N\ 82 1909 Donderdag 15 Juli. 96ste jaargang. bi FEUILLETON. Een jacht over den Oceaan, (iOESCHE COURANT. Telefoonnummer 22. Directeur A. F. A. van Seters. Uitgave van de Kaaml. Vennootschap „Goesche Courant". Hoofdredacteur "W. Kerremans. De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond, uitgezonderd op feestdagen. Prijs per kwartaal, in Goes 0,75, buiten Goes, franco 1,25. Afzonderlijke nommers 9 cent. inzending van advertentiën vóór 2 uren op den dag der uitgave. De prijs der gewone advertentiën is van 1-5 regels 50 ct., eiken regel meer 10 ct. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Geboorte-, huwelijk- en doodsberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 110 regels h f 1,— berekend. Bewijsnummers 5 cent. Onzuivere drijfveeren. De Raadsverkiezingen zijn in de meeste gemeenten weder achter den rug. in sommige plaatsen zjjn ze zon der strijd voorbjj gegaan, werden de aftredenden b\j enkele eandidaatstelling herkozen, in andere gemeenten daar entegen voerde men een vaak keftigen strijd en niet steeds op de nobelste wijze. Teekenend voor de opvatting, die sommigen hebben van het al- of niet- geoorloofde bfl verkiezingen, waren enkele advertenties ter bestrijding van candidaten, die onze administratie werden aangeboden en die, om den inhoud, niet opgenomen maar een voudig ter zijde gelegd werden. En niet alleen de wijze waarop, doch ook de redenen waarom sommige can didaten werden bestreden, waren vaak van uiterst bedenkelijken aard. In kleine gemeenschappen, in dorpen waar iedereen iedereen kent, schijnt het zeer moeilijk het persoonlijk element uit den strijd te houden, wordt vaak het gemeentebelang op den achtergrond gedrongen door persoonlijke grieven en veeten en deze oefenen zulk een in vloed, dat zelfs politieke verschillen er voor moeten wijken. Het persoonlijk element in den poli- tieken strijd is het teeken van een verwording, waartegen niet krachtig genoeg kan worden geprotesteerd. Een sterk voorbeeld van die ver wording hebben we dezen keer kunnen constateeren in een Zuid-Bevelandsch dorp, waarvan de plaatselijke toestan den en kwesties ons door het herhaal delijk bijwonen van de gemeenteraads zittingen goed bekend waren. In dat dorp was o, a. aan de beurt van aftreding een raadslid, dat wij hadden leeren kennen als een man met helder inzicht in de zaken der gemeente, met een zeggingskracht en een durf die hem volkomen het ver trouwen zijner medeburgers waardig deden zijn. Bedoeld raadslid was R. K. en als we hier dus zjjn zaak bepleiten, is dit niet uit partijbelang, doch alleen bm in het algemeen te protesteeren tegen onzuivere drijfveeren bij de verkiezin gen. Zes jaar Jang had de bedoelde zijn medeburgers vertegenwoordigd in den raad, zes jaar lang zich steeds beijverd voor wat hij wenscbelijk- achtte voor zijn gemeente, zes jaar lang zich doen kennen als een ijverig en bekwaam raadslid. Nu was het zijn beurt van aftreden en de aftredende stelde zich volgaarne weder ter beschikking. Tussehen R. K., vrijzinnigen en a.r. in het dorp was vóór jaren een schik king getroffen, waarbij zij zich ver bonden elkander onderling hun zetels niet te betwisten. Daar politieke verschillen dus geen door ARTHUR GRIFFITH. Zooals het bleek, was het een klein gehucht, St. Guignon, slechts een paar huizen, aan den voet van een steilen berg, op den achtergrond van een rondom door land omsloten bocht, ge legen. Op de kaart kon men zien, dat een weg door het plaatsje leidde, bijna evenwijdig met de kust, die eerst op St. Pol en dan op Morlaix aanliep. „U denkt, dat we haar niets kunnen maken dat is mogeljjk, maar ik ben van plan, het toch maar te wagen. Wat zjjn uw inzichten Nu overlegden we de zaak heel breedvoerig en grondig en kwamen vervolgens tot overeenstemming om trent de volgende punten Eerstens, konden we vóór het invallen der duis ternis niet veel uitvoeren, of het jaeht