N°. 135 1909 Dinsdag 16 November, 968te jaargang. In stormachtige Tijden. si FEUILLETON. De uitga vejdezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond, uitgezonderd op feestdagen. Prys per'jkwartaal, in Goes 0,75, buiten Goes, franco 1,85. Afzonderlijke nommers 5 cent. inzending van advertentiën vóór 2 uren op den dag der uitgave. COL De prijs der gewone advertentiën'is van 1-5 regels 50 ct., eiken regel meer 10 et* Bjj directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs Bleehts tweemaal berekend. Geboorte-, huwelijk- en doodsberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 1—10 regels ii 1,— berekend. Bewijsnummers 5 cent. Telefoonnummer 23. Directeur A. F. A. van Seters. Uitgave van de Naaml. Vennootschap „Goesche Courant". Hoofdredacteur W. Kerremans. Boeken en Tijdschriften. Uitgegeven van de Hollandia Drukkerij te Baarn. In Pro en Contra wordt een veel besproken onderwerp behandeld n.l. de Tweeërlei Moraal, dat is de vér- schillende moraal, die geldt voor vrou wen en mannen. E. Rempe verdedigt het bestaan van deze dubbele moraal, Felix Ortt bestrijdt haar. Hoewel wij ons in dit uiterst moeielijke vraagstuk, dat steeds meer naar ernstige behan deling dringt, voegen bij de bestrijders van deze duldelooze onrechtmatigheid, moeten we niettemin toegeven dat het pro-artikel helderder, zakelijker is en meer op het wezen en de verschijn, selen van den toestand ingaat, dan het contra-geschrift van Felix Ortt. 'Ortt, wiens aanleg tot religieus ethisch philosophiesehe bespiegelingen we al len kennen, heeft zich niet bepaald tot een eenvoudige bespreking van het beschamende feit, dat eenzelfde daad aan een vrouw als een halsmisdaad wordt toegerekend, waarvoor zij haar geheele leven moet boeten, terwijl de minstens even schuldige man vrjj en geëerd uitgaat, zonder dat iemand hem zijn bedrijf euvel zal duiden, maar de heer Ortt heeft zich beijverd om eerst de vragen te beantwoorden Welke is de bestemming van den mensch in deze wereld Wat is moraal? Wat is de grondslag der moraal Zoo verliest de zeer kundige schrij ver zich te zeer in beschouwingen, die wel in een boekwerk over dubbele moraal op hun plaats zouden zijn, maar die van een beknopt artikel te ver van het wezen der zaak afleiden. Niet meer dan ongeveer 2 bladzijden resten nu den auteur voor argumenten tegen de dubbele moraal zelf. En tegenover het convietief betoog van den pro-sehrijver is dat waarlijk te weinig. Professor JValeton Jr. overweegt in .Levensvragen"Een probleem, Practijk of Visie, Muur of geen muur, naar aanleiding van Zach. II 15 en bespreekt de vraag wat er gedaan moet worden om tot herstel der ge meente te komen n.l. of men ten op zichte van den bijbel zich moet houden aan de visie of aan de eischen der practjjk. De hoogleeraar bespreekt dan de confessioneele en ethische richting en de gevaren, die beide medebrengen en beveelt ten slotte aan te doen als Nehemina: de oogen gericht op de visie en de hand laten doen, wat zij vindt. Een zeer interessant werkje is het laatste nummer van .Uit onzen Bloei tijd", waarin dr. Wumkes vertelt van het Volksgeloof, hieronder verstaande het bijgeloof of lager geloof, dat in de 17e eeuw onder het volk heersehte. De sc-hryver zet uiteen in welke dik wijls gruwbare vormen het zich open baarde, waardoor het werd gevoed en hoe het werd bestreden. Toovery, heksery, dnivelbezoek, astrologie handwaarzegging, liefdesdranken en alchemie worden er wel beknopt, maar tevens zaakkundig en boeiend in be handeld. Naar het Engelsch. VAN Barones OKCZY. Op het eerste gezicht van Anne Mie scheen Juliette letterlijk in steen veranderd. Zij zat daar zoo recht als een standbeeld, haar oogen op het arme, gebrekkige meisje gevestigd, als op een meêdoogenloos rechter, van