1905 iNu. 35.
Dinsdag 21 Maart.
92ste jaargang.
FEUILLETON
In eer hersteld.
GOESCHE
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrjjdagavond
uitgezonderd cp feestdagen.
Pr$i per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, 1,25.
Afzonderlijke nommers 5 cent.
Inzending van adve^tentiën vóór 2 uren op den dag dep
uitgave*
De prjjs der gewone advortentiön is van 1-5 regels 50 cent, eiken regel meer 10 et.
BS directe opgaaf vaa driemaal plaatsing derzelfdo advertentie wordt do prjjs
slechts tweemaal berekend.
Geboorte-, huwelyks- en doodbemhte» en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 110 regels 1,berekend.
Aanvragen om en vormelding van liefdegaven 5 cent por regel.
Uitgave van de Naaml. Vennootschap „Goesche Courant". Directeur-Hoofdredacteur R. G. Rijkens.
Gevolgen üer Reactie.
In ons vorig nommer hebben wij ge
zinspeeld op nadeelige gevolgen, die kun
nen voortvloeien uit den reactionnairen
geest, waarin het Reglement van Orde
van den Ministerraad is veranderd.
Een voorbeeld van recenten datum kan
ter illustratie van dat beweren dieneD.
Het Vaderland is er door de schijnbaar
zonderlinge verhalen, die de ronde doen
omtrent het ontslag van den minister
van Buitenlandsche Zaken, toe gebracht
een uitstokend ingelicht persoon te inter
viewen omtrent de ware toedracht der
zaak. Deze zogsman zoekt den sleutel
van het gebeurde in de wijzigingen
van het Reglement van Orde van den
Ministerraad.
»Deze herziening", zsgt bij, »indortjjd
voorgesteld als een doodonschuldige zaak,
rakende alleen het Kabinet, een vergade
ring van acht heeren die hun samen
komsten naar eigen goeddunken wenschen
te regelen, gaf dr. Ruyper voor zijn
buitenlandsche politiek alles wat hij wilde
en verlangen kon
Hjj legt dit alles haarfijn uit en resu
meert dan
»Door deze wyziging van het reglement
van orde, kreeg dr. Ruyper feitelijk do
leiding van het departement van buiten
landsche zaken in handen, hoewel officiéél
en nominaal baron Van Lynden de ver
antwoordelijke minister bleef. H?4 ver
schafte dr. Ruyper lo. zijn introductie,
welke hjj in het buitenland voor zijn
bezoeken aan de vreemde monarchen en
staatslieden noodig bad 2o. de controle,
later verscherpte contróle" kwam onder
zjjn beheeren 3o. was hij niet vreemd
gebleven aan de benoeming van den
secretaris-generaal, hetgeen wellicht den
invloed vaD dr. Kuyper op de werkzaam
heden kon vergemakkelijken.
Dr. Ruyper was de minister en zjjn
collega was figurant. Zóó, en niet andere
was de feiteljjke toestand, welke evengoed
te Berlijn als te Londen bekend is. Of
wy nu door de diplomatie van dr. Ruyper
tot de risée van Europa zijn geworden,
meende de geïnterviewde, zal later wel
uitkomen, maar dat ons prestige in het
buitenland door dit alles er niet op ver
hoogd is, dat kan moeilijk betwijfeld
worden. Om niet te spreken van de des
organisatie, waarin de dienst gekomen is,
't geen evenmin binnen korten tijd te
herstellen zal zjjn."
Al heel spoedig is er, nadat het boven-
staando gepubliceerd was, een communiqué
verschenen, naar het heet van »bevoegde
zjjde" (dit zal wel moeten zijn van be
langhebbende zjjde"), waarin de opmer
king wordt gemaakt, »dat het minder
juist voorkomt, met deze quaestie in ver
band te brengen de wyziging van het
Reglement van Orde voor den Minister
raad in zoo verre daarbij voornamelijk
met het oog op het Departement van
Buitenlandse be Zaken zou zijn besloten,
dat ook de benoeming van Secretaris-
Generaal eerst in den Ministerraad moest
komen.
27
Een Amerikaanscke Detectiveroman.
XVI.
Dori8on kreeg Carthcart eenige dagen
achtereen niet te zien en in dien tjjd bood
zich voor hem geen geschikte gelegenheid,
om den ouden heer Eustace te ontmoeten.
