N\ 103 1909 Donderdag 2 September. 968te jaargang. In stormachtige Tijden. 5 FEUILLETON. GOESCHE De uitgave dezerCourant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond, uitgezonderd op feestdagen. Prijs per kwartaal, in Goes 0,7s, buiten Goes, franco 1,25. Afzonderlijke nommers 5 cent. inzending: van advertentiën vóór 2 uren op den dag der uitgave. COURANT. De prys der gewone advertentiën is van 1-5 regels 50 ct., eiken regel meer 10 ct Bjj directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de pry's slechts tweemaal berekend. Geboorte-, huweljjk- en doodsberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 110 regels k 1,berekend. Bewijsnummers 5 cent. Telefoonnummer '32. Directeur A. F. A. van Setbrs. Uitgave van de Naaml. Yennootschap Goesche „Courant". Hoofdredacteur W. Kerremans. ONZE TAAL. Naast de talloos vele voortreffelijke eigenschappen, die het Nederlandsche volk in weelderigen overvloed toont te bezitten, hebben onze landgenooten ook eenige luttele gebreken, waarvan een veel voorkomende is om laat dunkend en spottend te spreken over het eigen land. Zoo lazen we pas in een tijdschrift van een beschouwing over onze taal, waarin op hooghartig- medelijdenden toon gezegd, dat buiten ons land de Nederlandsohe taal bijkans niet gesproken, noch begrepen wordt. De schrijver van dat artikel is ter dege slecht op de hoogte, want ei- zijn buiten ons land veel meer men sehen, die de Hollandsehe taal spreken dan binnen onze grenspalen. In ongeveer geheel België kunt ge met onze taal terechtin een zeer groot deel van Afrika, n.l. de Kaap kolonie, de voormalige republieken Transvaal en Oranje Vrijstaat en in het uitgestrekte Congogebied. In 1898 reeds wees de Belgische consul te Mossammedes, dus op Portugeesch grondgebied, er op dat daar bijna uit sluitend Vlaamsch gesproken wordt. In Duitseh Damaraland tot aan het Ngami-meer spreekt men Bollandsch. In Amerika zijn er minstens 2 millioen meusehen die zich in onze taal uiten. Daar verschijnen in het Nederlandsch gedrukte dagbladen van 8 tot 16 blad zijden, daar zijn, o a. in Grand Rapids, Michigan, Iowa, Illinois, Ohio, Wiscon sin, Minnesoto, N. Jersey, Kansas enz., scholen en kerken waar in t Hol- landsch onderwezen en gepredikt wordt. Verder onze koloniën met 30 millioen bewoners, waarvan een be langrijk deel onze taal begrijpt. Als wij, zooals de Engelsehen, zelf meer waarde hechtten aan land, volk, taal en voortbrengselen, als wij ook weigerden ons altijd te schikken naar de wenschen van anderen in zake de taal, dan zouden we daar de goede gevolgen heel gauw van waarnemen. Buitenland. Een woelioe streek. Het begint er in Yemen hoe langer hoe ernstiger uit te zien en wanneer de Turken er niet ten spoedigste in slagen den opstand te onderdrukken, dan kan het woelige volkje uit die streek het hun nog lastig genoeg ma ken Eenige dagen geleden reeds hebben hebben zy een goed geslaagden aanval op de troepen gedaan, een groot aantal soldaten in de pan ge hakt en zich meester gemaakt van eenige stukkeu berggeschut en munitie. Voor den opstand bestaan in hoofd zaak twee redenende zware belas tingdruk en afkeer van ketTurksche bestuur. De Arabieren van Yemen willen niet betalen en ook niet gere geerd worden door Turksehe ambte naren, maar door hunne eigen land genooten. Zjj zijn echter geenszins Naar het Engelsch. VAN Barones ORCZY. De oude invalide, die al met één voet in het graf stond, wiens zwakke geest, wiens trots, wiens laatste straaltje hoop zich geheel concen treert op zjjn zoon, moest hooren, dat hjj dood was thuis gebracht. Wil jjj het hem vertellen, Pe- tronella vroeg zij herhaaldelijk, als de heftigheid van het verdriet der onde kindermeid toeliet, dat zy een woordje sprak. Neen neen lieveling, ik kan niet ik kan niet, klaagde Pe- tronella, tnsschen haar gesnik door. De