N°. 97 1909 Donderdag 19 Augustus. 96ste jaargang. 4 FEUILLETON. Een vreeselijke droom. GOESCilE I'elofoonnummer 33. Directeur A. P. A. van Seters. Uitgave van de Naaml. Vennootschap Goesche „Courant". Hoofdredacteur W. Kebremans. De uitgave dezerCourant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond, uitgezonderd op feestdagen. Prijs per kwartaal, in Goes 0,75, buiten Goes, franco f 1,25. Afzonderlijke nommers 5 cent. inzending van advertentiën vóór 2 uren op den dag der uitgave. De prijs der gewone advertentiën is van 1-5 regelsöO ct., eiken regel meer 10 ct Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Geboorte-, huwelijk- en doodsberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 110 regels k f 1,berekend. Bewijsnummers 5 eent. een volgende vergadering zal nn be slist worden over het lot van den heer Overtveld. Men is geneigd om uit het aange haalde van het raadsverslag te be sluiten, dat die burgemeester en wet houders van Wissekerke dan toeh terdege op de penning zijn, wel zuinig de dierbare duiten der gemeentenaren beheeren en liever een alleszins be kwaam en voorbeeldig onderwijzer op de kleine steentjes dringen dan honderd gulden in het jaar meer betalen. Een die recht sparigh is behoort te [sjjn gepresen. Maer karigh, hoe het ga, en dient [men niet te wesen, zou men het karigh dagelijks be stuur van die bloeiende gemeente willen adviseeren. Deze duitenbespa- ring moge hoofdzaak zjjn, maar als men elders in het raadsverslag leest hoe dat gemeentebestuur „voortdurend zorg(zie Grondwet) wijdt aan het openbaar onderwijs, dan ontwaakt het verlangen om te spieden naar een verborgen aap in een achtbare mouw, Uit het zelfde raadsverslag knip pen we Voorlezing geschiedt eener missive van den distriets-schooiopziener waarin de ontkennende beweringen van B. en W. worden weerlegd en door hem het vernieuwen der Geers- dijksehe school in ernstige overwe ging wordt gegeven, daar het even tueel stichten eener bijzondere school voor het gemeentebestuur geen reden mag zijn voor het verwaar- loozen zjjn verplichtingen tegenover het openbaar onderwijs. De voor zitter deelt mede, dat B. en W. besloten voor verbetering dier school iets meer op de begrooting te bren gen. Hij acht vervanging door een nieuwe school, die volgens hem f6 ii 7000 zou kosten, overbodig en wil dan ook wachten tot de inspecteur de school afkeurt. Het lid Nieuwdoi-p merkt op, dat de voorzitter de overdrijving nu toch te ver voert met zjjne 6 a f7000 kostenSpreker gaat geheel ac eoord met den schoolopziener en beaamt met hem, dat het met den toestand der Geersdyksche school treurig gesteld is en de schoolop ziener z. i. niets onbillijks verlangt. De school voldoet niet aan de eisehen, die tegenwoordig het onder wijs stelt. AhaZou dit het verholen aapje zjjn Ongebreidelde liefde voor de bijzondere school. Als toeh de districts schoolopziener aan het verrassingen barende college schrijft, dat door het eventueel (let hier op) stichten eener bijzondere school de openbare niet mag verwaarloosd worden, dan begint men dampen te snuiven van den be kenden ohristelijken en politieken wortel, waaruit o.m. ook welig de bijzondere schooltjes wassen. De school opziener heeft ontkennende bewe ringen van B. en W. wederlegd, het lid Nieuwdorp heeft opgemerkt dat de voorzitter stoutmoedig overdreef en hij heeft beaamd dat de toestand der openbare Geerdijksche school treu rig is. Toch verzet zich de burge meester tegen de hoognoodige ver nieuwing, blijkbaar omdat eventueel daar een bijzondere school zal ge bouwd worden. De feiten zoo gerangschikt ziende, zou een haastig mensch gauw klaar zijn met een oordeeleen openbare school wordt verwaarloosd, vernieu wing wordt geweigerd, een openbare onderwijzer wordt ontslagen en de oprichting van een bijzondere school wordt in 't