter en vroeg hun wat dit
alles beteekende en wien men hier
gevangen wilde houden. Tot mijn
groote verbazing gaven zij haar geen
antwoord. Toen opeens stelde zij zich
voor de deur van het salon vau den
ouden Bob, breidde de armen uit alsof
z(j ieder ander den toegang wilde
beletten en riep met rauwe stem
Wat gaan jullie doen Je gaat hem
toch niet dooden
Neen, mevrouw, antwoordde Roule-
tabille met doffe stem. Wij gaan nu
recht spreken over hem En om er
nog zekerder van te zijn dat de rech
ters niet zullen optreden als beulen,
zullen wij, na onze wapens te hebben
neergelegd, op het lijk van den ouden
Bernier zweren dat wij geen enkel
•wapen bij ons hebben gehouden.
En hjj ging ons voor naar da kame r
beweren ze, de republiek is door de
gebeurtenissen der vorige week be
paald versterkt. Verder heeft de arbei
dende klasse ingezien en erkend,
dat werkstakingen thans zeer onge
legen komen, welke zienswijze oen
handel ten goede zal komen, 't Is te
hopen, dat de
btaking in 't LuiKSOHK
tenslotte ook nog nuttig zal werken,
want nadeelen zijn er nu al meer
dan genoeg uit voortgevloeid en nog
is het eind niet te voorzien. Een
kleine minderheid wil het werk wel
hervatten, maar de overgroote meer
derheid wil daarvan vooralsnog niet
weten. De spanning in de groepen is
dan ook zeer groot, temeer nog wjjl
er een misverstand is ontstaan over
de verdeeling der ingezamelde gelden.
Degenen, die niet tevreden waren
over de verdeeling der giften, hebben
stoelen, glazen, tafels, een luster, enz
stuk geslagen, onder bet geroep't
Zjjn allen dieven! 'tZijn verraders!"
t Moet een lief tooneeltje geweest
zijn.
Donderdagmorgen te 4 uur heeft
te Milinort een dynamietaanslag plaats
gehad tegen de woning eener weduwe,
wier zonen zich niet bjj de stakers
hadden willen aansluiten.
Te 5 uur werd er naar vijf mijn
werkers, die door een politieagent
begeleid naar den arbeid gingen, een
hagel van steenen geworpen.
Te Vlotten werden gedurende den
nacht ruiten stuk geworpen.
Te Jupille zjjn de nog niet stakende
werklieden ook heen gegaan, ten
gevolge van een ongeluk, dat een
hunner het leven kostte en anderen
kwetste.
De heeren beginnen dus nog op
den koop toe rumoerig te worden,
welke beweging overgeslagen schijnt
te zjjn op
de wijnboeren in champagne.
Dat volkje heeft den laatsten tijd
verschrikkelijk het land, wat trouwens
niet te verwonderen is. In de eerste
plaats toch is de wijnoogst vrijwel
mislukt en nu willen de wijnhande
laars net over de grens hun producten
ook nog voor echte champagne laten
doorgaan. Dat werd de boeren al te
kras en in grooten getale trokken ze
naar hun concurrenten en sloegen
daar alles kort en klein. De regeering
heeft echter dadelyk omvangrijke
voorzorgBihaatregelen genomen, laat
alle magazijnen en kelders door troepen
bewaken en zoodoende is de rust
voorloopig hersteld. Ook in Noord-
Afrika is het weer eens niet heelemaal
pluisOd de grens van het Chauja-
gebied heeft nl.
een ernstig incident
plaats gehad. Een Fransch detache
ment is in een hinderlaag gevallen.
Een luitenant, een wachtmeester en
drie inlandsche cavaleristen zjjn ge
dood, terwijl zes ruiterB werden ge
wond.
Het gebeurde heeft zich op de vol
gende wijze toegedragen
Den dertienden Januari kwam by
waar Bernier's weduwe nog steeds
lag te snikken en te bidden bjj het
lijk van haar echtgenoot. Hier legden
wij allen onze revolvers neer en deden
den eed, dien Rouletabille van ons
verlangde. Alleen Edith stribbelde
tegen toen het er op aankwam, de
revolver, die zjj heimelijk bjj zich
droeg wat Rouletabille echter wel
wist af te geven. Maar toch wist
de reporter, door haar te doen inzien,
dat die algemeene ontwapening haar
moest geruststellen, haar te bewegen
zjjn zin te doen.
Rouletabille nam toen weer Ma-
thilde's arm en ging naar de gang.
Wij volgden hem. Maar in plaats van,
zooals wjj verwachtten, naar het salon
van den ouden Bob te gaan, ging hij
regelrecht naar de deur van Darzac's
kamer. En het kleine sleuteltje, waar
van reeds is gesproken, voor den dag
halende, deed hjj de deur open.
