N#. 17 1908.
Zaterdag 8 Februari.
95sle jaargang.
De Ster van het Zuiden.
De uitgave dezer Oourant geichiedt Maandag-, Woenidag- ei Vrjjdagavoad,
uitgezonderd op feestdagen.
Prjjl per kwartaal, in Goes f 0,75, buiten Goes, franco, f I,f9.
Afzonderlijke sonmeia 5 cent.
Inz*saalina van advartentiën vóór 2 uren op den dap d«rt j
uitgave.
De prjji der gewone advertentiön is van 1-5 regels 50 cent, eiken regel meer 10 ct.
Bjj directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prjji
slechts tweemaal berekend.
Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 110 regels 1,berekend.
Bewijsnummers 5 cent.
Tolefoonnnmnier 22.
Directeur A. F. A. van Seters. Uitgave van de Naaml. Vennootschap „Goesche Courant". Hoofdredacteur W. Kerremans.
G0ESCHE
COURANT.
Bij dit no. behoort een bijvoegsel.
Op den Uitkijk.
De waarheid in 't gedrang.
Eeuwige jeugd. De kaal
kopbacil. Een weerzinwek
kende proef.
Bjj na een week lang hebben we dag
aan dag gelezen over den moord op
koning Carlos, over bet karakter van den
Portugecschen vorst, over zjjn liefheb-
bergen, zjjn politiek en over alles wat
maar eenigszins met den moord in ver-
band gebracht kon worden. Wie nu hier-»
uit afleidt, dat we over dom Carlos de
stelligste mededeelingeu zouden kunnen
doen, die heeft 't mis. Integendeel we zou
den voor j.l. Zondag zeker beslister over
den gedoodeü koning hebben kunnen
spreken dan nu, want al die biographiën
en beschouwingen vertoonen een stout
moedige tegenstrijdigheid. Slechts over
twee eigenschappen van den vermoorde
zgn alle schrijvers 't eensdom Carlos
was een goed schutter en van de regee
ring trok hg zich oen schgntje aan. Over
zjjn verdere deugden en gebreken zgn
geen twee biographen eenstemmig. De
eene zegt>hjj leefde zeer zuinig en had
mitsdien weinig geld noodig", maar een
andere verkondigt denzelfden dagwel
was hg zeer verkwistend en eischte hg
telkens meer inkomsten". Behalve de beide
bovengenoemde eigenschappen is er niet
een, die niet op de meest krasse wjjze is
weerlegd.
Men sehjjnt eenigermate huiverig te
zgn geweest zich aan Voltaire's raad te
honden, ♦on doit des egards aux vivants,
la vcrité aux morts" en meer geneigd
om van den doode niets dan goed te
zeggen. Voor de nagedachtenis van den
Portugeeschen koning was dat zeker 't
mceit wenscheljjke. Nu ontroert men de
lezers met berichten over hot voortref
felijk schieten van dom Carlos, met mee
warige beschouwingen over zgn schilder
stukken, met publiceering van een Pa-
rjjsohe vriendin (Parisiennes zgn altjjd
vriendinnen) met treffende voorbeelden
dat hg zgn koningschap als een sinecure
opvatte om daarmede aan te toonen dat
hg dus niet zoo kwaad was en zelfs zgn
daad, die euphemistisch uitgedrukt, toch
niet boven bedenking was, om 's lands
geld ten eigen bate aan te wenden, wordt
voorgesteld als trekje van bekoorljjke
zorgeloosheid.
Eén vraag, de eenig noodige toch bij
het ljjk van ean vorst, wordt gesteld,
noch behandeld.] Die vraag iswas dom
Carlos, een goed koning voor zgn volk
Daarop moet het antwoord zgn neen.
Natuurljjk billijkt dit geenszins den
moord, dien wjj evenzeer verfoeien, doch
het medeljjden met den vermoorde en
het afkeuren van deze gewelddaad mag
niet zoo ver gaan dat de waarheid er
door in het gedrang komt.
Het rjjmpje, dat verzekerde dat de
ouderdom met gebreken komt, zal weldra
hebben afgedaan, want binnenkort zal de
wereld uitsluitend met jonge menschen
bevolkt zgn. Dat zal vroolgk worden.