uitzicht gesteld. Men moet ongemeen veel vertrouwen in bet Wissekerksche college van B. en W. hebben om hierin geen verband te zien. We uiten niet haastig een oordeel en ook is ons vertrouwen niet rots vast in genoemd college een illuster voorbeeld volgend wachten we rus tig af. B m i to n a ii#. Om het prestige. Een Turkseh staatsman, die zich heeft laten interviewen, heeft verteld om welke reden Turkije plotseling zulk een krachtige, we zouden bijna zeggen uitdagende houding heeft aan genomen. Turkjje ging door voor een inner lijk vooze staat, die steeds aan de leiband van grootere en kleinere mo gendheden mocht loopen. Telkens weer bezweek de regeering voor de eisehen, ook de minst billijke, van het buiten land, doch voor het oude, vervallen rijk is een nieuwe periode aangebro ken en om te beginnen wil het nu ook zjjn positie tegenover de andere mogendheden duidelijk maken. Het verlangt niet meer behandeld te worden als een onmondig kind, noch onder eurateele te staan van vreemde staten en de eerste gelegen heid de beste heeft het aangeprepen om dat de wereld aan het verstand te brengen. Deze gelegenheid was de Kreta- kwestie. Het gaat hier nu niet alleen om den toestand op dat eiland, doch om de positie van heel het Turksche rijk. Alle mogendheden, maar in de eerste plaats die van het Balkan schiereiland, moeten beseffen, dat de Forte niet meer met zich laat sollen Daarom zal Turkije het desnoods tot het uiterste doen komen. Het is echter de vraag of de Turk sche regeering bij dit voornemen blijft als waar is wat gemeld wordt, n 1. dat Engeland en Frankrijk bereid zjjn Griekenland niet alleen diplomatiek, maar zelfs ook gewapenderhand te steunen. Daartegenover staat, dat Frankrijk gedreigd heeft de Grieksche vlag op Kreta te zullen doen nederscbieten als ze niet wordt ingehaald. De Turksche politiek van het oogen- blik zon dus alleen te verklaren zijn uit de zueht om een zeker prestige te vestigen. Een dergelijk geval dus als met Spanje, dat in Üoord-Afrika, waar weinig te winnen is Den strijd tegen de Mooren waagt, alleen om zjjn prestige niet te verliezen. Men moet er echter bijvoegen, dat de Spanjaarden geen haast maken. Van eenige voorwaartsche beweging wordt niets vernomen en dit, terwijl er om Melilla reeds een legermacht van ruim 30000 man is vereenigd en eiken dag het leger der tegenstanders aangroeit en hun verdedigingswerken meer worden versterkt. De Spaansehe bladen wijzen erop, dat de officieren hun tactiek zullen moeten veranderen. Bjj de vorige gevechten waren de verliezen aan officieren buitengewoon hoog en de oorzaak van dit verschijn sel was de doodsverachting en onvoor zichtigheid der aanvoerders waar het eigen leven gold. Terecht wordt betoogd, dat de offi cieren aan liet belang der Spaansehe zaak verplicht zjjn, zich te ontzien. Een regiment zonder officieren is waardeloos als gevechtskracht en een der Spaansehe bladen herinnert er aan, dat het er niet om gaat te sterven, maar te overwinnen. De binneniandsehe toestand in Spanje maakt een succes der Spaansehe wapenen in Marokko zeer gewenscht. Nog altijd heerseht er een onte vreden stemming, al is te Barcelona de staat van beleg opgeheven en al zijn de plannen voor een algemeene staking te Madrid van de baan. Spanje zal dus gespaard blijven voor de moeielijkheid waarmede Zweden nu te kampeu heeft. Heel veel verandering is in laatst genoemd land nog niet in den toestand te bespeuren. Onverminderd dnurt het conflict voort, maar ook van uitbreiding kan men niet spreken. Het spoorwegpersoneel heeft bij ge heime stemming besloten niet aan do staking deel te nemen. Een tegenvaller voor de stakers Over De diepere oorzaken der staking heeft een hoogleeraar van de univer siteit te Lund leerrijke mededeelingen gedaan aan een Duitsch journalist. Zweden is een zwaar beschermd