geheele ziel van Juliette echt kinderlijk als zjj was kwam in opstand by de gedachte aan hetgeen haar te wachten stond. Hoe kon zij dat doenKon zij oor zaak zjjn van het verdriet van haar vaderDat kon zy nietNeen Het op een afstand luiden van een bel deed haar plotseling huiveren. Haar vader was zeker ontwaakt. Hjj had de drukte gehoord en trok nu aan de bel om te weten te komen, wat er aan de hand was. Snel rukte Juliette zich uit de ar men van haar kindermeid en voordat Petronella het kon voorkomen, was zjj gekant tegen den Sultan of de eon- stitutioneele regeering, maar zy hebben een soort onafhankelijkheidsgevoel, dat gepaard met den trots, die hun ras kenmerkt, het hun door Turksehe ambtenaren, die zjj als hunne minderen beschouwen, opgelegde juk ondragelijk doet schijnen, terwijl bovendien die ambtenaren hun zelfs den laatsten penning afpersen. Oppervlakkig zou men denken, dat met het verdwijnen van het oude régime ook aan het willekeurig optreden der ambtenaren een einde zou zijn gekomen, dat is echter in geenen deele het geval en vandaar dat de regeering nog steeds moeilijkheden heeft, zoowei met de Arabieren als met de Albaniërs. Maar terwy'1 de vorige regeering haar heil zoeht in lapmiddelen, wil deze voor goed een einde maken aan het verzet tegen het gezag. Werden er vroeger kleine contingenten naar Arabië ge zonden, die nu en dan eens een klein succesje behaalden en voor korten tijd den opstand dempten, thans wordt er een groot goed geoefend leger met bekwame aanvoerders heengezonden en dat zal zich niet tevreden stellen met een schijnoverwinning, maar zeer zeker niet terugkeeren voor het de Arabieren voor goed ten onder heeft gebracht. Men seint uit Constantinopel aan de Daily Telegraph d.d. 29 Aug. De toestand in Yemen wordt met den dag slechter. De vali heeft ge seind, dat de streek als verloren moet beschouwd worden, zoo men geen 50,000 man met 4 batterijen bergge schut en 4 batterijen snelvuurkan nen kan sturen. 6 bataljons Turksehe troepen zijn door de Arabieren volledig in de pan gehakt. De Porte zit erg in verlegen- beid, omdat het geen troepen kan vinden, die naar Yemen willen ver trekken. Daarentegen zegt de correspondent van de Timesdat men in officieele kringen beweert, dat alles rustig is in Yemen. 3000 soldaten zyn Zaterdag naar Hodeidah gezonden en Zondag morgen is een detachement ruiterij uit Constantinopel vertrokken met be stemming naar Arabië. Binnenland. Kamerverkiezing Breukelen. Mr. H. J. Doude van Troostwijk, burgemeester van Loenersloot en Ru- wiel, lid van de Prov. Staten, is door de ehristeljjk-historische kiesvereeni- ging candidaat gesteld voor de Tweede Kamer in het district Breukelen en heeft de candidatnur aanvaard. De anti-rev. kiesvereeniging te Vree land heeft voorloopig candidaat ge steld mr. T. de Vries te 's-Gravenhage. Te Abcoude zal Donderdagavond door den heer J. C. E. Slotemaker, inspecteur der invoerrechten en accijn- zijn te Amsterdam, een lezing worden de kamer uitgesneld en de gang over gestoken naar een groote deur aan den anderen kant. De oude hertog de Marny zat op den rand van zjjn bed met zyn lange dunne beenen hulploos op den grond hangend. Verlamd als hjj was, had hy met groote moeite overeind weten te komen en nu deed hij duidelijk, wanhopige pogingen om het bed te verlaten. Hjj had ook het gedempte geluid van voetstappen, den schuifeienden gang van mannen, die een zwaren last droegen, gehoord. Zyn geest vloog een halve eeuw terug, naar de dagen, waarin hy ge tuige was geweest van tooneelen, waarby hij dan louter toeschouwer was. Hjj kende dien stoet, gevormd door vrienden en ondergeschikten met den arts wandelende naast den kostbaren last, die zoo straks op het bed zou worden neergelegd en overgelaten aan de teedere zorgen van een treurende familie. Wie zal zeggen, welke beelden