N°. 3(5 1908 Dinsdag 24 Maart. 95sle jaargang. öesche courant. Telefoonnummer 22. Directeur A. F. A. vak Setbbs. Uitgave van de Naami. Vennootschap „Qoesche Courant". Hoofdredacteur W. Kbrremans. Da nitgava dazor Oonruot gsichiodt Uaandag-, Woomdag- en Vrjjdagavoné, uitgezonderd op feeitdagen. ?rjj« per kwartaal, in Goos 0,70, buitSn Goea,franco, f 1,13. Afzonderlijke semmon B cent. Inzending van advertentie» «tap 2 uren op dan]dagQder uitgave. De prjji der gewone advertentign ia van x -5 regeli 50 cent, eiken regel meer 10 ot. directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prgs slechts tweemaal berekend. Geboorte-, huweljjks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 110 regeli 1,berekend. Bewijsnummers 5 cent. Zij die zich met 1 April a s. op dit blad abonneereu, ontvan gen de tot dien datum verschij nende nummers gratis. Buitenland. Een groote doode. In do Fransche Kamer is in de afge loopen waak een nn en dan heftig debat gevoerd over een groot man die nu reeds lang rust onder de groone zoden van het Parjjscbe kerkhof Montmartre. De regeering stelde n.l. voor om hot stoffeljjk overschot van Zoia, den grooten schrgvor an moedigen strgder voor het Recht, op Staatskosten over te doen bren gen naar het Pantheon, de plaats waar het volk dar Fransche republiek zjjn uitstekende mannen bjjzet. Men weet hetZola heeft vele bewon deraars, maar ook vele vijanden, die het hem niet kunnen vergeven, dat hjj in zjjn boaken d* dingen bp den naam noemdavijanden die zjjn werk uitma ken voor onzedelijk. En niet alleen door zijn literrair werk schiep Zola zich tegen standers, ook zijn onversaagd partij kiezen voor den onschuldig veroordeel den Dreyfus deed vooral bp de nationa listen een storm van haat opsteken. Het voarstel om Zola een rustplaat» te geven tusscken de grootste mannen van het Fransche volk ontketende een maal nog die haat en een spreker van rechts verzette zich namens zjjn partjj in heftige bewoordingen tegen het regeo- ringsplan. En nog eens moest de nage dachtenis vaa dezen edelen mensch be zoedeld worden. Een hondje, dat een machtig monument bevuilt. Toch is het voorstel met verpletterende meerderheid aangenomen en 2 April zal de plechtigheid plaats hebben. Een opzienbarend bezoek. Men zal nog herinneren hoe vóór maanden een ernstig punt van geschil rees tusschea Japan en de groofce Ame- rikaan8che republiek over de positie der Japanners in laatstgenoemd rijk. De Japanners waren niet gelijkberechtigd met Europee8ehe landverhuizers en Japan- sche kinderen werden geweerd van scholen met blanke leerlingen. De toestand werd van dien aard dat ernstige oorlogsgeruchten de rondte deden en niettegenstaande officieel® tegenspraak hielden sommig® op sensatie beluste bladen vol, dat èn in Japan èn in Amerika uitgebreide toerustingen werden gemaakt tot een strijd, die toch niet te vermjjden zou zijn. Juist ii dien tjjd dooK het plan op om de machtige Atlantische Oceaanvloot der republiek te zenden naar de kust, die naar Japan gekeerd is. Algemeen was men van meening, dat deze tocht geen ander doel had, dan om de zeemacht van Amerika in don Stillen Oceaan met het oog op het dreigend oorlogsgevaar zoo sterk mogelijk te maken en die maat regel werd beschouwd als een dreigement tegen het rijk van den Mikado. 44 FIÜILX.S10I De Ster van het Zuiden. Vertaald uit het Italiaansch. >Sl#chts moed gehouden, mevrouwtje, en wees overtuigd, dat ik uw bekomme ring ken en die weet te eerbiedigen. Hoor nu, wat er gedaan moet worden, opdat ik mjjn plicht kan doen, en hertog Casare toch geen leed geschiede. Graaf Tozzo heeft zich bereid verklaard, met het aanbreken v«n den dag naar Positane te gaan om zich met de roovers in ver binding te stellen. Gjj weet, dat uw echtgenoot heeft geschreven, waar de onderhandelaar ie vinden is". •Graaf Tozzo wil daarheen gaan •Ja". >En gjj raadt dit aan, mijnheer >Zeker. Wel heb ik den graaf op het gevaarlijke van zijne onderneming ge wezen, doch hg heeft