land en het leven er daardoor zeer duur, wat noodzakelijk hooge loonen ten gevolge moet hebben en dus de industrie zeer drukt. De hoogleeraar wilde zich niet uitlaten over de vraag of de werkgevers toe zouden kunnen geven aan de eisehen der arbeiders zonder zieh te gronde te richten, maar wel verklaarde hij, dat de werklieden van hun in vergelijking met andere landen hooge loonen in Zweden niet kunnen bestaan, tengevolge der protectie. Alleen een hervorming van het belastingstelsel, in de eerste plaats afschaffing van de hooge indirecte belastingen, zal een duurzame verbe tering kunnen brengen. Wat de huidige gebeurtenissen in Zweden leeren, kan ook van groot nut zijn voor ons land. Wie zieh aan een ander spiegelt, spiegelt zich zacht. Nn we het toeh over een staking hebben, willen we bij dit onderwerp blijven en nog melding maken van een staking van bierdrinkers. in sommige steden van Duitsohland. Door de nieuwe flnaneieele wetten is er het bier zwaarder belast en de café-houders willen dit natuurlijk ver halen op de verbruikers door óf de prijzen te verhoogen óf de glazen te verkleinen. In enkele steden hebben daarop de bierdrinkers besloten zieh hiertegen te verzetten, door geen bier meer te drinken zoolang de kasteleins de door hen genomen maatregel niet fhtrekken. Ook een staking dus, en een, die bij het tegenwoordige warme weder, moeieljjk zal zijn vol te houden. Een andere merkwaardige staking is die van de in Engeland gevangen zittende suffragettes, de rumoerige voorstandsters van vrouwenkiesrecht. Deze dames weigeren bjj wjjze van protest alle voedsel en de autoriteiten die de verantwoordelijkheid van de verhongering dier gevangenen niet aandurven, stellen deze vrouwen maar op vrije voeten. Een der suffragettes, die men op de proef wilde stellen, weigerde ruim zes dagen achtereen alle voedsel. Toen heeft men voor haar de deuren der gevangenis geopend, omdat men or niets anders op wist. Uit de Pers De „Standaard" over den beer De Waal Malefijt. „Niet genoeg kan geloofd de zaak kennis en volharding, waarmee de heer De Waal Malefjjt, na het uit treden van den heer Idenburg uit onze club, zich heeft ingespannen, om de ontstentenis van een koloniale specialiteit, zooveel het kon, te ver goeden, en niet het minst stond hjj daarbij sterk door de adviezen en inlichtingen die hij steedB van den heer Coljjn ontving. „Maar wat we toeh noodig hebben is een koloniale specialiteit, die in eigen persoon voor ons kan optreden. Wie onze koloniën niet uit eigen er varing kent, kan nooit in volle kracht uitkomen. En te meer hebben we nu aan zulk een specialiteit behoefte, nn gelukkigerwijze de belangstelling van ons christenvolk in onze koloniën de laatste jaren opwaakt". Zoo oordeelde De Standaard over den man die nu Minister van Koloniën is geworden, in een driestar waarin wij hier en daar wat hebben onder streept. Maar dat was nog op 4 Mei. En tussehen 4 Mei en 13 Aug. kan er veel veranderen, in een driestar- sehrjjverof in een politicus, zegt het Bbld. Een linksohe koalitie. De Vaderlander, het orgaan van de Liberale Unie, werpt bet denkbeeld op om tegenover de klerikale koalitie een antiklerikale te stellen, ter ver wezenlijking van bepaalde eisehen Als eerste en voornaamste zonden we natuurlijk willen noemen den strijd voor het Algemeen Kiesrecht. Het staat er niet naar, dat de komende parlementaire periode de oplossing dier urgente kwestie zal brengen. De strjjd tegen het bestaande wetgevend schandaal" en de vastlegging van het eerste burgerrecht in de Grondwet is „Bijzondere" liefde. De Noord-Bevelandsche gemeente Wissekerke heeft zich eenige be ruchtheid verworven door het komische advies dat het dageljjksch bestuur den raad verstrekte in zake het verzoek van den Bond,voor Staatspensioneering om adhaesiebetuiging. Dat voorval is aehter den