Tot onze verwondering zagen wjj
op Darzac's schrijftafel de teeken
plank, de teekening, waaraan hjj in de
werkkamer van den ouden Bob, in
den Ronden Toren had gewerkt, het
bakje met roode verf en daarin het
penseeltje. En midden op de taiel lag
heel behaaglijk het oudste doodshoofd
van de mensehheid.
Rouletabille deed den grendel op de
deur en zei, op ietwat ontroerden
toon en terwijl wij hem onthutst aan
staarden
den Franschen commandant van het
kamp van Boucherou, ten noordoosten
van Casablanca, een verzoek in van
de Beni-Kiran, behoorende tot de
stam der Zaërs, om een quaestie te
beslechten van weiderecht.
Kapitein Nanty vertrok met een
gewapend geleide naar de Beni-Kiran,
loste het geschil oj naar genoegen
der partijen en nam den terugweg
aan.
In den avond van den veertienden
ontmoette hjj eenige afgezanten van
den marabout Abd-el-Kadir, die zich
die zich in de kasbah Merchouch be
vond, en met wien de Fransche offi
cieren goede betrekkingen onderhou
den. De broeders van den marabout
boden zich aan als gidsen.
Op weg naar de jtasbah werd het
gezelschap plotseling overvallen na
een kort gevecht sloegen de aanval
lers wel is waar op de vlucht, maar
de overwinning was duur gekocht.
De marabout van Merchouch heeft
onmiddellijk aangeboden, de schuldi
gen op te sporen en te straffen. Alles
wijst er op, dat men hier te doen
heeft met een op zichzelf staanden
aanval van een bende van roof levende
inlanders, en er geen sprake is van
een uiting van geregeld verzet tegen
het Fransche gezag.
Toch is dit niet de eerste maal, dat
de Zaërs de Fransche troepen afbreuk
doen. Den 18 Februari 1909 sneuvelde
luitenant Meaux op de grens van hun
gebied, welke gebeurtenis aanleiding
gaf tot de strafexpedie onder generaal
Moinier. In Maart d. a. v. had weder
om gewapend verzet plaats.
De Figaro dringt aan op een af
doende tuchtiging der Zaërs, opdat
de pacificatie ook van hun gebied niet
verstoord wordt door dergelijke over
vallen.
Paraquat
heeft weer eens het bewijs geleverd,
hoe veilig de president daar op den
troon zit. 't Vorige jaar Juli toch zette
kolonel Jara een revolutionnaire be
weging op touw en na een verwoeden
strjjd in de hoofdstad werd de regee-
rende party der Civicos verdreven.
De president der republiek nam de
vlucht en Jara zette in zijn plaats een
strooman als vice-president aan het
hoofd der regeering. Zelf nam hjj do
portefeuille van oorlogenverschillende
kameraden kregen de andere regee-
ringsambten. De nieuwe ministers
trachtten hun positie te versterken
door ook de leiders te verbannen van
de party der Colorados. Deze partij
had jaren lang het bewind in handen
gehad, tot zy in 1904 weer door de Civi
cos werd verdreven. Kolonel Jara, die
toen tot de Civicos behoorde, maar
zich, toen het op verdeeling van den
regeeringsbuit aankwam, achteruitge-
steUl waande, maakte van den steun
der Colorados gebruik, om weer de
Civicos te verdrijven. Maar eenmaal
tot macht gekomen, verdreef hy zijn
helpers ook. De vo: ige maand kwamen
een nieuwe president en vice president
aan het bewind, maar blijkbaar hebben
deze zich niet gewillig willen schikken
naar de wenschen van den almachligen
Dames en heeren, mag ik u ver
zoeken plaats te nemen
Er waren stoelen rond de tafel gezet
en wjj gingen zitten in toenemende
bevreemding en, haast zou ik zeggen,
in toenemend wantrouwen. Een won
derlijk voorgevoel zei ons, dat al deze
ons zoo wei bekende voorwerpen achter
hun schijnbaar zoo rustige banaliteit,
de oorzaak verborgen van een op
handen zijnd vreesdij k drama. En
het doodshoofd scheen te lachen als
de oude Bob.
Men zal opmerken, begon Roule-
bille, dat er hier bij de tafel een stoel
te veel, bij gevolg dat er een persoon
te weinig is, en wel de heer Arthur
liance, die nu niet lang meer zal
wegblijven.
Hij heeft misschien op dit oogen-
blik de bewyzen van de onschuld van
den ouden Bob in haudcu! merkte
Edith op, die door dit alles zenuw
achtiger was geworden dan iemand
anders.