mij verklaard, dat er bij hem, uw toestand in aanmerking genomen, hoegenaamd geene bedenking bestaat". Op dit oogenblik kwam graaf Tozzo binnen. Ook hg zag er bleek en afgemat uit. Hjj had sinds do ontvoering nog geen oog dicht gedaan. De hertogin trad haastig op hem toe en reikte hem dank baar beide handen. •Dus toch nog een vriend in dit uur van beproeving 1" riep zij uit. »Onzen besten dank, graaf, voor uw moed en Zenuwachtige menschen vreesden, dat Japan de Amerikaansche vloot reed» zou aanvallen voor ze in den Stillen Oceaan was. Gelukkig is dit niet gebeurt, maar telkens toch weer doken de geruchten van een aanstaanden oorlog op. Ebch daar komt plotseling als een ge ruststelling oen uitnoodigmg van Japan aan president Roosevelt om de Ameri kaansche vloot ten vriendschappelijk be zoek aasr Japan te zenden en de Ameri kaansche regeering heelt reedsj beiloten de uitnoodiging aan te nemen. Nu zouden alle Amerikaansche dag bladschrijvers, die een oorlog hadden voorspeld, toch wel overtuigd zjjn dat er geen wolkje aan de lucht is. Maar jawel, een Amerikaansch jour nalist is zoo spoedig niet uit het veld geslagen en thans wordt er beweerd, dat deze uitnoodiging van Japan geen ander doel heelt dan om de Amerikanen beter voor zich te stemmen tet den tjjd, dat het rjjk van den Mikado gereed ia voor eea oorlog, die in de toekomst onvermij delijk zal big ken. Een staking van journalisten. De Duitscbe Rgksdag kan vergaderen zooveel hjj wil, maar geen letter komt ervan in de bladen. De zaak zit zoo Een r.-k. afgevaar digde besprak in den Rgksdag de be grooting van koloniën en zeide hierbjj o. m.»Ook de negor heeft een onsterf lijke ziel, mijne heerea". Onder zjjn medeleden en op de publieke tribune werd om deze uitdrukking ge lachen en ook op de tribune der journa listen lachte er een. Een partjjgenoot van den spreker ontstak hierover in toorn, wendde zich tot de perstribune en riep den verslaggevers eenige beleedigende woorden toe. De journalisten beklaagden zich bjj den president van den Rgksdag en verlangden, dat door den beleediger, het lid Gröber, verontschuldigingen zou den worden aangeboden. Deze weigerde dit te doea en zoolang hun geen recht is geschied, weigeren do journalisten nu verder verslag te ge\ea van de zittingen. Een eerste gevolg van deze staking is, dat een aantal Rijksdagleden niet meer op het appèl verichjjnen. Zjj hebben bljjkbaaf geen zin om redevoeringen uit te spreken als er tooh geen vei slag van wordt gegeven. Staten-Generaal. TWEEDE KAMDE. Het ontwerp boterwet is afgehandeld en de heer 8. van den Bergh heeft weinig succes van zjjn hardnekkig pogen, do bepalingen voor de margarine-industrie te verzwakken, ondervonden. Slechts een kleine schrede is de Minister van Land bouw, die met groote kennis van zaken bet ontwerp verdedigde, den Rotier- damschen afgevaardigde tegemoet ge treden. Vragendag. De heer Hugenholtz richtte tot den Minister van Justitie de volgende vragen toewjjding." Graaf Tozzo kuste haar de hand en mompelde iets van plicht en mensche- ljjkheid. •Geef hem echter geen geld mede, mevrouw", ging de heer Ghilazzi voort. •Ik heb met graaf Tozzo reeds alles be sproken, waarop hg bjj zjjne onderhande lingen inzonderheid gewicht moet leggen. Voorloopig geldt het alleen, de verblijf plaats van de roovers nit te verschel Graaf Tozzo moet derhalve alles beloveD, wat er geëischt wordt. Hg kan het doen, want hij is geen staatsambtenaar. Hoe veel van zjjn beloften wjj later zullen nakomen, dat is obzv zaak." •En gjj meent, mjjnheer, dat de roo vers op iets dergelgks zullen ingaan?" vroeg de hertogin weifelend. Mevrouw", zeide nu graaf Tozzo, »wat wjj beoogeD is, de roovers van het plegen van geweld tegen uw echtgenoot af te houden. En ik geef u mjjn woord, dat wjj daarin ook zullen slagen". •God zegene u graaf, en hg scheüke u voorspoed op uw onderneming. Van mjjn dankbaarheid kunt gij voor altjjd verzekerd zjjn". Nadat de heer Ghilazzi zich nog her haaldelijk had