4905 N\ 9.
Donderdag 19 Januari.
92stc jaargang.
2 FEUILLETON.
In eer hersteld.
Uitgave van de Naaml. Vennootschap „Goesche Courant". Directeur-Hoofdredacteur R. G. Rijkens.
De uitgave dszer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond,
uitgezonderd op feestdagen.
Prjjs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goog, jf 0fS5j
Afsonderljjke nommers 5 coot.
Inzending van adverteittiëca vóór 2 uren op den dag detr
uitgave.
De prjjs der gewone advertentiè'n ie van 1-5 regels 50 cent, eiken regel moer 10 ct.
BS directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prjjs
slechts tweemaal berekend.
Geboorte-, huweijjkg- on doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 110 regels 1,berekend.
Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel.
Burgemeester en Wethouders van Goes
brengen ingevolge art. 12 der Drankwet
ter openbare kenüis, dat bij hen is
ingekomen hot navolgende verzoek om
verdunning tot den verkoop van
sterken drank in het klein, van
A. NETER, voor het perceel Lange-
kerkstraat C 3.
Binnen twee weken nadat deze bekend
making is geschied, kan ieder tegen het
verleenen van de vergunning schriftelijke
bezwaren inbrengen.
Goes, 18 Januari 1905.
Burgemeester on Wethouders voornoemd,
DE KONING KOOIJ.
De Secretaris,
G. A. HAJENIUS.
KIEZERSLIJSTEN.
De BURGEMEESTER van GOES
noodigt de mannelijke ingezetenen, die
vóór of op den 15 Mei 1905 den leeftijd
van 25 jaar zullen hebben bereikt, uit
a. Zoo zij in eene andere gemeente
des rijks 07er het laatstverloopen dienst
jaar 1904 zijn aangeslagen tot een bedrag
van minstens één gulden in d9 Grondbe
lasting of over hot dienstjaar 1904 in de
Pf-soneele belasting of over het dienstjaar
1903/1904 in de Bedrijfsbelasting of de
Vermogensbelastingdaarvan opgave te
doen, onder overlegging van voor vol
daan geteekende aanslagbiljetten, vóór
15 Februari 1905.
Indien zjj meenen op de kiezerslijsten
te kunnen worden gebracht op grond van
gemeenschappelijk grondbezit, moeten zij
tevens overleggen een door den ontvanger
gewaarmerkt kosteloos af te geven aanslag
biljetvermeldende het bedrag van hot
aandeel in den aanslag, dat eveneens
minstens één gulden moet bedragen, ge
staafd door de noodige bewijzen.
b. Zoo zij, als hoofden van gezinnen
of alleen wonende personen, op den 31
Januari 1905 sedert 1 Augustus 1904
in huur hebben bewoond één huis of ge
deelte van een huis met of zonder grond
of localen en bijgebouwen niet voor be
woning bestemd, waarvan de huurprijs,
per iveek berekendten minste één gulden
bedraagt, of wel achtereenvolgens in de
zelfde gemeente twee zulke huisen of
gedeelten van huizen hebben bewoond,
daarvan vóór 15 Februari 1905 aangifte
te doen. Eveneens de schippersdie in
eigendom, vruchtgebruik of huur van
31 Augustus 1904 tot 31 Januari 1905
hebben gehad eenzelfde vaartuig van ten
min3te 24 kubieke meter of 24000 K.G.
laadvermogen.
c. Zoo zjj op 31 Januari 1905 sedert
1. Januari 1904 bij niet meer dan twee
personenondernemingenopenbare of bijzon
dere instellingen in dienstbetrekking zijn ge
weest of als inwonende zoon iD bet beroep
Feu Amerikaausche Detectiveroman.
De jonge man zag hem een tijdlang
vast in de oogen en sprak toen mei een
diepe, fluisterende stem, die van aan
doening beefde
»De oude Dorison bedierf zijn jongen
on gaf hem veel geld. De zoon was een
lichtzinnig inensch, die met allerlei mode
gekken omging en zich in alle clubs
vertoonde'. Toch was hij het niet, die
zjjn vader in ongelegenheid bracht en
evenmin heeft hg ook den naam zijner
familie schande aaogedasn, Maar de brief,
die zijn vader schreef, toen hij zoo op
eens kwam te sterven, stortte den zoon
in het ongeluk. Voor wien die brief
bestemd was of wat den vader aanleiding
had gegeven, hem te schrijven, is niet
bekend gemaakt en zal dat ook wel nooit
worden. De brief luidde
»Waarde vriend 1
Ik ben nagenoeg bereid, ja, als gij
mij niet oogenblikkeljjk helpt, ben ik
zelfs op dit oogenblik bereid to sterven.
