N°. 148 1907. Zaterdag 14 December.
94sle jaargang.
De Ster van het Zuiden.
GOESCHE
COURANT.
Telefoonnummer 22. Directeur A. F. A. van Setebs. Uitgave van de Naaml. Vennootschap „Goesche Courant". Hoofdredacteur "W. Kerremans.
De uitgave dezer Oonrant geichiedt Maandag-, Woenidag- en Vrgdagavoid,
uitgezonderd op feeatdagen.
Prjji per kwartaal, in Goes 0,75, buiten Goes, franco, f i,tü.
Afzonderlijke nommeri 5 cent.
Inzending wan advartentiên wóor 2 uren op dan dag dar
uitgawa.
De prjja der gewone advertentibn ia van 1 '5 regels 50 cent, eiken regel meer 10 ct.
Bjj directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prjji
ilechti tweemaal berekend.
Geboorte-, huweljjki- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 110 regeli 1,berekend-
Bewijsnummers 5 eent.
Bij dit no. behoort een bijvoegsel.
Z i die zich met 1 Januari a.s.
op dit blad ahonneeren, ontvan-
geD de tot di :n datum verschij
nende n.mimei's gratis.
Paganisten en clericalen.
(Slot).
Voor hen, die iets verder links staan
dan de Middenstof, zal 't niet moeieljjk
zijn om te zien, dat het vrjjheids-indivi-
dualisme tet nog toe alleen die Midden
stof gebaat heeft. Deze wil nu de grootere
onderlaag zelfstandiger doen worden,
meer bewust maken, een opgewekter
leven schenken en door haar een politieke
medezeggingschap te verleeneö beproe
ven haar meer omhoog te halen. Hier
door zjjn de conservatieven verschrikt,
zjj worden beducht voor deze phalanx
van Middenstoffars terwjjl er ook onder
deze laatste zjjn die medezeggiDgschap
onafscheidelijk achten van onderschei
dingsvermogen en die vreezen den dwang
van de vrijmaking der door hen als on-
mondigen gequalificeerden.
Wat zal nu gebeuren Df Middenstof
tusschen paganisten en clericalen zal hier
invloed kunnen aanwenden Diet door
te streven naar verzoening waar strjjd
onvermijdelijk is, ook niet door te pogen
een worsteling te temperen die eindigen
moot in het algemeen belang, maar door
aan de kamp deel te nemen en zoodoende
deze sneller te doen ophouden. Is dat
bereikt, is het gevecht ten einde, dan
zal bljjken, hoe gedurende den strjjd de
nu nog onderliggenden zich bebben op
gewerkt en op plan van gelijkheid ge
raakt zjjn.
Doch behalve medestrjjden meet de
Middenstof tevens gestadig zich zelf en
de onderliggendeo versterken, geestelgk
en lichameljjk, beproeven de eenzijdigheid
in het worstelen krachteloos te maken
en maken dat geen schade wordt toege
bracht aan de toekomstige geljjken.
Zjj, die vooraan staan en voorgaan in
den kamp moeten onvermijdelijk de strijd
middelen die zjj bezitten aanwenden, zjj
kunnen niet stilstaan en omkjjken of
rustig overleggen op gevaar van den
strjjdlust der volgerB te verzwakken of
op de tegenstanders te behalen voordoo
ien te verzaken.
Maar en hier komt het hoofdpunt
van dat betoog opdat die middengroep
haar zeer noodige taak kunne vol
brengen zal zij aan de eene zjj de
zich geheel vrjj moeten maken van den
Echjjn-aanhang der vermonde behouds-
egoïsteo en aan den anderen kant beslist
duideljjk moeten doen bljjken dat 't haar
niet te doen is om den onderliggenden
macht te geven over en boven de machti
gen van heden, dat zjj niet wil een
verwisseling tusschen onderdrukkers en
onderdrukten, doch dat zjj hen zoo hoog
wil brengen tot te hebben werkeljjke
zelfstandigheid en geheele machtsgelijk
heid. Weifelt die middengroep hierin dan
is zjj verloren en kan haar werken gansch
geen nnt doen. Staat zjj niet los van de
egoïsten dan znllen de zwakken geen
vertrouwen kunnen hebben in haar
ijveren voor die geljjkheid en beljjdt hij
dat zjj de macht wil verplaatsen in plaats
if FEUILLE] ON-
Vertaald uit het Italiaansch.
