N° 152 1909 Zaterdag 25 December. 96ste jaargang. Bij dit no. behoort ten Bijvoegsel. N ie u wjaarswenschen FEUILLETON. Id stormachtige Tijden. GOESCHE De uitgave dezer Cour .int geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond, uitgezonderd op feestdagen. Prjjs per kwartaal, in Goes 0,73, buiten Goes, franco 1,25. Afzonderlijke nommers 5 cent. inzending van adverlentiëa vóórga urenj'op den^dagider uitgave. De prijs der gewone advertentiën'i» van 1-5 regelsöO et., eiken regel meer lOct. Bjj directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Geboorte-, huwelijk- en doodsberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 110 regels k f 1,berekend. Bewijsnummers 5 cent. Telefoonnummer 22. Directeur A.p\ A. van Seters. Uitgave vangde Naaml.sVennootschap^pGoesche Courant". Hoofdredacteur W.'Kerremans. Zij die zicii mat ingang van 1 Januari op dit bSad abon- neeren, ontvangen de tot dien datum verschijnende nummers gratis. in het Nieuwjaars-nummer wor den, zouals gebruikelijk is, bij vooruitbetaling geplaatst tegen 3 5 c n t, voor hoogstens 8 regels. Deze advertentiën zullen Don derdag 30 December, vcór !s mid dags twaalf uur, aan ons bureau moeten bezorgd zijn. De Administratie. De splijtzwam in Zeeland. Het beeld van de splijtzwam is van Knyperhij bedoelde er mee een zwam die splijting veroorzaakt, en zoo blijkt dus, dat bij van de bacte riologie even weinig begrip beeft als van wiskunde (zie hierover de Stijl bloempjes van dit nummer). Want, elke H. B. scholier weet 't tegenwoor dig, de splijtzwam doet niet iets splij- ten, doch splijt zelf, zij vermenigvul digt zich door splijting. Doch het beeld, hoe onjuist het ook zij, heeft zich burgerrecht veroverd en als ge sproken wordt over de (politieke) splijt zwam verstaat elk, dat er mee bedoeld wordt: een inwerking van de eene partij °P <1° andere om te pogen tweedracht daarin te doen opgroeien. In die Kuyperiaansche opvatting zul len we 't dan hier, onder benefice van inventaris, verder bezigen en vertellen hoe in onze provincie getracht wordt die splijtzwam te doen tieren. De bacteriënhaard hebben we te zoeken in Ilulst en de juiste naam van deze zwam is ZelancLia een katholiek blad, dat daar verschijnt en dat de aan val gericht heeft op een volkomen gezond en hoogst nuttig lichaamde Maatschappij van Landbouw. Gevaar is er absoluut niet. We weten allen, dat ieder mensch dagelijks kolos sale hoeveelheden bacterieën binnen krijgt, goede en booze, maar de laatste doen in een gezond lichaam met ge zonde organen geen kwaad, integen deel worden ze zelf vernietigd. Zoo is 't ook met de kerngezonde Maat schappij van Landbouw. De spore door Zélandia uitgezonden zal haar geen kwaad doen en we gelooven niet dat hier mogelijk zou zijn wat elders is geschied, dat n.l. het fanatisme zoo ver gedreven wordt, dat het overgaat in 't belachelijke en de nuchtere men- 46 STaar het EngeUch van Barones ORCZY. HOOFDSTUK XXIII Gerechtigheid. liet was een buitengewoon drukke dag geweest. Vijf en dertig gevangenen, aange klaagd door het Comité van Alge meen Welzijn, waren in de laatste acht uur verboord, een gemiddel de van meer dan vier in het uur; twaalf en een halve minuut, om aan een menschelijk bestaan vol gezonden levenslust met geweld een einde te maken. En burger-afgevaardigde Foucquier Tinville, de Publieke Vervolger, had zichzelf overtroffen. Hij scheen onver moeid. Ieder van deze vijf en dertig gevan genen was beklaagd van verraad te gen de republiek, van samenzwering met haar vijanden, en allen waren wegens onomstootelijke bewijzen van hun schuld voor het Comité vau Al gemeen Welzijn gebracht. Soms een paar brieven aan vrienden in het bui- ^phen vermaakt worden met oprich ting van roomseh-katholieke geiten- fok-vereenigingen, met roomsohe bok ken en roomsche geiten. We twijfelen niet of in Zeeland zijn zulke excessen onbestaanbaar. De Zeeuwen, die het ophitsend artikel in Zelandia lezen, zullen be daard 't hootd schudden en het krantje opvouwen, maar ze zullen weigeren om een vereeniging, die als één groot allen omvattende bond veel en nuttig werk kan doen, te gaan hakken in een aantal stukken, die elk op zich zelf zwak zjjn en samenwerking niet vermogen. 