moest de haven weer uitstoomen, wat wel niet te verwachten was. Natuurlijk moesten we ook daarop voorbereid zijn en daarom met halve kracht kruisen, altjjd klaar, de vervolging weer te beginnen, indien het noodig mocht bljj- ken. Tweedens was het zaak, ons in lichtingen te verschaffen. De een of ander moest dicht genoeg bjj het jaeht zien te komen, het in het oog houden, zonder zelf gezien te worden, om zoo mogeljjk na te gaan, wat het vaartuig van zins was te doen. Ten derde was het onze taak, zoo het bljjven mocht rol konden spelen en de aftredende, die zich steeds zijn zetel waardig had betoond, door de K. K. kiesvereeni- ging eandidaat werd gesteld, kon men zijn herkiezing dus als zeker beschou wen. Maarde aftredende had enkele persoonlijke vijandende een was ijverzuchtig op het raadslidmaat schap, de ander had wel eens ver schil van meening gehad met een broeder van den aftredende, een derde met diens vader en al dezen staken de hoofden bjjeen, besloten een tegen- candidaat te stellen. Dit had nog al wat voeten in de aarde. Er waren er niet veel, die zich tegenover den aftredende wilden la ten eandideeren, maar eindelijk vond men toch iemand, die zich bereid verklaarde. Het merkwaardigste was, dat deze tegeneandidaat ook tot de R.-K. be hoorde. Als de aftredende één fout is te verwijten, is het deze, dat hij, in ver trouwen op zijn reputatie, niet alle krachten heeft ingespannen om zoo veel mogelijk van zjjn vrienden te bewegen ter stembus te gaan. Het resultaat was, dat de tegenean didaat met een zeer kleine meerder heid werd gekozen en dus een beproefd verdienstelijk raadslid plaats moet maken voor iemand, die nog nimmer getoond heeft bijzondere kwaliteiten te bezitten als gemeentebestuurder. Niemand zal trouwens durven be weren, dat deze persoonsverwisseling in den Raad haar oorzaak vindt in de mindere bekwaamheid van den niet- lierkozene of de enorme talenten van den gekozene. We hebben hier te doen met een allertreurigst voorbeeld van een ver wording, die met kracht behoort te worden gekeerd en dit voorbeeld moge nu bjjzonder kras zijn, ook ia andere dorpen slaagt men er niet steeds in den strijd om vacante Raadszetels vrij te houden van onzuivere drijfveeren en staan zelfs vaak de debatten in de Raadsvergaderingen onder den invloed van persoonlijke veeten en antipa thieën, van dikwijls beuzelachtige par ticuliere geschillen. Een ernstige plicht is het van allen, die door het kiesrecht medezegging schap hebben in de zaken van ge meente en staat, deze uitwassen van den politieken strjjd met kracht te keer te gaan. B. SiHteslanm. Een wankelende troon. Wee hem, wien de geschiedenis niets leert, die de oogen sluit voor al wat hem zou kunnen doen inzien, dat de hoogste macht op den duur sleehls gepaard kan gaan met een waar het was, het schip in den nacht er uit te zien te krjjgen. Dat was een stout stukje. De bemanning van het jacht zou op tegenweer bedacht kunnen zjjn, waardoor we in ernstige verwik kelingen zouden gekomen zijn met de Fransche autoriteiten, want dat was een oorlogzuchtige handeling, in on zijdig vaarwater, een brutale verkrach ting van het volkenrecht. Maar de majoor spotte met deze bezwaren en zei, da t hjj het toch maar zou probeeren. „Wat ik het meest vrees, is dat ze ons ontsnappen aan wal gaan en vluchten". „Op klaarlichten dag konden ze kapitein Wood niet met geweld mee- sleepen, en vrjjwillig met hen meegaan, zou wel niet bjj hem opkomen". „Daarom, Snuyzer, heb je geljjk. Ik hoop, dat ze maar blijven waar ze zjjn, in afwachting, dat wij de zaak moede worden. Maar ze zouden wel eens te lang kunnen bly ven. Ik ga nu aan wal en zal Joseph meenemen". De majoor bleef een goed uur weg en kwam alleen terug, daar hjj Jo op den uitkjjk had gelaten en een paar eenvoudige teekens met hem had afge sproken, waardoor hij ons op de hoogte zou houden van hetgeen voorviel op het jaeht. Als