N" 114 1909
Dinsdag 28 September.
908te jaargang,
FEUILLETON.
Ia stormachtige Tijden.
li OESCHE
l>euitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond,
uitgezonderd op feestdagen,
l'rjjs per kwartaal, in Goes 0,7S, buiten Goes, franco 1,25.
Afzonderlijke nommers 5 cent.
tnzendlng van advertentlën vóór 2 uren op den;dag der
uitgave.
COURANT.
De prijB der gewone advertentiSn iB\an 1-5 rege)s50 ct., eiken regel meer lOct
Bjj directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt
de prijs slechts tweemaal berekend.
Geboorte-, huwelijk- en doodsberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 110 regels f 1,berekend.
Bewijsnummers 5 cent.
relofooununimer 82.
Directeur A. F. A. van Setebs. |üitgave van de Naaml.jJVennootschap „Goescbe Courant". ^Hoofdredacteur W. Kerremans.
SV Zij die zich met i Oct.
a. s. op ons blad aboanceren,
ontvangen de tot dien datum
verschijnende nummers gratis.
DE DOODSTRAF.
In den laatsten tijd zjjn weer, naar
aanleiding van verschillende barbaar -
sohe moorden, beschouwingen gehou
den over het nuttige en noodige om
terug te keeren naar de bloedige tijden
van voorheen en den scherprechter in
eere te herstellen. De drang tot weder
opbouw van schavotten ging en gaat
voornamelijk misschien uitslui
tend uit van de antirevolutionairen,
die ook hierin den bjjbel nemen tot
een richtsnoer voor hun daden en ver
langens. Hun argumentatie munt uit
door kortheid en door een schijnbare
onmogelijkheid om die teweerleggen.
In Genesis 9 6, betoogen zij, staat
voorgeschreven dat „wie desmenschen
bloed vergiet, zijn bloed zal door den
menseh vei'goten worden". Dit vers
is ondubbelzinnig duidelijk en daar
aan houden we ons.
Zoo redeneerende brengen zij zelf
de tegenspraak mede. Als zij toch
streng de hand wensohen te houden
aan Gen. 9 6 dan moeten zjj ook opvol
ging eisehes, of minstens goedkeuren,
van andere hoofdstukken en verzen
en b. v. den landbouwer bevelen om
elke zeven jaar zjjn akkers niet te
bezaaien (Lev. 25 4) en voorschrijven
dat aan iemand die een ander een
oog uitslaat desgelijks geschiedt (ge
lijk hjj een gebrek eener menseh zal
aangebragt hebben zoo zal ook
hem aangebragt worden. Leviticus
24 20,) dat iemand die bloed
genuttigd heeft zal „uitgeroeid" wor
den (Lev. 7 t 27). En zij zullen zich
moeten vereenigeri met de nakoming
der vele overige bepalingen in het
Oude Testament, die in onze samen
leving eenvoudig onmogelijk z(jn.
Toch zalj 't den anti-revolutionairen
moeieljjk vallen te erkennen, dat zjj
van vele honderde voorschriften er
slechts één wenBohen na te leven en
de talloos vele andere, die boven en
ouder dut eene voorschrift staan in
hetzelfde Boek, mogen verwaarloozen.
Er zijn dan ook anti's, die beseffen
dat 't niet aangaat op grond van een
bijbeltekst te eisohen, dat aan onze
begrooting worde toegevoegd een post
voor beuls-traotement. Zij hebben
andere motieven, waarvan we hier de
voornaamste zuilen bespreken.
Een dezer is onweersprekelijk waar,
is koel en klaar van gedachte, zuiver
logisch en heeft bovendien de bekoring
van eenigszins komiek te zijn. Dit
kostelijke en dikwijls in ernst ge
bezigde argument (zie o. a. prof. Fabius:
De doodstraf) overweegt dat de dood
straf de gemakkelijkste en radicaalste
wjjze is om geboren misdadigers op te
ruimen.