't Schijnt ons ook toe dat Zelandia dat zelf gevoeld heeft, dat de schrijver wel begrepen heeft't zal weinig baten maar dat hii toch, om zijn geweten geiust te stellen, althans een poging heeft willen doen. Het artikel bestaat uit twee groote uitknipsels uit het Kath. Sociaal Weekbladdat het weer overnam nit de Univers en waarin betoogd wordt dat de paus niet wil dat roomschen zich aansluiten bij neu trale vereenigingen. Daarbij voegt Zélandia dan deze woorden „Mogen wij naar aanleiding van bovenstaande de vraag stellen hoe lang nog zullen onze Katholieke landbouwers nog lid blijven der Maatschappij van Landbouw Reeds tweemalen hebben onze Bisschoppen dit lidmaatschap ver boden. Thans verbieat de Paus het lid zijn van on-Katholieke vakvereni gingen al zouden daarmede ook eenige stoffelijke voordeelen te behalen z ij n. Waar het hoogste Kerkelijk ge zag gesproken heeft, past alleen gehoorzaamheid. Tot deze gehoorzaamheid is onze Boerenbond als vereeniging ver plicht evenals ieder lid in het bij zonder." 't Is zeker niet pleizierig voor de bisschoppen, dat zij iets tweemaal moeten verbieden en dat het verbod dan nog niet wordt opgevolgd, even wel achten we den invloed der bis schoppen toch veel grooter dan die van Zelandia -|- Kath. Soc. Week blad -(- Univeis en waar nu de Zeeuwsebe roomsche landbouwers tweemaal geweigerd hebben het bevel der bisschoppen op te volgen, mogen we met reden betwijfelen of zy zich zeer zullen haasten het verlangde te doen nuZélandia dat zegt. Gevaar dat de Maatschappij van Landbouw door de Zeeuwsche splijt zwam zal worden aangetast is er dus niet, maar 'tis nuttig tjjdig de aan dacht te schenken aan een haard van boosaardige miseroben. II a 11 e ii I a a d. De begrafenis van Leopold II. „Het kwaad dat mensehen doen, leeft na hen voort en 'tgoed wordt al te vaak met hun gebeent' begraven." Zoo liet Shakespeare den Romein Mar- tenland geschreven en waarop aan de grens beslag was gelegd; dan een woord van misnoegen over de maat regelen van de Nationale Conventie of een uitdrukking van afschuw over de moorden op de Place de la Revolu tion, waar de guillotine onophoude lijk voortwerkte dat waren alie onomstootelijke bewijzen, of anders misschien een paar pistolen of een onde familiedegen gevonden in het huis van een vreedzaam burger, werd tegenover een gevangene aangemerkt als een onomstootelijk bewijs van zijn vijandige gevoelens tegen de repu bliek. Ohet was niet moeilijk. Uit vy'f en dertig beschuldigingen had Foucquier-Tinville dertig veroor deelingen weten te krijgen. Geen won der, dat zijn vrienden verklaarden dat hij zichzelf had overtroffen. Het was werkeljjk een glorierijke dag ge weest, en de gloed van voldoening zoowel als de hitte maakten dat de Publieke Vervolger zich het hooge, beenderige voorhoofd moest afvegen voordat hy van de welverdiende rust in de pauze ging genieten. Het werk van dien dag was nog niet afgeloopen. Met de politieke misdadigers had men nu afgedaan en er waren er den laatsten tyd zooveel geweest, dat het meeilyk was met de arrestanten gelij ken tred te houden. cus Antonius spreken by het lyk van Ceasar en waarheid is er in deze woorden, zy het geen absolute waar