in dien zwakken geest waren opgeroe pen Maar hij raadde veel. En toen Juliette bleek en bevend met een wereld van smart in haar groote oogen voor hem stond, wist zjj, dat hy het geraden had en dat zij het hem niet behoefde te vertellen. Pierre, de beproefde knecht van den ouden hertog, kleedde hem zoo vlug mogelijk aan. De hertog drong er op aan, dat men hem zyn gelegenheids- costuum zou aantrekken, het weelde rige pak van zwart fluweel met kost- gehouden over„de politiek van den dag". Na afloop der redevoerig zal een officieele vergadering worden gehou den door leden der roomsch-katholieke kiesvereeniging. Op deze vergadering zal een candidaat voor de Tweedè Kamer gekozen worden. Jhr. mr. Röell, aangezocht voor een Tweede Kamer-oandidatuur vanwege de centrale liberale kiesvereeniging in het district Breukelen, heeft ver klaard geen candidatuur te zullen aanvaarden. Landbouw, Veeteelten Visscherij. Krüisbessenmeeldauw. Men meldt uit Tiel De krüisbessenmeeldauw is in deze omgeving te Geldermalsen aangetrof fen. Onder Amerongen is men begon nen verschillende bespuitingsproeven op de aangetaste planten te nemen, waarvan de uitkomsten uiteraard nog niet zjjn vast te stellen. Aardappelen. Men schrijft uit Zeeuwsch-Vlaande- ren aan de N. R. Ct. Alhier is men begonnen met het rooien der aardappelen voor den export. De opbrengst valt over het algemeen niet mee, wy'l door het lang durige natte weder de aardappelen tot verrotting zijn overgegaan. Het aantal zieke aardappels is op sommige akkers bijzonder groot en bedraagt soms 1/3 der geheele opbrengst. De nieuwe aardappelsoort „De Industrie", heeft nog het minst van de ziekte te Hjden. De handel met België is verre van levendig. Aan den lagen prys van f2.25 tot f2.35 per 100 kilogram, wenschen vele landbouwers vooreerst niet te verkoopen. Rechtzaken. Raad van beroep. In de Maandag te Middelburg ge houden openbare terechtzitting van dien Raad had de uitspraak plaats van de beschikkingen, genomen inzake de Tholensche oestercultuur maat schappij te Tholen, de maatschappij van oestercultnur „Eensgezindheid" te Goes en de maatschappij van oester cultuur „Concordia" te Goes. Deze beroepen werden bjj beschik king ongegrond verklaard, omdat bij koninklijk besluit van 18 Juni 1909 no. 189 de verzekeringsplichtige be drijven opnieuw zijn ingedeeld. Verdaohten. Naar het Huis van bewaring te Mid delburg zijn overgebrachtJ. W,, 39 j., geboren te Noordwolde, grondwer ker 2o. A. H. P., 50 j., geboren te Rotterdam, zonder beroep en beiden zonder vaste woonplaats, verdacht van baren kant en diamanten knoopjes, dat hij had gedragen, toen zy den overleden koning ter eeuwige rust hadden gebracht. Hy deed zijn ridderkruisen aan en gespte zyn zwaard om. De weelderige kleeren, die hem in zijn jongelings jaren zoo goed gepast hadden, hingen nn ietwat losjes om zyn vermagerde gestalte, maar hij maakte nog den indruk van een groote, imposante figuur met zyn wit haar van achteren vastgebonden met een groote zwarte strik, en de mooie jabot van fijne Engelsehe kant, die soepel onder zyn kin uitkwam. Toen ging hij zoo recht mogelijk in den ziekenstoel zitten en yier lakeien in onberispelijk livrei reden hem naar het doodsbed van zyn zoon. Iedereen in huis was nn wakker. Toortsen brandden in groote kande laars in de uitgestrekte hal en langs de massieve eikenhouten trap, en hon derden kaarsen flikkerden spookachtig in de groote vertrekken van het vorstelijk huis. De ontelbare bedienden stonden in een rij op den gang, allen gekleed in de rijke livrei van het hertogelijk huis. De dood van een erfgenaam van de Marny's is een gebeurtenis, waarvan de geschiedenis melding maakt. De stoel van den ouden hertog was vlak voor het bed gezet, waarop het iyk van den jongen Vicomte lag. Hij bewoog zich niet, noch uitte een woord of een zuchtj