1905. xN-. 6. Donderdag 13 Januari. 92 ste Op den Lindenhof. De uitgave dozer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond, uitgezonderd op feestdagen. Prjjs por kwartaal, zoo binnen als buiten (roei, X Afzonderlijke aomraers 5 cont. Inzending van adveirientiën vóór 2 uren ap den daj den* uitgave. De prge der gewone advertentiën is van 1-5 regels 50 cent, eiken regel meer 10 ct. Bp directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prjja slechts tweemaal berekend. Geboorte-, huwelijks- en doodbei i ;hten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 110 regels 1,berekend. Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel. Uitgave van de Naaml. Vennootschap „Goesche Courant". Directeur-Hoofdredacteur R. G. Rijkens. KERMIS te GOES. Burgemeester en Wethouders van Goes zullen op Vrijdag 27 Januari 1905, des middags te 12 uren, in het openbaar ten stadhuize zitting houden voor de inschrijving naar drie staanplaatsen op de Groote Markt te Gons, en wel één voor eon STOOMCAROUSSEL of andere daarmede gelijk te stellen inrich ting, één voor een HIPPODROOM en één voor een BIOSCOOP en één staanplaats voor een danstent op de Beestenmarkt, gedurende de aan staande kermis van 29 Augustus tot 5 September, terwgl dan nergens elders in de gemeente gedurende de kermis in richtingen als hier bedoeld zullen worden toegelaten. De gezegelde onderteekendo inscbrij- vingsbiljetten, ingericht naar het bij de voorwaarden gevoegd model, moeten vóór 12 uren ter secretarie zijn ingeloverd. Biljetten na 12 uren ingediend blijven buiten aanmerking. De voorwaarden zjjn verkrijgbaar ter secretarie der gemeente en bij den markt meester tegen betaling van f 0,50. Belanghebbenden worden er op attent gemaakt, dat de staan plaatsen niet worden gegeven indien de inschrijvingen beneden het bepaalde minimum blijven. Goes, 12 December 1904. Burgemeester en Wethouders van Goes, DE KONING KOOIJ. De Secretaris, G. A. HAJENIUS. Buitenland. De toestand in Rusland. Meer dan éeu Russisch blad voert tegenwoordig een heftige taal. Want einde lijk durft men in Rusland spreken De Regeering tracht wel de teugels weer aan te haloD, dio haar half ontglipten, wel zijn een paar bladen gestraft en werkt de censuur weer ah vroeger, maar de oppositie gevoelt zich sterker dan ooit en men kan niet allen, dio van vrgbeid durven spreken, naar Siberië zouden, omdat er te velen zijn en men do groote steden niet half kan ontvolken. Er is in dit verzet een gevoel van schaamte. De Russen govoelen zich beschaamd tegen over Europa en vooral tegenover Japan. Hun land is grooter dan eenige vaste- landsstaat, en Japan in vergelijking een kleine mogendheid Rusland heeft eeD groot en dapper leger'en toch lijdt men iT' FEUILLETON. Er werd intusschen overal onderzoek gedaan om van Johan, levend of dood, eenig spoor te vinden, doch alles bleef vruchteloos. In den omtrek gaf men uiting aan het vermoeden, dat de jager Werner er wel meer van weten zou. Men geloofde vast en zeker, dat die man een sluipmoord op den jongen Lind had Eindelgk kwam er een brief van Lize, waarin ze den dag van haar terugkomst met Frans meldde. De dokter had ver klaard, dat kapitein Scheffer en zijn op passer zoover hersteld waren, dat ze zonder gevaar konden ontslagen worden uit het hospitaal, om thuis verder te genezen. Te Miinchen nam de kapitein afscheid met de belofte, dat hij Fran6 zoo spoedig mogeljjk in Tegernsee zou komen opzoeken. Bij de aankomst te Holzkirchen zag het jonge paar reeds van verre den ouden knecht Claus met het wagentje aan het station staan. Maar was die oude man daar Lizo's vader Wat was er toch met hem gebeurd, dat h|j zoo verouderd was, dat hij er zoo vervallen uitzag Liz© sprong uit den waggon, vloog op haar vader toe, sloeg haar armen om zijn hals en bedekte zjjn gelaat met kussen. Toen ook Frans hem hartelijk had be groet en geen woorden genoeg kon vin den, om Lize's gedrag te roemen, ge voelde de oude man ondanks zijn verdriet zijn hart warmer kloppen bij de gedachte, dat hem nog een dochter was overge bleven, die hem hartelijke genegenheid toedroeg en hem in zijn laatste levens dagen troost kon bieden. Onderweg vertelde Lind zoo omzichtig mogelijk wat er voorgevallen was, dat men van Johan geen enkel spoor gevon den had en deze dus ongetwijfeld dood de eeno nederlaag na de andere. Dat ligt niet san de maDnen, die den oorlog voeren, maar aan de mannen van »het systeem" en tegen hen richt zich de toorn het Russische volk. Men hoeft langen tjjd Jfroeton zwijgen en verdragen. Om- v^-^helgeen er gebeurde in het verre Oosten was het buitenland beter ingelicht dan het Russische volk. Zijne bladen mochten niets zeggen, dat ten nadeele van do Regeering kon worden uitgelegd. Tot het laatste oogenblik meest men onkundig blijven vao den treurigen stand van zsken in Port Arthur. Zooals nu blijkt is de