De Maandag waa gekomen en getrouw
aan zjjn belofte, begaf Dorison zich naar
de familie Enstace om Eveline naar den
schouwburg te geleiden.
Hy voelde bij zjjn komst, dat men hem
met ©enige gereserveerdheid ontving en
alleen de bedoelde jonge dame zelve was
even vriendeljjk als voorheen tegenover
hem. In 't eerst trachtte hjj zich voor te
stellen, dat die koele ontvangst alleen in
zjjn verbeelding bestond, maar moest daar
wel van terug komen, toen hy merkte,
dat Eustace zich in een zijvertrek van
't salon bevond, welks deuren openston
den en dat hij toch niet naar hem toe
kwam, om hem welkom te heeten.
Toen hy met mejuffrouw Eustace van
huis ging, zeide zjj tegen hem
>Ik wil oprecht met u zjjn, mynheer
Dundleyu moet papa op een of andere
wijze gegriefd of beleedigd hebben".
»Ik wilde maar, dat u my ook kondet
zeggen, waarmede. Ik heb de verandering
in zijn gedragslijn wel opgemerkt, zon
der evenwel omtrent de aanleiding daar
toe zeker te zijn".
vCharley heeft papa daar ook al naar
gevraagd, maar papa wilde 'tbem niet
zeggen".
»De benoeming toch van hoofden van
zendingen en van Secretarissec-Generaal
aan alie Departementen is altijd onder
worpen geweest aan de goedkeuring van
den Raad van Ministers."
Nu weten wy niet hoo het publiek
tegenwoordig denkt over communique's
journalisten staan ten opzichte van die
diDgen gewoonlijk zeer sceptisch.
Ze zyn indertijd uitgevonden door de
Turksche Regeering en dat zegt genoeg.
Nooit zijn grooter.onjuistheden wereld
kundig gemaakt dan door Turksche com
munique's. Maar ook andere Regeeringen
gebruiken die dingen veelal om onaan
genaamheden te bedekken of waarheden
tegen te houden.
In hoever dit met het bovenvermeld
communiqué het geval is, moge de lezer
zelf beslissen. Een geheugen-opfrisscher
van de zijde van het Vaderland kan hem
hierin behulpzaam zijn.
»Den 28n en 29n Januari 1902 vond
in de Eerste Kamer een belangrjjk debat
over de wjjzigingen in het Reglement
van Orde plaats tusschen nu wij ion don
heer Fransen van de Putte en den Minister
Ruyper.
De heer Fransen van de Putte zeide o. a.
»Wat zijn nu de aangebrachte veran
deringen Zijn het verbeteringen Ik
noem er buiten de hoofdzaak twee. De
benoeming van den secretaris-generaal zal
niet meer individueel door eiken Minister
geschiedenmaar zij zal moeten onderworpen
worden aan den Ministerraad.
Kunt ge, Mynheer de Minister, u een
ambtgenoot denken die zoo weinig zelf
standigheid bezit dat hjj, wanneer de
Ministerraad zjjn voordracht voor een
secretaris-generaal verwerpt, nog een dag
langer zou willen aanblyven
Daarop antwoordde de Minister den
volgenden dsg o, a.
t> Daarom, zoo kwam het ons voor,
heeft de voordracht tot de benoeming
van een'secretaris-generaal een zeer ern
stige beteekenis en daarom is het van
belang, dat daarom niet uitsluitend met
de peraoonljjke wenschen van één Minister
worde te rade gegaan, maar dat ook
daarbjj moest worden te rade gegaan
met het algemeen landsbelang."
De waarde van een communiqué heeft
volgens ons veel overeenkomst met die
van een &fcmJaarJ-mededeeling.
Maar intusschen heeft de reactie van
deze Regeering ons prestige in het buiten
land maar weer doen dalen. Waarlijk,
zjj, die in eeDe politiek van reactie en
oogöDdienerjj hot grootste gevaar zien
voor de toekomst van den staat, hebben
alle redenon tot ongerustheid en dienen
mee. te werken in Juni, dat hierin ver
andering kome.
De Coalitie en de oud-liberalen.