»Nog lang niet, don Luigi".
»Waarom niet
>Gjj maakt maar gekheid".
>Maar als het mjj nu eens ernst was,
Carmela".
>Och wat, dat geloof ik niet".
>En waarom niet
»Omdat ik niet wil", antwoordde het
meisje op haar eigenaardigen kregeligen
toon en ging weer aan 't werk.
Don Luigi was uit zjjn humeur. Hjj
had vandaag geen geluk. Dat was 't
tweede blauwtje, dat hjj liep.
»Ge zjjt een zottin, Carmela", zeide
thans haar vader vergoelijkend. >Zoo
spreekt men niet met een voornaam heer.
Zjj is een klein dom ding, don Luigi,
en weet niet wat ze wil. Maar zo zal
nog wel wjjs worden".
»Ik weet wel, wie haar het hoofd op
hol gebracht heeft," sprak don Luigi.
»Die Checco praat haar alles voor en
Carmela is eenvoudig genoeg dat te
gelooven."
♦Kinderspel," bromde de oude Fasquale.
♦Niet waar, Carmela, gjj wilt Checco
trouwen," vroeg don Luigi nu direct
van in waarheid hot hoogere mensch-
en volksbelang te dienen, dan zal zjj
haar overwicht op de egoïsten verliezen.
Dan zal geleideljjk de Middenstof zich
vem engen met links of rechts en zullen
dus big ven paganisten en clericalen in
scherper afscheiding dan nn.
Aan eene profetie, wie ten slotte de
overhand behouden zal, wagen we ons
niet. Wie met oordeel en onderscheid,
zonder toorn of partjjdigheid, de ljjn der
historie weet te volgen, zal niet lang in
't onzekere zjjn ovfu* den vermoedeljjken
loop van dit proces.
Buitenland.
Het Modernisme.
De encycliek van den Paus tegen het
modernisme in de Roonsche Kerk is de
oorzaak geweest van heel wat beroering
en nog is deze niet bedaard.
Meeningsverschillen, die tot nu toe
geen heftig karakter droegeD, hebben
door die encycliek een schorper vorm
aangenomen en een werkeljjke kloof is
ontstaan tusschen de modernen en de
niet-modernen.
Onder die modernen zjjn veie goed-
Roomschen en dezen, getroffen door het
oordeel van het Vaticaah, konden niet
anders doen dan zich neerleggen bjj
deze encycliok.
Toch werd het door vele geloovigen
niet onder stoelen of banken gestoken,
dat de uitvaardiging dezer encycliek h. i.
niet tactvol was.
Binnen de muren hunner kerk, die
zjj om geeD prjjs wenschen te verlaten,
verlangen de modernen meer vrijheid
van denkwjjze, dan de encycliek hun
toestaat.
De heerschende ontevredenheid is op
oen te Keulen gehouden bjjeenkomst van
Duitsche bisschoppen al zeer sterk tot
uiting gekomen.
Volgens een der meest betrouwbare
Duitsche bladen ,de Köln. Ztg.) stond
op deze bjjeenkomst een groote meerder
heid onder leiding van kardinaal Kopp,
de meening voor, dat Rome moest wor
den medegedeeld, dat het goed zoude
zjjn eerst in Duitschland inlichtingen
in te winnen, voordat weder pauseljjke
besluiten werdeD afgekondigd, die ook
voor Duitschland van beteekenis moeten
zijn. Een later verzet tegen kennisge
vingen van den H. Stoei is van veel
grooter nadeel voor de Roomsuhe kerk,
dan een voorafgaande terugwjjzing.
De minderheid moet hebben bestaan
uit de bisschopi en Fischer van Keulen,
Keppler van Rottenburg en Korum van
Trier.
Machtsmisbruik.
Het is een merkwaardige worsteling,
die tusschen de Polen en de Duitschers.