Zoo gjj mij echter helpt en het lot gunt
mij nog een paar jaar levens, dan kan
alles weer geregeld worden. In de laatste
jaren heb ik martelingen verduurd als
feen ander. Zonder er iets aan te kunnen
oen, moest ik hot lijdelijk aanzien, hoe
een indertijd praohtig kapitaal geheel to
niet ging om de gevolgen eener misdaad
te bemantelen om vervalsehiDgen goed
te maken, die op mijn naam stonden en
waartegen ik niet eens protesteer en mocht;
om verliezen te dekken, die anderen door
misleiding geleden hadden, om het recht
te stuiten in zjjn loop, daar smaad ec
schande reeds voor de deur stonden.
Daaraan is alles besteed. En daarbij moest
ik mg houden, alsof ik er geen kennis
hunner ouders zijn werkzaam geweest en
als zoodanig een inkomen hebben genoten
van f325 'sjaars, (vrije kost wordt be
rekend tegen f50 'sjaars; vrije kost en
inwoning op f225 'sjaars), daarvan ook
voor 15 Februari 1905 aangifte te doen,
onder opgave van den persoon of van de
instellir g.
d. Zoo zjj op 1 Februari 1905 in het
genot zjjn van een pensioen of lijfrente
van minstens f325, welk pensioen moet
verleend zijn door een ondernemingopen
bare of bijzondere instelling, daarvan voor
15 Februari 1905 aaDgifte te doen, met
opgave van het bedrag van het pensioen
of lijfrente en de instelling of onderne
ming.
Ingeval zij tevens in dienstbetrekking
zijn, worden pensioen, lijfrente en inkomen
te zamen genomen voor het vereischte
bedrag (f325).
e. Zoo zij op 1 Februari 1905 sedert
minstens ééa jaar den eigendom hebben
met vrije bescbikking over ten minste
f 100 nominaal ingeschreven in de groot
boeken der Nationale Schuld of ten minste
f50 ingelegd hebben in de Rijkspost
spaarbank, in eene gemeentelijke spaarbank
of in eene spaarbankbeheerd door het
bestuur van eene rechtspersoonlijkheid
bezittende Vereeniging, naaoilooze Yen
nootschap, van eene Coöperatieve ver
eeniging of van eene stichting, daarvan
voor 15 Februari 1905 aangifte te doen
onder overlegging van eene verklaring
van de directie der Grootboeken der Na
tionale Schuld, van den directeur der
Rijkspostspaarbank of van het bestuur der
spaarbank enz.
De spaarbanken bier bedoeld opgericht
na 1 Mei 1900 moeten een waarborg
fonds van f25000 bij de Nederl. Bank
gedeponeerd hebben.
Zoo zjj noch in de gemeente zelf
in de Rijksbelastingen zjjn aangeslagen,
noch vallen onder de bovengenoemde ge
vallen, maar met goed gevolg hebben
afgelegd een examendoor of krachlens
de wet ingesteld of aangewezen bij al
ge meenen maatregel van bestuur en in
verband staande met de benoembaarheid
tot eenig ambt of betrekking of beroep,
daarvan vóór 15 Februari 1905 aangifte
te doen onder overlegging van het bewgs
van gedaan examen.
De verschillende aangifte-biljetten zijn
kosteloos op do secretarie verkrijgbaar
gestold Da 1 Februari 1905.
Aangifto behoeft niet te geschieden
door hen die op de loopende kiezers
lijsten voorkomen, bedoeld onder lit. b,
indien zij op 31 Januari 1905 alsnog
hetzelfde huis of gedeelte van hetzelfde
huis, of hetzelfde schip als .vorig jaar be
wonen
door hen die op de loopende kiezers
lijsten voorkomen, bedoeld onder litt. d,
e en dus wegens pensioen, examen,
van droeg, dat al dat leed mij werd borofe-
kend door een ondankbaren zoon, die..."