Een Bulgaarsch dokter, Tranjen genaamd,
is bezig een serum te bereiden tegen
ouderdom. Op de wijze zooals iemand
die door een dollen hond gebeten is,
immuun gemaakt wordt tegen het gif
door den beet in zgn bloed gebracht,
zuilen de menschen onvatbaar bereid
ze FEU IL Uil ON
Vertaald uit het Italiaansch.
De Franciscaner wenkte hem bjj zich,
en teiwjjl hg onderzoekend met de hand
in de visschen tastte, als wilde hij er van
koopen, zeide hg haastig: Pinotto 1 Ziet
gij dien heer daar met die parelgrjjze
handschoenen
De visscher gaf een bevestigend teeken.
♦Neem hem in het vizierverlies hem
niet uit het oogLet scherp op. Pietro
aan de markt betaalt uw rapport. Ga".
Nu ging graaf Tozzo over de Piazza
del Municipio in de richting van het
station, terwjji Attilio de Via di San
Roco insloeg, om den ouden Semmola op
te zoeken.
♦Aliiiitsch 1 Aliiiitsch 1" schreeuwde de
visscher weer als bezeten en rende even-
sens de Piazza del Municipio over.
Kort daarop stond Attilio voor een
armoedig en bouwvallig huisje met een
oud gescheurd uithangbord. Drie roode
kogols, in het bovenstuk van het bord
geschilderd, meldden verder aan de zaak-
kundigen, dat hier een pandjeshuishouder
worden tegen het ouderdomagif.
Jonge menschen zullen ingespoten wor
den mot een praeparaat van bejaarde
dames of heeren en zoo wordt het weefsel
der eersten onaantastbaar voor den invloed
der jaren.
Dr. Tranjen is een ernstig en weten
schappelijk man, en de Therapeutische
Rundschauewaarin de medicus zgn ont
dekking openbaart, is een zeer geleerd
tijdschrift, 'tis dus geen grapje wat hg
vertelt, en we willen gaarne met hem
hopen dat hg er in slagen zal het verjon
gingsserum te bereiden. Evenwel hebben
we één bedenking tegen de ontdekking.
Hoe znllen de medici hot serum bekomen
als er geen oude individuen, uit wie het
geextracteerd moet worden, meer zgn
De oude luidjes zullen op prjjs komen.
Een aanvulling van het bovenstaande
is de vondst van professor Guégun, die
de kaalhoofdigheidsbacil heeft ontdekt.
Deze hooggeleerde verheugt de mannen,
wier hoofd overeenkomst toont met een
witte biljartbal, met de tjjding dat hg
in de buisjes van uitgevallen haren een
bacil heeft aangetroffen, waarvan hg
een cultuur heeft kunnen maken en
hg is overtuigd dat het aitvallen van
haren niet alleen een gevolg is van zenuw
storingen, maar ook van een parasitisch
leven in de haren.
Nu gaat de professor rein-cultureg
kweeken van deze onvriendelijke bacil,
dan een serum prsepareeren om den
mensoh ook tegen die diertjes immuun te
maken en zoo zal ons nageslacht zich ver
toonen als een menschheid van een onver
woestbare en weelderig gelokte jeugd.
Een ergerljjk bericht bereikt ons uit
Amsterdam. De rechtbank daar behan
delde een geval van openbare aanranding
der eerbaarheid en deed dat niet, zooals
altjjd gebeurt, in gesloten zitting. Toen
moest daar een fatsoenljjke vrouw, een
moeder van zes kindoren ten aanhoore van
een gnuivend rechtszaal-publiek in kleu
ren en geuren vertellen wat de aanrander
haar gedaan had. ♦Zjj waB vuurrood en
weende van schaamte om de woorden, die
zjj moest hooren en zelf uiten", zegt een
kort bericht over deze schandelijke zaak.
Wat kan de reden 2jjn geweest dat de
president der rechtbank een beleedigde
vrouw aan een zoo kwetsende behandeling
blootstelde
Eeu vergissing, een verzuim Dat is
niet aan te nemen, want reeds door de
eerste vragen zou de president aan zgn
nalatigheid herinnerd zgn geworden. Iets
nieuws dus, een proef misschien.
Indien 't waarljjk dat is, zal 't noodig
zgn den voorzitter op het hart te binden,
dat hg 't bg deze een droeve proef laat,
want nu is de aanklaagster, de zwaar
beleedigde vrouw, harder gestraft dan de
schuldige.