De adviezen van het Hoofdbestuur der
Liberale Unie en van den Vrijzinnig De-
mocratischen Bond inzake de houding ten
opzichte der oud-liberale candidaten bjj
de aanstaande verkiezingen voor de Twee
de Kamer zjjn verschenen.
Het Hoofdbestuur van de Liberale Unie
»Ik weet geen andere oorzaak, dan die
ik uw broeder heb opgegeven".
>En die bij mij hoeft oververteld, maar
dat kan 't niet zijn. Charley heeft dat
papa op den man af gevraagd, maar moest
zich toen met een schouderophalen en
een afwyzende beweging van de hand
tevreden stellen en over zulk een bagatel
kan toch ook iemand als papa niet zoo
uit zijn humeur zijn geraakt. Daarvan
moet iets anders de schuld zjjn".
»Dan kan ik met geen mogelijkheid
nagaan, wat Wees overtuigd, juffrouw
Eustace, ik acht do vriendschap van uw
broeder te hoog en ben te dankbaar voor
de welwillende ontvangst to uwent, dan
dat ik niet gaarne een zeer zeker onwil
lekeurig verzuim van mijn kant door eene
vorontschuldigiDg^weder zou willen goed
maken, als ik maar wist, waarover ik my
te verontschuldigen had".
»De reden moet ernstig zijn, mynheer
Dundley, zoo ernstig, dat Charley een
oogenblik h^eft gevreesd vergeef mij
mijn openhartigheid 1 dat men u den
toegang tot ons huis ontzeggen zou."
»ls 't al zoo ver gekomen riep Don-
Bon uit. Hjj voelde wel, hoe juffrouw
Eustace, op zachte wjjze, hem een wenk
gaf voortaan, teneinde ernstige gevolgon
te voorkomen, maar liever hun huis te
mijden.
»De oude heer," dacht hjj, x>hooft zeker
geraden, dat ik eigenlijk John Dorison
onder een aangenomen naam ben. D&ar
bjj evenwel niet zeker is van d© zaak,
wil hjj dit niet als reden opgeven."
Die gedachte verontrustte hem zoer
en het schonk hem weinig troost, van
den anderen kant te ondervinden, dat bjj
ia den familiekring aan Eveline en aan
ontraadt den bjj haar aangesloten kiesver-
eenigingen beslist de zetels te betwisten
aan zittende oud-liberale Kamerleden.
Het advies van het Hoofdbestuur van
den Vryzinnig Democratischen Bond luidt
als volgt
»Met volkomen cerbisdigiug van de
vrijheid der aangesloten kiesvoreenigin-
gen, om door onderling overleg met an
dere plaatseljjke kiesvereenigiDgon tot
overeenstemming te geraken, meent het
hoofdbestuur van den Vrjjzinnig Demo
cratischen Bond,
»dat d© propaganda voor bet eigen
beginsel naast do anti-clericale actie eener-
zijds, en het belang om bjj eerste stem
ming het grootste aantal vrjjzinnige kie
zers aan de stembus te brengen ander-
zjjds, eischen, dat ook tegenover aftre
dende oud-liberale afgevaardigden zelf
standig worde opgetreden met een candi-
daat, die het program van actie der
geeoaiiseerde partjjen onderschrijft
»dat de aangesloten kiesvereenigingen
echter dienen te overwegen, of daardoor
niet ernstig gevaar ontstaat, dat de zetel
aan de kerkeljjke partyen verloren gaat,
in welk geval van den regel zal moeten
worden afgeweken".
De Vrijzinnige Bond, die reeds ten
opzichte van de Unie-liberalen zjjn be
geerten heel wat moest intoomen, meent
dat niemand kan eischen, dat tegenover
de verst verwjjderde groep, die geheel
buiten de coalitie staat, het vaandel van
den Bond zou worden opgerold.
Toch betreuren wij dit besluit, niet
uit sympathie voor de oud-liberalen, maar
omdat het den uitslag der verkiezingen
in gevaar kan brengen. Men kan zich
in menig district niet de weelde van
twee candidaten veroorloven.
Eerst de tegenwoordige Regeering en
Kamermeerderheid overwonnen en dan
veebte men later de geschillen onder de
vryzinnigen onderling uit.
't Ia nu maar te Wopen, dat men eerst
voor alle districten goed naga of men niet
beter doet met »in het belang van den
etryd tegen de rechterzyde" af te wijken.
