1)06 N\ 134. Dinsdüü 13 November. 93s jaargang. 72 FEUILLETON J)e Liefde eener Vorstin Buitenland. S l ste (Mmw Oe uitgav» dezer Oonrant geschiedt Maandag-, Woonfdag- ?a Vrgdagavoa*, uitgezonderd op feestdagen. Prjji p->r kwartaal, in Goes 0,75, baiten Goes, franco, 1,88. Afzonderlijke nomen 5 cent. Inzending wan adwertentiën vóór 2 uren op den dag dar uitgave. COIIMYI. De prjj» der gewone advertentiën 18 van 1-5 regale 50 cent, eiken regel meer 10 ct. Bjj directe opgaaf van driemaal plaatsing dorzelfde advertentio wordt, de prpi eleeiits tweemaal berekend, öeboorte-, bnweljki- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetnigingen worden van 110 regeli 1,berekend. Bewijsnummer» 5 cent. Telefoonnummer 22. Uitgave van de Naaml. Vennootschap „Goesche Courant". Directeur-Hoofdredacteur R. G. Rijkens. Ondermijning van gezag In ons vorig uommer hebben vre nog met een enkel woord melding kunnen maken van de vragen in de Tweede Ka- mor door den GoeBchen afgevaardigde, mr. Lobman, aan don minister van Oorlog gedaan, naar aanleiding van de ontslag aanvrage door den inspecteur der cava lerie, generaal Smeding. Deze generaal meende, dat de maatregel, die door den minister van Oorlog ie voorgesteld, om het zoogenaamd bljjvend gedeelte in te perken, niet in het belaDg zou zjjn van het land, doordat onze weerkracht daar door aanmerkeljjk zou verminderen. De eerste vraag van den heer Lohman, of de berichten in de dagbladen omtrent deze zaak waarheid bevatten, was nog te begrjjpen, maar ten zeerste verbaasde ons de tweede vraag, we hebben dat reeds in ons vorig nommer te kennen gegeven of met eene beschikking op de ont slagaanvraag niet kon worden gewacht, totdat de Oorlogsbegrooting in de Kamer zou zjjo behandeld. Daar is een generaal, die het niet eens is met den minister van Oorlog en hg vraagt zjjn ontslag. Tot zoover is het in den haak. Doch daar komt de Kamer tnsschenbeide en zegt »wacht eens even, laat ons eerst eens uitmaken wie of er geljjk heeft". O, dat gezag, waarvan men van anti revolutionaire zjjde altjjd den mond zoo vol heeft; dat dit nu juist moest worden ondermjjnd door den heer Lohman. Men kan er zeker van zjjn, dat, indien de minister Staal zoo zwak was geweest, om toe te geven, een heele reeks van dergeljjke gevallen in de toekomst ons bad staan te wachten. Maar de minister is gelukkig Bterk geweesthg heeft zelfs een weinig een loopje genomen met den Goeschen afge vaardigde, door hem te antwoorden, dat de generaal Smeding het recht had, dat er eene beslissing op de aanvraag werd genomen. Er zijn leden in de Kamer, die wjj tot het doen van de tweede vraag in staat hadden geacht, maar als men ons vooruit gezegd had, dat de heer Lohman deze zou stellen, zouden wg beslist geweigerd hebben dit te gelooven. Over den generaal Smeding zullen we hier maar niet spreken. Iemand, die zoo weinig soldaat is, dat hg zjjn chef, op hot oogenblik dat deze den strjjd gaat beginnen, een wonde in den rug tracht toe te brengen, zal, dunkt ons, best in het leger gemist kunnen worden. GOES, 12 Nov. 1906. Tot leden der (Economische spijs- uitdeeling alhier zgn benoemd, in plaats van dhr. G. Krol van der Hoek, die be dankt heeft wegens drukke ambtsbezig heden, dhr. J. Z. Risch en in plaats van dhr. E. van den Bosch, die bedankte om gezondheidsredenen, dhr. Joh. van Aspe- ren Vervenne. Beide heeren hebben hun benoeming aangenomen. De Vaderlander deelt mede, dat de heer De Wilde, die in de Haagsche brieven in De Standaard erg te keer ging door