Niemand zal de volkomen juistheid
hiervan pogen tegen te spreken. De
redeneering moge min of meer rnee-
doogenloos zjjn, waar is ze. Onthoofden
of (goedkooper systeem) ophangen is
een zeer practisch middel om zich te
ontdoen van hinderlijke personen,
13
Naar het Engelsch.
van
Barones ORCZY.
HOOFDSTUK VI.
Een paar uur later zaten de dames
zwijgend en ongerust in de salon.
Kort na het avondeten had zich
een bezoeker aangemeld, die nu al
twee uur lang bjj Paul Déroulède in
zjjn studeerkamer zat.
Hij zat aan tafel vlak tegenover
den burger-afgevaardigdehet was
iemand van lange gestalte met een
droomerige uitdrukking op zijn gelaat.
-Op een stoel naast hem lag een man
teljas, bedekt met stof en spatten die
aan een lange reis deden denken, maar
h(j zelf was buitengewoon smaakvol
gekleedhij volgde blijkbaar met ge
mak de excentrieke mode van dien
tjjd, het korte buisje met de vele la
pels, eu de jabot en lubben van fijne
kant.
In tegenstelling van Déroulède waB
Vreemd echter is 't, dat deze koele
denkers de logica en consequentie on-
middelijk bijster worden ais die hun
niet langer van nut is. Want zjj die
spreken van „geboren misdadigers"
behooren dus tot de aanhangers van
een deterministische levensleer en van
hen juist zou men verwachten dat zij
zacht waren in hun oordeel. Door te
spreken toch van een „geboren" mis
dadiger, waarvan het bestaan door
anderen wordt ontkend, erkennen zij
dat bij den dader geen schuld, geen
schuldbesef en geen verantwoordelijk
heidsgevoel kan huizen. Zjj beschou
wen de misdrijven van den geboren
misdadiger als een noodzakelijk ge
volg van een aangeboren aanleg, een
ingeschapen drang tot misdadigheid
waaraan de boosdoener nooit, hoe
graag hij 'took zou willen, kan ont
komen. En zoo'n man, zoo'n misdeeld
en deerniswekkend schepsel zouden
zü, omdat 'tzoo gemakkelijk en goed
koop is, willen afmaken als een scha
delijk gedierte Als de humane anti
revolutionairen 't niet zelf herhaalde
Hjk zóó hadden gezegd en na bijna
eiken moord weer herzeggen, dan
zouden we weigeren te gelooven dat
er bij onze politieke tegenstanders
zulke gruwzame theorieën behandeld
werden.
We zullen in een volgend nummer
de andere argumenten voor weder
invoering der doodstraf wegen.
Buitenianri.
Hooqer- en Lagerhuis.
Alles schijnt er op te wijzen, dat
een conflict tusschen het Engelsche
Hooger- en Lagerhuis onvermijdelijk
is. De houding, die de leiders der
conservatieve partjj aannemen, maakt
een overeenkomst tusschen het minis
terie en het Huis der Lords weinig
waarschijnlijk. De belastingplannen
der regeering zijn onaannemelijk,
meenen de conservatieven, en zijn een
aanslag op het privaatbezit. Volgens
hen is er, om den staat van het noodige
geld te voorzien, alleen de keuze
tusschen de regeeringsplannen, die ze
voor socialistisch uitschelden, en be
schermende rechten. Alleen het volk,
d. w. z. de kiezers mogen in deze be
langrijke kwestie uitspraak doen,
beweren de conservatieven en daarom
moet worden aangedreven op een con
flict, dat ontbinding van het Lagerhuis
ten gevolge zal hebben.
Le weg daartoe zou zijn een ver
werping van de begrooting door het
Hoogerhuis of tenminste een weigering
van de noodige goedkeuring.
Vermoedelijk zal het verloop van
het conflict het volgende zijnhet
Lagerhuis zal de begrooting aannemen.