En ik richt hierbij tot mevrouw
Darzac het, verzoek de heeren over
te halen uiets te doen voor mjjn man
terug is
Mathilde had geen gelegenheid
hierop te antwoorden, want nog voor
mevrouw Rance had uitgesproken
hoorden wjj voetstappen in de gang,
waarna er nard op de deur werd ge
klopt en de stem van Arthur Ranee
ons toeriep hem dadelijk apen te doen.
minister van oorlog en zoo zijn ze
thans ook door hem weer verdreven,
Hjj is nu zelf als president opgetreden.
B i it n e n I a n <1.
Nationaal Bureau voor
Vrouwenarbeid en de positie van
vrouwelijke rijksambtenaren.
Bljjkens de jongste mededeelingen
van het Nationaal Bureau voor Vrou
wenarbeid heeft het Comité van Actie
tegen het wetsontwerp, regelende de
positie van vrouwelijke rijksambte
naren en onderwijzeressen bjj het
O. L. O. die in het huwelijk treden,
reeds tamelijk veel tot stand gebracht.
Een adres werd gezonden aan de
Tweede Kameradhaesie-betuigingen
werden daarop gevraagd, en ontvan
gen van 135 vereenigingen en afdee-
lingeneen brochure werd samen
gesteld omtrent de houding, welke in
het buitenland, nl. in de 15 landen,
waaruit gegevens werden toegezonden,
de overheid aanneemt tegenover de
gehuwde en huwende vrouwelijke
ambtenaren en onderwijzeressen bjj
het O. L. 0. Een groote protestver
gadering, te Amsterdam te houden
nadat de Memorie van Antwoord zal
verschenen zijn, is thans iu voorbe
reiding.
School en er k.
Tandheelkundige studenten.
De colleges aan het Tandheelkundig
Instituut te Utrecht worden heden
23 Jan. hervat De studenten zjjn
blijkens een aankondiging in de vesti
bule van het Instituut opgeroepen,
voor ieder jaar afzonderlijk. Het derde
jaar 's morgens, het tweede en het
eerste 's middags.
Het moet in de bedoeliDg der „in
dividueel-stakende" studenten liggen,
Zaterdagavond as. weer in vergadering
bjjeen te komen om daar de verder
aan te nemen houding te bepalen.
Ons is van terzijde medegedeeld, dat
er vermoedelijk héél wat jongelui weer
naar de kliniek zullen gaan, al zullen
er misschien 6ommige blijven volhar
den in het „weg-blyven"-besluit. Maar
meer dan één moet in de Kerstvacantie
van papa de boodschap hebben ge
kregen, weer kalm naar het Instituut
terug te gaan en de studie weer spoe
dig op te vatten.
Landbouw, Veeteelt en
Vissclierij.
Sprotvangst.
In de afgeloopen week, zoo wordt
aan de N.R.Ct. geschreven, is de sprot
vangst voor de Zeeuwsche visschers
weer van geen beteekenis geweest
alleen mag geconstateerd worden, dat
de kleine hoeveelheid, die werd aan
gebracht, zeer mooi van stuk was j ze
wardt in het klein door leurders ver
kocht het financiëel resultaat is dus
niet schitterend. In Zeeland werd het
vorige jaar zeer veel sprot gevangen,
nadat zes jaren lang onverklaarbaar
Ik breng het kleine robijnen doek
speldje! riep hy.
Rouletabille deed de deur open.
Zoo, iB u daar eindelijk, mijnheer
Rance zei hjj
Wat hoor ik toch? vroeg Edith's
echtgenoot wanhopig. Wat is er toch
gaande Alweer een ongeluk Ja, ik
vreesde wel dat ik te laat was, toen
ik de hoofdpoort gesloten zag en in
de portiersloge juffrouw Bernier hoorde
schreien en bidden. Ik dacht eigenlijk
dat men den ouden Bob had gedood.
Onderwijl had Rouletabille de deur
weer op slot en grendel gedaan.
De oude Bob leeft, Bernier is dood.
Ga toch zitten, mijnheer Rance, zei
Rouletabille beleefd.
Wie heeft hem gedood? vroeg
Arthur Rance met een verwonderden
blik op de teekenplank, het bakje met
verf en het doodshoofd.
Eerst toen viel zyn oog op zyn
viouw en gaf hjj haar de hand, maar
onderwijl keek hij naar Mathilde.
Voor zijn dood heeft Bernier Fre-
derik Larsan beschuldigd, antwoordde
Rouletabille.
Wil je daarmee soms zeggen, viel
Arthur Rance hem driftig in de rede
dat hy den ouden Bob beschuldigt?