Buitenland.
De koningsmoord.
In de eerste verwarring na het vrcese-
ljjke drama in Lissabon, deden verschil
lende verhalen van het gebeurde de
rondte, maar uit de elkander tegenspre
kende lezingen was de waarheid niet op
te maken en nu nog is het niet geheel
duidelijk hoe de moord op koning en
kroonprins eigenljjk gepleegd is.
Volgens de jongste, lezing van het
zjjne zaken deed.
Voordat Attilio den winkel binnen ging,
zag hg nog eens om en bemerkte weer
een Franciscaner, die juist bjj een groete-
vrouw stond en vjjgen scheen te koopen.
Doch er zgn te Napels zooveel monniken
dat Attilio verder geen acht op hem sloeg.
Hg trad den winkel binnen.
»l8 mjjnheer Semmola er in vroeg
hij aan een klein gebocheld mannetje, dat
achter de toonbank zat te schrijven.
Mijnheer Semmola is tehuis, op zgn
kantoor. Wilt u maar naar binnen gaan?"
Attilio ging nu door den winkel naar
een als deur dienend klein vuil groen gor-
djjn, waardoor hg in een vertrek kwam,
dat door een raam, uitziende op een bin
nenplaats, slecht spaarzaam werd verlicht,
en welks eenig meubilair bestond uit een
paar van ouderdom zwakke stoelen, een
Bchrjjflessenaar, en een ijzeren geldkist.
Aan den lessenaar zat een man van onga
ve* r zestig tot vjjf-en-zestig jaar, diep
gebukt over zgn schrjjfwerk. Hg was zoo
mager en uitgedroogd, dat het scheen,
alsof zgn kleederen aan een kqpstok hin
gen. Een kolossale lis stak boven uit de
kraag van een afgedragen jas, zoodat men
op het idee kon komen, dat men het heele
mannetje aan deze lis kon optillen en hem
kier of daar tegen den wand ophangen.
gebeurde reed het koninkljjke met vier
paarden bespannen rjjtuig een eindje uit
voor dut, waarin het gevolg zat. Toen
het tuischen het ministerie van financiën
en dat van openbare werken was aange
komen, trad een eenvoudig gekleed man
met zwarten baard uit de menigte naar
voren. Hjj sprong riug op de treeplank
van de koninkljjL koets, richtte een
revolver op den koning en schoot. De
koning kromp ineen, bracht de hand aan
den nek en viel naar links. Onmiddelljjk
maakte zich een onbeichrjjfljjke schrik
van de omstanders meester en ondertus-
schen hoorde men nog verschillende
schoten. De koetsier nam een snel besluit,
legde de zweep over de paarden en reed
de Arienaalstraat in. Op dit vreeseljjke
oogenblik zag de menigte, hoe de konin
gin, rechtop iD het rjjtuig staande, met
de eene hand hot lichaam 7an haren
gemaal beschermend met het rjjtuigdek,
met de andere met een ruiker, die haar
op het station was aangeboden, naar
een der moordenaars sloeg, die zich hard
nekkig aan het rjjtuig vastklampte om
door te big ven schieten.
Onmiddelljjk nadat het eerste schot
had weerklonken, waren de beide prinsen
opgestaan en hadden zjj hunne revolvers
voor den dag gehaald. De kroonprins
schoot daarmede op de moordenaars, die
langs den wagen liepeD, terwjjl de politie
reeds op hen toesnelde. Toon nu het
rjjtuig omzwenkte en tegenover het
ministerie van binnenlandsche zaken was
gekomen, haalde een magere kleine man
met een zwarten, baard en een bleeke
gelaatskleur een karabjjn van onder zgn
overjas te voorschjjn en mikte op den
troonopvolger. Hjj schoot tweemaal, ter
wgi oen schot uit de menigte afgevuurd,
den prims trof. Deze moordenaar was
nog niet gepakt, toen bet laatste schot
werd gehoord. Nadat hg geschoten had,
vluchtte hg naar het gebouw van het
ministerie van biiiiienlandsche zaken, waar
hjj, tegen een pilaar geleund, nogmaals
mikte, dezen keer op de koningin en den
infante Manuel, die intusschen ook vier
maal geschoten had. Hot had weinig
gescheeld, of de algemeene slachting,
waarop de moi rdenaars zeker gehoopt
hadden, was een feit geworden. Gelukkig
echter zag een soldaat, Alvaro Silva
Valente, den moordenaar, sprong op hem
af en greep hem bg de keel. Deze
trachtte zich echter los te wringen, wat
hem belet werd door luitenant Francisco
Figueiro, die met zjjn sabel op hem
lossloeg. Hg wilt echter nog een paar
schoten te lossen, die den luitenant en
den soldaat kwetsten.
