190(j N°. 131 Dinsdag 6 November. 93s'" jaargang,
FEUILLETON
De Liefde eener Vorstin
GOESCHE
COURANT.
De uitgave dezer Oourant geichiedt Maandag-, Woentdag- en Vrjjdagavoad,
uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal, in Goes 0,75, buiten Goes, franco, f 1,25,
Afzonderljjke nornmeia 5 cent.
fnzending va» advertentie» vóór 2 uren op den dag der
uitgave*
Telefoonnummer 22Uitgave van de Naaml. Vennootschap „Gtoesche Courant".
Da prjjg der gewone advertentiën is van i-5 regels 50 cent, eiken regel meer 10 ct.
Bjj directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prjji
clochts tweemaal berekend.
Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 110 regels 1,berekend.
Bewijsnummers 5 cent.
Directeur-Hoofdredacteur R. G. Rijkens.
Verzekering zonder geld
Door de Nieuwe Ct. is dezer dagen aan
getoond, met welk een luchthartigen
zwier de financieelo grondslagen van Kuy-
per's invaliditeitsverzekeringen waren in
elkaar gegooid. En nu de vrijzinnige mi
nister Veegen8 deze wetten niet op de
zelfde luchthartige wijze in elkaar wil
zetten, wordt hem dat door de cloricalen
als een verwjjt aangerekend, trommelt
men de >christelgke" werkliedenorgani
saties bjj elkaar, laat hen petiionneeren
en tracht nnn door misleiding politioke
munt te slaan uit de onmogelijkheid voor
minister Veegeas om onmiddellijk een in
validiteitsverzekering in te voeren.
Qet dagblad Land en Volkthans het
officieel orgaan der vrjjzinnig democraten,
waarschuwt hot publiek thans op deze
eenvoudige, voor een ieder begrjjpeljjke
wijze
»Laten de arbeiders nu eens nadenken.
De kosten van iavaliditeits- en ouder-
domsverzekering worden door Kuyper ge
raamd op 6 millioen, zooals hjj het had
ontworpen.
Die 6 millioen moesten in hoofdzaak
komen uit de zakken van de arbeiders.
Bljjkt, dat die raming van 6 millioen,
voor zoover de invaliditeitsverzekering
betreft, fout is. De verklaring van den
Minister Veegens, dat hjj de goede cjjferg
nog niet kent, trekt niemand in twjjfel.
Conclusie uit de zakken der arbeiders
had Kuyper nog oneindig veel meer moe
ten halen dan 6 millioen voor hun eigen
verzekering. Immers, uit de directe be
lastingen kon het, naar wjj van 1901 tot
1905 hebben gehoord, niet komen.
Zjjn de schnsteljjke" arbeiders niet wat
gauw geweest met hun petitionnement
Polemiek van De Zeeuw.
De Zeeuw heeft in haar Zaterdagavond-
nommer een kolommenlaDg stuk naar
aanleiding van onze polemiek met haar.
Zij is zoo verbitterd, dat zjj persoonlek
tracht te worden, want aan het eind van
haar stuk zegt de redactie, dat haar den
tjjd ontbreekt om te doen, wat naar zjj
meent, de persoonlijke genoegens van
onze redactie zgn. Dit wilden we even
aanhalen,om te doen zien, tot wat peil
de polemiek in De Zeeuw daalt. Ook
zal ieder begrgpen hoe dun het met de
argumenten gesteld moet zgn, als men
zjjn toevlucht moet nemen tot persoon
lijkheden. Wjj laten die argumenten dan
ook onbesproken niet alleen, maar nemen
er zelfs niets van op, tot tjjd en wjjle
De Zeeuw betere manieren zal hebben
geleerd.
Spijkers op laag water.
Wie gehoopt mochten hebben, dat dit
jaar het onderzoek der staatsbegrooting
zoude voorbjjgaan, zonder dat opnieuw
het optreden van het kabinet en zgn al
gemeen beleid, aanleiding zouden geven
tot beschouwing en kritiek, hebben ken
nelijk gerekend buiten den waard, dus
lezen we in de Prov. Oron. Ct. Bljjkens
het voorloopig verslag is in de afdeelin-
gen aan deze vragen, van welke althans
69
door
GEORGE BARE.