GEORGE BARE. ♦Ik verzoek u, edele heeren, mjjn hu welijk met Grenfall Lorry goed te keuren. Ik zal zgn vrouw zgn, maar ik bezweer u, gun mg dat geluk, zonder van mg het offer te vragen den troon van mgn vader en een .volk, dat ik liefheb en dat mij aanbid op te geven. Ik smeek niet om het recht te heerschen, ik smeek al leen voor hem of haar, die hoerschen zal, nis ik ben heen gegaan. Ik vraag u het recht, dat mg toestaat» den troon van Granstark een erfgenaam te geven. Op haar woorden volgde een lange opgewonden discussie, die Bteeds meer goeds voorspelde, naarmate de welwillende harten zich over het voorstel warm maakten. Lorry was hun lieveling, al kon hg dan ook hun vorst niet worden, wat volgens de erfopvolgingswetten verboden was. Maar zgn kinderen konden de rechtmatige erfgenamen van don troon buDner moeder, vorstin Yetive, verklaard worden. Hoe meer men hierover prak, des te meer scheen men tot het plan over te bellen. Intusschen hadden de vorstin en haar wijze raadgevers nog moeilijkheden te be3trgden, die eerst onoverkomelijk sche nen, maar zich eindelijk toch oplosten. over de benoeming van dr. Van Wulfften Palthe, arrondissementsschoolopziener te Leeuwarden, in golgke betrekking in het arrondissement Maassluis, zelf naar deze laatste betrekking had gesolliciteerd. Wat nobele verontwaardiging Kruiningen. In de Raadszitting van Vrjjdagavond 1,1. waren afwezig de heeren C. Dek en H. A. Markusse. Naar aanleiding van eene bespreking in de voorlaatste raadsvergadering over de aanschaffing van een soliede brandspuit voor Hansweerd,deelde de voorzitter mede, dat de firma Van Bergen te Midwolde een geschikte spuit kan leveren voor f 600. Aan eenige andere adressen zal nog wor den geïnformeerd. Daarna zal een eind beslissing worden genomen. Aan de orde is nu de benoeming van een hoofd voor de bewaarschool te Hans weerd. B, en W. bieden aan den Raad de volgende voordracht aan: no. 1 Mej. A. de Koning te Rotterdam, no. 2 Mej. J. Siderius te Vrouwe Parochie, no. 3 Mej. H. Schuit te Purmerend. Benoemd wordt met algemeene stem men mej. A. de Koning te Rotterdam. Bjj de rondvraag deelt de voorzitter mede, dat zich voor de vacature van de openb. school te Hansweerd vier sollici tanten hadden aangemeld. Daarna werd de vergadering gesloten. Liberale Unie. Te Amsterdam is Zaterdag de alge meene vergadering der Liberale Unie gehouden. De voorzitter, Mr. Goeman Borgesius, hield de openingrede, waaruit wg het volgende overnemen. Intusschen gaat men voort, in het kamp der rechterzjjde de legende te ver spreiden,dat wg, de antithese bestrgdende, juist in die antithese onze kracht zou den zoeken. Alleen dan zou men recht hebben zóó te spreken, indien wij tegen over de leuze vóór den Christus, gin gen stellen de leuze tegen den Christus, indien wg tegenover de leusvóór het geloof gingen stellen de leus voor htt ongeloof. Maar zoo handelende zouden wg in ljjnrechten strgd komen met onze eigen beginselen. Wg beweren, dat gods dienstig geloof en allerminst veel soortig geloof aan de rechterzjjde, waarbjj zich het vreemde verBcbjjnsel voordoet, dat mannen, die op grond van geloof politiek zgn voreenigd, juist op geloofs gebied elkander verketteren geen basis kan zgn voor politieke partgsplitsingen, geen grondslag kan zgn voor politiek beleid, maar evenzeer zgn wg diep overtnigd, dat het onzinnig zou zgn te denken aan een politieke organisatie op den grondslag van ongeloof. Wg zeggen nietDe staatsman, die gelooft dat »^od zich heeft geopenbaard in de