rug en we waren ver op weg om het geheel te vergeten, maar daar verfrischt het Wissekerksche college de herinnering door een nieuwe enormiteit, die het Abderietisch advies statig overtreft. Wissekerke, niet zoo'n kleine ge meente, heeft drie openbare scholen. Aan een van deze is als hoofd ver bonden de heer Swenne, als onder wijzer de heer Overtveld. De laatst genoemde verluierde niet zijn vrjjen t\jd, doeh benutte dien om voor de hoofdaete te studeeren en dit jaar werd zjjn volhardend werken bekroondhij slaagde voor het examen en keerde met de hoofdaete terug naar het dorp met zjjn singulier college van B. en W. Zon 't mogelijk zijn ter wereld iemand te vinden, die afkeurend en bestraffend spreekt over het feit, dat een onderwijzer studeert, dat hij zich bekwaamt voor examens Men behoeft er niet lang naar te zoeken, wjj kennen er die nog verder gaan. De burge meester en wethouders van Wisse kerke hebben, toen zjj kennis kregen van Overtveld's crimineel bedrijf om te studeeren en examen te doen, hem voorgedragen voor ontslag op 1 No vember a. s. We weten dat 't zwaar is zoo iets te gelooven, le vrai peut quelquefois n'être pas vraisemblable, toch is 't de eenvoudige, ongekleurde waarheid. Het onpartijdige en nauwgezette ver slag der jongste raadsvergadering ver meldt „Ten slotte wordt, na voorlezing van een sehrjjven van den onder wijzer Overtveld alhier, waarbij hjj kennis geeft van 't behalen zijner hoofdakte, door den voorzitter mede gedeeld dat B. en W. thans den tijd gekomen achten, om dien onderwij zer, tegen 1 November a. s. eervol ontslag te verleenen, daar de wet zijne handhaving met het oog 't leerlingen-aantal niet verplichtend stelt en B. en W. dus geen vrijheid vinden, hem, nu de wet f 100 ver hooging van traktement voorschrijft, langer in dienst te houden. Hierop geschiedt voorlezing van een adres van 't hoofd der betrok ken school, den heer Swenne, waarin deze zijn leedwezen over 't hem ter oore gekomen voorstel van B en W. te kennen geeft, en bjj den Kaad bepleit de handhaving van een leer kracht, als van de heer Overtveld heeft bewezen te zijn." Er waren in den Wissekerkscben raad toch ook leden, die zoo iets wel wat bar vonden, die zich verzetten tegen dat formidabele voorstel en te gen de onzuivere argumenten van B. en W. maar de meerderheid had den ze niet. Bet tegennatuurlijke voorstel kwam in stemming en daarbij staakten de stemmen, vier leden wa ren er voor en evenveel er tegen. In Uit het Engelsch. DOOB ARTHUR CONAN DOTLE. Anstig staarde ik naar die onheil spellende toebereidselen, en toeh was ik zoo zeer onder de betoovering, dat ik mijn blik niet kon afwenden van het zonderlinge tooneel. Een man kwam binnen met een emmer water in elke hand. Een makker van hem bracht een derden emmer. Zij werden naast het houten paard neergezet. De tweede man had een houten schepper een kom met een reoht handvatsel. Dien schepper gaf hy aan den man in het zwart. Tegelijk naderde een van de knechts met een donker voor werp in de hand, dat mij zelfs in den droom eenigszins bekend voorkwam. Het was een lederen trechter. Met groote kracht duwde hy hem maar ik kon het niet meer uithouden. Mijn harenstonden overeind van ontzetting. Ik wrong mij, ik worstelde, ik verbrak de banden van den slaap met een gil keerde ik in de wereld der wer kelijkheid terug, en lag sidderend van angst op de sofa in de groote bibli otheek. De maan scheen door het raam, en wierp geheimzinnige zwarte en zilveren strepen op den tegenoverge- stelden muur. Owelk een geluk, te gevoelen, dat ik weer in de negen tiende eeuw was niet meer in dat middeleeuwsohe gewelf, doeh in een wereld waar de menschen een men- scheljjk hart in de borst droegenIk ging overeind zitten, over mijn geheele lichaam bevend, verdeeld tussehen dankbaarheid en ontzetting. Te moe ten denken