N". 153 1909. Dinsdag 28 December. 968te jaargang. In stormachtige Tijden. N ie uwj aar s wenschen FEUILLETON. De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond, uitgezonderd op feestdagen. Pr(js per kwartaal, in Goes 0,7S, buiten Goes, franoo f !at3. Afzonderlijke nommera 5 cent. inzending van advertentlën vóór;,2 urenjjjp derCdag: Ider uitgave. COURANT. De prjjs der gewone advertentiën'u van 1-5 regels50 ct., eiken regel meer lOct. By directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs Blechts tweemaal berekend. Geboorte-, huwelijk- en doodsberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 1—10 regels k 1,— berekend. Bewijsnummers 5 cent. Telefoonnummer 22. Directeur A.gF. A. van Setebs. Uitgave van de Naaml.$jVennootschap™ „Goesche Couraiit". Hoofdredacteur W.^Kerrbmans. tSSsF" Zi] die zich mei ingang van 1 Januari op dit blad abon- naeran, ontvangen de tot dien datum verschijnende nummers gratis. in het Nieuwjaars-nummer wor den, zooals gebruikelijk is, bii vooruitbetiHug geplaatst tegen 3 5 cent, voor hoogstens 8 regels. Deze advertentiën zibiea Don derdag 30 December, vóór 's mid dags twaalf uur, aan ors btreau moeten bezorgd zijn. De Adwnistt atie. Beitenlafid. Een regeering van militairen. Duister blijft de toekomst van het Grieksche volk dat eens stond aan de spits der beschaving en nu is teruggezonken tot een gedegenereerde natie, wier invloed naar buiten gelijk nul en wier bestaan slechts mogelijk is bij de gratie der mogendheden. De binnenlandsehe politieke strijd werd reeds jaren niet gevoerd tusschen menschen, die gloeiden voor het belang van het rjjk, en die slechts hierin verschilden, dat zp dit belang ver schillend inzagen, doch ging tnssehen groepen, die slechts hun eigen voor deel op het oog hadden. Omkooperjj en persoonlijke belangen speelden bjj de verkiezingen de hoofd: ol en onder der omstandigheden moest het land steeds aan kracht naar buiten en aan welvaart verliezen, Hoe ziek liet Griek6che volk is, blijkt duidelijk uit de krachteloosheid na den Griekschen oorlog. Toen het Griek sche leger in de vlakten van Thessalië was verslagen door de troepen, die onder de halve maan streden, is er niets gedaan om de weermacht op te heffen uit haar staat van verval en nu nog, twaalf jaar na den rain- spoedigen oorlog, is Griekenland machteloos. Het leger is slecht ge wapend, slecht georganiseerd en al voedt de natie nog idealen, ze is machteloos die tot werkelijkheid te doen worden. Begrijpelijk is het, dat onder deze omstandigheden de officieren van leger en vloot zich vereenigden om een verandering ten goede tot stand te brengen. De invloed van deze mannon had een gezegende kunnen zyn, indien zij maat hadden weten te houden en zich hadden bepaald tot den wette- ljjken weg. Doch helaas, het ging anders en op het oogenblik berust feitelijk de geheele regeeringsmacht bij den onverantwoordeiyken officie- renbond, die de beschikking heeft over 47 Naar het Engelsch VAN Barones ORCZY. Maar ieder merkt burger-afgevaar digde Déroulède op, den afgod van het volk, zooals hij daar zit op het uiterste eind van een bank aan den rechterkant, met de armen stijf over de borst gevouwen, het licht van de hanglamp recht op zijn donker hoofd vallend, met de trotsehe regelmatige trekken en de groote, rustelooze, leven dige oogen. Nu laat de burger-president een tafelbel weerklinken en daarop volgt een hevig rumoer van schor gelach en luide vloeken nu het publiek in de zaal wordt toegelaten. Wat een gespuis Bestaat er werkelijk znlk mensohe- lijk schuim Vrouwen, ougewassehen en vuil met slordige lompen om het lichaam ban gend," met verwarde haren en door drank verwezen aangezichten, vrou wen, die niets vrouwelijks meer heb ben Vrouwen die alleen nog maar haat lust tot wraak, honger en