Naast de trap stond een drukke, leven
dige kring van menschen. Harry Anguish
was daarvan het middelpunt en de gra
vin stond tegenover hem met schitterende
oogen en geopende lippen tot hem op-
kjjkend. Graaf en gravin Halfont, Gaspon,
baron Danglosz, de hertog van Mizrox
en andere heeren en dames werden geheel
door den vreemdeling in b slag genomen.
»Daar komt hg", riep do laatste, toen
hg het naderende paar zag aankomen.
»Ik ben verheugd je te zien, Harry.
Je was mjj een vriend in den nood", zei
Lorry, den ander de hand drukkend.
Ook Yetive reikte hem de band, en
haar blauwe oogen werden vochtig.
>Mr. Anguish begon ons juist te ver
tellen hoe hoe begon gravin Dag-
mar, bleef toen echter steken en keek
Anguish als om hulp vragend aan.
»Ga voort, gravin. Misschien wenscht
ook Uwe Majesteit alles te weten van
een zaak, die voor den betrokken persoon
zeo tragisch eindigde. Het is vlug ver
teld," zei Anguish.
>0, ja, dat interesseert mjj bijzonder,"
zei de vorstin ijverig.
»Goed, om dus maar dadeljjk met de
dear in huis te vallen, het was een over
rompeling, zei hjj koelbloedig."
»Een wat?" vroeg Dagmar.
»Overrompeling," antwoordde Anguish
die welke het optreden van het kabinet
betreft, naar men zeggen zoude, niet het
minste of geringste nut meer heeft, eene
aandacht gewjjd eene betere zaak waardig.
Er was zoo luidt hot in de eerste
plaats geen afdoende reden waarom
het vorig kabinet voor het tegenwoor
dige moest wjjken. En nog altijd bljjkt
niet, dat met name de vrjjzinnig-domo-
craten voornemens zgn het ministerie te
steunen. Geen afdoende reden Maar
eilieve, hebben dan misschien de alge-
meene verkiezingen van 1905 niet het
beleid van het kabinet-Kuyper zoo sterk
en beslist veroordeeld als maar mogeljjk
was en als zelfs de grootste optimisten
voor de kansan der liberale politiek niet
hadden durven hopen Niet zóó sterk,
dat dr. Kuyper begreep, niet een votum
van de nieuwe kamer te mogen afwach
ten, maar het regeeriDgskasteel jjiings
te moeten overgeven
En dat de vrjjzinnig-democraten dit
kabinet den steun onthouden, dien zjj
voorwaardelijk toezeiden, is allerminst
gebleken, zjj mogen dan met betrekking
tot de oorlogs-uitgaven en terecht
nog grooteren zin voor bezuiniging wen-
schen en bjj de stemming over twee wets
ontwerpen, die met het regeerbeleid van
hot kabinet niets hoegenaamd te maken
hebben, hun stemmen éénmaal onthou
den, éénmaal niet aaneengesloten geschon
ken hebben. Als de rechterzjjde hoopt
op het fortuintje van den afval der vrjj
zinnig-democratische fractie, zal zjj
dit schjjnt ons niet twjjfelachtig be
drogen uitkomen. Eene meerderheid door
dik en dnn bIb waarop dr. Kuyper kon
bouwen, heeft het kabinet niet, dat is
klaar als de dag. Trouwensliberale
kabinetten hebben een zoo volgzaam leger
in den regel niet en daar is het niet
minder om, al ware het alleen met het
oog op de eerbiediging van de rechten
der minderheid.
Men heeft het vorig kabinet het tot
stand brengen van partij wetten, speciaal
inzake onderwjjs, voor den voet gewor
pen en ziedit kabinet denkt er niet
aun deze wetten ongedaan te maken.
Zoo luidt eene andere grief. Stel, zjj
ware juist, is het aan de rechterzgde
daarover te klagen Moest zjj daarvan
niet veeleer gewagen met erken telg kheid
Maar de grief is ook ongegiond. Waar
zou het heen en wat zoude van de con
tinuïteit in de wetgeving overbljjven,
als eene regebriüg, optreedt omdat
de stembus het beleid van baai vuux-
gangster heeft veroordeeld, niets eerder
en beter -.ond te doen dan den pas
volbrachten arbeid weer ongedaan te
maken Partjj-wetten zjjn de onderwjjs-
wetten, die het kabinet-Kuyper in het
staatsblad bracht, buiten kijf, en van de
allerergste soort. Maar nu zjj daar een
maal staan, moeten^ zjj haar tgd van
leven hebben en moet eerst een goede
hoeveelheid water door den Rjjn loopen,
vóór de pas tot staan gekomen Btrjjd
wordt heropend.