doen beloven, hem de geringste aanwjjzing over het vórbljjf van de roovers teistond naar Napels te tele- grafeeren, nam hg afscheid, om naar de stad terug te fceeren. Den volgenden voormiddag kwam de lo. Is de Minister van Justitie bereid een gestreng en onpartjjdig onderzoek in te stellen omtrent de ter zitting van het Haagsche Gerechtshof op 20 Februari door een aantal getuigen medegedeelde ernstige mishandelingen, wolko zouden zjjn geploegd door de politie te Papen- drecht 2o. daarvan medodeeling te doen aan de Kamer. De Minister van Justitie, de heer Nolisson, antwoordde Op de eerste vraag kan ik antwoorden dat ik bereids bar aangevangen een arnstig onderzoek ir te stellen omtrent de ter terechtzitting van het Gerechtshof op 20 Februari 11. door een aantal ge tuigen medegedeelde ernstige mishande lingen, welke door de politie te Papen- drecht zouden zjjn gepleegd. Uit den aard der zaak zal onpartjjdighoid daar bjj w.or- den betracht en op zjjn tweede vraag, dat ik bereid ben aan de Kamer mededeeling te doen van de uitkomsten van dit onderzoek en daarbg over te leggen alle bescheiden die voor mededeeliDg aan de Kamer zullen bljjken vatbaar te zjjn. Ik heb gemeend met deze bereidver klaring niet te moeten wachten tot na afloop van het onderzoek, daar dit zal het volledig zjjn eenigen tjjd zal vorderen. De Minister van Justitie oogstte een ▼bravo" van de socialisten door zjjn antwoord op de door den heer Hugenholtz gestolde vraag. School en Kerk. Geref. Kerk. Bedankt voor hot beroep te LioessenB door ds. J. Sybrandy te Krabbendjjke. Oud-Geref. Kerk. Beroepen te Zeist ds. H. Roelofoen te Goes. Kunst en Wetenschap. •Op hoop van zegen". Uit Amsterdam bericht men aan het Vad. dat wegens het financieels fiasco ▼an Grelingers »Op Hoop van Zegen" (men spreekt van 8000 gulden verlies) de aangekondigde voorstellingen van twee andere opera's van deüzelfden componist niet zullen doorgaan. Solisten en koor hebben slechts ruim 2fa van de hun bij contract door Grelingar gewaarborgde loonen ontvangen. Eenigen tjjd geleden hebben solisten en koor in Den Haag en Rotterdam »Op Hoop van Zegen" voor eigen rekening, dus op hoop van zegen, opgevoerd. De orkestleden beweren, dat zjj onder het voor eigen rekening spelen niet vielen en eischen hun volle hono rarium, terwijl zij slechts ruim 50 ,pCt. daarvan ontvingen. Er is nu, te Hamburg zelf en te Borljjn, voldoende geld bjjeongedracht, om het gedenkteeken voor Heine te Ham burg uit te betalen, doch zekerheidshalve zal men trachten nog wat meer geld te verkrjjgen. TolBtoi is op een wandeling in de sneeuw verdwaald en den volgenden dag consul de Vries met zjjne nicht op het kasteel aan. Dat was een lichtpunt, zoo wel foor de zwaar beproefde hertogin alsook voor Cesina. Hel was oen bewjjs, dat toch nog eonigo vrienden in den nood trouw bleven. De heer De Vries, wien men met alles op de hoogte steldo kon de door den rechter Ghilazzi ge troffen maatregelen slechts goedkeuren. Als man van ervaring moest hg erken nen, dat er in de gegeven omstandig heden niet aaders, niets be-.ors gedaan kon worden. »En hg vroeg Elvira zacht en be schroomd aan freule Cesina, bjj wie zjj zich van bet eerste oogenblik af met eeno roerende hartelijkheid aansloot. Wie vroeg deze. Attilio. Hoe gaat het hem Hjj heeft nog altijd woudkoorts. Hjj herkent niemand van ons", antwoordde Cesina op droefgeestigen toon, waaruit al de teederheid sprak, waarmee zij aan haar broeder hing. »Mag ik hem zien? O, laat rog hem zien, al is het maar voor een paar seconden", smeekte Elvira. Licht aangedaan en ontroerd als Cesina was, kuste zjj haar vriendin op het voorhoofd, sloeg den arm om baai- middel en ging met haar naar de eerste verdieping, waar de kamers van Attilio lagen. In de voorkamer vonden zjj dokter Zillani, die den zieke behan delde. Zacht schoof Cesina de portière terug. Met luid kloppend hart trad Elvira binnen. In het kunstmatig verdonkerde van hot paard in de sneeuw gestort. Zoo is hg