Buitenland.
Parlements-arbeid.
Do Duitsche Ryksdag houdt zich bezig
met de begrooting en, zooals in den regel,
gaf do vorige week de beraadslaging over
de begrooting van den EykskaDselier aan
leiding tot debatten over de staatkundo
van het Rjjk tegenover het buitenland.
De sociaal-democraten staan, wat hun
politieke wenschen in deze betreft, lyn-
recht tegenover Von Bülow met zjjn Rus
land-politiek en natuurlijk hielden Bebel
en Bernstein weer hun speeches tegen
Rusland, met het doel hot vuurtje wat
aan te stoken, dat overal smeult, waar
verontwaardiging heersebt over het ty-
rannieke bestuur in het Tsarenrjjk. Maar
Von Bülow moet de Russen te vriend
houden en redt zich er gewoonlijk in zijn
antwoord handig uit, zoodat do meerder
heid met hem meegaat en het er vol-
Charley twee jjverige pleitbezorgers had.
Hjj kon zjjn neerslachtigheid niet ver
bergen en verzekerde slechts zjjn dame,
dat bij alles wilde aan wonden, om het
misverstand uit den weg te ruimen, waar
op het meisje bljjkbaar weer veel opge
wekter werd.
In den schouwburg vonden zjj het
overige gezelschap en in het algemeen
levendig gevoerde discours vergat Dorison
een weinig zjjn eigen ontevredenheid. Hy
vond in de jonge dame eene geestige,
gezellige praatster en bemerkte wel dat
zjj, zeker in niet mindere mate dan haar
broeder, de gelukkige gave bezat om
overal eene aangename stemming te doen
ontstaan. Betooverend vond hjj haar.
Haar zin voor den humoristischen kant
der dingen maakte hem langzamerhand
zelf vrooljjk en geestig 1 Ja bij werd bjjna
uitgelaten en zoo aardig, alsof bij'fc zich
tot taak had gesteld, op zijne bekoorljjke
jonge gebuur een voordeeligen indruk
te maken.
Toen men, na de voorstelling, aan bet
souper vereenigd was, sprak hjj veel,
meer dan by anders gewoon was te doen
en hjj sprak goed, vol pit, zoDder ooit
schorp of kwetsend te zjjn hjj vertelde
anecdotes, maakte de grappigste opmer
kingen en sleepte met zjjn gezonden luim
allen mede.
»Op mjjn woord, Dundley," riep de
jonge Eustace uit, »ik heb u vroeger
nooit in zulk een stomming gezien Had
ik niet op uw glas gelet, en gezien, hoe
matig gjj zjjt, ik zou donken, dat het
druivensap u naar 't hoofd was geslagen."
>Gy vergeet, vriendlief, hoe gij zelf my
den raad hebt gegeven om uw zuster
toch niet door mijn melancholie te ver-
komen mee eens is, dat Dnitsehland ge
heel onzydig moet blijven, schepen moet
leveren aan wie ze maar koopen wil en
de Russische papiertjes best als gereed
geld kan aannemen.
Een tweede punt van debat was de
vorige week de politiek tegenover de
Polen, gericht op onderdrukking van het
Poolsche onderwijs en de Poolscbe taal
voor Von Bülow is dat in den Ryksdag
een nog lastiger zaak, omdat het katho
lieke PoleD sympathie heeft bij het cen
trum, dat onmisbaar is voor Von Bülow
en waarmee hy dus voorzichtig wezen
moet. Dank zjj de rechterzjjde en de
nationalisten heeft de Rijkskanselier zich
evenwel ook dezen keer uit de moeiljjk-
heden weten te redden.
De Fransche Kamer heeft Vrij dag weer
het ontwerp tot invoering van den mili
tairen dienstplicht van twee jaren aan
genomen met groote meerderheid, ondanks
het rumoer van de nationalisten, die met
elk afgehandeld onderwerp een deel van
den tjjd zien verdwjjnen welke hen scheidt
van de beraadslaging over het wetsont
werp tot scheiding van kerk en staat.
De dienstplichtwet is al meermalen door
de Kamer aangenomen, maar telkens weer
door den Senaat veranderd, zoodat men
er mee aan het sukkelen is geraakt en
het ontwerp heen en weer werd geschoven
van Kamer naar Senaat en omgekeerd.