We waren reeds meer in de gelegenheid
hierop te wjjzen, doch telkens weder
trefc het, hoe krachtig de Polen big ven
ijveren voor datgene wat over gebleveD
is van hun eigen nationaal leviu, in de
eerste plaats hun taal, en hoe Duitsch
land geen middelen ontziet om de Polen
te dwingen zich geheel op te lossen in
het Duitsche volk.
LaDge jaren zjjn reeds voorbij gegaan
sedert de Poolsche kleureD vrjj wapper
den boven een onaf hankeljjk grondgebied,
aan deze.
>Zoo, en als dat nu eens zoo was. Wat
ton dat dan nog antwoordde zjj.
♦Dat zou, dunkt mg, een mooi voor
uitzicht wezen. Gjj zoudt uw leven lang
nelten kunnen verstellen in PoBitano,
en viBch kunnen verkoopen. Laoht u dat
misschien toe zeide don Luigi en
kwam iets dichter bij haar.
♦Maar Checco zal spoedig een rjjk
man zjjn, en dan trouwen wij."
Weet ge dat zoo zeker?"
♦Ja, hjj heeft het mjj gezegd."
»Wie laat zich nu zulken onzin wjjs-
maken. Meent ge dat dit zoo vlug gaat
En waar wil hg het geld vandaan zien
te halen
»Wat weet ik daarvan Ik weet alleen
dat hg het verdienen zal. Hg heeft van
daag reeds zjjn oude boot verkocht en
morgen vroeg vertrekt hjj naar Napels
waar de menschen zooveel geld hebben.
En als hjj dan genoeg heeft komt hg mg
halen."
aO, heilige onnoozelheid Maar gelooft
ge dan werkeljjk Carmela, dat men te
Napels op Checco wacht, om hem met
geld om de ooron te gooien. Checco
weet niets en kan niets, en zal het te
Napels tot niets brengen. Dat moet ge
toch inzien."
♦Hjj zal het wel tot iets brengen. Hij
heeft het mjj beloofd."
♦Beloofd? Dat is gemakkeljjker dan
maar in de harten der Polen leeft de
herinnering aan dien tjjd krachtig voort.
Wat zjj hopen van de toekomst?
Veel verwachten kunnen zij niet. Hun
land is verdeeld tusschen drie groote
mogendheden, zoodat de mogelgkheid om
zich nog eens vrjj te vechten en weder
een eigen staat te stichten, zoo goed als
geheel uitgesloten is.
Maar toch, do Polen bljjven hopen,
gelooven en strjjden, als is het dan ook
niet met de wapens in de vuist.
Teekenend voor den Poolschen geest
is de eerste zin van een hunner liederen,
die luidt
»Nog is Polen niet verloren".
We zeiden reeds, dat Duitschland geen
middelen ontziet om alles wat op Poolsch
nationaal bewustzjjn ljjkt, te dooden.
De kinderen werden gedwongen op
school Duitsch te spreken en reeds door
drongen van de liefde voor eigen taal
en volk weigerden de jeugdige patriotten
dit en geen dwangmaatregel kon er hen
toe brengeD.
De Duitsche regeering is nu gekomen
mot een voorstel, dat baar het recht zal
geven om grondbezittingen van Polen te
onteigenen, doch deze tyrannieke maat
regel zal, dank zij den cegenstand van
vele Rjjksdagleden, misschien nooit tot
uitvoering komen.
Een sterk staaltje van dwang is echter
wel, wat nu pas weer gebeurd is.
In den Duitschen Rjjk&dag hebben o. a.
drie Poolsche geestelijken als lid zitting.
Kardinaal Kopp, die DuitBchgezind is,
heeft nu bepaald, dat geen geesteljjke,
zonder vergunning van zjjne kerkeljjke
overheid, zjjne gemeente voor langer dan
een etmaal mag verlaten. De Poolsche
kranten hebben dadeljjk gezegd, dat deze
beschikking ton doel had, om de drie
Poolsche afgevaardigden naar den Rjjks-
dag in Opper-Sileziü, dio ook geesteljjke
bedieningen vervullen, de uitoefening van
hun parlementair mandaat onmogeljjk te
maken. Zjj vallen den prins-bisschop
heftig aaD, ook omdat hjj aan kapelaans,
die niet in Breslau gewijd zijn (Poolsche
Jezuïeten uit Oostenrjjksch Sileziö hadden
zich aangeboden, om de geesteljjken tjj-
deljjk te vervangen), verboden heeft, in
de gemeenten van de Poolsche afgevaar
digden do mis te lezen en de sacramenten
toe te dieüen.