Een agent van politie schoot daarop op
den moordenaar toe, die hem nog trachtte
te bjjten, maar den vinger van den
agent, dien hjj reeds in den mond had,
loBliet, daar hem de krachten begaven.
Intusschen was het koninklijk rjjtuig
doorgereden. De koningin dekte met
haar lichaam don koning en haar soon.
De poiitie| (had inmiddels een aantal
moordenaars neergeschoten en verschil
lende personen in hechtenis genomen.
Onder luid geschreeuw stoof de menigte
uiteen. Algemeen was de verwarring, op
alle gezichten stond schrik en ontzetting
te lezen.
De ljjken werden naar de voorhal van
het raadhuis en eenige uren later naar
het ljjkenhuis gebracht.
Onder de personen, die door de politie
werden neergeschoten, moet ook een
totaal onschuldige zgn geweest.
Voor het oogenblik schgnt het rustig
Maar pas had hjj den hertog gezien, of
hg sprong van zgn stoel op en kwam met
de diepste en ondordsnigste buigingen
naar zgn bezoeker toe.
>0, mjjnheer de hertogriep bjj ge
agiteerd, met kruippndeD eerbied, welk
een gunst, welk een eer bewjjst u mg met
uw bezoek 1"
Laat die fratsen achterwege Semmola,
en geef liever acht op hetgeen ik u heb
te zeggen", antwoordde Attilio een weinig
korzelig ♦Ik kom om mjjn pand in te
lossen. Het is toch nog hier?"
O, al zoo gauw, mjjnheer de hertog, al
zoo gauw En ik dacht u nog verder van
dienst te mogen wezen. 0,,nu al 1 U hebt
het geld duB bg u Natuurlgk is het pand
wel bewaard. U weet, mjjnheer de hertog,
dat u zich op mjj kunt verlaten. Ik weet
de eer van zulk een klandizie op prjjs
te stellen. Mjjn principe in zaken is
eerljjkheid en trouw. Ik hoop, dat u
daaraan niet twjjfelt".
♦Tot mjjn 8pjjt heb »k nog niet de
heele som bjjeen. Ik geef u hier voor-
loopig een aanwjjzing van vijftigduizend
lire op de bank van Napels. Geef mij
daarvoor kwitantie".
>0, o, natuurlgk, dadeljjk een kwitan
tie, excellentie, dadeljjk. Maar het pand
mjjnheer de hertog, het pand mag ik
te zgn in Portugal, doch er loopen ge
ruchten, volgens welke er een revolutie
in het vooruitzicht is.
De encycliek.
De Tagl. Rundschau verneemt uit
Munchen, dat prof. Schnitzer, katholiek
hoogleeraar aan de hoogeschool daar,
wiens scherpe kritiek op de encycliek
wg gemeld hebben, ronduit geweigerd
heeft, aan de uitnoodigmg van de curie,
om zgn kritiek te herroepen, te voldoen.
De pauseljjke nuntius Frfihwitch neemt
nu maatregelen tot de excommunicatie
van prof Schnitzer en heeft een rapport
over de zaak naar Rome gezonden.
Volgens hetzelfde blad, zal de kritiek
nog niet tot rust komen, daar binnen
enkele dagen een ander katholiek ge
leerde, dr. Ludwig Wahrmund, boog-
leeraar in het kerkelijk recht te Inns
bruck, zjjne meening ÖVer den syllabus
en de encycliek tegen het modernisme
bekend zal maken.
Kunst en Wetenschap.
Over kritiek.
De bekende heraldicus, de heer C. W.
H. Verster, die in de Hilversumsche Cou
rant de kunstkritiek beoefent, heeft aan
de Gooiiche schilders een vragenljjst ge
zonden, met het doel de beantwoording
daarvan in zgn blad te publiceeren.