Dat voelt de rechterzjjde ook wel en
daarom komt zjj met nog andere grieven.
De grief, dat dit kabinet nog zoo goed
kortaf.
>Om welke reden vroeg Lorry, die
begon te begrgpen.
>Om allerlei redenen. Ik had niet het
minste schijntje van een bewjjs tegen dit
prachtstuk van een prins I"
»Wat zeg je was het dus niets
anders dan een overrompeling?" vroeg
de ander.
>Heb ik dat goed begrepen, dat u to
taal geen bewijzen tegen Gabriël had
vroeg Halfont, bijna sprakeloos van ver
bazing.
»Niet de minste
»Maar u beweerde toch, dat zgn mede
schuldige bekend had zei Danglosz.
»Ik wist niet eens, dat hg een bond
genoot had, en was volstrekt niet zeker,
of hij aan de misdaad Bchuldig was, zei
Anguish, die van de algemeene verbazing
genoot, ik raadde alleen maar
>Alleen maar raden riep Mizrox.
»Ja, zoo is het. Zedeljjk was ik over
tuigd, dat Gabriël den prins vermoord
had, maar er was geen middel ter wereld
om dat te bewjjzen. Hjj had geprobeerd
de vorstin te schaken, en was krankzinnig
van jaloezie opLorenz. Ofschoon hg wist,
dat er een duel zou plaats hebben, was
hg toch niet zeker, of Lorenz vallen zou,
en zoo kwam hg op het sluwe denkbeeld
van beide tegenstanders af te komen,
wanneer hg den een vermoordde en op
den ander verdenking liet vallen. Van
morgen in het hotel nam ik het besluit,
hein plotseling te overvallen, als zich een
gelegenheid aanbood en alles op het spel
te zetten, in do hoop, dat het zóó af
zou loopen, als wjj beleefd hebben. Ik
was overtuigd, dat er imand op wacht
als niets verrichtte en met name op het
terrein der sociale hervorming lauw is
en langzaam. En deze grief, dat bjj be
noemingen de partjjgenooten van het
ministerie te zeer worden begunstigd en
ganscheljjk niet gelet wo«dt op »do po
litieke en godsdienstige richting, prteva-
leeronde in het ambtsgebied van de te
benoemen ambtenaren."
Het ministerie verricht weinig, met
name op Boeiaal terrein Maar telt dan
het arbeidscontract, door den minster
van justitie met zooveel talent verdedigd,
niet mede? Zat de minister Veegens tot
dusver stil, nog wel niettegenstaande bjj
langen tgd twee zware departementen
voor zjjne rekening had Gelooft de
rechterzjjde misschien, dat het eerste jaar
van werkzaamheid van deze regeering
ongunstig afsteekt bjj dezelfde période
door het kabinet-Kuyper doorgemaakt
En als er van benoeming van partjjge
nooten sprake is, moet men eerst die
gedaan in de vier jaren van de heer-
8chappjj-Kuyper uit de staatscourant bij
eengaren. Waar is, dat dit kabinet tot
heden niet »de politiek of godsdienst"
in benoemingen mengde. Maar dat men
dit afkeurt is heel wat erger dan dat
het niet geschiedt. Hoe men met de
grondwet het kan rjjmen dat het geloof
van den kandidaat bjj zgn benoeming oen
rol speelt, blijft onopgehelderd. De hemel
beware ons voor het betrekken van den
godsdienst in benoemingsvragen, alleen
geschikt als het is om huichelarij te
kweeken en het allerheiligste tot een
voorwerp van berekening te maken.
Kunst en Wetenschap.
TapUoe*
Vrgdagavond werd voor Goes het speel
seizoen geopend onder een gelukkig ge
sternte, want het was bet Brondgeest-
ensemble, dat tot ons was gekomen, om
hier in de zaal van »de Prins van Oranje"
eene opvoering te geven van Böierlein's
militair drama >Taptoe".
Laten we eerst even de geschiedenis
verbalen.