dorst kunnen voelen. Zij komen binnen, het leger en dus zijn wil desnoods met geweld kan doordrijven. Typisch voor den toestand is, wat er de vorige week gebeurde. De minister van oorlog, natuurlijk een protégé van den officierenbond, verklaarde in de Kamer, dat de vorige regeeringspartjj het leger tot een warboel had gemaakt. Bjj wijze van protest verlieten de leden dier partij toen de zaal, doch de minister trok zich hiervan niets aan en zeide, dat hij niet sprak voor de leden van het parlement, doch voor de vertegen woordigers van het volk op de pu blieke tribune, waar zich op dat oogen blik alleen officieren bevonden. Deze slag in het aangezicht konden de nog aanwezige Kamerleden natuur lijk niet dulden en ook zij vertrokken, zoodat zich op een gegeven oogenblik geen der wettige vertegenwoordigers van het volk meer in de zaal bevond. Natuurlijlc weigerde het parlement nog langer met den minister van oor log samen te werken en als antwoord daarop versterkte de officierenbond het garnizoen van Athene. Toen de zaken zoover gekomen wa ren, zagen de officieren evenwel in, dat zij te ver waren gegaan en vonden zjj het toch geraden den minister te laten vallen. Zoo gebeurde, doch hiermede is aan den anarohistischen toestand nog geen einde gemaakt, want nog immer houden de officieren de macht in han den en heeft het parlement noch de koning feiteljjk iets in te brengen. Vreemde toestand. Een ander rijk, waar de Anarchie volkomen heerseht is de Amerikaan- sehe republiek Nicaragua. Daar echter is de toestand nog ern stiger. Kegeeringstroepen en opstan delingen bestrijden elkander en het bloed der burgers vloeit bjj stroomen. We zouden hiervan nauwelijks mel ding maken, want in de Latjjnsch- Amerikaansche republieken zijn revo luties aan de orde van den dag. liet merkwaardige is evenwel, dat de Vereenigde Staten onder een of ander voorwendsel zieb in den strijd in Nicaragua mengen en de opstan delingen steunen. Men begrijpt dat dit niet zonder bedoeling is. Den laatsten tyd toont de Unie neiging haar invloed in de Latynsch- Amerikaansche republieken te ver sterken en haar houding ten opzichte van Nicaragua is het uitvloeisel van ee.n imperialistische politiek. School en üerk. dl schoolstrijd te züilichem. In ons vorig nummer hebben we gemeld dat in Zuilichem de bijzondere school vecht tegen de openbare. Na schrijft iemand uit Zuilichem hierover aan de N. R. Ct. Sedert korten tijd heeft Zuilichem het twijfelachtige voorrecht een nieu wen predikant te bezitten, die van meening schijnt, den heiligen oorlog dringen tegen elkaar aan, weten in de voorste rijen der banken te komen, waar zij beter het oog kunnen hebben op de rampzalige slachtoffers die voor haar oogen veroordeeld zullen worden. En mannen zonder een schijntje menscheljj kheid. Gebukt onder den zwaren last van hun eigen ontaar ding, dood voor medelijden, liefde en ridderlijkheiddood voor alles behalve voor een vage begeerte naar het zien van bloed. En dan ook nog de kinderon, mot bleeke, vroegrijpe gezichtjes, uitge hongerd en met. holle oogen deze wreede wereld inkijkend. Kinderen die dagelijks kennis maken met den dood I O, het afschuwelijke van zoo'n toe stand Geen mooie, kalme dood, een sluimering of een droom, een beminde vader, moeder, broeder of zuster kalm terneerliggend tussehen een overvloed van bloemen, maar de dood in al zijn wreede, spookachtige afschrikwek kendheid. En nu kijken zij om zich heen met gretige, onnatuurlijke oogen het oogen blik. afwachtend van het. amusante schouwspel kijken naar den presi dent met zijn roode mutsnaar de kle'ken, die onvormoeid blijven schrijven, schrijven, schrijven; naar de flikkerende lichten, die wolken vuilen walm naar den donkeren zolder zenden. te moeten prediken. In plaats van vrede te stichten, heeft