N°. 148 1909.
Donderdag 16 December.
96ste jaargang.
43 FEUILLETON.
In stormachtige Tijden.
OOESCHE
mum.
Telefoonnummer 23. Directeur A. F. A. van Seters. Uitgave van de Naaml. Vennootschap „Goesche Courant".jHoofdredacteur W. Kehrejians.
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond,
uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal, In Goes 0,74, buiten Goes, franco 1,13.
Afzonderlijke nominers 5 cent.
inzending van advertentlën vóór.12 uren op den^dag der
uitgave.
De prjjs der gewone ad vertentiën'.s van 1-5 regels 50 ct., eiken regel meer lOct.
Bjj directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt
de prijs slechts tweemaal berekend.
Geboorte-, huweljjk- en doodsberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 110 regels f 1,berekend.
Bewijsnummers 5 cent.
W Zij die zich met ingang
van 1 Januari op dit biad abon-
neeren, ontvangen de tot dien
datum verschijnende nummers
gratis.
Orerdenkinjjen.
Ouders en kinderen.
Als we tien jaar zijn dan gelooven
we dat onze ouders alles weten, op
twintigjarigen .eeftijd zijn we er zeker
van dat wij zelf alles veel beter weten
dan zij en als we veertig geworden
zjjn dan zien we in dat de meeningen
onzer ouders toch niet zoo verwerpe
lijk waren.
Slechts een deel van hen, die dit
lezen zullen de juistheid er van kun
nen beamen, een ander deel, de jon
geren, zullen in kalme zelfbewustheid
er om glimlachen. We hebben allen
den tjjd doorleefd, toen wjj ons één
en al eerlijke oprechte natuur voelden
en meesmuilden om de komedie waartoe
de groote menschen hun leven hebben
verlaagd. Wjj allen hebben ons prat
gevoeld op onze ontwakende indivi
dualiteit en de schouders opgehaald
over wat onze onders voor ons welzijn
betoogden, zeker als we er van waren
dat wjj een juister en beter oordeel had
den. Over dien tijd is uit boeken weinig
te leeren. In de talrijke paedagogische
geschriften, die in de laatste jaren het
licht zien, is maar hoogst zelden sprake
van het kind boven de twaalf jaren,
van het kind in de vlegeljaren tus-
schen de 12 en 18. Merkwaardig is 't
zeker dat in de letterkunde van alle
beschaafde volkeren het streven
jnist andersom is en dat wijst wel op
de groote moeieljjkheden, die aan dat
onderwerp verbonden zijn.
Het is ook inderdaad een zware en
kiesche taak regels neer te schrijven
over de leiding van die half-menschen.
Als grondregel zon hiervoor te stellen
zijn wat Xenephon zegt in de Ana
basis „Zij, die wjj dwingen haten ons,
alsof wij hun iets onthielden terwijl
zjj, die wij overtuigen, ons liefheb
ben als hadden zij een gunstbewijs
ontvangen".
Dwang wekt weerzien in elk men-
schelijk wezen en is een verbod nood
zakelijk, dan behoort het met zacht
heid en beleid opgelegd te worden,
maar dan ook beslist te worden ge
handhaafd. Het verkeerdste wat onders
kunnen doen is veel verbieden en het
verbodene tocli toelaten. Er behoort
een zeker medegevoel aanwezig te
zjin, want zelfs het jongste kind ge
voelt zich terneergeslagen en teleur
gesteld, wanneer het verhinderd wordt
gevolg te geven aan een inuerljjken
drang. Als de ouders zich altijd of
veel verzetten tegen verlangens, wen-
schen en begeerten van haar grootere
kinderen dan komt bjj dezen een
sleoht-gehumeurdheid jegens vader
en moeder, die de zoo onmisbare we-
derkeerige sympathie zeer verzwakt
en ten slotte zelfs doodt. Liefheb
bende en goedgezinde ouders kunnen\
zich soms op een vreemdsoortige wijze
tegenover hun kinderen nitlaten alsof
een kind er van den beginne op
bedacht zou wezen zjjn eigen zin door
Naar het Engelsch
van
Barones ORCZT.
De flikkerende vetkaars achter hem
wierp op den muur een scherp silhouet
van zijn krachtig, massief hoofd, ge
kroond met de roode muts, van zijn
breede schouders met het vuile, ge
breide wambuis en de lage, neerge
slagen boord.
Hij had lange, smalle handen, die
bedekt waren met kolenstof en daar
mee maakte hij voortdurend heftige
gebaren, alsof hjj op het punt stond
een of ander levend ding by de keel
te grflpen.