Het Hoogerhuis zal daarop aan het
Lagerhuis een nota zenden, waarin
het verklaart, dat de begrooting een
revolutionnair karakter draagt en het
den wensch uitspreekt geen beslissing
te nemen, alvorens de natie (bij een
verkiezing) haar meening heeft gezegd.
Het huidige ministerie, dat vóór het
vrijhandelstelsel is, vreest de ver
kiezing niet en zal den koning tot
ontbinding van het Lagerhuis advi-
seeren'. Vermoedelijk zal de verkiezing
dan nog dit jaar plaats hebben.
hij heel lang van gestalte, met mooi
haar en een eenigszins slaperige uit
drukking in zijn goedhartige, blauwe
oogen en een ietwat vreemd accent,
iets gerekts in het uitspreken van de
o's en a's deed voor een opmerkzaam
toehoorder den Engelschman vermoe
den.
De twee mannen hadden een poos
lang ernstig met elkaar zitten praten,
de lange Engelschman hield zijn vriend
scherp in 't oog, terwjjl een vriende
lijke, opgewekte glimlach om de hoeken
van zjjn beslisten mond speelde.
Déroulède liep rusteloos en opge
wonden heen en weer.
Neen Daar heb ik voor gezorgd
antwoordde Blakeney met zijn aange
naam lachje. Ik heb Tinville van
morgen mijn gewone waarschuwings
briefje verzonden.
Je bent gek, Blakeney
Zoo erg is 'tnog niet, vriend.
Werkelijk! het was niet alleen over
moed, die rnjj bewoog om dien ver-
wenschten kerel weer eens een briefje
met mijn devies onder den neus te
duwen. Ik wist welke plannen jelui
enthousiasten, met je omdroeg daarom
ben ik in de „Day Dream" overge
komen, om te zien, of ik mijn aan
deel niet kon krijgen in die grap
De tegenwoordige (liberale) regee
ring heeft alle reden de verkiezingen
niet te vreezen. De door haar voor
gestelde nieuwe belastingen treffen
vooral het groot-bezit en hebben daar
om de sympathie der groote massa
kiezers. l)e conservatieven zullen
echter niet nalaten het publiek te be
angstigen met „het roode spook", het
socialistisch gevaar, maar dit middel
zal in Engeland wel minder sueees
hebben dan b. v. in ons iand daar
het socialisme in het eilandenrijk een
zeer tam karakter draagt.
Een andere gebeurtenis van belang
in Engeland is geweest de goedkeu
ring der
Grondwet van
Vereenigd Zuid-Afrika.
door het Hoogerhuis.
De verschillende in Zuid-Afrika lig
gende Engelsche koloniën zullen zich
dus vereenigen tot een eenheid, waar
in het Hollandsche element ongetwij
feld een grooten invloed zal oefenen.
Generaal Botha, die na een bezoek
aan Europa weder op den terugweg
is naar zjjn vaderland, heeft zich even
voor zijn vertrek nog laten inter
viewen en zijn dankbaarheid geuit
over de door het Engelsche parlement
genomen beslissing. Generaal Botha
zag hierin een bewjjs van vertrouwen,
dat de banden tusschen Zuid-Afrika
en Engeland nauwer zal toehalen.
De toekomst van Zuid-Afrika, aldus
de Boeren-voorvechter, is thans ver
zekerd. Als men de koloniën slechts
haar eigen zaken laat regelen, zal
alles terecht komen.
Gaat het in het zuiden van Afrika dus
naar wensch, in het noorden van dat
werelddeel is het anders. Daar duurt
de strijd tusschen
Spanjaarden en Mooren
onverminderd voort.
Zaterdagmorgen begon een Spaan-
sehe kolonne onder bevel van generaal
Crozco een voorwaartsche beweging.
Alle dorpen, die de Spanjaarden op
hun weg ontmoetten, werden verbrand.