In het eerste bedrjjf maakt men konnis
met de personen. Het zgn, opperwacht
meester Volckhardt., een militair met 36
dienstjaren, die iD ieder meerdere een
godheid ziet; zjjn dochter Klaartje lui
tenant von Lauffen, een uiterljjk flink
officier met een mooie toekomstHol big,
korporaal en aangenomen zoon van Volck
hardt, reeus vxj^ger in stilte verloofd
met Klaartje, en eenige bijpersonen. Helbig
is van een tweejarige detacheering terug
gekeerd, en heeft zich verheugd op het
weerzien, maar op het oogenblik, waarop
hij baar terugziet, staat ze hand in hand
met von Lauffen, mot wien ze een af
spraakje maakt om 's avonds op zgn
kamer te komen. Als Helbig verwonderd
is over haar koele houding, zegt zjj hem,
dat »dat kinderspel van vroeger nu uit
moet zgn", en we bemerken, dat in die
twee jaar een liefdesbetrekking ontstaan
is, tusschen Klaartje en don luitenant.
In het. tweede bedrjjf zien we v. Lauf-
bad moeten staan, terwijl hjj den dolk
stoot toebracht, maar ik dacht d&arbg
niet aan Berrowag. Lorry's onverwachte
komst maakte het voor mij d88 te nood
zakelijker de poging te wagen. U heeft
gezieD, hoe de overrompeling gewerkt
heeft."
»En had u volstrekt geen bewjjs
vroeg Danglosz klagend.
In 't minst niet," zei de slimme di
plomaat lachend.
»Je hebt het er knap afgebracht,"
fluisterde Lorry Anguish toe, »bjjzonder
knap 1"
>Je zult ten minste moeten toegeven,
dat ik in den geest der vorstin handelde,"
antwoordde deze veelbeteekenend.
>Ja, dat is niet te ontkennen," lachte
Lorry.
HOOFDSTUK XXVII.
Nog eens op het balcon.
Na het diner geleidde Lorry de vor
stin naar buiten in den door maanlicht
beschenen avond. De wind was zacht en
heerlijke geuren stegen overal uit, het
park op.
»We zullen Dagmar maar aan haar
rjj van cavaliers overlaten", zoide Ye
tive. »Er is hier een met zooveel schoone
herinneringen. Ik zou zoo gaarne nog
daar zgn, waar wjj op dien avond ston
den".
»Op het balcon dus", zei Lorry ver
heugd. »Ja, laat ik nog oens naar hot
donkere, oude klooster opkijken en je
vertellen, hoe ik uit zgn venster tuur
de naar het eenige plokje voor mjj op
aarde."
»Over een uur zal ik je dus daar ont-
fen op zjjo kamer, wachtend op Klaartje.
Bij hot begin van het bedrjjf is er echter
luitenant v. Höwen, die oon ernstig ge
sprek met van Lauffen heefthjj brengt
hem zgn verplichtingen tegenover het
meisje en haar vader onder het oog en
doelt op zgn plicht als officier, om het
corps met in opspraak te brengen. Von
Lauffen, die eerst van plan is een eind
aan de verhouding te maken, kan echter,
als Klaartje weer bij hem is, niet tegen
haar aanhaligheid op. Hun onderhoud
wordt gestoord door Helbig, die den
luitenant komt spreken, hem bezweren
Klaartje niet ongelukkig te maken en
hem deemoedig smeekt, alleen hem maar
te verzekeren dat er geen betrekking
tusschen hun beiden bestaat. De luite
nant heeft niet veel zin te antwoorden
en dan laat Helbig zgn smeekende hou
ding varen, dreigt von Lauffen en vliegt
op de deur toe, waarachter hij plotseling
vermoedt dat Klaartje verborgen is. De
luitenant trekt zgn sabel, geeft Helbig
een slag op het boofd en laat hem arres-
tooren.
In het derde bedrjjf komt de zaak voor
den krijgsraad. Von Lauffen en Helbig
liegen er op los de eerste is zelfs van
plan een meineed te doen, doch wordt
hierin door Klaartje verhinderd, die zich-
zelvo als getuige aanmeldt en de geheele
toedracht dor zaak vertelt.
In het vierde bedrijf vinden we von
Lauffen in zak en asch zgn vriend von
Höwen zegt hen, dat hjj natuurljjk den
dienst uit moet en dat de eenige fatsoenljjke
manier voor hem is het meisje te trouwen.