Schrift, kan niet werkeljjk met hart en ziel de vrjjzinnige, vooruitstrevende staatkunde zgn toegedaan, maar wg beweren, dat evengoed als in Amerika, Engeland, en andere landen, ook in Nederland mannen die op godsdienstig gebied ljjnrecht tegen over elkander staaD, toch op politiek gebied niet alleen kunnen samenwerken, Allen hielden van haar en zjj hield van allen. Het afwjjken van het aloude gebruik, zooals de vorstin gevraagd had was, evenals de dreigende verklaring van de vorstin om desnoods Granstark op te geven, de gewichtigste, maar ook de neteligste kwestie, die de bestuurders van Granstark ooit hadden moeten oplossen. Gaven zjj toe dan beteekende dat het begin van een nieuw vorstengeslacht, een vólkomen verandering der zeden, die onder de regeering van zooveel Ganlooks geheerscht had. Voor 't eerBt in de geschiednis van het land was een vrouw heerschereB, voor 't eerst was er geen manneljjke nakome ling op den troon. Met den dood van den ouden vorst Ganlook stierf de man- neljjke linie van het doorluchtig huis uit. De linie was weg, welken echtgenoot zgn dochter ook koos. ♦Waarom dus niet de ondernemende, dappere, rjjke Amerikaan zoo vroegen eenigen en anderen antwoordden, dat zjj zich bij de eesten wilden aansluiten, en zoo was er eindeljjk nog maar één tegen. Graaf CaBpar bleef zgn inzichten ge trouw, totdat allen tegen hem waren, toen was hjj zijn aandoening niet meer meester en gaf slechts knikkend ook zgn toestemming. Vorstin Yetive won haar pleidooi, voor zoover het haar zelf betrof. Maar nu kwam Lorry aan de beurt. ♦Mr. Lorry weet, dat ik u heb bjjéén- geroepen zonder te vermoeden, dat ik bereid was mgn kroon voor hem op te maar ook in één politieke partjj saam vereenigd kunnen zgn. Wij zeggen nietvoor den politicus is het uit den booze zjjn licht te willen putten uit de Schrift, maar wg beweren, dat het uit den booze is te verketteren, het politiek beleid van hen, die, zonder zich op de Schrifc te beroepen en zonder van de daken te verkondigen welk ge loof zjj al of niet zgn toegedaan, maat regelen nemen en hervormingen voor staan, die doortrokken zgn van dien christelgken geest van zachtmoedigheid en barmhartigheid, die bjj vele zooge naamde christenen tot een bespotting wordt gemaakt. Zoolang echter de leiders van de z.g. kerkeljjke partgen het geloof exploiteeren tot bereiking van politieke doeleinden, willens en wetens de geloovigen mis leiden aangaande het werken en streven der vrijzinnigen op politiek gebied, zich zelf en hunne volgelingen voorstellen als uitverkorenen, die de werkeljjk ge- loovige als politieke leidslieden moet aannemen op gevaar anders zgn eeuwig zieleheil te schaden, zoolang zjj den gods dienstvrede in gevaar brengen door te speculeeren op kerkeljjke onverdraag zaamheid en door als paganist of onge- loovige af te schilderen allen, die aan dat drjjven niet mee willen doen zoolang het kan niet anders zullen de partgen en fracties, die zich 'onder dergelgke leuzen vereenigen, tegenover zich vinden, allen, die met ons overtuigd zgn, dat een Btaatkundig beleid uit zoo troebele bron voortgesproten, een ramp is voor het land. De heer Borgesius hoort echter in de verte de doodsklok reeds luiden over de antithese. Er zgn teekenon, zegt hg, die op kentering duiden. Let op het laatBte manifest van »Pa- trimonium", waarin met zoovele woorden tot de anti-revolutionaire en de Katho lieke politici wordt gezegdWg zgn voorstanders van meer uitgebreid kies recht, het kiesrecht ook voor de arbei ders. De