Het is niet de eerste maal, dat de
trouw Duitschgezinde kardinaal Kopp
met zjjne Poolsche kudde in botsing komt.
Het eerste gevolg van de door kardinaal
Kopp genomen beschikking is, dat een
der Poolsche Rjjksdagleden, pastoor
Skowronski, zjjn mandaat heeft neder-
gelegd.
Kunst en Wetenschap.
Geestelijken en muziek.
Nog heel kort geledon ging er in
sommige kerkelijke bladen een kreet van
afgrjjzen op over de opvoering vaD een
b.i. zoo ontzettend immoreolo opera, dat
de overheid er feitelijk de opvoeriDg van
moest verbieden, wat o.a. in Amerika
ook gebeurde.
We hebben hier het oog op Slrauss'
Salome.
Nu is er echter weder op hetzelfde
gebied iets gebeurd, dat stuitend is.
In eenige der grootste steden van ens
gedaan. Zoo iets heb ik in mjjn leven
nog Diet gehoord."
Toen wendde don Luigi zich van 't meisje
naar haar vader, die vrjj onverschillig
of liever half suf aan zjjn pjjp zat te
trekken.
♦Gjj moet haar dat uit het hoofd praten,
Pasqualehet is immers »w r.e gek. Die
jongen brengt uw dochter het hoofd op
hol, en is nu de wereld ingetrokken. Wat
kan daar nu van komen
♦Ja ja, dat is Datuurljjk een groote
dwaasheid. Dat heb ik altjjd gezegd, ze
weet niet wat ze wil."
»Ik weet heel goed wat ik wil vader",
zoo nam Carmela driftig het woord, »en
ik heb aan Checco gezegd, dat ik hem
zou trouwen als hg geld genoeg had en
anders niet. Die belofte houd ik, en Checco
heeft mjj beloofd, dat hg mg dan zou
halen."
Don Luigi zag het jonge meisje, dat
in haar drift een wegsleopenden indruk
op hem maakte, een oogeDblik strak in
het gezicht. Plotseling scheen er een
idee in hom op te komen, dat hem oogen-
blikkeljjk geheel verrukte en deed ver
stommen. Eerst na een kleine pauze
zeide hg
»Carmele, gij zult Checco nog zoo ver
brengen, dat hjj om uwentwil domme
dingen doet, en een bedrieger of een
oplichter of nog erger wordt."
♦Dat zal Checco niet doen", ant
iand is opgevoerd oen opera, getiteld
>11 Battista", d.w.z. de dooper.
Do hoofdpersoon in dit werk is Jo
hannes, terwjjl o.a. ook de figuur van
Christus op de planken komt.
De componist van dit werk is
oen Italiaansch priester, don Giocondo
Fino, die in priesterkleed zjjn opera te
Amsterdam en te 's-GraveDhage dirigeer
de. Volgens de advertenties in verschil
lende bladen had dit plaats met
toestemming van het Vaticaan en Zjjne
Kerkeljjke Overheid, den Aartsbisschop
van Turjjn."
Heel gunstig is het oordeel over het
hot werk in het algemeen niet en vooral
schijnt de muziek volstrekt niet het ka
rakter van >gewjjde muziek" te dragen.
Het is een echte Italiaansche opera,
al is de stof ook bjjbelsch.
Volgens een der bladen was het echter
onjuist, dat de priester Firn» vergunning
had verkregen van het Vaticaan om zjjn
werk te dirigeeren.
Merkwaardig is dan wel, dat we zoo
weinig van een krachtig protest tegen
deze bewering hebben gehoord.
Luisteren we nu naar wat eenige >p&-
ganistische" recensenteu opmerken naar
aanleiding van de opvoering van be
doelde opera.
De muziekverslaggever dan van het
Vaderland schrjjft o. m.