dat zulke dingen ooit gebeurd waren dat zy konden ge beuren zonder dat de hemel die schurken straftWas alles slechts een fantasie, of was het werkelijk zóó ge beurd in de zwarte wreede dagen der wereldgeschiedenis Ik liet myn bon zend hoofd rusten op myn trillende handen. En opeens scheen myn hart stil te staan, en werd mijn angst zoo groot, dat ik zelfs niet kon gillen. Door het duistere vertrek kwam er iets naar mij toe. De eene ontzetting op de andere volgend, was mjj te machtig. Ik kon niet redeneeren, ik kon niet bidden ik kon slechts onbewegelijk blijven zitten en staren naar de donkere ge daante die zieh door de groote zaal voortbewoog. Eerst toen zij in de witte streep van het maanlicht kwam, her ademde ik. Het was Daere, en ik zag, dat hij even verschrikt was als ik. „Waart gy dat? Wat is er in's he melsnaam gebeurd vroeg hij schor. „O, Daere, ik ben bly, dat ik u zie Ik ben in de hel geweest. Het was ontzettend". „Gy hebt dus zoo geschreeuwd?" „Dat denk ik wel". „Het klonk door het geheele huis. De bedienden zijn allen doodelijk ontsteld. Hy streek een lucifer aan en stak het licht op. „Goede hemel, beste kerel, wat ben je bleek! Je ziet eruit alsof je een geest ontmoet hebt". „Dat heb ik ook meer dan een". „De lederen trechter heeft dus zyn werk gedaan „Voor al het geld van de wereld zon ik niet voor de tweede maal naast dat helsche ding willen slapen". Daere lachte vergenoegd-, „Ik daeht wel dat gij er een woeligen nacht |door zoudt hebben", zeide hij. „Maar mjj heeft het ook myn rust gekost, want die gil van u was geen prettig geluid om twee uur in den morgen. Naar hetgeen gij zegt, ver onderstel ik, dat gjj het geheele af schuwelijke tooneel hebt bijgewoond „Welk afschuwelijk tooneel?" „De foltering van het water de „Scherpe Ondervraging", zooals het genoemd werd in de dagen van den „Zonnekoning". Hebt gij het tot het eind uitgehouden „Neen, gelukkig werd ik wakker, eer het eigenlijk begon". „Zoo 1 Nu, dat doet er ook niet toe. Ik hield het uit tot den derden emmer. Och, het is een oude geschiedenis, en allen liggen in het grafdaarom hin dert het ook weinig, op welke manier zy daar gekomen zijn. Gy begrijpt er zeker niets van, wat gy eigenlijk gezien hebt „De pijniging van een misdadigster. Zij moet heel wat uitgevoerd hebben, als haar zonden in evenredigheid zullen zjjn met do straf die er op volgde". „Nu, als dat u troosten kan", zeide Daere, zijn kamerjapon dichter om zieh heen trekkend, en meer naar het vuur schuivend, „zjj waren werkelijk in evenredigheid met haar straf. Ten minste, als ik zeker ben van de per soonlijkheid der dame." „Hoe zijt gij te weten gekomen, wie zij was Tot antwoord nam Daere een in perkament gebonden boek van een der planken. „Luister eens hiernaar", zeide h(j „het is in zeventiende-eeuwseh Fransch, maar ik zal het voor de hand voor u vertalen. Dan kunt gij zelf oordeelen of ik het raadsel heb opgelost of niet. „De gevangene werd gebracht voor de Groote Kamer van Strafzaken van het Parlement, zitting houdende als Gerechtshof. Zij werd beschuldigd van moord op Monsieur Dreux d' Aubray, haar vader, en op haar twee broeders, Messieurs d' Aubray, van wie de een officier was en de ander Raadsheer in het Parlement. Het viel moeilijk te gelooven, dat zij werkeljj"k zulke booze daden begaan had, want zy was zacht van uiterlijk, en klein van gestalte, met blanke huid en blauwe oogen. Het Hof echter bevond haar schuldig, en veroordeelde baar tot de gewone en de scherpe onder vraging, om haar te dwingen, de na men van haar medeplichtigen te noe men, waarna zij op een kar naar de Place de Grève zou worden gevoerd, om daar onthoofd te worden. Daarna zou haar lichaam verbrand en de aseh in alle winden verstrooid worden". Slot volgt.)

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1909 | | pagina 1