vrijzinnigen stellen dat vraag stuk aan de ordezjj wjjzen den weg aan waardoor die vurige wenscb van ons, leden van Patrimonium, verwezenlijkt kan worden. Maar gjj, politici tot wie wjj door geloofsovertuiging nauw verbonden zgn, doet niets. Weet gjj een anderen, beteren weg om tot het door ons ge- wenschte doel te geraken uitstekend, maar bjj het wegmoffelen van die kwes tie daar bjj kunnen wg ons niet langer neerleggen. Is dat niet een teekenend feit Leest men niet tusschen de regels door, dat ook de mannen van Patrimonium begin nen te beseffen, dat de meest christeljjke regeering niet is die regeering, die het meeBt den naam des Heeren gebruikt of het meest schriftvast is, maar wel die regeering, die zich het meest over de zwakken ontfermt, recht laat weder varen aan allen zonder onderscheid, r*n door daden toont het meest doordrongen te zgn van den geest, die als bjj nitstek christelijk geschetst mag worden Let ook op de wjjze, waarop dr. Knyper gedurende de coalitie-weken in de Stan daard de antithese en de coalitie onder offeren, want dat durfde ik hem niet zeg gen. Hg weet dus alleen dat ik n heb ge raadpleegd over ons hu weljjk dat alleen. Gisterenavond sprak hg dehoopuit.dat gjj uw goedkeuring aan ons huweljjk zoudt hechten. Hjj is een trotsche Amerikaan en begrjjpt niet, waarom zoo'n huwelgk zooveel moeilgkheden met zich kan bren gen. Voor hem zgn er slechts twee din gen, waardoor men kan uitblinken, door rjjkdom en door geestesontwikkeling positie noemt men dat, geloof ik, maar in een andere boteekenis dan bjj ons. Hjj beeft een eigenaardig karakter, en wjj moeten daarmee rekening houden Omdat hg zeer fijngevoelig is, zon het mogeljjk zgn, dat het plan hem niet be valt ons huwelgk van de toestemming van het volk te laten afhangen." ♦Maar ik ben er op gesteld, het volk er in te kennen", riep GaBpon. ♦Binnen drie maanden kan het volk bepalen, of bet de verandering in de erfopvolgings wetten goedkeurt. Het zou rechtvaardig, noch verstandig van ons zgn te bepalen wie in het vervolg onze vorsten zgn zul len, zonder het volk te raadplegen". ♦En ik aarzel niet te zeggen, dat do Granstarkers altijd den dapperen Ameri kaan zullen bewonderen", zei Halfont warm. »Hjj heeft onze toegenegenheid al verworven. Wordt de vraag dus het volk in den juisten vorm voorgelegd, dan sta ik er borg voor, dat het geheele volk zal opstaan en uitroepen »Lang leve de vorstinLang leve de prins-gemaal 1" »Zeker op de terugreis", zei Sitzky de de banier van éénzelfden Koning gaat verdedigen. Van de aan het plantenrjjk ontleende verg*] jj king van wortel en stengels verneemt men niets meer. De op den kerkeljjken wortel geönte stengelB zgn al te veelsoortig gebleken. Antwoordend op het verwjjt, dat de Bond zich nog altjjd niet heeft uitgespro ken vóór of tegen algemeen kiesrecht, zei de spr. Twee zaken staan vastVooreerst, dat wjj wenBchen, dat de gewone wetgever met gewone meerderheid in vrjjheid zal kunnen beslissen hoever het kiesrecht zal worden uitgebreid, in de tweede plaats, dat wg niet alleen bet bestaande kiesrecht afkeuren, veroordeelen, maar ook ge tuige reeds de campagne-Tak uitbrei ding voorstaan. Waar is echter, dat de Liberale Unie zich nog niet heeft verklaard, hoever ze die uitbreiding zou wenschen. Les idéés marchent, en waar de Unie reeds in 1894 aan de zjjde stond van minister-Tak en propaganda maakte voor een uitbrei ding zoo groot als in het toemalige wets ontwerp werd aangeboden, daar ligt het voor de hand, dat onze Bond nu even min