De Mooren poogden den opmarsch
tegen te houden en een gevecht ont
stond waarbjj tenslotte de Spaansche
cavalerie de beslissing bracht. De
Mooren namen de vlucht na zeer
zware verliezen te hebben geleden.
De Spanjaarden rukten weder voort
om bezit te nemen van den berg
Tanina, maar ook hier stuitten ze op
tegenstand. Na een hevig gevecht
veroverden de Spaansche troepen de
belangrijke positie, vanwaar later hun
artillerie de nabijliggende dorpen en
vijandelijke stellingen beschoot.
Tegen den avond deden de Span
jaarden met succes een aanval op die
stellingen en hoe groot de uitwerking
van het Spaansche artillerievuur was
geweest, bleek uit het groote aantal
gedoode Mooren dat her- en derwaarts
verspreid lag.
Binnenland.
Niet toelating van een Kamerlid.
Naar aanleiding van de behandeling
in de Tweede Kamer van het be
zwaarschrift van Limbnrgsche kiezers
in zake de verkiezing van den heer
Rujjs de Beerenbrouck, is een tweede
Grap, noem je dat een grap
vroeg de ander bitter.
Wel! hoe zou ik het anders noe
men Een krankzinnige, zinnelooze
tragedie, die maar één resultaat kan
hebben de guillotine voor je allen.
Waarom ben je dan hier geko
men
OmJa, wat zal ik daarop
zeggen, amice antwoordde Sir Percy
Blakeney, op zjjn eigenaardigen, ge-
rekten toon. Om je verwenschte re
geering iets anders te geven om over
te denken, terwijl jelui bezig zijn met
open oogen in het verderf te loopen.
Waarom denk je dat
Om drie redenen, waarde heer
mag ik je een snuifje aanbieden
Neen?
En met het bevallig gebaar van
iemand, die zjjn wereld kent, sloeg
Sir Percy een stofje van zjjn mooie
Mechelsche kanten lubben.
Drie dingen, ging hjj kalm
voorteen gevangen koningin, die
weldra terecht zal moeten staan, het
temperament van een Franschman
ten minste van vele FranscheD
en de onnoozelheid van de menschen
in 't algemeen. Deze drie dingen doen
mjj denken, dat eenige heethoofdige
Republikeinen met je zelf aan het
adres aan de Kamerleden gezonden,
waarin o. m. gezegd wordt
dat het allerminst juist is, dat adres-»
santen niet reeds vroeger gewezen
hebben op de plaats gehad hebbende
onregelmatigheden bjj de jongste ver
kiezing voor de II Kamer in hetdistrikt
Gulpen, daar zjj reeds 22 Juni jl. hunne
desbetreffende bezwaren officieel ter
kennis hebben gebracht van den Voor
zitter van het Hoofdstembureau in ge
noemd Kiesdistrikt, welk Hoofdstem
bureau daarop langs officieelen weg
heeft geantwoord en zich daarin op
slinksche wijze van de kwestie heeft
afgemaakt. (Afschrift van dit antwoord
gaat hiernevens)
dat adressanten opzetteljjk met het
indienen hunner reclames aan de II
Kamer hebben gewacht tot het laatste
oogenblik, eerstens omdat artikel 98
der Grondwet aan de Kamer opdraagt
de geschillen te beslissen welke aan
gaande de verkiezing oprijzen, en
tweedens om te voorkomen, dat machts
misbruik, waaraan men in Limburg
sedert jaren gewend is, zou worden
aangewend om ook deze reclame den
kop in te drukken
dat in stede van de biljetten waarvan
het model is voorgeschreven bjj Ko-
ninkljjk besluit van 9 Januari 1901
(Staatsblad no. 25) zijn gebruikt die
welke waren vastgesteld bjj Koninklijk
besluit van 26 Februari 1897 (Staats
blad no. 69) hetgeen, behalve door
ondergeteekenden ook is geconstateerd
door de navolgende getuigen Louis