Wij weten allen, dat afgevaar
digde Déroulède een verrader is, niet
zei hij, zich tot het gezelschap in het
algemeen wendend.
Ja, zeker, klonk het van alle
kanten.
Laten wij het dan in stemming
brengen. De Ja's beteekenen dood, de
Neen's vrijheid.
Ja, ja klonken er vele schorre
stemmen, en twaalf linkerhanden
werden opgeheven, om den dood te
te drijven. „Geef zoo weinig mogelijk
bevelen", dat is een voorschrift, dat
ieder ouder moest opvolgen, maar
dikwijls gaan ouders van het tegenover-
gestolde principe uit, zy bevelen en
verbieden van 's morgens tot 's avonds
zonder er veel op te letten of hetgeen
zij zegden, ook opgevolgd woijit Het
kind voelt en weet al spoedig dat 't
niet zooveel gewicht behoeft te hechten
aan de orders van hoogerhand en
wordt eens iets bepaald, waarvan de
handhaving wel geëischt wordt, dan
openbaart zich by de kinderen een
krachtig verzet en de ouders bedroeven
zich over de soms beleedigende brutaal
heid van hun telgen.
Het leidt tot Diets een kind te zeg
gen, dat wij het goede met hem
voor hebben en zijn geluk bedoelen,
het moet de waarheid dier bewering
gevoelen, moet die zien, zooals deze
zich openbaart in de toestanden, waarin
het verkeert.
Men verlieze niet uit het oog, dat
voor kinderen één oogenblik van het
heden veel meer waarde heeft dan
uren in de toekomBt. Zij kunnen zich
met hun gedachten nog niet verplaat
sen in de toekomst en dus gaan zy
op in de oogenblikkelijke gewaarwor
dingen. De smart of het genot van
het oogenblik dit alleen weegt bjj hen
en het „te eeniger tijd" of „later" waar
over wy met groote wijsheid spreken,
behelst voor hen geen bepaald begrip.
De opmerking is gemaakt „Dring
tot den bodem hunner harten door,
aleer hen terecht te wyzen". Hieraan
behoort nog iets te worden toege
voegd Doe onderzoek naar de reden
van wat vreemd of ongemanierd
schijnt. Kinderen, en vooral die uit
de vlegeljaren, spreken zieh zelden
nit eigen beweging tegenover hnn
onders nit, Hoewel zjj zich schijnbaar
laten doorzien bljjft er bij hen een
zekere terughoudendheid, welke in den
gewonen omgang niet overwonnen
wordt. Door zorgvuldige observatie
van het kind en door zelfonderzoek
kunnen onders ontdekken waarom hun
kinderen zoo anders zyn dan zjj graag
zouden willen.
Er is in de paedagogische geschrif
ten nog een leemteze worden uit
sluitend gericht tot de opvoeders en
nooit tot de opgevoeden. Dit zou toch
een niet overbodig werk zijn en voor
iemand met veel kennis van en liefde
tot kinderen een heerljjke taak. Vrien
delijk, voorzichtig en gemoedelijk,
zonder als docent of paedagoog te
poseeren aan hen te vertellen van wat
ieder mensch gevoelt als hjj alleen,
zonder leiding zjjner ouders, zich door
het leven heeft te worstelen. Hun
openbaren hoe dan pas het besef ont
waakt van het vele goede, dat zijn
ouders hem schonken, hoe dan, als
't te laat is, betreurd wordt dat zij
ten opzichte hunner ouders niet wat
meer „door de vingers gezien hebben"
en zij zoodoende hun dikwjjls te weinig
liefde gegeven hebben en te veel on
recht aangedaan hebben.
't Klinkt zonderling dat een kind
wat door de vingers moet zien van
zjjn ouders. Het tegenovergestelde is
duidelijk, maar zoo De bedoeling er
van zullen evenwel de ouders zoo
vragen voor burger-afgevaardigde
Déroulède.
De Ja's hebben bet gewonnen,
zei Lenoir kalm. Nu behoeveD' wij
alleen nog maar te beslissen, hoe wjj
ons plan znllen uitvoeren.
Marlin, die zeer aangenaam verrast
ivas, dat de aandacht van het publiek
zoo van zijn eigen verkeerdheden
werd afgeleid, had langzamerhand zjjn
knorrige houding verloren.
Hij trok ook een van de wijnvaten,
die dienst deden als stoelen, vlak bij
de ruwe tafel, en zoo vormden de
leden van de Jacobjjnenclub zonder
naam een dichtopeengedrongen gezel
schap, schilderachtig in haar spook
achtigheid afschrikwekkend in haar
onbeschaamde, aanstellerige leeljjk-
heid.