als toen een plaats zoekt aan de zjjde van hen, die slechts schoorvoetend een grooter deel van het volk tot de stembus wenschen toe te lateD. Maar een feit is het, dat onze alge meene vergadering hare denk beelden omtrent de mate van uitbreiding nog niet nader heeft geformuleerd. Met opzet leg ik echter den nadruk op de woordenalgemeene verga dering. Bekend toch is het, dat eene commissie uit de Unie, bestaande uit de heeren Rink, de Kanter en Patijn over het vraagstuk in alle onderdeelen een beiangrjjk rapport heeft uitgebracht. In de kiesvereenigingen hoe kon het anders bleek van verpchil van meening over onderdeelen, maar dit meen ik toch wel te mogen constateeren, dat men het in onzen kring algemeen met die commissie eens is, dat het tegenwoor dige kiesrecht, waarbjj zekere categorieën voor kiesbevoegdheid in aanmerking ko men, met uitsluiting van alle andere, die niet tot deze categorieën behooren, zoo spoedig mogeljjk moet plaats maken voor oen kiesrecht, waarbjj ieder kiezer zal zgn, die niet valt onder de bjj de wet uitgestotenen. Bljjft dan echter nog de vraag, welke categorieën uitgesloten be hooren te worden. Een hoogst gewichtige vraag ODge- twjjfeld. Uitsluitingen willen alle demo cratische partgen ook de vrjjzinnig- democraten, zelfs de sociaal-democraten maar over den omvang dier uitsluitingen bestaat groot verschil van gevoelen. Waar- sehjjnljjk evenzeer in als buiten onzen Bond. Dit mag er natuurljjk niet van terughouden om deze quaestie ook in algemeene vergadering der Liberale Unie aan de orde stellen en te trachten ook daaromtrent tot overeenstemming te ko men, maar uw bestuur heeft dit oogen blik voor de behandeling van dit vraag stuk minder geschikt geacht. Eerst dan toch zal het kiesrechtvraag- stuk in zgn geheelen omvang als onder werp van urgentie opnieuw aan de orde komen, als het aan de tegenwoordige regeering gelukt zal zgn de grondwettige barrière van artikel 80 op te ruimen. Mochten wat wg allen vurig hopen in het vierde jaar van deze periode de beide Kamers aan dergelgke hervorming hare goedkeuring schenken, dan zullen de daarop volgende verkiezingen nog niet beheerscht worden door de vraag van kiesrechtnitbreiding, maar door het blanco-artikel, want dan zal gestreden moeten worden niet alleen om de voor standers van het blanco-artikel in de nieuwe Staten-Generaal terug te krjjgen, mnar vóór alles om te zorgen, dat in de nieuwe Kamer het aantal voorstanders zóó groot wordt, dat de door de grond wet gevorderde twee derden bun vóór zullen doen hooren. Ontveinzen mogen en kunnen wg het ons niet, dat het Dog heel wat strgd zal kosten dit doel te bereiken. Onvermoeide propaganda voor de grondwetsherziening, zooals die in uitzicht is gesteld, bljjft bjj voortduring plicht, en uw bestuur iB van moening, dat wg onder deze om standigheden ons nog niet druk behoeven te maken over de formuleeringen van uitsluitingen bjj een kiesrecht, waarom trent eerst na afioop van bovengenoemde, uit den aard der zaak veel tjjd vorderende campagne een voorstel kauworden gedaan. Vertegenwoordigd waren 59 afdeelingen. De secretaris deelde mede dat in het afgeloopen jaar 14 vereenigingen toetra den met 779 leden. In totaal zgn thans 122 vereenigingen met 9587 leden aan gesloten. In de vacatureB De Kanter, Rink en Patijn werden tot bestuursleden gekozen de heeren mr. H. Smeenge, mr E. Schaafs- ma en J. IJssel de Schepper te Gouda. Daarna kwamen in bespreking de bjj de Staten Generaal ingediende belasting voorstellen. De heer Piersoo