heid, want al mogen de tydgenooten van een overledene hard zyn in hun oordeel, zachtmoediger is het nage slacht als het gelat iemand, wiens groote werken blijven en wiens gebre ken slechts merkbaar waren voor hen, die hem van naby kenden. Zoo zal het wezen met koning Leo pold II van België, wiens stoffelijk overschot Woensdag werd bijgezet. Zijn groote levenswerk, de Congo, zal van hem blijven spreken en zyn ondeugden, zijn inhaligheid, zyn hard vochtigheid tegenover zyn kinderen, zyn niet vlekkeiooze levenswandel zul len nauwelijks meer geteld wordendoor het geslacht, dat na hem zal komen. Maar droevig was de plechtigheid zyner begrafenis. Droevig, door het ontbreken van droefheid bij het volk, by de hoogwaardigheidbekleeders, bij hen, die den overledene het naast stonden. De regen stroomde van dsn hemel en ruwe windvlagen waarden omme, doch desniettegenstaande stonden te Brussel duizenden geschaard langs den weg, dien de stoet moest nemen. En heel die groote mensohenmassa bleef onverschillig by de plechtigheid, erger nog, toonde zich alleen nieuws gierig en zeer opgewekt. Terwijl het lijk van den gestorven vorst werd vervoerd tussehen de dichte mensehenrijen gingen de straatventers voort met het verkoopen van portret ten van den koning en barones de Vaugban, de vrouw met wie hjj de laatste jaren leefde en met wie hij, naar men beweert, zieb eerst op zijn sterfbed liet trouwen door den gees telijke, die anders Leopold II geen absolutie had willen schenken voor zijn zonden. Schitterend was de stoet, waarvan verscheidene vorstelijke personen, o. w. prins Hendrik der Nederlanden, deel uitmaakten, doch op een gegeven oogenblik wist het volk het troepen cordon te verbreken en ontstond een onbeschrijflijke verwarring en na af loop van den plechtigen kerkdienst hadden de ministers daardoor moeite hun rijtuigen te vinden. Dat het niet tot ernstiger incidenten kwam is alleen te danken aan het uiterst bezadigd optreden van de politie. Door bijna niemand betreurd is de koning heengegaan en naar verteld wordt, zou ook barones de Vaugban totaal onverschillig zyn. Zij is nu rijk en zal in Frankrijk rnstig gaan leven van de millioenen die de koning haar schonk. Barones de Vaughan wordt belas terd, verdiend of onverdiend, we weten het niet, dat zy den koning zooveel mogelijk geld heeit afgetroggeld en toen deze vrouw per automobiel Laeken verliet wierp het volk met steenen naar haar. Wie zal zeggen of al wat er kwaads van haar verteld is berust op waar heid Laten we kopen, dat het niet het geval is en dat zy rouw draagt in het hart om den man, den ko- En intusschen waïcn de misdaden in de groote stad niet verminderd. Omdat de mensehen elkaar vermoord den in naam van de Vrijheid, waren er niet minder inbrekers en dieven dan gewoonlijk. En ook dezen moesten voor het ge recht komen. De guillotine was on partijdig, en viel met dezelfde kracht op den hals van den trotschen hertög als op dien van een alledaagsehen misdadiger. De ministerieele besluiten begunstig den bet proletariaat. Een misdaad tegen de republiek mocht niet verde digd worden, maar een tegen het in dividu werd naar alle eischen van een gewone rechtzaak behandeld. Er waren burgcr-reohters en burger advocaten en het gespuis dat naar de verhooren kwam luisteren, trad op als vrijwillige jury. Alles werd daarbij in acht genomen. Den burgers-misdadigers mocht geen kansje ontgaan. De namiddag van dezen warmen Augustusdag, een van de laatste van deze bekende Fruotidor liep ten einde, en langzaam viel de avondduisternis in het lange, kale vertrek, waar deze gorechtigheidsvertooning werd afge speeld. De burger-president zat aan het uiter ste eind van de kamer op een ruwe, houten