Ik denk, zei Tinville, die geen
lust had, om zijn positie als leider
van deze manneD op te gevenik
denk, burger, Lenoir, dat je in staat
bent mjj bewijzen te verschaffen van
de schuld van Déroulède
Als ik je zulke bewijzen verschaf,
burger Tinville, hernam de ander,
wil jij dan als Publiek Vervolger
de zaak voor het gerecht brengen
Het is myn plicht, verraders
van de republiek openlijk te beschul
digen.
En jy, burger Merlin, vroeg
goed ais de kinderen begrijpen. Ouders
begaan, als ieder mensch in elke taak,
fouten in de opvoeding. De kinderen
voelen deze als onbillijkheden, zij
klagen daarover, maken zich kwaad,
worden korzelig, onvriendelijk, bru
taal. Nu zijn ze beiden schuldig, maar
het kind, het groote kind, meer dan
de ouders. Dezen begingen in liefde
een misslag, de kinderen in boosheid,
in opstandigheid.
Dit is een fout bij kinderen, die in
het paedagogisch geschrift voor opge
voeden breed beschouwd zou kunnen
worden, dat zjj het goede, aangename
en liefderijke niet of weinig tellen,
maar over alles wat zy onbillijk ot'
onverplicht achten hevig protesteeren.
De weldaden zien zjj door een omge
keerden verrekijker, de kleine ver
drietelijkheden door een microscoop.
Daarin moesten de aspirant-volwasse
nen zich toegevender toonen en be
denken, dat hun ouders ook niet alle
fouten die de kinderen begaan op
blazen tot een halsmisdrijf.
De meest nauwgezette en geleerde
opvoeders der jeugd, van Socrates tot
Bollin, zjjn het er allen over eens dat
men een kind moet omringen met
stille zorgzaamheid dat na ook eens
een betoog verschjjne waarin dit ook
eenigermate van de kinderen wordt
verlangd.
linitenlaad.
Koning Leopold.
In het paleis te Laeken ligt de gr jjze
vorst der Belgen op het ziekbed, dat
misschien zyn doodsbed kan worden,
want ernstig is de ongesteldheid, die
koning Leopold heeft aangegrepen.
By zjjn sponde is steeds prins Al-
bert, de populaire troonopvolger, die
misschien reeds binnenkort de Bel
gische kroon zal dragen.
De laatste berichten omtrent 's ko-
nings ziekte zijn evenwel minder on
rustbarend, dan die, welke Zondag en
Maandag tot ons kwamen. De vorst
heeft met succes een operatie door
staan en is blijkbaar nog vol levenslust.
KoDing Leopold is niet wat men
noemt een populair vorst en die im
populariteit heeft bem ook wel ver
keerd doen beoordeelen. Meest was
de koning op reis, weinig vertoefde
hy in zjjn eigen land en dit heeft hem
orgetwjjield vervreemd van zjjn onder
danen, die daardoor ook het goede
dat hij deed over het hoofd zagen.
Zeker is intus6ohen, dat hy nimmer
zyn vorstentaak zwaar heeft opge
nomen. Nn is trouwens de taak van
een monarch in een land al» België
niet zoo moeielijk als in andere, min
dere rustige rijken. Daarvan zouden
de beide jongste Europeesche vorsten,
die van Spanje en Portugal, weten te
verhalen.
Toch kunnen ook deze machtheb
bers tevreden zyn over de verbetering,
die in hun ryken is ingetreden.
j&In Spanje b.v., waar nog slechts
enkele maanden geleden een revolutie
dreigde nit te barBten, zijn nn de
Gemeenteraadsverkiezingen
zonder noemenswaardige incidenten
Lenoir, wil jij al je krachten in
spannen, om de republiek van zoo'n
verrader te bevrijden
Mjjn diensten voor de zaak van
onze groote republiek zijn te goed
bekend begon Merlin,
Maar Lenoir viel hem ongeduldig
in de rede.
Parbleni wjj hebben nu geen
t{jd, om naar je welsprekendheid te
luisteren. Wy weten allen, dat je
een domheid begaan hebt en dat de
republiek weinig jfeeft om dat deel
van haar zonen, dat blunders maakt,
maar omdat jo nog minister van Jus
titie bent, heeft het Fransche volkje
nog noodig om andere verraders
naar de guillotine te brengen.
Hy sprak dien laatsten volzin lang
zaam en veelbeteekenend uit, met na
druk op het woord „andere", alsof hy
zijn geheele kwaadaardige bedoeling
goed in de hersenen van Merlin wilde
doen doordringen.
Welken raad zou jij dan in dit
geval geven, burger Lenoir?