hjj door zijn onverdraagzaamheid jegens andersdenkenden, de gemeente in twee groepen verdeeld, die als vuur en water tegenover elkaar staan en ook in het gewone leven elkaar af breuk trachten te doen. Deze dominé tracht zijn macht te versterken door het oprichten van een bijzondere school, onder het motto de openbare zal verdwijnen. Zijn eerste pogingen faalden. Slechts sen vijftigtal kinderen werd opgegeven voor de Christelijke school. Langza merhand is op de gewone Christelijke wijze, door pressie op de ouders, dit aantal verdubbeld, zoodat er nog slechts 26 kinderen op de openbare school gaan. Wanneer men nu weet dat door het hoofd der gemeente zeer geijverd wordt voor de Christelijke school, dat de Commissaris der Koningin zijn steun schijnt beloofd te hebben, dan mag een woord van protest niet achter wege blijven. Iedereen, die in dienst van de ge meente is, en zijn kinderen naar de openbare sehool bleef zenden, is voor gehouden, dat men hierdoor de ge meente nadeel bezorgde. Door het dreigen, bv. met opzegging van hypotheek, verlies van betrekking (gemeente- of particuliere) worden de ouders gedwongen hun kinderen naar de Christelijke school te zenden, die voorloopig huist in het kerkgebouw, waar deze kinderen eendrachtig bijeen zijn en hun geleerd wordt, hoe hun ver houding tot andersdenkenden moet zijn De gevolgen van dezen Christelijk en geest blijven niet uit. De kinderen „uit de kerk" loopen met stokken gewapend rond, zingende Ik heb mijn schoenen laten lappen, Om de .openbare" dood te trappen Trachtende slag te leveren aan de kinderen der openbare school, de on derwijzers dier sehool uitscheldende, enz. Onder de Christelijke Regeering, met een Christelijke meerderheid in Ged. Staten, met een Christelijk ge meentebestuur schijnt zooiets mogelijk. (N. R. Ct.) ingezonden Stukken. (Buiten verantwoordelijkheid der Re dactie. De opname van de in deze i abriek voorkomen le artikelen bewij zen geenszins dat de redactie er mede instemt/. (Dit ingezonden stuk heeft een eigenaardige geschiedenis, 't Werd ons j.l. Donderdagmiddag gebracht door den schrijver, die er bij het eerste gezicht uitzag als een behoeftig werk man een pet, een armoedig verschoten jas die een boezeroen bedekte, een oude broek en klompen. Zijn gelaat echter was intelligenter en pensiever dan van de meesten zijner klassej genooten. De lezing van het artikel bracht ons in de uiterste verbazing en we begonnen met den brenger een Daar beginnen plotseling de oogen van een klein meisje van nog geen tien jaar oud, te schitteren, zjj zijn op het gelaat van Paul Déroulède aan den anderen kant van het vertrek gevallen. K\jk daarPapa Déroulède zegt zy, terwijl zy haar wijsvingertje naar hem opheft en met schitterende oogen kijkt zij naar de mensehen, om zich heen by de dankbare herin nering aan een gelukkigen middag in het huis vau Papa Dérouiéde door gebracht, toen zij heerljjk wittebrood kreeg en groote bekers niet lekkere versche melk. Hy werd opgewekt uit zyn apathie en zyn groote ernstige oogen ver liezen hnn diepongelukkige uitdruk king terwyl hij den groet van de kleine beantwoordt. Even o I niet meer dan een se conde lang komt er op de ellendige uitgehongerde aangeziehton van de menigte een zachter uitdrukking. Een zacht gefluister onder de vrouwen doet begrijpen, dat nog niet alle ge voel verstompt is. Foucquier Tinviile onderdrukt een hartelijke opmerking, en de burger- president iaat zijn tafel'oei weer hooren. Breng de beschuldigden voor! beveelt hij met stentorstem. Een gemompel van voldoening klinkt uit de menigte. gesprek. Na eenige inleidende vragen van ons deed de schrijver onze ver bazing groeien tot verwarring en ver stomming. Daar stond in het kleed der armoede een bescheiden, bjjna nederig man, maar die rijk bleek