Jennekens te Valkenburg, Jan Sender
te Amby en den drukker Alberts te
Gulpen welke de bijjetten voor alle
stemdistrikten heeft gedrukt
dat de corruptie bjj bovenvermelde
verkiezing niet het minst van hooger
hand zoo enorm geweest is dat zelfs
de Noord-Nederiandsche pers zich
indertijd daarmede bemoeid heeft en
daarbij niet te vergeten is dat de Lirn-
burgsche pers een zeer partjjdige is
dat de door bijkans alle machtheb
benden gepleegde feiten van corruptie
eu pressie zoo algemeen bekend zijn
dat, zoo een werkelijk ernstig onder
zoek naar een en ander ingesteld
werd, zaken aan het licht zouden
komen die meer dan verschrikkelijk
zijn
dat adressanten bereid zijn Uwe
Kamer op de wjjze zooals zjj dat zal
goedvinden al die mededeelingen te
doen en inlichtingen te verschaffen
omtrent de gepleegde onregelmatig
heden welke noodig mochten zjjn om
zich een juist beeld te vormen omtrent
de wijze waarop in Zuid-Limburg het
kiesrecht wordt uitgeoefend
dat o. a. niet het minst de Geeste
lijkheid gesteund door de burgerlijke
autoriteiten een werkzaam aandeel
heeft in bedoelde verkiezingspraktjj-
ken, o. a. in massa de stemlokalen
bewaakt, de kiezers dreigt, door voor
zitters van stembureaux wordt uitge-
noodigd met kiezers in het stemhokje
te gaan, teneinde stembiljetten in te
vullen en zulks zonder dat van artikel
80 der Kieswet sprake is.
Uit de Pers.
Zaak Kuyper.
Het Handelsblad schrijft
„De antirevolutionnaire Kamerclub
hoofd, waarde Deroulede, op het punt
staan het domste, meest doellooze ding
te doen, dat ooit in het opgewonden
brein van zoo'n verwenschten Fransch
man is opgekomen.
Déroulède glimlachte.
Is het niet al te vermakelijk,
Blakeney, dat jjj hier op een stoel
zit en iemand beschuldigt van het
maken van krankzinnige, roekelooze
plannen
01 zachtAls je dat liever hebt,
zal ik gaan staan in plaats van zit
ten antwoorddeBlakeney lachend,
terwijl hij zich in zjjne volle lengte op
richtte en zijn lange, langzame leden
uitrekte. En sta mjj nu toe, waarde, dat
ik je vertel, dat de hond van den
Rooden Pimpernel nooit het oninoge-
ljjke beproeft, en een poging te wagen
om de koningin nit de klauwen van
deze moordzuchtige schavuiten te
redden, behoort werkeljjk tot het on-
mogeljjke.
En toch zullen wjj het probeeren.
Dat weet ik. Dat vermoedde ik,
en daarom kwam ik hierdaarom
zend ik ook een vriendelijk briefje
aan het Comité van Algemeen Wel-
zjjn, geteekend met het zoo bekende
devies van De Roode Pimpernel.
En?
heeft dr. Kuyper tot haar voorzitter
gekozen. Is het geschied onder voor
beding dat hjj zich zuiveren zal Want
het komt ons ongeloofeljjk toe dat,
terwjjl de ernstige beschuldigingen
tegen dr. Kuyper volstrekt onweer
sproken zjjn en door dr. Kuyper nog
geen poging is aangewend om de
beschuldiging te weerleggen, de anti
revolutionnaire Kamerclub, zonder
beding, haar hljjvend vertrouwen in
den leider zon uitspreken.
Ieder, die wel eens met antirevolu-
tionnairen van naam gesproken heeft,
weet dat dit vertrouwen, het moge
dan nog bjj de meerderheid der anti-
revolutionnairen zetelen, ook onder
de leden van die partjj niet meer
algemeen is. Daarom blijven wjj ge
looven dat door dr. Kuyper's partjj-
genooten een ernstige poging zal wor
den gedaan worden om klaarheid in
deze zaak te krjjgen."