Blijkbaar werd de ltolendrager, nit
een of andere weinig bekende provin
cie in Frankrijk, zwijgend en met
algemeen goedvinden als de loider
van dit gezelschap erkend.
Merlin, nog niet geheel op zyn ge
mak over zichzelf, keek hem aan om
raad zelfs Tinville was bereid, zich
voorbij gegaan.
Merkwaardig is de uitslag dier ver
kiezingen. Bijna allerwege zjjn de
vrijzinnigen als overwinnaars nit den
stryd gekomen, terwijl de republikei
nen en socialisten ver in de minder
heid bleven en de conservatief-cieri-
calen veel terrein verloren.
Deze nederlaag der conservatief-
clericalen is hoogst opmerkelijk en
een teeken, dat het Spaansche volk
genoeg heeft vau een wanbeheer als
dat van den oud-minister-president
Maura, die het land aan den rand van
den afgrond bracht en door zijn tyran-
niek bestuur de revolutie ontketende.
We willen niet beweren, dat er
sinds het optreden van liet vrijzinnige
ministerie geen revolutionairen meer
zijn, doeh de betrekkelijk weinige
revolutionnairen zyn machteloos, nu
z(j niet meer kunnen speculeeren op
een algemeene ontevredenheid, die
van bovenaf in het leven is geroepen.
De verkiezingsstrijd werd voorna
melijk gevoerd tusBohen
Vrijzinnigen en Conservatieven
evenals dit de volgende maand in
Engeland het geval zal zyn.
In Groot-Brittanje is de voorberei
ding tot de verkiezingen in vollen
gang.
Het gaat daar andeis dan hier te
lande, de ministers nemen er een werk
zaam aandeel aan de propaganda en
reizen het land door en spreken voor
kiezersvergaderingen.
Gunstig voor de liberalen is, dat de
arbeiderspartij hoe langer hoe meer
gaat inzien, dat zy de consei vatieven
niet in de kaart mag spelen door overal
met eigen eandidaten uit te komen,
ook in districten waar zij toch niet
de minste kans op de overwinning
heeft.
Statea-Generaal.
Tweede Kamer.
Bjj de Waterstaatsbegrooting is
Maandag hoofdzakelijk over den toe
stand van het spoorwegpersoneel ge
sproken. Hoewel het goed is dat op
dit laatste van verschillende zyden
en dat waB dan ook het geval
aandacht wordt gevestigd, is het toch
uit een parlementair oogpunt te be
treuren dat het nog altijd schijnt te
moeten geschieden en dat dus de
Kamer zich moet verdiepen in allerlei
bijzonderheden over loon- en reisre-
gelingen. Van het lezend publiek is
het niet te vergen dat het ditzelfde
doet.
Twee onderwerpen die niet nieuw
waren moesten gisteren nogmaals
worden behandeld. De heer Hubrecht
pleitte ook dii jaar weer voor com-
mercieele boekhouding (de Minister
bleek daarover een deskundige te
hebben geraadpleegd) en diende voorts
met eenige andere leden een motie
in over het invoeren van een post-
chèque en -gioredienst, iets dat trou
wens óók een reeds oud desidératum
betrof.
Des namiddags is een aanvang ge
maakt met het Hoofdstuk Financiën.
Twee nieuwtjes op financieel gebied
door hem te laten leiden.
Allen waren het eens in hnn ver
langen, om zich van Déroulède te
ontdoen, die door zijn eerlijk bestaan,
zjjn minachting voor hun eigen ieely-
ke drinkgelagen, een levend verwyt
scheen voor hen allenen zy voelden
allen, dat er in Lenoir een geheime
vijandschap tegen den popuiairen
burger-afgevaardigde bestaan moest,
die hem een heider inzicht zon geven
over de wjjze, waarop hy het best
zijn val zou kunnen klaarspelen.
Wat is uw raad? had Merlin
gevraagd, en iedereen luisterde aan
dachtig wat het antwoord zyn zou.
We zyn het allen eens, begon
Lenoir kalm, dat het op dit oogenblik
dom zou zyn den burger-afgevaar
digde zonder stoffelijke bewijzen voor
het gerecht te brengen. Het gepeupel
van Parijs vereert hem en zou zich
keeren tegen hem, die probeerde zyn
popuiairen held aan te raken. Nu is
het burger Merlin niet gelukt, ons
bewijzen te verschaffen van de schuld
van Déroulède. Voor het oogenblik is
hy een vrij man, en ik verbeeld mij
een verstandig manbinnen twee
dagen zal hij dit land hebben ver
laten, wel wetende, dat, als hij lang
genoeg bleef om zyn populariteit te
zien verdwijnen, hjj er meteen het
leven by in zou schieten.
had de Voorzitter reeds gebracht. Het
wetsontwerp nopens de gemeentefl-
nanciën zal gesteld worden in han
den eener commissie van voorberei
ding van zes leden. De Voorzitter
hoopte, dat het ontwerp nog binnen
het jaar zon kunnen worden behan
deld in openbare zitting, opdat in de
gemeentebegrootingen van 1911 reeds
rekening hiermee zou Kunnen worden
gehouden. De illusie is te schoon,
zonden wjj willen zeggen, om kans
te hebben op verwezenlijking.