in gedachten en niet arm in belezenheid. Hjj sprak over vegetarisme, theosofie, reïncarnatie, over Byron en Multatuli, over doelleer en Godsbegrip, over vergelding en determinisme, over beperkte wilsvrijheid en onbeperkte straf of belooning hy sprak met vurige overtuigingsgloed, beslist en zonder zoeken naar woorden, soms even oplaaiend tot bezieling tot fanatisme, maar dan weer kalm en zachtmoedig sprekend van zyn geloof, zyn gedachten en zyn streven. H(j was, zooals hy ons vertelde een zwer ver, die met negotie het land afliep en van den eenen dag in den anderen leefde. Vroeger was hij onderwijzer geweest, maar de staat van zijn zenuwen had hem geen studie ofintelleotueeleinspanningveroorloofd. Hij had hetgeen hjj bezat wegge schonken en had den zwerversstaf opgenomen. Het artikel dat hij ons braeht was hem geïnspireerd, deelde hij ons mede, door een zijner twee gelei-geesten of eigenlijk deze had 't door de hand van dezen zwerver geschreven. Deze spiritualistische confidenties laten we onbesproken. We hebben alleen onze lezers iets willen zeggen over den merkwaardigen auteur van het hier volgend artikel Red.) Over vegetarisme. Er zyn zwartgallige lieden, die be weren, dat het menschdom boos is van natuur, weinig tot het goede be kwaam. U zal zeker, waarde lezer of lezeres, niet van die opinie zyn. Ik ben dat geenszins. Ik ken zeer vele lieve, goede menschen, die wis niet zóó slecht zijn. Er is echter veel in Gods menschen, dat mij zeer tegen de borst is. Myn doel is niet uit te weiden over de gebreken van het volk, schoon het zyn nut kan hebben, elkander te wjjzen op zijne tekortkomingen, vooral dan als de ontvangen berispingen in dank wor den aanvaard. Ik herinner er aan, hoe van oudsher door meer begenadigden is beweerd, dat de mensch een wellustig wezen is, dat zjjne stoffelijke natuur de oorzaak is van vele zyner verkeerd heden. Dat dit het geval is, zullen zeker velen met hem eens zyn. Zonder een asceet te zijn en alle „wereldlijke" genietingen te verachten, geloof ik, dat wy er ons te veel aan overgeven vooral dan, als daarmede samengaat groote ellende, zooals zoo dikwijls liet geval is. Ik ben niet van plan, voor zede- meester te spelen en zal daarom zwjj- gen. Over ééne zaak echter, die vol gens my ellendig is, zou ik iets willen zeggen, n.l. het slachten en 't geen daarmede is verbonden. Of 't ook maar niets is Slachten Dat is het afmaken van levende we zens, die een warm hart hebben, die HOOFDSTUK XXIV. Het Verhoor van Juliette. Het staat alles duidelijk opgeschre ven op het „Bulletin van de revolu tionaire Volksvertegenwoordiging" op den 25en Fructidor van het jaar I van de revolutie. ledoreen die er belang in stelt kan het daar lezen, want het Bulletin is in de Archieven van de nationale bi bliotheek van Parijs. Een voor een werden de beschul digden binnen gebracht, begeleid door twee mannen van de Nationale Garde in versleten, vlekkige uniformen van rood, wit en blauwtoen werden zjj naa- liet kleine platform midden in de zaal geleid om te luisteren naar de aanklacht, die door burger Fouc quier Tinviile, den Publieken Vervol ger. tegen hen was ingediend. Het waren hoofdzakelijk kleine mis drijven tegen de wetten met een enkel geval van moord er tusschen. De laatste misdadigers en misdadigsters werden tot de guillotine veroordeeld, de andere naar de galeien te Brest of te Toulon de falsaris samen met den geringsten dief, de inbreker met den ontrouwen klerk. Er was geen ruimte in de gevan genissen voor hen, die gewone mis drijven tegen de wetten op hun ge weten haddenzy waren al overvol met zoogenaamde verraders tegen de republiek. lief en goed zijn en zoo heerljjk schoon gemaakt, met een lichaam, zoo ge voelig als het onze. Of 't ook maar niets isEn als over het rooken van eene pyp of