Dat duld ik niet! Ik zelf heb ook een
oogenblik aan de identiteit van onzen
beminden oom getwijfeld, maar ik
herhaal dat ik het robijnen doekspeldje
terugbreng.
die visch daar wegbleef. Men zegt|
zonder dat men weet, waaraan dit is
toe te schrijven, dat de visch uit de
Scheldemonden blijft, terwy'l ze toch
verder zeewaarts voldoende staat. De
Zeeuwsche visschersschepen zjjn even
wel niet gebouwd op het uitoefenen
van het bedrijf in zee Men beweert
tevens dat de sprot, die gewoonlijk
in den Scheldemond komt, van een
ander soort is, dan die welke hooger
op bjj Den Helder en Zoutkamp ge
vangen wordt. Het is evenwel nog
onbekend wat de oorzaak is van het
wegblijven en het opeens in massa
verschijnener worden thans zoowel
in ons land als in Duitschland de
noodige onderzoekingen gedaan, ten
einde een verklaring van deze feiten
te krijgen.
Uit de Pers.
Wees onverzoenlijk I
De N. Ct. schrijft
Het is thans de beurt van den mi
nister van Justitie om door De Stan
daard te worden gekapitteld.
Hy was by de behandeling van de
Papendrechtsche zaak niet principieel
genoeg. Hy sloot zich niet uitdrukke
lijk bij de rechtsopvatting van de
heeren De Savornin Lohman en Van
Wijnbergen aan. Hij „toonde er prjjs
op te stellen, van den ouden leer
meester Van Hamel niet al te veel
te verschillen." Hy had daarvoor de
„bedenkelijke loftuiting" van de link-
sche pers in ontvangst te nemen, wat
altjjd een kwaad ding is voor een man
van „scherpgeteekende beginselen."
Met name voor een minister
meent De Standaard schijnt het
uiterst moeilijk zich te verweren tegen
de verzoeking om bjj zjjn tegenstan
ders in de gunst te komen. Zelfs
heeft het blad opgemerkt, dat Ministers
in een Kabinet van rechts „veelal de
gewoonte hebben, zich bjj hun rede
voeringen, zoo al niet uitsluitend, dan
toch in den regel, naar links te keeren,
als ging rechts hun minder aan".
Mogen wjj nadrukkelyk den wensch
uitspreken, dat dit althans zoo zal
blijven Links toch is in de Kamer
de perstribune en Ministers, ook van
rechts, geven dus door hun gewoonte
om naar haar kant toe te spreken te
kennen dat zij er prijs op stellen hun
woorden behoorlijk in de couranten
overgebracht te zien. Ons is die ge
woonte nooit bepaald opgevallen, maar
zoo zy bestaat, getuigt zjj van een
praktisch inzicht der ministers zoowel
ia hun eigen behoeften als in die van
het putliek, waarvoor de loftuitingen
wel niet uitsluitend van den kant der
politieke tegenstanders zijn te ver
wachten. De Standaard heeft óók een
verslaggever op de perstribune zitten
Hoe dit zy, hot blad betoogt ten
slotte dat „wie nog dingt naar den
lof van zijn politieke tegenstanders en
door dien lof niet eer als door een
wesp gestoken wordt", politiek zwak
staat. Het kost wel wat, voor men voor
dien lof geheel onverschillig wordt, en
het is wel hard telkens te ervaren dat
zoo ge niet buigen wilt, men zich van u
Wat bedoelde hjj toch met zjjn
robijnen speldje? Ik herinnerde my
dat Edith mjj had verteld, dat de
oude Bob het haar op den avond van
het drama in het Oude Kasteel had
afgenomen, omdat zy hem toen plagen-
derwijze gedreigd had hem er mee
te zullen prikken. Maar welk verband
kon er bestaan tusschen het Bpeldje
en het avontuur van den ouden Bob
Arthur Rance haastte zich ons dat te
verklaren. Hij vertelde ons, dat dit
speldje tegelijk met den ouden Bob
was verdwenen en dat hy het nu
juist had teruggevonden in de han
den van den Beul van de Zee, die
bezig was een pakje bankbiljetten
bjj elkaar te binden, waarmee Edith'b
oom hem had betaald. Waarvoor
Omdat hjj hem onder het zegel der
geheimhouding met zjjn bootje tot
voor de Romeogrot had gebracht,
waar hij tegen den morgen weer
vandaaD was gegaan, zeer in onrust
over zjjn passagier, die maar niet uit
de grot terugkwam.
En op zegevierenden toon besloot
hyIemand, die in een bootje een
een robynen speldje aan een ander
geeft, kan niet op hetzelfde oogen
blik in het Oude Kasteel in een aard-
appelenzak worden geBtopt.
Maar hoe ben je op de gedachte ge
komen naar San Remo te gaan Je wist
dus dat Tullio daar was vroeg Kdith.
f Wordt vervolgd.)