wiens uitspraak leven of dood voor haar afhing. Instinct, die onmiskenbare gewaar wording van naderend gevaar, die de natuur soms aan haar uitverkorenen geeft, had haar gezegd dat haar vonnis over eenige seconden geveld zou zijn, dat het noodlot op haar zou neder dalen mét het zwaard van Nemesis in de handen in dit geval zon dat de magere, half gerimpelde hand van Anne Mie zijn. Wat is dat voor een papier Wil je het mij laten zien, Anne Mie zei Délourède. Burger Merlin gaf het mij zoo even, begon Anne Mie kalmer hy schy'nt woedend te zyn omdat hjj niets compromitteerends togen je kan vin- Hoe zijn wy aan onzen bijbel gekomen, door B. ter Haar Romeny predi kant te Voorhout. Aan de hand van een vroeger geschreven Engelsch werkje leert ds. ter Haar hoe de by bel is ontstaan uit tal van boeken, hoe de afschrij vers zich vergiBt moeten hebben, wat nog de oudste bjjbeis bevatten hoe de vertalingen bewerkt zijn, de ver talingen in 't Nederlandsch, de bijbel uitgaven van Erasmus en de gerefor meerde bijbeluitgaven tot op heden. Het hoogst lezenswaardige werkje geeft een duidelijk begrip, hoe de bijbel is gegroeid van de dagen der apostelen tot op heden en de lezer zal er uit begrijpen dat 't onmogelijk is om vast te honden aan een woord uit de schrift, omdat er bij de over schrijvingen en vertalingen zooveel onwillekeurige vergissingen hebben plaats gehad. Kalenders. De uitgevers La Kiviére en Voor hoeve te Zwolle hebben voor 1910 drie geïllustreerde scheurkalenders gereed. De geïllustreerde dagkalender „Neer- landia," die reeds vorig jaar zoo'n succes had is nu, beter verzorgd nog voort 1910 verschenen. Het schild in zache sepia-tinten geeft een repro ductie van een Mauve schilderij van het blok bevat elk der blaadjes een met zorg gekozen stads- of dorpsge zicht. De plaatjes zjjn iets lichter ge drukt dan verleden jaar, waardoor ze nog aan scherpte gewonnen hebben, Bij deze uitgave behoort een premie van 10 prentbriefkaarten uit Oost- Indie uitgevoerd in 5 zachte kleuren. Verder geeft de firma uit een zeer mooie salonkalender, de elf provinciën met 53 fraaie illustraties uit ons land. Het schild hiervan is uitgevoerd in drie blauwe kleuren met de wapens der provinciën in goud. Op elk week blad is voldoende ruimte voor aan teekeningen, zoodat de kalender tevens dienst kan doen als memorandum. Ten derde een aardig nieuw idee, een geïllustreerde Kinderkalender, be vattende 365 plaatjes met vroolyke kindervoorstellingen en zes prijsraad sels, waarvoor 60 prijzen zijn uitge loofd. Het schild geeft in kleuren een aantal kinderkopjes. Onze medische medewerker schrijft Ik heb van Uwe redactie ter be spreking ontvangen de tot een boek vereenigde .Medische brieven", welke dr. J. Schrijver in het Nieuws van den Dag publiceert. Misschien zon 't beter zjjn om zulke populaire geschrif ten te laten bespreken door een niet- medicns, omdat nu de lozers by pry zing van dat boek zullen mompelen „doktors doen mekaar geen kwaad" en by af tuiging „niks als afgunst," Ik zal me daaraan nu maar bloot stellen en wel aan beide onvriendelijk heden, want ik heb voor dat boekje zoowel lof als blaam. De hoogste lof, die ik er aan kan geven is deze, dat het zoo weinig kwaad zal doen en de ernstigste blaam is, dat het zoo weinig den Haul. Zjj zyn lang in de keuken geweest en nu zyn zy mijn kamer en die van Petronella gaan doorzoeken; maar o wat is die Merling een afschu welijk man 1 hij is zoo woedend als een dier over zyne teleurstelling. Ja, ja. Ik weet niet, wat hy hoopte uit my te krijgen want ik vertelde hem, dat je nooit met je moeder ofmetmjj sprak over politieke quaesties, en dat ik de gewoonte niet had aan het sleutelgat te luisteren. Ja. En Toen begon hjj te spreken over over onze gast maar natuurlijk