bank, met een lessenaar voor hem, waarop papieren lagen uitge- ning, die door zoo weinigen bemind, heenging, opdat er tenminste één is, die nog een innige herinnering be waart aan den vorst, die met zooveel praal en zoo weinig waardigheid werd heengeleid naar zijn laatste rustplaats. Woensdag was de begrafenis en den volgende dag legde De niküwe koning den eed van trouw af aan de grondwet. Te paard in generaalsuniform reed koning Albert temidden van een schitterden stoet door de nu feestelyk bevlagde straten van Brussel, waar éen dag te voren het dundoek nog omfloerst was met krip. Geestdriftig werden hy, zyn gemalin en kinderen begroet door de zeer tal rijke menigte want de nieuwe koning was reeds als prins zeer populair. Hem draagt het volk alle liefde toe, die koning Leopold meest ont beren. Het volk is immers als een kind het vraagt niet alleen zorg voor zijn welzyn, niet in de eerste plaats groote daden, doch verlangt vriende lijkheid, tegemoetkoming en is dank baarder voor een vriendelyken groet, voor een enkel hartelyk woord dan voor de groote koningsgedaebten, die in een vorstelijke brein kunnen ont waken. Koning Albert heeft nu zeker ook de liefde van alle Vlamingen gewonnen. Men weet het, in België, waar de Vlamingen de meerderheid vormen moeten ze toch nog strijden voor hun taal, die de onze is. In vele opzichten is het Vlaamseh nu gel(jk gesteld met het Fransch, doch dit dateert pas van den laatsten tyd en tot nu toe legden de Belgische koningen hun eed slechts af in het Fransch. In de Vlaamsehe bladen was nu gevraagd, dat koning Albert den eed zou afleggen in beide talen en aan dit verzoek van een groot deel zijner onderdanen heeft hy voldaan. In de plechtige byeenkomst heeft in de ooren der vreemde vorsten, der ver tegenwoordigers van alle staten, ook onze taal, het Vlaamseh, d.i. het Ne- derlandseh, geklonken. En hiermede heeft koning Albert te kennen gegeven, dat hjj een koning wil zijn voor Walen en Vla mingen beiden. Binnenland. De deooratie-qdaestie. De Haagsche correspondent van de Tel. heeft zich, na de indiening van het enquête-voorstel door mr. Troel stra tot dr. Knyper gewend, met de vraag, of de instelling van een eere- raad nog door hem wordt overwegen. De heer Kuyper antwoordde, dat de besprekingen over een eereraad nog gaande zyn, en dat hy zieh voor de instelling ervan gereed hield. Opleiding van onderwijzers in praotisoh hoefbeslag van rijkswege. Het voornemen bestaat om met ingang van 1 Februari 1910 aan 's Rjjks Veeartsenijschool een cursus te openen spreid. Vlak boven hem op den kalen, ge- witten muur, de woorden „De repu bliek een en onverdeeld", jen daar onder het devies „Vrijheid, Gelyk- heid, Broederschap 1" Aan de rechter- en linkerzijde van den burger-president waren vier kler ken bezig aanteekeningen te maken in dat gewichtige boek, dat schrik wekkende register van de laagste mis daden, die de wereld ooit heeft ge kend, het Bulletin van de revolutionaire volksvertegenwoordiging." Op dit oogenblik heeft niemand het woord, en het krassen van de veeren pennen der klerken op het papier is het eenige geluid, dat de stilte van de zaal verbreekt. Tegenover den president, op een bank lager dan de zijne, zit burger Fonscquier Tinville, kalm en opge- frischt, klaar om zijn bezigheid te hervatten, voor zooveel uren als zjjn land het vereisoht. Op iederen lessenaar werpt een vet kaars, die walmt en knettert, spook achtig licht en nog spookachtiger schaduwen op de aangezichten der klerken en president, op de kale mu ren en onheilspellende zinspreuken. In het midden van de kamer was een platform met een jjzeren hekje er om heen, klaar om de beschuldig den te ontvangen. Vlak daar tegen