verkouden geworden. Maar reeds nu komen er berichten die gerust stellen. Landbouw, Veeteelt en Visscherij Paardenhoeven. Als in het najaar de werkzanmheden op het land zjjn afgeloopen worden werk tuigen on gereedschappen schoongemaakt, zoo noodig gerepareerd, ingesmeerd en opgeborgen, om ze in het voorjaar on middellijk weer te kunnen gebruiken, zoodra de veldarbeid weer daar is. Als men zoo *orgt voor de levenlooze voor werpen, die bg den arbeid te pas komen, hoe meer noodig is het dan, ook de aan dacht te wjjden aan de levende, die de levenlooze in beweging moeten brengen. Dit zjjn de paarden. Door goede itallmg, voeding en verzorging rusten ze in den winter uit om met nieuwen moed en kracht weer aan het werk te kunnen gaan. Gaarne ziet de boer ze glanzen, vet en opgewekt voor ploeg, egge of wagen. Meermalen echter komt het voor, dat een paard niet die opgewektheid vertoont, die man er maent van te mogen ver wachten-, zjjn gang is stug, het is zelfs of de beenen niet best wüIod, of het min of meer kreupel is. Men denkt dan allicht, dat dit komt van lang op stal te staau, maar dat het na eenige dagen wel weer zal verdwjjnen, als de leden maar weer wat losser zjjn geworden. Dit is alles mogeljjk, maar heeft men er wel eens aan gedacht, dat de oorzaak van het lustelooze gaan kan zitten in de hoeven Het mag eeD uitzondering ge noemd worden als gedurende den staitjjd de hoeven der paarden van tjjd tot tjjd worden nagezien. En toch is dit even noodig als kammen en borstelen. Een boef, die vergroeid, gespleten of uitge droogd is, moet het paard bij het gaan even lastig zjjn, als een schoen, die aan een menschenvoet niet past of scheef geloopen is. Alleen op goed gevormde en goed onderhouden hoeven kan het paard ongehinderd gaan. Reeds de oude Grieken en Romeinen wisten, dat de waarde van een paard hoofdzakeljjk gelegen is in goede beeneD. Horatiu8, een Romein,achtte het raadzaam eerst een paard te beoordeelen, terwijl h^t geheel mot een deken was bedekt. Deugen beenen en hoeven niet, dan deugt, het geheele paard niet, al was hel ove rigens nog zoo mooi van vorm en kleur. Worden de hoeven nu en dan eens nagezien, dan voorkomt men daardoor dat kleine gebreken toenemen, terwjjl gebrekkige hoeven door tjjdige en doel matige verzorging geheel genezen kunnen worden. Het verplegen der hoeven moet al beginnen bjj bet veulen. Als het des zomers in de weide loopt en dat is meestal het geval dan sljjten de hoeven hot meest aan de voorzjjde, waardoor de achterzijde te hoog wordt. Kort men die niet in, dan bestaat er kaDS, dat het veulen in de knieën gaat staan is do hoef aan een zjjde afgesleten, dan wordt het onderbeen scheef neergezet. Wordt hier niets tegen gedaan, dan zal uit het veulen een paard groeien met onzuivere beenen. vertrek lag Attilio zwaar ademhalend op het bed, nog altjjd brandend heet, hoewel de kracht van de koorts scheen gebroken. ▼Attilio" 1 riep Cesina zocht. Maar Attilio gaf geen teeken van be- wustzjjn. •Attiliofluisterde nu ook Elvira. Haar stem beefde, maar klonk ongemeen zacht en teeder. Dadeljjk sloeg de zieke de oogeü op en wendde den blik in de richting, wa&r mejuffrouw De Vries stond. Een zalig lachje gleed over zjjn bleeke trekken en zjjn hand strekte zich mat en onbe holpen naar haar uit. ▼Elvira" 1 lispelde hjj zacht. Mejuffrouw De Vries trad haastig nadel en greep de gloeiende hand. Moed, hertog, moed" fluisterde zjj. Zjj wilde nog meer zeggen, maar de stem begaf baar. Doktor Zillani trad haastig aan het ziekbed. »Wjj hebben het gewonnen, wjj hebben het gewonnen riep bg zacht en big verrast over den onverwachten omkeer. De koorts is geweken, het be wustzijn keert terug. Maar nu vooral geen schokken. Dat zou bg den toestand van den zieke hoogst gevaarlijk zijn". Nogmaals drukte Elvira de witte kooit- sig heete band, dezelfde hand die zoo moedig was geweeBt bg de verdediging van zjjn vader. Daarop knikte zjj hem glimlachend toe. »Nu willen wjj gaan. Kom Cesina! Nu