vertelde ik hem toen weer, dat ik niets kon zeggen. Hjj scheen graag te willen weten, wie je heeft aange klaagd Hy sprak over een anonieme beschuldiging, die den Puhlieken Ver volger vanmorgen vroeg bereikte. Zij was op een klein stukje papier ge schreven, en in de publieke kist ge daan, scheen het, en Het is werkelijk heel vreemd, zei Déroulóde, peinzend over deze eigenaardige omstandigheid, en nog meer over de vreemde opgewonden heid van Anne Mie, terwjjl zij dit alles vertelde. Ik heb nooit geweten, dat ik een verborgen vijand had, ik zou wel eens willen weten, of ik ooit uit zal vinden. Dat heb ik ook tot burger Merlin gezegd, antwoorde Anne Mie. nut zal stichten. Ik bedoel er mede, dat deze opstellen zoo microscopisch weinig en »oms wel absoluut niets bevatten. De medicus, die „populair" schrijft slaat dikwijls de knnde of het begrip der lezers te laag aan. Hjj is b&ng om af te wijken op zuiver medisch terrein en dan praat hij meestal wat rond dat onderwerp heen. Sommigen denken dan dat ze wonder wat geleerd hebben, maar velen erkennen ook: we hebben niets nieuws vernomen. Dit bezwaar geldt voor byna alle opstellen van mijn Amsterdamschen ambtgenoot, wien het zeker niet aan de noodige kennis mangelt der onder werpen, die hy bespreekt, maar hij houdt die kennis te veel binnen. Summa Summarum een boekje dat men zonder veel inspanning kan lezen en waaruit men wel wat, maar niet zeer veel leeren kan. De stijl is aangenaam. S. C. RIBENT. Buitenland. Schoolstrijd In Frankrijk duurt de schoolstrijd onverminderd voort, ook al zal er van het proces tusschen de onderwijzers der neutrale school en de bisschoppen niets komen, o.a. omdat de bond van onderwijzers geen rechtspersoonlijk heid bezit en dus geen eisch tot schade vergoeding kan indienen. Toch blijft de schoolstrijd de aan dacht trekken, o.a. door de houding der geestelijkheid. Zoo iB b.v. te Croisic, hjj Nantes, de absolutie geweigerd aan leerlingen der neutrale school, omdat zjj op school gebruik maakten van door de geeste lijkheid verboden boeken. Licht begrijpelijk is, dat deze han- delwy ze hevige verontwaardiging heeft gewekt bij de vrijzinnigen en de radi calen zijn zelfs zoo ver gegaan de overheid te verzoeken een verbod tegen de openbare processies uit te vaardigen. Het voor ons onbegrijpelijke in deze geschiedenis is, dat de geestelijkheid het nuttelooee harer actie nog niet inziet. De lessen der historie zijn door haar vergeten, anders zou zjj den stryd met de overheid niet doen herleven. De laatste maanden waren de ge moederen gekalmeerd na de agitatie in verband met de kerkelijke wetten. Deze agitatie was toch op niets nitgeloopen en dit teekent den aard van den stryd. Frankrijk is overwegend katholiek Weliswaar verklaren velen, dat daar de Roomsehen voor een groot deel niet vast in de leer zyn, maar de echt religieusen bedragen toch altjjd nog vele millioenen en waren nu de wetten betreffende de scheiding van kerk en staat zoo tyranniek als sommige cleri cal bladen willen doen gelooven, dan zou de massa der goede katho lieken er ziek niet zoo gedwee byi hebben neergelegd. De agitatie ging dan ook uit en wortelde in een overdreven clerica- Wat Dat ik mij afvroeg of jij of ie mand anders, die van je houdt, ooit zal te weten komen, wie je verborgen vijand is. Het was niet verstandig, met dien vent zoo'n vertrouwelijk gesprek aan te knoopen, kleintje. Ik zei niet veel, en ik dacht, dat het verstandig zon zyn hem in een goed humeur te brengen, dat hij er op gesteld scheen te zjjn, over dat onder werp te praten. Nu En wat zei hij daarop Hy lachte, en vroeg of ik het heel graag zou willen weten. Ik hoop, dat je „neen" zei, Ahne Mie Warempel niet, ik zei „ja" ant woordde zy plotseling met energie, nu met haar oogen op .Juliette geves tigd, die nog doodstil en rechtop was blijven zitten, terwijl zjj iedere bewe ging van Anne Mie in het oog hield, van het oogenblik af, dat deze met haar verhaal begonnen was. Zon ik dan niet graag willen weten, wie je vijand is, Paul het schepsel, dat laaghartig en verraderlijk genoeg was, om te trachten je in de handen van die schurken zonder genade over te leveren? Welk kwaad hadt jij iemand gedaan Sst! sstAnne Mie! je bent te opgewonden, zei hy, nn glimlaehend in weerwil van zichzelf, om de hef- j lisme, dat met den werkelijken gods dienst niets uitstaande had. De schoolstrijd, die nu door de actie van een deel der geestelijkheid weder is ontbrand, zal zeker de ka tholieke partij als zoodanig geen goed doen. Naast den schoolstrijd is er een ander onderwerp, dat de geesten in Frankrijk bezig houdt. En dat is de kwestie van Het zwarte leger. Het aantal geboorten in Frankrijk is in verhouding tot het bevolkings cijfer zeer gering, waardoor de be volkingsaanwas in vergelijking tot andere staten onrustbarend klein blijft. Natuurlijk heeft dit grooten invloed op de legersterkte en de militaire kracht der republiek. Nu is het denk beeld opgeworpen een leger te vormen nit de zwarte onderdanen, de bewo ners der koloniën. Deze krijgsmacht zou men wel niet willen gebruiken in Europa, maar zou toch kunnen dienen om de troepen, die voor de bezetting der Algiersche garnizoenen noodig zijn, vrij te maken. Ook in België is het een Lkgerkwestie die dë gemoederen bezig houdt. Daar gaat het in de eerste plaats om de al of niet afschaffing van het remplagantenstelsel. De rechterzijde, die de meerderheid heeft in de volksvertegenwoordiging, is hierover verdeeld. De vrijzinnigen zijn natunrlijk voor den persoonlijken dienstplicht, terwijl byna alle partijen overtuigd zjjn, dat het leger niet blijven kan zooals het nu is. Binnenland. Dr. A. Kuyper treedt af. De Tijd meldt „Van eene zjjde, welke wy als be trouwbaar en uitmuntend ingelicht moeten beschouwen, ontvangen wy uit 's-Gravenhage een bericht, waarvan wy, om zijn hoogen ernst, niet dan met het noodige voorbehoud melding maken. Volgens onzen hoogst achtbaren zegsman, zon dr. Kuyper besloten hebben, binnenkort voor het lidmaat schap der Tweede Kamer te bedanken en zou hy zelf van dit besluit reeds aan enkele, politieke en ambtelijke personen, ons met naam genoemd, hebben kennis gegeven. Als reden, welke tot zijn besluit zou geleid heb- wordt opgegeven toenemende doof heid." Die doofheid schijnt dan wel akelig snel te z(jn opgekomen, want in Juni toen Kuyper zich in twee districten liet eandideeren had hy er nog geen last van. Maar sinds dien heeft de oud minister zoovéél en zulke scherpe dingen moeten hooren, dat hy wellicht daarvan doof geworden is. Doof is dr. Kuyper geworden stom was hy sinds maanden. tigheid van het jonge meisje, over wat hij als een kleinigheid beschouwde de ontdekking van zyn eigen vijand. Het spijt my, Paul. Ik kan het echter niet helpen, dat ik opgewon den ben, zei Anne Mie op eigenaardig gevoeligen toen, als ik spreek van zulk laag verraad, als dat waarop Merlin doelde. Welnu? Waarop heeft hy dan gezinspeeld Hy deed meer dan zinspelen, fluisterde Anne Mie bijna onhoorbaar hij gaf m(j dit stukje papier de anonieme beschuldiging, dezen morgen aan den Publieken Vervolger gezon den hy dacht, dat een onzer misschien het handschrift zou her kennen. Toen zweeg zy, op een afstand van ongeveer vijf passen van Déronlède af, en stak hem het gekreukelde pa piertje toe, dat zij tot nu toe styf in de hand geklemd had gehouden. Déroniéde stond op het punt het van haar aan te nemen, en juist toen hij zich had omgekeerd om dat te doen, viel zyn oog op Juliette. Zy zei niets, zy was alleen instinct matig opgestaan, en