Enkele schilders hebben beslist gewei
gerd daaraan mede te doen, anderen
hebben die vragen, soms op de meest
verrassende wjjze, beantwoord. Een hun
ner, de heer Toon de Jong, de bekende
etser, geeft wel het meest karakteristieke
antwoord op de vraag»gelooft gg, dat
kritiek invloed uitoefent en in welk op
zicht ondervondt gg persoonlgk, nadee-
lige of gunstige gevolgen er van".
♦Invloed aldus de heer de Jong
oefent gunstige oritiek boslist uit op de
stoffeljjke belangen dei kunstenaars. Maar
degene, die weet wat hjj wil en die vast
besloten den weg gaat, die hem de beste
ljjkt, stoort zich aan geen critiek, hetzjj
goed of slecht.
♦Voor drie jaar was ik verliefd en had
geen fiets. Voor twee jaar was ik bgna
gehuwd en had 1 fiets. En nu ben ik
gehuwd heb ik mjjn vrouw en 2 fietsen.
Ziedaar de gunstige gevolgen der kritiek".
(Bet Land van Mauve).
School en Kerk.
De Herv. predikant B. Boeri, te
Roordahuizen, is voor de tweede maal
door het classicaal bestuur van Leeuwar
den in zjjne bediening geschorst, thans
ovor een tjjdvak van 90 dagen, en zulks
wegens beleedigendo woorden, uitgespro
ken van den kansel bjj do bevestiging
van een ouderling op 5 Januari 1.1.
(Leeuw. Ct.)
Binnenland.
De Kabinetscrisis.
Het Centrum verzekert, dat hot nieuwe
Kabinet ♦niet tot een onmiddellijk beroep
op de kiezers zal overgaan, maar alleen
tot Kamerontbinding zal besluiten, indien
het een linkerblok dwars op zgn weg
vindt".
Een gedwongen ontslag van een wet
houder. Er heeft zich te Weststellingwerf
een eigenaardige quaestie voorgedaan.
toch houden tot de gansche som
Maak toch niet zooveel praatjes. Ge
zoudt mjj immers het pand toch niet
geven al vorderde ik het ook tienmaal
op, voor alles is betaald. Maar ge krjjgt
vandaag nog de heele som, hoort ge.
Vandaag nog. Verwacht mjj heden avond
en richt het zoo in, dat ik het pand dade
ljjk in ontvangst kan nemen".
O, o, zeker, ik ben Bteeds ter be
schikking van uwe excellentie, u kunt
komen wanneer u verkiest, mjjnheer de
hertog".
♦En de kwitantie? Nog iets, Sem
mola. Gjj weet, dat ik zoüderveelte vragen
al uwe voorwaarden heb aangenomen
tn slechts bedongen heb dat er van deze
leening, die ik bjj u aanging, wat er
ook gebeuren mocht, geen woord werd
ger.pt".
♦Maar mjjnheer de hertog, dat spreekt
immers venzelf. O, o, gelooft u, dat ik
zoo weinig man van zaken ben, dal ik
op mjjn ouden dag als een schoolmeisje
zou gaan babbelen Ik ken mjjn vak, ik
weet wat ik jegens een hoogen klant
schuldig ben. En al mocht heel Napels
instorten, van de zaken die ik doe, wordt
niemand iets gewaar. U kunt volkomen
gerust zgn, mjjnheer de hertog".
♦Ik leg er bjj zonderen nadruk op Sem-
De heer Van der Veen was wethouder
en houder eener vergunning, wat in strijd
waB met de Drankwet. Oogluikend werd
deze toostand toegelaten, totdat de heer
Van der Veen medewerkte tot een raads
besluit, dat niet in den geest van som
mige gemeentenaren viel. Deze wendden
zich toen tot den inspecteur, belast met
het toezicht op de naleving der Diankwet.
Deze stelde den heer Van der Veen voor
de keus ontslag te nemen als wethouder,
öf intrekking te verzoeken van zgn ver
gunning. De heer Van der Veen heeft
daarop ontslag ah wethouder genomen.
Uit één wortelUit Dordrecht wordt
aan Land en Volk geschreven, dat van
Katholieke zjjde zoo jjverig wordt gewerkt
aan de kiezersteelt, dat zelfs de Zondag
aan het werk wordt gewjjd.