En dan komt binnenkort de groote
quaestie aan de orde, de opzegging van
het concordaat, de scheiding van de kerk
en den staat, waarmee een der grootste
hervormingen zal tot stand komeD, die
op het pad der ontwikkeling in de laatste
jaren plaats vonden.
GOES, 20 Maart 1905.
Ter voorziening in de vacature van
onderbrandmeester, ontstaan door het
verleend eervol ontslag aan den beer J.
C. de Beste Az., is als zoodanig door B.
en W. benoemd dhr. F. R. Lunenburg.
In eeü, onder leiding van het Ka
merlid Staalman te Amsterdam gehouden
vergadering van het hoofdbestuur van
den Bond van Christen-Democraten, werd
o. m. besloten een schrjjven te richten
tot de hoofdbesturen der christelyke par
tjjen, waarby in verband met de Juni-
verkiezingen, do wenschen d»*r Christen-
Democraten worden omschreven. Het
kiesrechtvraagstuk neemt daarbjj een
voorname plaats in.
Van het antwoord op dit schrjjven
h&Dgt af de positie, die de Christen-
Democraten bjj de algemeene verkiezingen
zullen innemen.
Wemeldinge. Zaterdagavond trad,
voor een goed bezette zaal, op uitnoodi-
giug van de afdeeling »Goes" van den
Bond van Nederl. Onderwjjzers, alhier op
de heer P. K. Peerlkamp van Middelburg
met zijn bekende rede over>Het goed
recht der Openbare School en de Onder-
wjjenovelle". Met een welverdiend applaus
werd de rede begroet.
Aan het debat werd deelgenomen door
schrikken. Wat zal ik zeggen Ik heb
niet veel keuze van stemming, nu eens
erg ter neer geslagen, dan weder uitge
laten vroolyk. Morgen wil ik koude om
slagen om mjjn hart leggen, terwijl gjj
't misschien om uw hoofd zult doen."
»Dat wil met andere woorden zeggen,
dat ik wel wat te veel naar mjjn glas
grjjp, niet waar? Nu, ik kan er togen.
Óf is 't een zachte wenk van uw kant,
dat ik in mjjn opgewondenheid niet ga
vertellen, hoe mismoedig ik u dezer dagen
moest aantreffen Weet ge nog wel, boe
ge mij zeider, dat gjj aan een soort van
waanzin ljjdfc, en dat ik my voor u moest
in acht Deinen
Dorison werd rood van verlegenheid,
maar toen hij daarop naar juffrouw
Eustace omzag, bemerkte hij, dat haar
lief gelaat geheel betrokken was gewor
den ja, inderdaad ergernis en wrevel
verried, en toen hjj do richting harer
blikken volgde, zag hy, dat Langdon in
de zaal was gekomen en op eene zéér
in 't oogloopende wjjze eene buiging voor
haar maakte. Zij beantwoordde den groet
met koele minachting, terwyl haar broeder
plotseling een beweging deed, of hjj van
zjjn stoel wilde opspringen.
Dorison legde een band op zjjn knie.
»Laat dieD man loopen, Charley 1 Ge knnt
die brutaliteit niet bestraffen zonder op
zien te verwekken en het eenvoudige feit,
dat iemand op eene publieke plaats zoo
als hier eene dame groet, geeft u ook
niet het recht om daartegen protest aan
te teekenen."
»Ja, ge hebt gelijkWat is 't toch
vervelend om telkens weer door dien
indringer te worden lastig gevallen 1"
Langdon was met een ander jongmensch
den heer Van Dijl, hoofd der chr. school
alhier, die O. a. opkwam tegen sprekers
eerste stelling, als zou het stelsel van.
het christelijk onderwijs geen voldoende
waarborg bieden, dat het wereldlyk on-
derwys goed tot zjjn recht komt. Ook
kwam hij op tegen de neutraliteit der
opön». school als verbiedend het hangen
van kruisbeelden in die scholen, het lee-
ren van gebeden enz.
Het terugkeeren von da. Ounningh tot
voorstander van het byzonder onderwijs
pleitte volgens deb. voor dat onderwjjs.