>En de dood beeft hem getroffen, toen
hij voor zgn zoon dat vloekvonnis had
uitgesproken ging de jonge man on
middellijk voort. »Aan wien was de brief
gericht?" Vernietigd en in wanhoop poog
de de zoon uit te vorschen voor wien
dat schrjjven kan zgn bestemd geweest,
ten einde wellicht door dien persoon te
kunnen bewijzon, dat de vloek van den
stervenden vader onverdiend was geweest
en hem niet kon bedoeld hebben. Maar
al zijn pogingen waren to vergeefsch. De
beschuldiging van den doode, die daar
open en bloot op zgn schrijftafel was ge-
vonden, raakte overal bekend, werd in
alle clubs besproken en zelf-» door de
nieuwsbladen werd het loopende gerucht
wereldkundig gemaakt. De politie Bteldo
alle moeite in het werk om de slechte
handelingen, waarvan de zoon was beticht
geworden, na te gaan en vast to stellen,
doch dat gelukte baar evenmiD, als het.
den zoon gelukte de onrechtvaardige be
schuldigingen te ontzenuwen. Zijn vrien
den keerden hem don rug toe, do deuren
zijner vroegere kennissen bleven voor hem
gesloten en op straat kende men hem
niet moer. Daar men zelfs moeite doed,
om ik weet niet welk artikel uit het
reglement der club op hem toe te passen
en hem het lidmaatschap te ontzeggen,
deed hij uit eigen beweging van alles
afstand en ontvluchtte hjj do stad letter
lijk zonder een penning op zak en onder
een aangenomen naam. Hjj zocht en vond
een werkkring in een stad «in het westen,
waar hij tot voor enkele dagen bleef, om
eindelijk, een onwederstaanbaren aan
drang volgond, na acht jaar te zgn ver
bannen geweest, naar zijn geboortestad
terug te keeren. »Ik zelf gij hebt het
reeds begrepon ben John Dorison
John Dorison, die door zgn vader met
smaad en schande bedekt werd, niet door
zichzelf 1"
inschrijving Grootboek of Postspaarbank
echter wel door hen die kiezers zjjn
volgens litt. c en d alinea 2, dus wegens
inkomsten uit beroep met of zonder pen
sioen of ljjfrente.
Deze personen ontvangen van den Bur
gemeester een aangifte-biljet ter in vulling.
Goes, 18 Januari 1905
De Bur ge mee ster ?an Goes,
DE KONING KOOIJ.
Besluit tot onteigening.
De Burgemeester der gemeente Goes,
Gezien hot advies van den beer A. F.
Lasonder, Geneeskundige te Goes, dd.
18 Januari 1905, waaruit blijkt, dat ten
huize van J. Meeuwse, koetsiersknecht
to Goes, besmettelijke ziekte, met name
»dipbtheritis" heeft gehoerscht, en dat
bel ter voorkoming van besmetting nood
zakelijk is, dat de .met de lgderes in aan
raking geweest zijnde goederen, bestaande
in
twee matrassen worden onteigend en
vernietigd
Gelet op artikel 5 der wet van don
4 December 1872 (Staatsblad no. 134)
Besluit te onteigenen de hierboven
vermelde goederen, toebehoorende aan J.
Meeuwse, voormeld, met bevel tot on
middellijke inbeslagneming en vernieti
ging door verbranding.
To benoemen tot deskundige om voor
melde goederen te waardeeren F. G. C.
Rothuizen, gemeejatebouwmeester te Goes.
Goes, den 18 JaDuari 1905.
De Burgemeester,
DE KONING KOOIJ.
Dr. Kuyper
en de Ned HervsrmJe kerk.
In de Prov. Gron. Ct. heeft iemand
nog eens weer de aandacht gevestigd op
het gevaar, dat er voor de Ned. Her
vormde kerk gelegen is in bet minister-
zijn van dr. Kuyper. En dit niet ten
onrechte. Om dit juist te beseffen is het
slechts noodig eoD greep te doen uit de ge
schiedenis der anti-revolutionnaire partij.
Als haar stichter te onzent kan men
beschouwen mr. Groen ian Prinsterer
(18011876). Groen was ongetwijfeld
een bokwaam en daarbij werkzaam man.
Onvermoeid heeft hij gestreden voor wat
ifi zijn oog heilzaam was voor het vader
land. Niets ging hem meer ter harte dan
zjjne kerk, dat was de gereformeerde.