de „Fleur de Lis" aan stalten maken mocht, haar ankerplaats te verlaten, zou hij met zjjn pet zwaaienzoo ze een sloep uitzette, met zijn zakdoek wuiven, enz. .Bizonder op hun gemak zijn ze niet aan boord", zei de majoor. „Zeliebbea een man op den uitkijk in den mast, en die kan geloof ik onzen rook zien. Hun vuren zjjn bedekt. Het zou me niets verwonderen, als zij bij het invallen hooge liefde voor de rechten van anderen. En ook een vorst, gezeten op zijn troon, kan en mag niet regeeren zonder rekening te houden met de behoeften en wenscben van zijn volk, want zelfs het lijdzaamste volk zal tenslotte grijpen naar de wapenen en de rechten afdwingen, die het instinct matig noodig weet voor zijn ontwik keling en geluk. Als zulk een groeiend, ontwikkelend volk staat onder een vorst, die den gang van het leven, het natuurlijke proces van den geestelijken wasdom niet begrijpt, dan ontstaat er onver mijdelijk, door niets te voorkomen, het drama der revolutie. Zoo was het in Perzië. Het volk verlangde rechten, inede- zegging6ehap, een grondwet, en de sjah moest op een gegeven oogenblik toegeven aan die eischen, doch zoodra hij zich sterk genoeg gevoelde durfde hij het aan, vertrouwende op de bajonetten zijner troepen, de geschon ken rechten weder in te trekken, de bezworen grondwet met de voeten te trappen. De macht der wapens kan echter wel den natuurlijken loop van zaken ophouden, vertragen, maar niet belet ten en steeds groeide in Perzië de ontevredenheid, nam de haat tegen den trouweloozen vorst toe en nu, na maanden, schijnt het laatste bedrijf van het drama aangebroken. Het leger van dén sjah is even buiten de poorten van Teheran verslagen. Het moderne gesehut der regeerings troe pen bleek niet in staat de krijgsmacht van de opstandelingen tegen te houden en in ordelooze vlucht zochten de sol daten van den vorst een wijkplaats in de stad. Doch ook daar waren ze niet veilig en weldra knetterde het geweervuur in de straten, moesten de regeeriugstroe- pen telkens een grooter deel der stad prijs geven aan hun tegenstanders, die zich in het veroverde gebied ordelijk en ingetogen toonden, nergens plun derden en door het organiseeren van een patronilledienst alle buitensporig heden wisten tegen te gaan. De Europeanen in Teheran werden ongemoeid gelaten en voor hun veilig heid schijnt niet het minste gevaar te bestaan. De sjah, die de krijgskans tegen zich zag keeren,nergens geen uitkomst meer bespeurde, heeft tenslotte een toevlucht gezocht in een der gezantsehapsgebou- wen,onder de bescherming dus van een vreemde mogendheid. Zijn eenige hoop kan blijven, dat misschien Rusland tussehenbeide komt en de wankelende troon bevestigt door een gewapend optreden tegen het volk, dat als mondig erkend wil worden. Vooralsnog is echter niet met zeker heid te voorspellen wat de naaste toe komst aan Perzië zal brengen. der duisternis een poging doen om ervan door te gaan. Daarom mosten we waakzaam zijn en van zessen klaar, om de vervolging aanstonds weer te beginnen, anders schieten ze weer door de mazen." „Maar u zult toch wel zoo lang wachten, dat we den jongen weer aan boord kunnen nemen?" vroeg ik, want ik voelde me verantwoordelijk voor Joseph, en allernaarst zou ik het gevonden hebben, als den armen kerel iets overkomen ware. ,Ja, dat is in orde en hij kent de consignes. Als wij genoodzaakt zjjn, in groote haast weer zee te kiezen, moet hjj alleen zjjn weg naar Enge land zien terug te vinden. Ik heb hem voldoende reisgeld en de noodige instructies gegeven. Omtrent hem be hoeft u zich niet ongerust te maken." Gedurende den geheelen namiddag en avond gaf Jo ons geen teeken. De tjjd vloog voor ons intusschen spoedig voorbjj, want de majoor en ik overlegden wat we voornemens waren te doen en hoe we het zouden aanleggen. Het vermetele plan trok ons het meeste aan, en we namen het besluit, om met onze gezamenlijke manschappen