Loffeljjke jjvcr ongetwjjfeld 1
Maar wat zeggen de anti-revolutionaire
broeders wel van die schennis der Zon
dagsrust Of zou hier geldenhet doel
heiligt de middelen.
Atjeh. De correspondent van de
N. R. Ct. te Batavia seint
De Locomotief spreekt, in een eerste
artikel over het Atjeh-onderzoek, daar
over een hoogst ongunstig oordeel uit.
Het persoonljjke optreden van den gou
verneur-generaal heeft, volgens het blad,
hot aoczien van gouverneur van Daalen
onherstelbaar geknakt.
De punten van onderzoek waren, hoe
de meening van de hoofden en de bevol
king is over de belasting en de heeren
diensten ten tweede de stand der ge-
wasBen, en algemeene klachten.
Er is toezegging gedaan de haven van
Segli niet te sluiten.
Handig. De Maas-en- Waalsche Cou
rant geeft het volgende verhaal als wer-
keljjk gebeurd.
Drie leden van de natte gemeente te
D. hadden op zekeren dag samen nog 'n
stuiver op zak en wel voor 'n kwartje
dorst. Hoe hun dorst te lesschen Goede
laad was duur Nood zoekt list. Fluks
met elkaar overleggende, hebben ze er
dra wat op gevonden. Een grap koddig 1
De jongste der snuiters wordt er op
uitgestuurd. Met een leege halve flesch
in den eenen en een halve flesch water
in den anderen zak stapte hg opgeruimd
een kleine kroeg binnen. De heele rjjkdom,
de 5 ets., zgn 't spieringskcEen
glaasje bierKasteleintje komt er mee.
Praatje over weer an wind en gruis
lossen volgt.
Gast haalt zgn leege flesch voor den
dag en vrar.gt een halve liter klaore.
't Is voor z'n drieën. Hjj krjjgt h'm en
steekt flesch met klaore in den zak. Hjj
vraagt op de pof tot 't sohip leeg is
Nee, nee, zegt 't kasteleintje druk, nie
poffen. Der stao genog van jullie te
kraoien. Och, toe, zegt stamgast, we
zullen wel betaolen. Nee, nee, geef maar
hier, zegt 't kasteleintje. Stamgast haolt
flesch met waoter tegenstribbelend uit
den zak en kasteleintje giet flesch leeg
bjj de klaore.
Stamgast stapt de deur uit, voor 't oog
mopperend op 't kasteleintje, maar inwen
dig schik voor tien, dat 't grapje zoo
goed gelukt is. 't Drietal pimpelde lekker
van 't halve literke, dat er niks gekost ha.
Een kwartiertje daarna komt er weer
'n klant om 'n wipperke en kreeg een
tikske uit de aongelengde kraft. Hè wat
hedde 'm gewasschen, zeit ie. 't Is klaor
waoter.
mola, omdat gjj misschien door de drukte,
die er in de laatste dagen over het pand
is gemaakt, bang zoudt kunnen worden,
inzonderheid wanneer er soms vanwege
het gerecht gespionneerd mocht worden.
Luister dus naar hetgeen ik u zeg. Als
gjj mjjne klandizie en die van mjjne
vrienden wilt behouden, zwjjg dan on
voorwaardelijk, ah het graf".
♦O, o, natuurlgk, mjjnheer de hertog.
Ah het graf".
♦Als gjj er daarentegen toe mocht
overhellen, met do politie zaken te doen,
dan weet gjj immers vooruit, hoever gg
met haar komt".
♦Maar, mjjnheer de hertog 1 Neen, hoe
kunt u ook maar een oogenblik denken,
dat ik ook maar het geringste met de
pupazzi te doen zou willen hebben. Ik
heb liever de koorts, dan dat ik de politie
bg me zie. O, o, zoo waar als ik leef,
liever de anderdaagsche koorts, dan de
politie."
♦Goed, goed. Tot vanavond dus. Sem
mola. En houd uw woord, dat raad ik
u. Gij verdient geen soldo meer, als gjj
geen woord boudt."
Mjjnheer do hertog, ik ben een eerljjk
man en wat ik beloofd heb, dat houd ik."
Met een vluchtig hoofdknikje verwjj-
derde zich Attilio. (Wordt vervolgd