Zij was zijn oogappel en haar te maken
tot de heerschende, was het doel van zijn
streven. Hjj begreep echter zeer goed,
dat dit maar zoo in eens niet te verkrij
gen was. Maar hij had geduld en wist
wel een weg. Eerst moest er zijn vrij
heid van godsdienst. Nu, daartoe wilden
do toenmalige liberalen wel meêwerken.
»Ja, ja, gij hebt gelijk, ik bad het roods
dadelijk vermoed," mompelde de oude
heer.
>En ook gij," ging de jonge man met
een van ontroering sidderende stem voort,
»gij, een vriend van mijn vader, geloofdet
en gelooft nog altijd aan de beschuldiging,
die mijn vader mij als eenig erfdeel
naliet 1"
Er lag iets zoo twijfelends en tevens
iets zoo overweldigends in bet geheele
voorkomen en vooral in dien laatston
uitval van don jongen man. dat de bril-
leglazen van den ouden heer beslagen
werden door het vocht, dat hem onwil
lekeurig uit de oogen sprong. Hg zelf
zag in de donkere, op hem gerichte oogen
en in do scherpe trokken van dat jong
en mannelijk gelaat een innig verdriet,
dat zich niet in woeste gebaren of
scherpe woorden lucht gaf, maar waaraan
men zich als aan een onvermijdelijk leed,
dat door niets meer viel op te heffen,
in den loop der jaren had gewend.
De oude heer zeide langzaam en met
blijkbare overtuiging
»Neen, ik heb van die beschulding
nooit iets geloofd en ik doe hot ook nu
niet 1"
Dat antwoord kwam geheel onver
wachts. Dorison zonk in zgn stoel terug
en staarde den ander verward en schier
ademloos aan. Na acht jaren en thans
voor het eerst in zgn leven, had hij dan
eindelijk iemand gevonden, die aan zijn
onschuld geloof hechtte.
»Is 't waar riep hij uit. »Houdt gij
mg werkelijk niet voor schuldig aan de
afschuwelijke dingen, waarvan men mij
beticht heeft?"
Anders zou ik u dat niet zoo met
rondo woorden hebben verklaard zeide
de oude met zeer veel nadruk. »Toon
uw vader stierf, was ik niet hier. Na
mjjn terugkomst en nadat ik alles had
gehoord, wildo ik u, wat ik thans heb
gezegd, tot uw geruststelling mededeolen
Daarna wilde hij waarborgen tegen do
Roomsche kerk, die zoo zei mr. Groen
van Prinsterer veertig jaren met in
quisitie en brandstapel in Nederland ge
woed had". Eindelijk, en dit was bet
einddoel van Groeneindelijk moest do
Gereformeerde kerk de StaatBkerk worden.
Die staatskerk moest natuurlijk ook
voorrechton hebben boven elke andere
kerk. Daarom eisebte Groen dat alleen
leden der gereformeerde kerk tot eenig
staatsambt mochten benoemd wordeD.
Uitgesloten waren dus alle Roomscb-
Katholieken, alle Protestanten, die geen
lid waren van de Gereformeerde kerk en
alle Joden, die, zooals Groen zei, >geen
belijders zijn van den Staatsgodsdienst
en bovendien vreemdelingen."
Groen van Prinsterer stierf en Abraham
Kuyper greep den veldheersstaf.
Wie zijn werken en woelen van de
laatste 30 jaren opmerkzaam heeft gade
geslagen, zal tot de slotsom komen, dat
hjj hetzelfde dool najaagt als mr. Groen.
Dr. Kuyper, geboren in 1837, studeerde
in de godgeleerdheid aan de liberale
Loidsche hoogeschool. Aanvankelijk was
bij modem, maar bij veranderde van
richting en werd Calvinist. Wat hem tot
die geloofsverandering dreef, kunnen en
willen wij niet beoordeelenhij raad
plege daarover zijn eigen geweten.
Gelijk alle bekeerlingen, toonde ook dr.
Kuyper een rusteloozen jjver voor zijn
nieuw geloof. Vurig streed bij in de Her
vormde Kerk voor zijne richting geen
moeite was hem te groot, om de kerk
te zetten naar zjjne band. Maar eindelijk
liep hij mot bet hoofd tegen den muur
zgn aanslag op de kerk mislukte door
den tegenstand zijner orthodoxe ambtge-
nooten.