Von Lauffen voelt voor dit laatste wel
iets, maar standsverschil houdt hem te
rug. Evene3DS doot het begrip van klas
senverschil hem een duel weigeren met
Volckhardt, die opheldering komt vragen.
Volckhardt heft eerst het wapen op tegen
von Lauffen, m&ir is te veel soldaat om
een officier neer to schieten en als Klaartje
weigert op zgn bevel te vertrekken, om
dat ze zegt bjj von Lauffen te hooren,
omdat ze dezen lief be> l't, sihiet hij in
't eind zgn doebtor dood. Daarmee eindigt
het stuk.
En nu wo de geschiedenis verteld
hebben dat is altjjd goed .oor de
mensehen, die er niet geweest zjjn
merken we, dat deze toch n'ot alles is.
Maar wat het verhaal op zich zelf niet
alleen doet, dat wordt bewerkt door do
simpel-juiste omlijning der persoonljjk-
heden, die dit militaire wereldje uitmaken.
Natuurlijk zgn het geen Nederlandsche
militairen, die men ziot, maar men krijgt
door dit stuk, voor Duitschers geschreven,
mede een heldor besef van wat het mili
taire leven daar is, jvat in die kringen
wordt geloofd en geëerd en geëerbiedigd.
Men wentelt in Deutschthum.
Maar het is tevens een stuk, zoowol
met een volwassen intrigue als met een
reeks interessante tafereelen. En toch
heeft het zgn zwakke zijde en dat is
naar onze meening het einde. Niet, dat
dit niet pakkend is, het tegendeel is waar,
maar men voelt niet precies, dat het zoo
moet, dat uit den drang der gebeurte
nissen do loop der dingen zóó en niet
moeten".
»Ik wenschte het anders te zeggen.
Over een uur zul je mg daar vinden
Zjj verliet hem en wandelde mot haar
tante weg. Lorry bleef met Halfont,
vorst Bolaroz, Mizrov en Anguish in de
hal achter. Het gesprek liep weer over
het onderwerp van den dag de beken
tenis van Gabriël.
De prins van Dawsborgen was met
zgn bondgenoot Berrowag in den toren
gebracht. De berichten van Danglosz
luidden dien middag, dat de gevange
ne in een bui van zwaarmoedigheid
was vervallen. Berrowag had tegenover
de politie bekend, dat hg voor de deur
wacht had gehouden, terwjjl Gabriël de
kamer binnen ging en den prins in zgn
slaap had vermoord. Hjj vertelde van de
sluwe manier, waarop men den Ameri
kaan onder verkenking had gebracht,
door bloed aan den deurknop van zgn
kamer te smeren.
Bolaroz was zeer verheugd over den
afloop van deze opzienbarende aanklacht
en de daaruit voortvloeiende moeilgk-
heden, die hem hoogst onaangenaam ge
weest waren. Een der gebeurtenissen in
de troonzaal werd niet aangeroerd, of
schoon juist dat allen bezig hield. Het
standpunt, dat de vorstin had ingenomen
en de openhartige bekentenis van haar
liefde voor den flinken Amerikaan werd
door niemand vergeten.
De diepe rimpels boven Halfont's oogen
en de verstrooide uitdrukking, die dikwjjïe
in zgn oogen kwasm, verried, dat er iets
was, wat hem kwelde.
To'en zjj uit do kamer gingen, 'bleef
hjj wat achter aan do zjjde van Lorry
anders is. Maar nu dit einde eenmaal
zoo is, verschjjnt ook Klaartje voor ons
als eigenljjke hoofdpersoon. Klaartje, in
weerwil van haar onvoorzichtigheid, toch
wezen van onschuld, voor wier groote,
verwonderde oogon het raadselvolle leven
vergaat en die sterft, als zjj geleefd heeft,
als het arme lam, dat, niet-begrjjpend,
bitter onrecht ljjdt, dat door een wreed-
zonderling noodlot tusschen de groote,
druischende machten van het leven wordt
doodgedrukt. Hoeft men zich in dezen
gedachtengang ingewerkt, dan kan men
vrede hebben mot het einde van wat dan
toch als tragoedie is bedoeld.