stond het volgend oogenblik naast Anne Mie. Dat alles gebeurde in een minimum van tyd en er heersehte doodelyke stilte in de kamer, maar het was voor Déroulède voldoende geweest om Een droevig einde van een groot begin Mathilde aan het woord. Mathilde heeft gesproken. In de Groene vertelt ze hoe mr. Tideman aan de brieven is gekomen. Ze deelt mede dat zij die brieven aan mr. T. afgaf nadat zij gezegd had „Brieven zyn mij heilig, zullen ze u ook heilig zijn". Mr. T. had hierop geantwoord „Nu, heilig zijn ze my niet, maar u kunt ze mij rustig toevertrouwen niemand buiten mij zal deze brieven zien of lezen en uit mijn handen ont vangt u ze terug." Mathilde heeft toen veel last gehad om de gevaarlijke brieven terug te krygen en toen zy ze had bleek 't dat de manuscripten geregistreerd waren, zoodat mr. T. er ten allen tyde gebruik van kon maken. Men ziet dat het relaas niets toe of af doet aan de waarde der beschul digingen, die in de brieven te lezen zijn. De lintjes-zaak. De regeering, antwoordend op de vragen haar gedaan in het afdeelings- verslag der Tweede Kamer, schuift de zaak Kuyper-Lehman van zieh af. ue regeering weigert zieh in te laten met de lintjes affaire, omdat hare verantwoordelijkheid er niet by be trokken is. Zy weigert in te gaan op de gestelde vragen, ook zoover zij bedoelen een oordeel der regeering uit te lokken over de handelingen van den afgetreden minister, 't Ligt ook niet op den weg der regeering, wordt in de Memorie van Antwoord gezegd, om te oordeelen over een ambtsvoorganger, die aan een persoon den weg gewezen gewezen hoeft om een ridderorde te kannen bekomen. Ook ten aanzien van de vraag of iemand, die minister is, een som gelds met eene bepaalde bestemming mag aannemen en aan een aangewezen adres bezorgen, verkiest de regeering te zwijgen. Ingezonden Stukken. (Buiten verantwoordelijkheid der Re dactie. De opname van de in deze rubriek voorkomende artikelen bewij zen geenszins dat de redactie er mede- instemty. Misbruik van «en matil. Geachte Redactie. Met het plaatsen van onderstaande in het eerstvolgend nummer van Uw blad, zult U mij verplichten In de Goesche Courant van Vrijdag avond jl. komt een kwakzalversadver- tentie voor van de Palm Pill Company te Amsterdam, vol van leugens en als altyd met het doel de goedgeloo- vige gemeente van haar geld te ont lasten. Hoewel het tegenwoordig in alle bladen dergelijke advertenties van verdacht allooi regent, heb ik me nooit geroepen gevoeld, tegen de bewerin gen daarin, te moeten opkomen. Nu echter wordt het anders, aangezien bovengenoemd consortium brutaal weg durft beweren dat haar rommel schuld te lezen op het gelaat van Juliette. Het was niets anders dan instinct, een plotselinge, afschuwelijke, onver klaarbare openbaring. Haar ziel scheen plotseling in al haar zonde en ellende voor hem blootgelegd. Het was hem of plotseling al zyn idealen, zijn geluk en haar engelach tigheid in vlammen waren opgegaan. Zij was er niet meer. Zijne vereering had opgehouden te bestaan. Daar stond voor hem een mooie vrouw, aan wie hjj al zijn liefde had gegeven, die hjj had vereerd, eene schuilplaats verleend en beschermd, eu die hem daarvoor zóó had beloond. Zy had zich toegang in zyn huis weten te verschaffen, hem bespion- neerd en bedrogen. Dit alles kwam zóó plotseling, zóó onverwacht, dat hij nog niet eens naar 'haar motieven kon raden. Zjjn leven, zijn verleden, bet tegenwoor dige en de toekomst, alles werd weg gevaagd door deze vernietiging van zyn meest geliefkoosden droom. Hy had alles vergeten, behalvo haar ver raad hoe kon hy zich op dit oogen blik zelfs herinneren, dat hy eens, lang geleden, in een eerlijken strijd, haar broeder had gedood Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1909 | | pagina 1