over hing aan den hoogen zolder een voor zoodanige hoefsmeden, die in het bezit zjjn van het diploma van een of anderen cursus, en zieh wensehen te bekwamen, tot het bekomen van het getuigschrift, dat zjj bevoegd zjjn om als onderwijzer in practisch hoef beslag aan een cursus op te treden. Dit Rijks-getuigschrift kan worden uitgereikt aan zoodanige hoefsmeden, die gedurende een jaar één dag per week, het theoretisch en practisch onderwjjs te Utrecht hebben gevolgd en daarna blijken hebben gegeven van voldoende kennis en bedrevenheid. De cursus wordt gehouden één dag per week, gedurende één jaar en vangt aan op 1 Februari. Het aantal leerlingen is hoogstens zes. Om toegelaten te worden wende men zich vóér '28 Januari met eigen handig geschreven brief tot den Direc teur van 'sRjjks Veeartsenijschool te Utrecht, onder overlegging van ge boorte-acte, diploma'sjals van ambacht school, hoefsmidschool of hoef beslag- enrsus), het bewijs van met vrucht afloopen der lagere school en aanbe velingen uit vroegere werkkringen. Aan alle aspiranten wordt een exa men afgenomen, bestaande in het ver vaardigen van een hoefijzer en het beslaan van een of meer hoeven. Van ben, die aan de gestelde eischen voldoen, worden de zes meest geschik- ten toegelaten. Leergeld wordt niet geheven. Door de spoorwegmaatschappijen worden ten behoeve van de leerlingen van dezen cursus kaarten uitgegeven tegen zeer verlaagd tarief. De reis- en verblijfkosten zullen, zoover noodig, gedeeltelijk worden vergoed. linnst en Wetenschap. Valsche zedelijkheid. De kunstcriticus Plasschaert deelt in den groenen „Amsterdammer'- mede dat te Utrecht op een tentoonstelling van den belgisehen schilder Van Rjjs- selberghe verboden is naaktstudies ten toon te stellen, hoewel ze zonder eenige obsceniteit of perversiteit wa ren. Terecht wraakt de schrjjver dit als „slechte schaamte". Jammer dat hy er niet bjj vertelt van wie het ver bod uitging. Stateu-Generaal. Tweede Kamer. Mr. Heemskerks begrooting is aan genomen. Over tal van weinig belang rijke détails is gesproken, enkele amen dementen zjjn verworpen. Het slot van den middag werd ge vormd door een voortzetting van het algemeene oorlogsdebat. De beer Van Karnebeek betoogde, dat men toch eigenlijk verkeerd had gedaan door de functie van commandant van het veldleger in te stellen. En pleitte voorts voor een weerbelasting, die z. i., ook zou bijdragen tot het wegnemen van den tegenzin tegen den dienst (n.l. doordien de niet-dienenden dan kleine koperen lamp met een groene kap. Aan iederen kant van de breede, gewitte muren stonden drie rjjen mooie onde nitgesneden kerkehan- ken, die uit de Nótre Dame en uit an dere beroemde kerken waren wegge nomen. In plaats van voor vrome ge meentelede n dienden zjj nu voor het gemak van toeschouwers bjj de ramp zalige vertooning van ongelukkigen, die spoedig het schavot zouden be stijgen. De voorste rjj van deze banken is gereserveerd voor die burger-afge vaardigden, die verlangen tegenwoor dig te zjjn bjj de debatten van de revolutionnaire volksvertegenwoor diging. Hec is bun voorrecht, bijna bun plicht als vertegenwoordigers van het volk er een oogje op te houden, dat de zittingen goed geleid worden. Deze banken zjjn al goed bezet. Aan het eene eind, aan den linkerkant zit burger Merlin, minister van justitie; naast hem burger-minister Lebrun ook burger Robespierre, nog op het toppunt van zjjn roem, en de ver hooren volgend met die bleeke, wate rige oogen en die eigenaardige min achtende glimlach, die hem eigen was. Er zijn nog andere bekende gezich ten, onduidelijk zichtbaar in de steeds aangroeiende schemering. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1909 | | pagina 1