>Dat het Vatikaan zijn goedkeuring
onthield aan het optreden van den priester
Fino als dirigent, verwondert mij meer,
dan dat het Christus' optreden op de
planken toeliet. Christus als dramatisch
persoon in een opera wil er bjj mjj niet
goed in, al ben ik geen Christen. (De
schrjjver is, naar we meenen, een Isra
ëliet). En liefst zag ik zelfs Johannes
niet op het tooneol. Te vergeefs zullen
tekstschrjjver en componist mg tegenwer
pen, dat zij geen opera, maar een >ge-
wjjde handeling" schreven het feit bljjft
bestaan dat hier met de gewone hulp
middelen der opera wordt gewerkt".
De muziekverslaggever van het Han
delsblad schrjjft naar aanleiding der op
voering van deze opera o. a.
♦Italianen zjjn andere menschen dan
wjj. Raadselachtig schjjnt 't, dat oen
prieBter-componist znlk 'n vertooniDg
mogeljjk maakt, voorbereidt, dirigeert,
zonder te voelen hoever bjj beneden zjjn
onderwerp bleef, een voor hem zoo heilig
onderwerp. Hjj moet 'n totaal ander be
grip hebben van schroom, van eerbied
om zich te kunnen voegen in een
schouwburg-omgeving met hot donderend
applaus, de buigingen van den Dooper,
de passen der ballet-juffers, de kus
handjes van Herodias in de richting der
galerij. Een Italiaansch priester verkeert
mot dit alles bljjkbaar familiaarder dan
een Hollandsch."
Intusschen schjjnen vtle Roomsche
geestelgken zich tot de planken aange
trokken te gevoelen. Tenminste nu weer
wordt aangekondigd, dat een ander gees
telijke, een tenor-zaDger, don Vincenzo
d'Massandro, een tournee zal maken door
ons land.
Deze tournée zal, naar men mede
deelt, plaats hebbon met goedkeuring van
het Vatikaan.
Jubileum.
Gisteravond werd te Amsterdam Hu-
bert Laroche, opvolger van Louis Bouw-
woordde Carmela kalm.
»Hjj zal het wel doen, omdat gjj hem
er toe drjjft, en gjj zult er de verant
woordelijkheid van dragen".
>Och wat", riep het jonge meisje weer
schouderophalend, en ging toen don Luigi
voorbjj, een rotskloof in, waar zjj in een
ommezien verdween.
Don Luigi zag haar verwonderd na.
Was hg wat beter ter been geweest, dan
zou hg grooten lust hebben gehad haar
na te jjlen. De korte en besliste wjjze
waarop het meisje hem had afgescheept,
frappeorde hem en was voor hem iets
nieuws. Anders vond Carmela er behagen
in, met hem te coquetteeren. Zjj verstond
dat uitstekend, en als de oogen van
Carmela maar wilden, konden zjj vurige
blikken schieten. En nu was zjj op eens
zoo snibbig, zoo onverschillig, zoo koud
als jjs tegen hem. Don Luigi had altjjd
gedacht, dat hg maar behoefte te wenken,
om haar in zjjn armen te zien, en daar was
hjj trotsch op geweest. Zooveel te meer
hinderde, krenkte het hem thans, dat zij
hem zoo rechtstreeks zjjn afscheid gaf.
Wat was er toch met Carmela voorge
vallen
♦Pasquale", zeide hg tot den oudon man,
>ik zeg het u, praat Carmela die liefdes
historie uit 't hoofd. Ik ken die din
gen. Hjj zal haar ODgelukkig maken.
Checco is een domme eend, die van de
wereld net zooveel weet als ik van de
meester aan het Nederlandsch tooneel,
gehuldigd ter gelegenheid van zjjn 25-
jarig jubileum als tooneelspeler.
Voor een uitverkocht huis trad hjj op
in Cyrano de Bergerac, zjjn glansrol.
Gednrende een der toespraken tot den
jabilaris riep een stem uit de zaal >Leve
de groote Bouwmeester."
Vallende sterren.
In de tweode helft van deze week zjjn
bjj helder weer natnurlgk »val-
lende sterren" waar te nemen, die haar
uitstralingspunt hebben in de Tweelin
gen. Het is de laatste bepaalde stroom
van vallende 6terren in dit jaar.