Het tweede nieuwtje was geenszins
verrassend de Minister heeft zyn ver
hooging van het tarief met 30 pCt.
om tijdelijk in der schatkist nood te
voorzien nu definitief ingetrokken.
Door den heer Patyn werd hierover
nog een hartig woordje gesproken
deze afgevaardigde hoopte dat de
ervaring met dit ontwerp opgedaan
een waarschuwing zoude zyn voor
deze en volgende Ministers, want in
den korten tyd van zijn bestaan had
het reeds veel nadeel gesticht. Boven
dien is in het buitenland het ver
trouwen in de Nederlandsche douane-
politiek geschokt. De Minister wist
wel luimig van „overdrijving" tej ge
wagen wie had er nu aan gedacht
het tarief als sluitpost voor de be
grooting te gebruiken maar mr.
Kolkman redeneerde niet weg, dat hy
met zijn lichtvaardig plan heel wat
euvels heeft gesticht al geldt ook hier
het „eind goed al goed".
De nikkelen stuiver beleefde een
kwaden dagde Begeeering denkt
over zijn vervanging door een prac-
tischer geldstuk. Jammer, men begon
er juist zoo goed aan te wennen.
Merkwaardig was wat deze Katho
lieke Minister op een moment dat er
haast geen leden van de anti-revo-
lntionnaire party aanwezig waren,
over de Staatsloterij zeL Men had op
vermeerdering van het aantal loten
aangedrongen, omdat het zoo moeilijk
is ze te krijgen en, wel verre van nu
nog te gewagen van geleidelyke af
schaffing van dit de speelzucht, be
vorderend instituut, beloofde mr. Kolk
man overwegingDe Staatsloterij
vervolgde hij is een zeer onschul
dige geschiedenis op hoogst fatsoen
lijke manier wordt men daarbij ge
holpen om te voldoen aan een behoefte,
waarin niets afkeurenswaardigs te
bekennen valt. Zy houdt zelfs af van
veel kwaads en oefent daardoor goeden
invloed nit. Men wordt by de Staats
loterij eerlijk en civiel behandeld.
Kechtftzaken
Zedenmisdrijf.
Het gerechtshof te Amsterdam be
handelde een zaak wegens zedenmis
drijf tegen dr. A. T., vroeger specia
liteit in keel-, neus- en oorziekten te
Alkmaar. De Kechtbank te Alkmaar
sprak bekl. vrij, doch het O. M., dat
twee jaar geeischt had, teekende
hooger beroep aan. Het Hof vernie
tigde het vry sprekend vonnis en, op
nieuw rechtdoende, veroordeelde het
bekl. bjj verstek tot drie jaren ge
vangenisstraf.
Naar men verzekert, heeft dr. T.
Jnist! Jnist! zeiden sommige
mannen instemmend, terwyi anderen
schor lachten om de slimheid van
dien Lenoir.
Ik stel n daarom voor, ging
Lenoir na even gezwegen te hebben,
voort, dat burger-afgevaardigde
Déroulède zelf het Fransche volk de
bewijzen zal verschaffen van zijn
eigen verraad tegen de republiek.
Maar hoe dan? Hoe? derge
lijke luide en opgewonden kreten
begroetten dit eigenaardig denkbeeld
van den provincialen reus.
Door de eenvoudigste middelen,
die je maar kunt bedenken, ant
woordde Lenoir met onverstoorbare
kalmte. Bestaat er geen goed
spreekwoord, dat onze grootmoeders
plachten te gebruiken, dat een man
stellig zichzelf ophangt als je hem
maar een touw geeft, dat lang ge
noeg is Wij zuilen onzen aristoera-
tisehen burger-afgevaardigde volop
touw geven, daar sta ik voor in, als
onze tegenwoordige minister van Ju
stitie, voegde hy er by, terwijl
hij op Merlin wees, ons helpen wil
in de kleine eomedie, die ik voorstel
te spelen.
JajaGa voortzei Merlin
opgewonden.
Wordt vervolgd.)