Ook verschillende andere bladen
hebben zich in geljjken geest geuit.
B ij e n t e e 11.
Ik had dit artikeltje al eer moeten
schrjjven, maar wie kan er onder de
tegenwoordige omstandigheden met
opgewektheid sehrjjven of praten over
bijenteelt, en wie vindt daarvoor een
luisterend oor 't Is éèn klaaglied,
èén jammerklacht, en geen wonder
Ik ben nu 15 jaar imker, maar zóó
slecht als thans hebben wjj er nog
nooit voorgestaan. Drie kwade jaren
hebben wjj achter ons, en dit het
ongeluksjaar 1909 is het slechtste
van alle, en geeft den nekslag aan
velen onzer vakgenooten. Reeds het
vorige jaar moest menige imker zjjn
bedrjjf inkrimpen, maar hjj leefde in
de blijde hoop, welke den bijenhouder
niet licht begeeft, dat na twee slechte
jaren wel weer eens een goed jaar
zou volgen. En hij getroostte zich
uitgaven voor voederhonig of voeder
suiker, die eigenljjk zjjn krachten te
boven gingen, hij voederde en voe
derde, ja den gehoeien zomer haast
door. 't Was erger dan ooit. Ook
vroeger gebeurde het meermalen dat
hjj moest bijspringen totdat de boek-
weitcampagne begon, maar dan het
ging hoe het ging dan redden de
bjjen zichzelf. Nu evenwel konden
vele volken er zonder hulp niet komen,
zelfs niet toen ze op de hei waren.
Ook daar moesten ze nog met bjj-
voeder in 't leven gehouden worden,
en waar dit niet werd verstrekt, daar
waB het einde vaak noodlottig, tal van
volken, die dezer dagen zouden op
gehaald worden, bleken totaal uitge
storven te zjjn. Van honinggewin der
halve heelemaal geen sprake I
Zóó is de toestand in vele deelen
van ons land, in een enkele streek is
het wat beter, maar over 't algemeen
is de campagne mislukt.
Honig is er niet te verkoopen, en
wie zich staande wil houden, zal nog
maals in de beurs moeten tasten, want
de honigton is hjj de meesten al lang
leeg. Goede opzetters, d. w. z. volken,
die zonder bjjvoeder het volle gewicht
hebben om te kunnen overwinteren,
zijn er weinig. Al die slecht voorziene
korven of kasten voor zoover zjj
volkrjjk genoeg zjjn op gewicht te
brengen, zal niet gaaninkrimping,
Enhet resultaat ligt voor de
hand. Robespierre, Danton, Tinville,
Merlin en de geheele verwenschte
moordzuchtige menigte zal probeeren
mjj te vinden een naald in een
hooiberg. Zjj zullen het onmogelijke
beproeven om mjj te pakken te krjj
gen, eu misschien zou je dan je plan
kunnen uitvoeren. Ik zeg misschien,
dan zou je in de „Day Dream" kunnen
ontsnappen met behulp van je nede-
rigen dienaar.
Maar intusschen zullen zjj jou
ontdekken en je niet ten tweeden male
laten ontsnappen.
Beste Déroulèdeals een terrier
zjjn kalmte verloor, dan zou hjj nooit
meer eeu rat vangen. Nu uw Revolu
tionaire mjj heeft verloren, sinds ik
aan de vingers van Chauveiin ont
snapte, is zjj bünd van woede, terwjj 1
ik volmaakt gelukkig en zoo kalm
als een komkommer ben. Mjjn leven
heeft groote waarde voor mjj gekregen,
amice. Er ia iemand aan den overkant
van het water, die schreit als ik niet
terug kom.
Neenneenwees maar niet bang
zij zullen den Rooden Pimpernel
ditmaal niet vangen
(Wordt vervolgd).