Staten-Generaal.
TWEEDE KAMER.
De burgemeester van den Haag had
toestemming geweigerd voor een socia-
listiseheD optocht. De heer Schaper in
terpelleerde hierover en in het antwoord
zei de minister o. a. dat hg den burge
meester ohq inlichtingen had gevraagd.
Toen kwam do heer Talma los maar
op zoodanige wjjze dat hij wel veel spjjt
zal hebben over zjjn optreden.
De heer Talma, die aarzelend de kat
de bel had aangebonden en in eersten
termjjn had gezegd dat de ontkentenis
van den minister dat door bem op den
burgemeester eenige pressie zou zjjn uit
geoefend, dat deel van de quaestie en
dat was de hoofdzaak oatuurljjk met
een buiten debat plaatstede heer
Talma kwam nu in den tweeden aanleg
met een zoo giftige rede als deze spreker,
die voor een politiek geruchtje toch niet
licht vervaard is, nog zelden heeft geuit.
Het was een speech, staande op het peil
van het koffiehuispraatje, doch gehuld in
het gewichtige gedoe van een staatsrech
telijk betoog en voorgedragen met de
hautaine allure en het Haagsche salon
accent dat deze politieke predikant bjj
uitnemendheid zich eigen heeft gemaakt.
Als er nog menschen zjjn die twjjfelen
over het mogelijke moreele bederf dat
van de politiek kan uitgaan op iemand
die er mee in aanraking komt en zich
van totale verpolitiseering niet vrjj weet
te houdeD, dan leze hg de Handelingen
van deze dagen eens en lette op de hou
ding van den heer Talma in de Haagsche
burgemeesterszaak. Eu bedenke dan daar-
bjj dat men hier nog wel te doen heeft
met een »bedienaar van Gods Woord".
Beschuldigingen in vraagvorm, hoog
stens geschikt om Btemming te maken,
maar in de Kamer bleek men wjjs ge
noeg om er geen waarde aan to hechten.
Integendeel, de stemming, die gemaakt
werd, droeg een den heer Talma zeer
antipathiek karakter, er ontstond zelfs
eenig gejoel om al die onwaarschjjnljjke
spitsvondigheden. En ten slotte heeft de
Tietjerksche afgevaardigde een heusche
stemming niet aangedurfd. Hg zag ver-
moedeljjk wel in, dat hjj zich danig ver-
galopj eerd had of vond zjjn lsnge rede
voering niet gespierd genoeg om een
motie er uit te destilleeren. De heer
Talma verklaarde te willen afzien van
oen votum der Kamer en tot vrjjspraak
des Ministers te conclndeeren, omdat....
qui s'excuse s'accuse men zjjn
optreden misschien aan politieke bedoelin
gen zon kunnen toeschrjjven 1
maan".
>Hjj is een gek. Daar kan immers
niets van komen", antwoordde de oude
man gelaten.
>Dat weet ik, maar pas op, dat Car
mela niet in 't ongeluk wordt gestort.
Zeg haar dat. Ge weet dut ik 't eerljjk
met haar meen. Maar natuurlijk, als zjj
dwaze dingen gaat doen, dan is alles
voorbjj".
>Don Luigi, ge kunt u op mg ver
laten. Ik zal er wei voor zorgen, dat
Carmela verstandig wordt. Neem haar
die dwaasheid niet kwaljjk, dat gaat wel
over. En dan nu verlaat u maar op
mg. AlleB zal wel goed gaan".
>Dat wil ik hopeD, en nu, addio
Pasquale. Ik kom nog even aaD, voor ik
naar Napels terugkeer. Wasch haar maar
eenB flink de ooren".
»Dat zal ik doen. Addio don Luigi".
Nog altjjd draalde don Luigi om heen
te gaan nog altijd hoopte hg de slanke
gestalte van het jonge meisje nog weer
tusscuen de rotsen te zien opdoemen. Bjj
was erg geagiteerd, en toen hjj eindeljjk
zjjn weg vervolgde, was hjj nog slechter
geluimd dan te voren.
Langzaam met hinkenden gang, kwam
hjj bjj zjjn vader terug.
Wordt vervolgd