Sommigen dor aanwe zigen meenden, dat zijn geest op dat oogenblik volkomen afwezig was, en diefstal te Hansweert in den nacht van 27 op 28 Augustus 1909. De zaak-Hambürg. De Hooge ltaad deed uitspraak in de zaak van den Haagscben tand meester H. Hamburg, door het ge rechtshof te 's-Gravenhage, met be vestiging van een vonnis der Haagsehe rechtbank, veroordeeld tot 6 jaren gevangenisstraf, wegens oneerbare handelingen met eene vrouw, van wie hij wist, dat zjj in staat van bewuste loosheid of onmacht verkeerde. Geen der cassatiemiddelen gegrond achtende, verwierp de Hooge Raad het beroep. Verduistering. De Hooge Raad verwierp het cas satieberoep van P. J. R., koopman te Vlissingen, door het gerechtshof te 's-Gravenhage met vernietiging van het vrijsprekend vonnis der rechtbank te Middelburg veroordeeld tot 1 jaar en 6 maanden gevangenisstraf, wegens verduistering van 10.000 francs ten nadeele van de Soeiété Anonyme des Sucreries d'Amougies in België. De Hooge Raad was van oordeel dat het eerste eassatiemiddel, volgens hetwelk de deskundigen niet op de wijze hunner godsdienstige gezindheid den eed zouden hebben afgelegd, zijn feitelyken grondslag miste - dat, wat het tweede middel aangaat, volgens hetwelk de wetenschap van den requi- rant wederrechtelijk te handelen, niet zou zijn gemotiveerd, die wetenschap door het Hof voldoende met redenen was omkleed, terwijl de bewijskracht der daarvoor aangevoerde bewijsmid delen uitsluitend staat ter beoordee ling van den feitelyken rechter; en dat, wat het derde middel betrof, volgens hetwelk in de dagvaarding het element ven requirants wetenschap niet was gesteld door het woord „op zettelijk" in den aanhef van de om schrijving van het ten laste gelegde feit werd aangeduid dat de requirant geweten heeft dat het geld hem niet toebehoorde. B ij e n t e e 11. De bijensteek blijft een schrik voor velen, die anders zoo gaarne zich aan de bijenteelt zouden willen wijden. Nu willen we volstrekt niet zeggen dat die steek niets te beteeken heelt, dat hij weinig of geen pijn doet, dat de bijen die lieve diertjes er niet aan denken om te steken, als men maar bedaard blijft, dat men zijn bijenvolken zelfs wel zonder kap en zonder handschoenen kan behandelen. Dat is dwaasheid en vooral het laatste zou verkeerd zijn, want wij kennen imkers of liever gewezen imkers en imkeressen, die juist door zoo'n dwazen raad leelyk te pas kwamen en op een maal werden afgeschrikt, 't Is dan ook ik verzeker het u wel om dat hy den dood van zyn zoon voelde noch begreep. De Markies de Villefranche, die zyn vriend tot hier gevolgd was, nam ein delijk afscheid van het treurende huis. Juliette nam nauwelijks notitie van hem. Haar oogen waren op haar vader gevestigd. Zij wilde niet naar haar broeder kijken. Plotseling greep een kinderlijke vrees haar aan, terwjjl zij zoo tusschen die twee zwijgende gestalten stond den levende en den doode. Maar op het oogenblik, dat de Mar kies de kamer ging verlaten, begon de oude man voor 't eerst te spreken. Markies, zei hy heel kalm, u ver geet n heeft mij nog niet verteld, wie mijn zoon doodde. In een eerlijk gevecht, mijnheer de hertog, antwoordde de jonge, mar kies, in weerwil van al zyn beuzelach tigheid en luchthartigheid toch geroerd by dit vreemde, bjjna geheimzinnige tooneel. Wie heeft mijn zoon gedood, mar kies herhaalde de ouden man werk tuigelijk. Ik heb het recht dat te we ten, voegde hij er plotseling met ener gie bij. Het was Paul Dèroulède, hertog antwoordde de markies, Ik herhaal, het was een eerlijk gevecht. De oude hertog zuchtte alsof hij nu voldaan was. Daarop voegde hij er met de hoffelijke buiging uit die dagen bjj Alle dankbetuigingen van my en de mijnen aan u, markies zouden op spotternij gelijken. Uw vriendschap het lachen er bjj te laten, als men voor de eerste maal door een