Toen scheidde dr. Kuyper zich van de
Hervormde Kerk en ging met eenige ge
trouwen doleeren. Zjjn voorbeeld werd
op andere plaatsen gevolgd en hier en
daar verrezen doleerende kerken. Maar
het ging dien kerken niet voorspoedig
de groote hoop des volks ging bare deur
voorbij eu weldra verkeerde meer dan
ééne gemeente in geldeljjken nood. Het
eind van 't lied is geweest, dat na veel
twisten en kijven, vele doleerenden zgn
overgegaan tot de zoogenaamde Afge
scheiden of Gereformeerde Kerk.
Welk eene teleurstelling voorDr. Kuy
per welk een valUitgeworpen nit de
Hervormde Kerk, wier dieDaar hij eenmaal
was, moest hij zgn toovlucht nemen tot
de vroeger zoo geminachte afgescheide
nen. Maar verwacht niet van hem, dat
hg als een andere verloren zoon berouw
vol zal terugkeeren tot zijner vaderen
buis. Intogendeel. Alles wijst er op, dat
bij het op den ondergang der Hervormde
Kerk gemunt beeft. Hij haat haar met
innigen baat. Elk middel grjjpt hjj aan
om den ouden boom te vellen. Hjj neemt
en u tevens mjjn hulp aanbieden, doch
gij waart toen reeds spoorloos verdwenen."
Dorison bleef sprakeloos en staarde
nog altjjd den ouden man aaD, alsof hij
hem niet begrepen had. Op eens kwam
de vraag over zijn lippen
ïHoe, waarom wildet gij dat doen
»Omdat ik zoo bet een en ander van
uw levenBwjjze wist," antwoordde de oude
man langzaam. *Omdat ik meermalen had
gehoord, hoe uw vader die levenswijze
en uw maatschappeljjk optreden, uw ka
rakter en rechtschapenheid heeft gepre
zen, telkens en telken^ weer, omdat ik
dus overtuigd moest zgn, dat hij bjj ge
zond verstand u niet kon bedoeld heb
ben en dan nog, omdat er bjj mij een
verdenking bestaat, waarover ik nog
nooit met iemand heb gesproken en dat
ook nu niet met u wil doen, zoolang ik
nog niet ennige papieren aandachtig heb
onderzocht en zoodoende mijn geheugen
heb opgefrischt. Die brief van uw vader
is mij steeds een onoplosbaar raadsel
geweest en het zachtste oordeel, dat ik
daarover vellen kan, is, dat hij niet bij
zijn gezond verstand was, toen hij die
dingen schroef... Maar wat is er van
zijn groot vermogen geworden
Da jonge man lachtte bitter.
»Ik moet u zeggen, mijnheer, dat uw
woorden, uw eerste woorden, mjj workeljjk
hebben getroost! Nu weet ik althans,
dat er een mensch bestaat, die aan mjjD
onschuld gelooft. Was uw geloof op be-
wjjzen gegrond, dan eerst zou 't mjj iets
kunnen wedergeven, dat mij nu zoo ge
heel en al ontbreekt, nl. de hoop op
herstel van eer. Die onvoltooide brief
hoeft mijn levensgeluk verwoest. Dat is
de «enige slotsom, waartoe ik gekomen
ben, nadat ik acht jaren lang gepoogd
heb, het onbegrijpelijke te begrjjpon."
»Hcor een', mijn beste jongen," zeide
de oude man met een gemeenzaamheid,
die van vriendschap en deelneming ge
tuigde, »ik kan mjj uw gevoel van ver-
do hand van den socialisthij gaat arm
in arm met den Roomschen priester, die
in zgn oog toch een afgodendienaar is.
Straks zullen op staatskosten overal kleiDe
schooltjes verrjjzen om de vreedzamo dor
pelingen to bewerken in Kuyper s geest.
Do zoogenaamde Vrjjo Universiteit
alleen Dr. Kuyper is daar vrij zal het
land orerstroomen rüet Kuypwiaansche
ambtenaren en Kuyperiaanscbe predikan
ten. En als dan de volheid van Kuyper1s
tijd gekomen is, dan zal de bijl gelegd
worden aan den wortel des booms en
de Hervormde kerk zal vallen om plaats
te maken voor de Gereformeerde Staats
kerk, met al de voordeelen daaraan ver
bonden.