Verder achtte deb. zich gelukkiger dan
do heer P., omdat deze in zjjn school
slechts een zwjjgend christen kon zjjn,
terwyl hy (deb.) von het heerlyk evangelie
aan zijn kinderen mocht vertellen.
Door den heer P. werden al deze punten
op kalme, waardige wijze weerlegd.
Nadat nog de heer Van Dijl bet woord
had gevoerd en de heer P. hem hierop
van dupliek had gediend, werd de ver
gadering ongeveer half 12 gesloten.
Een afdeeling van Volksonderwijs"
kan ook hier worden tegemoet gezien.
Hoedekenskerke- In do Vrjjdag
gehouden vergadering van den gemeente
raad was afwezig dhr. J. Ravenwegens
ongesteldheid.
Aan de vergadering werd medegedeeld
lo. Dat door B. en W. boeken en kas
van den gemeente-ontvaDger zijn opge
nomen en in orde bevonden
2o. Dat door Ged. Staten is goedge
keurd de af- en overschrjjving in de
begrooting 1904, zooals deze in de voor
gaande raadszitting was behandeld.
3o. Dat voor de levering van onder-
houdsgrint geen inschryfbiljetten zjjn in
gekomen, zoodat B. en W. besloten heb
ben deze te herbesteden.
De Vooizitter deelde dienaangaande
mede, dat hij meende dat de aangegeven
tjjd van levering de oorzaak is dat er
geen inschryfbiljetten waren, weshalve
deze nu bepaald is tusschen 1 Juni en
1 Juli.
Dhr. J. van der Linde zeide, dat bjj
liever had gezien dat er een bepaalde
grootte van de grint in de advertenties
ware aangegeven nu toch loopt de aan
nemer altijd kans dat B. en W. afkeuren,
hij meende dat om die reden geen inschryf
biljetten zjjn ingekomen. De wethouder
W. C Qroenewege veroenigde zich met dit
denkbeeld.
De Voorzitter antwoordde, dat ieder
jaar op de wjjze, als nu is afgekondigd,
is ingeschreven en men vooral de laatste
twee jaren uitstekende grint heeft ge
kregen hij zag dus de noodzakelijkheid
niet in, om nu andere voorwaarden aan
de leverantie te stellen.
Ten slotte werd besloten op de gewone
manier de grint to trachten te herbesteden.
Aan de vergadering werd overgelegd
bet uitvoerig en beredeneerd verslag van
den toestand der gemeente over het dienst
jaar 1904.
Aan de orde was een request van F.
en Ja. van Tichgeltnhondende verzoek
om terug te komen op het genomen raads
besluit in de voorgaande Ra&dsvergade-
in de zaal gekomen en het was duidelyk,
dat het gezelschap het onderwerp van
hun gesprek uitmaakte.
Het tusschenspel, dat slechts door me
juffrouw Eustace, haar broeder en Dori
son geheel begrepen werd, had toch na-
deelig op de algemeene gezelligheid ge
werkt, en zoo duurde het niet lang meer,
of men stond van tafel op.
Toen de heeren en dames de zaal ver
lieten, moesten zij schier rakelings hefc
tafeltje passeeren, waaraan Langdon met
zjjn kennis gezeten was.
In de vrees, dat Langdon nogmaals
op zulk eene in het oog loopende wijze
van zijne tegenwoordigheid zou blijk
geven, richtte Dorison, die du toch een
maal de ziel van het gezelschap was ge
worden, het zoo in, dat de jonge Enstace
den kleinen stoet aanvoerde en hjj zelf
dien sloot, want, mocht Langdon weder
voor den dag komen tegenover de jonge
dame, dan kon Eustace zich daarover niet
boos maken en was hjj met al de anderen
ook reeds uit de zaal verdwenen.
Wat Dorison verwacht had, gebeurde.
Bjj Eveline's naderiüg Btond Langdon
met een, gelijk hy meende, innemend
lachje op en stak reeds zjjn hand voor
uit.
Toen Dorison dat bemerkte, Bprong
bjj snel vooruit en plaatste zich tusschen
beiden. Dat alles was het werk van een
oogenblik. Staan bljjvend, zeide hy ruw
en dreigend tot Langdon »U bebt, ver
beeld ik mij, reeds gezien, mynheer, dat
deze dame van n geen groet wil aan
nemen
Wordt vervolg dj.