En nu over het spi'l. Hiervoor hebben
we slechts lof. Het had hier niets van
routine-spel, sleur-doen, van het een
voudig zich assimileeren der rol-woorden
zonder meer, geljjk men van beroeps
acteurs zoo vask kan zien. Zjj hadden
allen getracht te kruipen in de huid der
personen, die ze voorstelden.
Het bedrjjf waarin krijgsraad gehouden
werd, wat was dat mooiBoeiend, omdat
voortdurend de verwachting van een ont
wikkeling wordt levendig gehouden, maar
ook kunstig door het spel van allen
niet het minst door dat van den ritmees
ter der burassiers en van den oppasser,
tusschen welke twee het dialect een ver-
trouweljjk moment doet ontstaan.
De heer Brondgeest moet hard gestu
deerd hebben, sedert wjj hem voor het
laatst zagenzgn spel heeft enorm in
losheid gewonnen; dat het beschaafd was,
wisten we en konden we trouwens ver
wachten. Mejuffrouw Greta Beeckman
stond hem loffeljjk ter zijde het was
uitnemend bestudeerd spel, wat zij gaf
en beiden waren in hun samenspel een
lust om te zien. Hadden wjj den heer
Lageman het eerst moeten noemen Wjj
weten het niet, maar wel dat het niet
alleen het symphatieke van zgn rol was,
dat hem zoo'n hartelgk applaus bezorgde.
Ook do heer Staaldujjnen maar we
zouden het geheele affiche kunnen af--
schrjjven en eindigen daarom hier maar
ten einde niemand te kort te doen.
Het publiek heeft thans kunnen zien,
dat de schrjjver van het ingezonden
stuk in deze courant, waarin tot een
bezoek werd opgewekt, omdat het een
merkwaardig stuk is, niet te veel heeft
gezegd en zjj die op deze opwekking
zgn ingegaan, mogen hem erkentelijk
zgn voor zjjn raad.
Of er dan in 't geheel geen aanmer
kingen zgn Ja toch waarom hoorden
we de taptoe niet, die geblazen behoorde
te worden op het oogenblik, dat von
Lauffen overweegt, of hij het sein zal
geven, dat Klaartje op zgn kamer kan
komen. Hei l^sse verband tusschen stuk
en titel werd nu losser.
Er zjjn menschen, die gerild üebbon
bjj bet geweldige vloeken in bet eerste
bedrjjf. Ja, wat zullen we zeggen, een
uhlanen-bazerne is nu eenmaal geen
jonge-dameB-pensionaat en men wil toch
ook waarheid op het tooneel. Maar men
kan het er dikker en minder dik op
leggen en in dit opzicht zjj den artisten
gematigdheid aanbevolen.
»U heeft vanmorgen een Oüderhoud
gehad met de vorstin, Mr. Lorry, nu kan
u mjj misscchien antwoord geven op mjjn
vraag. Zjj heeft tegen morgenochtend
een vergadering met haar ministers en
eenige der voornaamste edellieden uitge
schreven. Weet gjj waarom zjj die onge
wone samenkomst noodig oordeelt? Zjj
heeft mjj geen reden daarvoor opgegeven.
»Ik heb alleen het recht U te zeggen,
dat het het welzijn van Granstark betreft,
exellentie", antwoordde de ander, na
even te hebben nagedacht.
Toen liepen zjj zwggend voort.
>Ik bon haar oom, mjjnheer, maar ik
heb haar lief, als was zjj mjjn eigen kind.
Van het oogeDblik af, dat haar moeder,
mijn zuster, stierf, heb ik mjjn leven
aan haar gewjjd. Daarom zal u mg ze
ker wel toestaan eon openhartige vraag
te doen. Heeft u met haar over uwe
liefde gesproken
De graaf keek Lorry angstig aan.
»Ja, mijnheer. Ik had haar lief, vóór
dat ik wist, dat zjj een vorstin was.
Omdat u haar beschermer is, had ik al
lang met- u over mjjn ongelukkige liefde
moeten spreken, maar mjjn gevangen
neming en vlucht verhinderden dat. Ik
wenschte, nog wilde baar iets zeggen,
waarover ik ook niet met u spreken
kon. Het is laf, moeilijkheden niet onder
de oogen te durven zien. Mjjn liefde
moest niet geheim blijven, maar het nood
lot wilde het anders. Wij waren beiden
overtuigd van de groote vooroordee en,