of meer bjjen op lip, op neus, onder het oog of waar ook, gestoken wordt, die venijnige, gloeiende pijn kan het-eerste oogenblik onuitstaanbaar zyn. En evenmin is het aangenaam één of een paar dagen met een gezwollen lip of toegebuild oog te loopen. En zoo iets overkomt ieder, die met bijen omgaat, dat is onvermijdelijk. De bijenteelt-schrijver van de N. O. beweerde wel onlaDgs, dat de bjjen den wreeden imker zoo steken, omdat hy haar zusters zoo behandelt, in alle ernst vertelt de man dat maar ook de imkers, die niet zoo wreed zijn en de zwavellap niet gebruiken, weten over den bijensteek mee te praten. En zij zullen u zeggen ais wjjbe handelt, vooral in 't begin, uw bjjen nooit onbeschutEn ook later, als gjj uw volken inspecteert, bljjft het raad zaam althans uw gezicht te bescher men. Doét ge dit niet, dan werkt ge nooit met rust en moet ge ze vaak tot een oppervlakkig onderzoek be palen. Juist dat overmoedig zjjn, dat ongewapend willen behandelen van zijn volken, is bij menig beginner de oorzaak, dat hij zelfs na jaren nog op een afstand moet blijven en niet op de hoogte komt. Dezelfde schrijver, straks bedoeld, vertelde in hetzelfde opstel, dat hy nooit een kap gebruikt en zich zelfs schaamt die op te zetten. Even verder deelt de man mee, dat hy, als zyn bijtjes kwaad zijn, toch maar de kap opzet, echter niet voor zich zelf, maar alleen om de bjjen, die, als ze steken en den angel kwijt raken, meestal stervenLacht daar iemand? Neen, lezer en lezeres, wjj willen u niets wijs maken, en ons ook niet, om u aan te moedigen tot de bijenteelt, aan u vertoonen zooals zekere imker-schrijver vóór een paar jaar deed met een zwerm bjjen op het gezicht. Dat bljjkt een gevaarljjk spelletje, is belaehelyk en dient ner gens voor. Nog eenszulke bijen- vrienden doen met hun jjver meer kwaad dan goed, Wjj herhalende bijen steken, zoo goed als vroeger; en den imker zoowel als ieder ander en zjj zullen dat, ook al wordt de zwavellap afgeschaft, wel altijd bljjven doen, zoolang zij hun angel behouden. Evenwel, en nu kom ik van een anderen kantdie steek is nu zóó erg niet, heeft niet zóóveel te beteekenen, dat dit iemand tenzij hij, wat schijnt voor te komen, uiterst gevoelig voor den steek mocht zjjn en blijven behoeft of mag afschrikken, imker te worden. Dit behoeft nu verder geen betoog. Alleen het feit, dat er tien duizenden en nog eens tienduizenden bijenhouders en houdsters zijn, zegt genoeg, is afdoende. Men gaat niet dood aan een steek, krijgt er geen ongeluk van. Hjj moet zelfs heilzaam werken tegen rheuma- tiek. Wie een keer of wat is gestoken, voor mjjn zoon is boven allen lof verheven. Ik zal u nn niet ophouden. Vaarwel Door twee lakeien begeleid, ging de markies de kamer uit. Zend alle ondergeschikten weg, Julietteik heb je iets te zeggen, zei de oude hertog, en het jonge meisje deed gehoorzaam wat haar vader haar verzocht. Vader en zuster bleven alleen met hun doode. Zoodra de laatste voetstappen van de vertrekkende dienstboden waren weggestorven, scheen de hertog de Marny uit een verdooving te ontwa ken. Snel en koortsachtig greep hjj zyn dochter bjj de polsen, en fluis terde opgewonden Zjjn naam. Hofifde je zjjn naam, Juliette Ja, vader, antwoorde het kind «3Paul DéronlèdePaul Dèroulè de Zul je hem nooit vergeten Nooit, vader! Hij doodde je broerBegrijp je dat Doodde mjjn eenigen zoon, de hoop van mjjn huis, den laatsten af stammeling van het roemrijkste ge slacht, dat ooit aan de geschiedenis van Frankrijk luister heeft bijgezet. In een eerlijk gevecht, vader 1 bracht het kind er tegen in. Het kan nooit eerljjk van een man zyn een knaap te dooden, zei de oude man woedend. Dèroulède is dertig; mijn jongen was nog maar pas twintigmoge de wraak den moordenaar niet ontgaan 1 (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1909 | | pagina 1