op de „Fleur de Lis" aan te roeien, Jo onderweg op te nemen, het jacht te enteren, en voor het overige te vertrouwen op ons ge luk en onze brutaliteit. Zoodat tegen acht uur viel de duisternis in, zonder sterren aan den hemel, en daar we het zaak oordeelden terstond aan den slag te gaan, besloten we, tegen negen uur ons plan ten uitvoer te brengen. Maar even voor negenen hoorden we zwak. maar toch Hetzelfde kan men getuigen van Marokko, Het land der anarchie waar niemand baas is, de sultan mach teloos staat en de verwarring met den dag toeneemt. Hoe eigenaardig de toestand er is, bljjkt ten duidelijkste uit het feit, dat een Marokkaansch gezantschap, dat te Madrid vertoeft, namens den sultan de meest vredelievende, getuigenis aflegt, terwjjl de Spaansche soldaten in het Rif-gebid geregelde veldslagen moeten leveren tegen krjjgszuchtige volksstammen. De directe aanleiding tot de bloedige botsing is geweest de vermoording van een viertal Spaansche arbeiders, die werkzaam waren aan den aanleg van een spoorweg. De toestand sehjjnt er intusschen niet op te verbeteren en Spanje zal wel gedwongen zijn een groote legermacht uit te rusten. Een andere weg is er niet, daar hier natuurlijk allerminst sprake kan zjjn van een scheidsrechterlijke be slechting der geschillen. Arbitrage is heel mooi, doch alleen mogelijk tussehen geordende staten en dan zelfs vermag ze niet alles, vooral wanneer een der in het geding betrokken rijken zich zoo trouweloos toont als nu Bolivia, dat het aandurft te handelen In strijd met de eenvoudigste begrippen VAn eerlijkheid. Tussehen Peru en Bolivia was reeds lang een geschil iiangende over een stuk land, dat door Bolivia bezet werd gehouden. Niettegenstaande den twijfel aan de rechtmatigheid van zijn bezit verkocht Bolivia een deel van het bei wiste grondgebied aan Brazilië. Peru legde zich hierbij echter niet neder en met goedvinden van beide betrokken staten zou de beslissing der kwestie worden onderworpen aan den arbitralen uitspraak van den pre sident van Argentinië. Deze heeft nu verklaard, dat het be twiste grondgebied behoort te worden teruggegeven aan Peru en dit vonnis heeft nu de Boiiviauen zoo verbitterd dat zij de gezantschapsgebouwen van Peru en Argentinië in de Boliviaansche hoofdstad bedreigen. Het ergste is evenwel, dat de regee ring van Bolivia zich solidair verklaart met het volk en voornemens is zieh niet aan de door haarzelf ingeroepen scheidsrechterlijke beslissing te onder werpen. Zulk een trouweloosheid kan ïnoei- ljjk iets anders dan een oorlog ten ge volge hebben en zoo bestaat de kans, dat weldra het geschut zal bulderen, omdat Bolivia naar de stem van den arbiter niet heeft willen luisteren. duidelijk, in de verte schoten vallen en liet lawaai van een gevecht. Er gebeurde zeker iets bizonders, en wel binnen in de boeht, want het leven kwam uit de richting waar het jacht lag. „In een gevecht willen we ons niet mengen, althans niet, voordat we er toe gedwongen worden," zei de majoor kalm, „we hebben nog den geheelen naeht voor ons." En zoo wachtten we nog een half uur en waren juist op het punt, ons voornemen ten uitvoer te brengen, toen we een gedruisch van riemslagen hoorden. W at mocht dat beteekenen Kort daarop hoorden we zachtjes ons aanroepen: „Hola! Jacob Silver- ton, ahoi!" bet stemgeluid van Jo, die dan ook spoedig langszjj kwam, en wel in een sloep, die aan de Fleur de Lis behoorde. Zoo althans beweerde Joseph, en we moesten hem wel ge- looven, al klonk de geschiedenis, die hij verhaalde, al zeer avontuurljjk. Verscholen tussehen de rotsblokken en het strand had hij het ja«ht in het oog gehouden. In weerwil van de ingevallen duisternis, was de romp van het vaartuig voor hem duidelijk op het water zichtbaar gebleven. Het had ook licht op dat, in zee terug kaatste en heldere streepen voor zieh uitwierp, waardoor enkele gedeelten van het jacht nog meer