constateorde dat hjj alle accreBposten nauwkeurig had gecon- tróleerd en die niet ongemotiveerd had bevonden. De heer De Boer behandelde deze voor stellen meer in het bjjzonder met het oog op den Landbouw. Op deze rede, die men besloten heeft als vlugschrift in ruimen kring te ver spreiden, komen we nader terug. Uit Zuid-Afrika. Uit Kaapstad komen (officieele) berich ten, dat een oproer, waarschjjnljjk van niet veel beteekeniB, is uitgebroken in de Kaapkolonie. Een Transvaler, Ferreira, is met verscheidene andere Boeren in het Noordwesten de Kaapkolonie bin nengedrongen en heeft getracht oproer te maken. De troep verraste twee kam pementen Kaapsche politie en nam de wapens en munitie mede. Cavalerie is tegen hen uitgezonden en 150 man politie vertrekken onmidelljjk naar Prieska. Een later officieel telegram meldt, dat Ferreira en verscheiden andere Boeren, conducteur eenige maanden later, toen bjj zich tot den zich haastenden jongen man wendde, die het station van Edel- weish langs liep naar den gereedstaanden sneltrein. Hallo, Sitzky 1 Ben jjj het? Het doet me plezier je weer te zien. Ja wjj gaan naar ons vaderland terug". De jonge man was mr. Anguis. ♦U zal dan schoon gezelschap hebben tot Weenen. Heeft u ooit meer zulke feesten gezien, als hier tegenwoordig gevierd worden Men zou denken, dat de geheele wereld belang stelde in bet het bezoek, dat Hare Koninkljjke Hoog heid aan Weenen brengen zal. De geheele stad, soldaten en alles zgn gekomen om haar te zien. Kjjk eens naar die groote menigte. Waarachtig, ik geloof, dat het ons moeite zal kosten den trein uit het station te brengen. Is u met iemand van bet vorsteljjk gezelschap bekend." Misschien," zei Anguish glimlachend. Hij keek naar een sierljjke gestalte in onberispelijk toilet, die naderbjj kwam. Het was Mevr. Harry Anguish. »U moet weten, dat de vorstin in 't hu welgk is getreden met 6en Amerikaan, en men zegt, dat hij de kroon daar be waard, waar de motten haar niet kunnen vinden, en dat hg haar met zich neemt en in Washington zes maanden met haar wil wonen. Is dat zoo ♦Volkomen juist, Sitzky. Zjj keert met ons terug en dan keeren wg weer mot haar terug." ♦Waarom houdt hp baar niet daar als hg haar eenmaal daar he- ft? Waar voor is dat noodig? Waarvoor?" ♦Ja zie je, zei is toch eenmaal vorstin van Granstark, niet waar, Sitzky. Zjj kan niet voortdurend in Amerika wonen." »Zg moet hier zgn om haar zaken te behartigen, hè ♦Niet heel elegant gezegd, maar daar om toch niet onjuist. Maar waar zgn nu onzeAm...," Zgn vrouw kwam bij hem en hg vergat Sitzky. De conducteur keerde zich af, om naar den optocht te kjjken. Een rg soldaten, een groep cavalerie equipageB en daarna een equi page met vurige paarden, die schitterend opgetuigd waren. Het rjjtuig bleef stilstaan en er stapte een heer en dame uit. ♦De vorstin 1" riep Sitzky. ♦Lang le<e de vors* in 1" riep de me nigte. ♦God zegene onze Yetive 1" Sitzky bleef met open moDd staan kjjken naar den statigen mijnheer, die met de glimlachende vorstin van Granstark na derde. ♦Neen maar", riep hg uit, ♦wat zeg je daar nu van". De trein, die hen van het oosten naar het Westen brengen zou, dampte en snoof, de klokken luidden, het volk ju* belde, eD vreg waren zjj. Eenige uren later, toen de trein door de Hongaarsche laagvlakte stoomde keek Yetive uit het venBter en zei in haar eigenaardig Engelsch ♦O, hoe schoon is de wereld 1 Hoo diep beklaag ik alle koninginnen 1"

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1906 | | pagina 1