Maar dan heeft Kuyper de hulp der
Roomsch Katholieken ook niet meer noo
dig en stelselmatig zullen deze dan ook
weer de vrijheden zien verdwijneü, hun
ceümaal door onze verdraagzame vaderen
verleend.
Buitonland.
De algemeene werkstaking.
Zoo is dan de algemeene werkstaking
onder de georganiseerde arbeidsrB in en
bij de mijnen van het Rnhr-gebied uit
gebroken. Onder de ^georganiseerde" ar
beiders, en dat woord moet er wel degelijk
bjj, want van de honderdduizende mannen,
die dagelijks bezig zgn ons de delfstoffen
voor den dag te halen, waar we tegen
woordig niet meer buiten kunnen, is
verreweg bet grootste deel niet in ver-
eenigingen. Dat neemt niet weg, dat ruim
110.000 arbeiders, leden van verbonden,
hebben besloten te staken en duizenden
anderen zullen meeslepen. En in één
adem met deze werkstaking bevatten de
Duitsche bladen het bericht, dat de troe
pen worden gereed gehouden, het zoo-
veelste fuseliers-regiment en de zooveelste
afdeeling huzaren, die bevel hebben ge
kregen echt Pruisisch bjj ongere
geldheden krachtig op te treden. En dat
zullen ze wel doen, want de geest, die
in bet leger is doorgedrongen, is zooals
de regeering en het legerbestuur, dat
wenschen flink er op in en getoond, dat
de soldaten wat kunnen. Een vooruit
strevend Duitsch blad betreurde het, dat
zulk een bevel w^ gegeven en merkte
zeer terecht op, dat het nog altjjd tijd
genoeg is, wanneer de nood aan den man
komt. Inderdaad, een ujtdagendo houding
van de troepeD, die vooral tot taak zullen
hebben do arbeiders, niet-stakers, te be
schermen, zou ern3tige gevolgen kunnen
hebben bjj een arbeidersbevolking, die
wel flink en degelijk, maar door den
aard van het werk ruw en door den aard
der tijdon opgewonden is. Een bezadigd
optreden san alle zijden kan waarecbijn-
ljjk tot gevolg hebben, dat de staking
bittering zoo levendig voorstellen. Uit
den grond van mijn bart heb ik sympathie
voor u Wat mij vooral in u bevalt, is
dat ik van u geen enkel woord van ver
wijt of wrok heb gehoord tegen den vader,
die u znik eon onberekenbare schade
heeft berokkend l Maar het wordt nu
mjjn tijd om naar bed te gaan. Bezoek
mjj morgen op mijn kantoor. We zullen
dan wol verder sproken en zien, wat er
nog gedaan kan worden. Hier hebt ge
mijn baartje Goeden nacht
En de oude heer verwjjderde zich.
Dorison bleef achter en beschouwde het
kaartje »Job Nettlemann Wisselkan
toor Handelsagentuur, nummer tien,
Brood-street, New-York."
Diep nadenkend leunde hij achterover
tegen den rug van zgn stoel. Was er nu
eindelijk een straal van hoop in de duister
nis/ zjjner ziel gevallen Zou voor hem
nog eenmaal het zonlicht van 't geluk
opgaan Eén mensch geloofde alvast aan
zgn onschuld. Dat was wel niet veel,
maar het was toch iets. Hij voelde zjjn
oude herinneringen weder ontwaken.
Wederom doorleefde bjj die kwellende
dagen, die op den dood zjjns vaders weren
gevolgd, zija woede, zijd driftig en trotsch
verzet tegen zjjn noodlot, zijn koortsachtig,
bjjDa waanzinnig streven om de gevolgen,
de ernstige gevolgen van dien onvoltooi
de brief met al de kracht, die in hem
was, tegen te gaan, zgn krampachtige
inspanning om zgn onschuld te bewjjzen.
Al die dingen bestormden weder zgn ziel
en bjj gevoelde opnieuw en zoo hevig do
verbittering, de zielepijn, de folteringen
van die dagen, dat bij daarbjj schier
vergat, waar bij was en welke ontmoeting
hij had gehad.
Plotseling was bij uit' zijn droom ont
waakt en zich weder zgn omgeving be
wust en wel door een uitroep van schrik
aan het speeltafeltje: /Maar dat is immers
bloed
(Wordt vervolgd