afstaken tegen den donkeren achtergrond. Eensklaps had hij gezien, dat een man over de reeling afdaalde in een sloep, die naar het scheen opzettelijk daar in gereedheid was gehouden en los gemaakt, want langzaam en zonder gerucht verwijderde zieh deze. In het Binnenland. Het departement van oorlog. Naar het Hbld verneemt, zal, ter vervanging van generaal Saliron, als minister van oorlog optreden de gene- raal-majoor W. Cool, inspecteur van het militair onderwijs. Kamerverkiezing Schoterland. Naar Het Volk mededeelt:, vergader den Zondag de afgevaardigden der socialistische organisaties in het district Schoterland, onder wie ook de heer Van der Zwaag, voor het kiezen van een eandidaat voor de Tweede Kamer, en werd met algemeen goedvinden besloten den heer Bergmeijer uit Dor drecht weder eandidaat te stellen, die reeds schriftelijk bericht had gezonden wederom een candidatuur te willen aanvaarden. Men schrijft uit liet distriet Schoter land aan Het Volk: De cbristeiyk-historisehen in het district hebben reeds besloten geen eandidaat te stellen en de antirev. en katholieken zullen hoogstwaarschijn lijk dit voorbeeld volgen, zoodat dan reeds bij eerste stemming het pleit beslecht kan worden. Tweede Kamerverkiezing Amsterdam IV. Bij de gisteren gehouden verkiezing voor de Tweede Kamer in district IV, te Amsterdam, zijn uitgebracht 1371 geldige stemmen. Prof. mr. G. A. van Hamel (lib.) verkreeg 1249 en D. Wijn koop (S. D. P 122 stemmen, zoodat gekozen is prof. mr. G. A. van Hamel. Uit de Pers. Na de overwinning. Ds. Bronsveld schrijft in Stemmen voor Waarheid en Vrede een artikel over den uitslag der verkiezingen en zegt hierin Wij moeten er ons in verheugen, dat hij een groot deel van ons volk het een aangenamen indruk maakt, dat zij, die ons regeeren en vertegen woordigen, Christus door hun wandel belijden en verheerlijkenmaar het misbruik, dat van deze zaak gemaakt wordt, en het farizeïsme, dat men er door bevordert, kunnen niet sterk ge noeg door ons worden afgekeurd. Dr. Bronsveld ziet in den uitslag der verkiezing eekter ook een voor deel voor de liberale partij. Van mr. Thorbecke heeft zij ontvangen en aangehouden een zeer doctrinair karakter. Zjjn staatsrecht, aan het buitenland ontleend, hield weinig of geen rekening met het alhier historisch-gewordene. De organieke wetten na de grondwetsherziening door de liberalen gemaakt, sloten zieh midden gekomen, tussehen den wal en het jacht, had een man, die tot nu toe op den bodem der giek moest gehurkt hebben, zoodat men hem niet zien kon, zich opgericht, was op dc bank gaan zitten en had vervolgens als een bezetene geroeid. Joseph wist al spoedig, wat hem te doen stond, want hij wilde meer we ten van dien man in de sloep. Daar om was hij op de punt van de rots geklauterd, waar een effen vlakte was, en toen zoo gauw, als zjjn boe nen hem konden dragen, naar het binnenste van de bocht geloopen, waar hij op het geluid der riemsla gen was afgegaan en nu en dan een blik had geworpen op de naderende giek. Hij was ook daar aangeland en vond het bootje op het droge liggen maar geen spoor was meer van den man, die er had ingezeten te bekennen. Jo was een slimme, hjj wist wat hjj te doen had, en dat was, ons aan stonds te berichten, wat hij had ge zien. Dat zou wel het beste gaan, als hij gebruik maakte van de giek. Daar om bracht hij het vaartuigje weer te water en roeide ermee in open zee, maar vermeed daarbij het jaeht met een broeden boog. Toen hjj ongeveer op gelijke hoog te ervan was, had hy daar een ver bazend getier gehoord. Meerdere scho ten waren er achtereenvolgens geval len, liet was een geseheeuw en ge vloek zonder weerga. Hij had tevens bemerkt, dat de ruzie van den wal moest gehoord zijn, want in het dorp had hij met lichten heen en weer zien loopen en men had er alarm ge slagen. (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1909 | | pagina 1