weet ik, dat hg zal herstellen". De behandeling der hoeven, zoowel van veulens als van paarden, moet opge- dragon worden aan den hoeiimid, een niet-deskundige kan oen hoef eerder be derven dan terecht brengeD. Met des te meer gerustheid kan men tegenwoordig de hoefsmids vertrouwen, omdat er reeds velen zjjn, die in hun vak aan een hoef- smids-cursus een theoretische en prakti sche opleiding hebben ontvangen en een diploma van voldoende bekwaamheid hebben verkregen. Een bjjkomend voordeel van de veulens reeds op jeugdigen leeftijd onder handen te nemen is, dat ze zich later gemakke lijk laten beslaan. Nog verdient het aanbeveling de jjzerB van beslagen paarden te vernieuwen vóór ze geheel versleten zjjn. Heeft bet jjzer eenige weken aangelegen, dan is de hoef in dien tjjd weer zoover aangegroeid, dat het jjzer te klein geworden is, waardoor het been een verkeerden stand kan krjjgen en struikelen of verzwikken daarvan het gevolg kan zjjn. De hoeven van paarden, die weinig of niet in de weide komen, eischen nog een bijzondere voorzorg, omdat zjj bjjna nooit goed nat worden. De voorhoeven worden daardoor licht hard en droog de achter hoeven hebben daarvan minder last, om dat die vochtig worden gehouden door te staan in den mest, die op stal achter de paarden ligt. Het is daarom goed de voor hoeven nu en dan eens flink nat te maken on te daarna in te smeeren met vet of traan. Binnenland. Drukfoutenduiveltje. Uit een Kamer overzicht, waar de schrgver het heeft over de beëediging van het lid Van der Molen ▼Zjjn zwarte jas had hjj voor een witte verwisseld In een officieel atuk. Older de aanwinsten'van 's Rijks Ethnographisch Museum vindt men in het oflicieele verslag, uitgegeven door het Ministerie van Binnenl. Zaken, o.a. vermeldeen munt met de voorstelling van den strijd vanRidder St.Georg »tegen den lintworm". Bedoeld wordt de draak (Duitsch. lint wurm). De verklaring van dit made Ger- maDiime ligt voor de hand. De bekwame directeui, do heer Schmeltz, is Duitscher van origine. Msar zou men nu inderdaad de proeven niet door een Hollander kunnen laten doorzien Met dergelgk Nederlandsch immers kunnen we ons slechts belachelgk maken. Bet eindeZaterdagmiddag werd in eon arrestantenlokaal van het politie bureau in de Lange Torensfcraat, te Rot terdam dood op de brits zittende ge bonden, de 57-jarige werkster M. M. V., weduwe J. fl. M. Deze vrouw, die aan het drinken van spiritus verslaafd was, werd in den afgeloopen nacht in zwaar beschonken, zeer verontreinigden toestand en onvoldoende gekleed van de Vlas- markt aan dal politiebureau gebracht, zoodat, toen zij 's ochtends omstreeks 9 uren outnuchterd was, men haar zóó de straat niet op kon sturen. In haar XX. De zon dook langzaam in zee onder. In de woeste eenzaamheid der rotsen van Agripoli heerschte de avondstilte in de natuur. Slechts het geschreeuw van de meeuwen, die in groote, onophoudeljjk hoen en weer fladderende scharen aan den zeeoever haar voedsel zochten, klonk schel en krjjschend tot op de steile rots, die op hel eerste gezicht voor geen men - scheljjkon voet bereikbaar scheen. Lood recht steeg zij uit de zee op. Naar de landzjjde in het Zuiden werd de bergketel omgeven door een breed ravijn, dat zich in oostelgke richting, door het dicht naderen der bergen, zeer verengde, zoodat een vermetel mensch het wel kon wagon de rotskloof over te 8pringon, waarbjj echtereen enkele misstap den dood tengevolge moest hebben. Maar zjj, die zich hier ophielden, hadden zich goed ingericht. Men schoof van de rots een ladder over de smalste plaats van de kloof en overbrugde haar op deze wijze. Trok men de ladder weer weg, dan was het hol, dat tot woning diende, ongenaakbaar wijl men wel van de hoogte op de tegenover liggende landzjjde kon springcD, maar niet vandaar naar boven op de rots. Aan den ingang van het ver in de rots loopende hol stond Checco, de roover, als schildwacht. Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1908 | | pagina 1