het pellen van een appel, zoo spreken wy er van. Stomp van gevoel als velen zjjn, geven zy, als men ze wjjst op het afschuwelijke van het slachten, der dieren slechts ten antwoordDeze zyn er voor. Zoo blijft het mes zich verven met het hartebloed van onze lagere medeschepselen, die wjj in koelen bloede afmaken. God is mjjn getuige, ik begryp niet, koe het mogelyk is, dat niet by meerdere menschen het verlangen opkomt, de arme lieve schepselen te redden van een zoo gru welijk leed, een leed, dat, zoo het onzen natuurgenooten wordt aangedaan, voor het allerverschrikkelijkste geldt. Wy zyn niet onschuldig tegenover de dieren, ten minste wanneer het „mensoheïijker wyze" mogelyk is, dat wjj de zoo zeer wreede daad niet be drijven. Toen ik de vraag overdacht, behoefde ik niet lang te peinzen. Het gruwelyke van de daad was injj be- wjjs alleen reeds. Wat zóózeer af schuwelijk is, dat de teersten onder de onzen zich een rilling door de leden voelen gaan by het aanzien, dat het tranen lokt in de oogen, dat zal gewis niet tot ons voordeel zyn. Langdurige proeven hebben my in die overtuiging gesterkt. Dat men met vleeseh zich sterk voert, dat is niet te ontkennen, ter wyl plantaardige deelen minder ge makkelijk worden geassimileerd. Een groot voordeel heeft echter een vege tarisch dieet en wel dit, dat men zyn lichaam er door in een gezonder, reiner toestand krjjgt, dat men weinig of niet lydt aan ziekten, wat wis op den duur ook leiden moet tot grootere liehameljjke ontwikkeling. Daar ik niet een groot geleerde ben, zal ik maar niet over bacillen veel praten. Dat wij, vegetariërs er weinig aan lijden staat bjj mij vast. Trouwens, het ligt voor de hand, dat dierlijke stoffen het ongedierte kwee ken. Meerdere dingen nog zou ik kunnen zeggen over de zaak. Dat plantaardige deelen een fijnvoelend organisme kweeken, dat dierljjke harts tochten bjj vegetarische kost minder op den voorgrond treden enz. Ik zal mjj echter hiertoe bepalen. Geve God, dat het volk moge inzien de waarheid van het vegetarisch idee, dat het moge laten een zoo gruwelijk wreede handeling als het afmaken van het arm gedierte, dat gezondheid moge toenemen. De wereld gaat vooruit met reuzenschreden, wonderen zjjn tot stand gebracht op gebied van techniek en op velerlei terrein. Zonden dan ook niet de humaniteit, ook tegenover de arme onschuldig vermoorde dieren, niet de kennis van den mensch, ook van het menschelyke lichaam, zich eindelijk eens mogen verheugen in meerderen bloei? Dit zou dunkt mjj een meer wezen lijke ontwikkeling zyn. Dankend voor de plaatsing J. N. Drie vrouwen werden naar het ver beterhuis aan de Salpétrière gezon den, en zjj werden de gerechtszaal uitgesleept, luide hun onschuld uit schreeuwend, en gevolgd door spot tende kreten van de toeschouwers op de banken. Toen was er plotseling een groote opschudding. Juliette Marny werd binnengebracht. Zjj was volkomen kalm en buiten gewoon mooi, in haar grjjs japonne- J tje met een zwarte ceintuur om haar slank middel en een rechte, witte zakdoek over de borst gevouwen. On der het fijne, witte kanten mutsje kwam haar krullend goud haar in overvloed uithaar kinderlijk, ovaal gelaat zag heel bleek, maar overigens was zjj volkomen kalm. Zjj scheen zich volkomen onbewust van hetgeen haar omringde, en wan delde met Binken pas naar het plat form zonder naar rechts of links te kijken. Daarom zag zy Déroulède niet. Een groote, wondervolle lichtkrans scheen in haar groote oogen te schijnen het licht der zelfopoffering. Zy zou haar leven geven voor de redding van den man, dien zjj liefhad. Een gevoel als van lichamelijke pjjn overviel Déroulède, toen hij ein delijk haar naam door den Publieken Vervolger luid hoorde uitspreken. Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1909 | | pagina 1