vesting gevallen, omdat ten slotte Stoessel geen mannen, geen bruik bare kanonnen, geen munitie meer had. Daarin had men kunnen voorzien. Maar de Russen mochten de waarheid Diet weten. Tot het laatste oogenblik en zoo lang hij nog eeno kans had, zond Stoessel bemoedigende berichten; de laatste werden nog gepubliceerd toen de vesting reeds gevallen wa3. Do Regeering is zelve de schuld van de teleurstelliug, de schaamte, de verbittering der gemoederen. Ook baat het niet veel, dat zij de behandeling van politieke* onderwerpen in openbare ver gaderingen verbiedt en met strenge straf fen dreigt. Er worden overal vergade ringen gehouden, waarin men spreekt van de noodzakelijke hervormingen en het mannelijke woord van prins Troebetzkoi voorzitter van het semstwo van Moskou, die in een brief ronduit verklaarde hoe het heerschende systeem, het wanbestuur, het Russische volk drijft tot eone revo lutie, die het niet wil, vindt overal weer klank, en vergroot, de hooge positie van dezen prins in aanmerking genomen, don aanhang der hervormingsgezinden. De Czar heeft slechte raadslieden, die des te gevaarlijker zijn, omdat hij [zelf een geestelijk zwakkeling is. Wat to denken van de wijze, waarop de procu reur der Heilige Synode den Czar be zweert de autocratie niet te laten varen. Déze Pobedonoszjef schrijft o. a. aan den Czar »Gg hebt het recht, als alleenheerscher en gezalfde Gods, alles te beschikken volgens Uwe wjjsheid en Uw hartewen- schen. Gij hebt het recht, Uwe getrouwe onderdanen iD den dood te zenden, of te begenadigen. Gij hebt het recht, Uwe genade, of wel Uwe gramschap, zooals Gij he: verkiest, te doen gevoelen. Gjj heerscht tot glorie van Rusland en tot schrik van Uwe vijanden. Maar, o Keizer, Gij hebt niet het recht den heiligen eed te schenden, dien Gij voor onzen Heer en God gezworen bobt, want Gij moet trouw big ven aan de be lofte, door Uwe voorouders afgelegd eo de autocratie en het orthodoxe geloof behoeden. Vergeet niet, o Czar, dat Gij de gezalfde Gods zijtHerinner U, hoe moest zijn. »Je moest het toch weten", zei de oude man, »en dan is het maar beter, dat ik het je vertol dan een vreemde." Lize zat onbewegelijk stil in haar ont steltenis. Zoo was de lijdenskelk dan nog niet geledigd. Ze had verwacht in een huis vol vreugde te komen en zo kwam in een huis vol droefenis. Ze had haar verloofde behouden, maar haar broeder verloren. Zoo kwamen ze op den Lindonhof. Moeder en zoon sloten elkander in de armen cn weenden vreugdetranen, het waren de eenige, die daar gestort werden. Er werd nu geraadpleegd wat te doen, en men kwam overeen, dat Frans op den Lindenhof zou bljjven, totdat hij geheel hersteld was. Rosi wilde weder naar haar woning terug, maar vader en dochter wisten haar te bewegen, om tenminste voorloopig ook op de hofstede te blijven en do huishouding te helpen bestieren. Het leven op den Lindenhof kroeg zoo doende een geheel andere wending dan vroeger, en dit werkte weldadig op Lize, die treurde over het verlies van haar broeder. Allengs begon Frans ook wat aan te sterken, zoodat hij reed9 eenig licht w rk kon doen. Op zekeren dag outviDg Frans een biljet, waarin hem gelast werd als mi litair gekleed in de naburige garnizoens stad te verschijnen. Hij was daarover volstrekt niet gerust. Hoe groot was echter zijn blijdschap, toen hij voor bet front vau de aanwezige troepen versierd werd met het IJzeren Kruis als beloo ning voor betoonden moed en het met levensgevaar redden van zijn kapitein »Dat heb ik alweer aan mijn braven kapitein te danken riep hij vol vreugde uit, toen hij met dat hooge eereteoken op de borst de keuken van den Linden hof binnentrad. »Hjj kan zijn trouwen Frans maar niet vergeten. Hé, ik wou dat hg hier was." Vader en dochter begonnen nu fcrotsch Uw verbeven gelaat in de Oeefrenski- kathedraal bij de kroning schitterde, toen Gij Uwe heilige gelofte afiegdet voor onzen Heer, terwijl Gij Uw kroon, Uw scepter en de verdere teekenen van Uw macht droegt, welke U gegeven zijn aller eerst door Uwe voorouders, doch óók door het geheel' goloovige volk. Schend Uw eed niet. Want zoo Gij daartoe over gaat, alleenheerscher, dan zullen ook andoren h"n eed schenden, en het aan zien der Kerk, van den Staat, van de Heilige Synode, van al Uwe gowijde priesters, zal vernietigd worden, en ten slotte zal ook het orthodoxe geloof in 't stof verzinken. Maar de vreemdeling zal zegevieren '1 Is of voor zoo'n Pobedonoszjef de geschiedenis niet bestaat. De Rpgeering kan als zjj wil, als een geestverwant van Plehwe en van dezen procureur der Heilige Synode het durft wagen, ook deze beweging met geweld onderdrukken. Zij kan bare soldaten, hare politie, de onwetende menigte af zenden op mannen als prins Trobetzkoi de gevangenissen in Siberië vullen, maar dat zal in de gegeven omstandigheden een zeer gewaagd stuk zijn. Antwerpsche diamantbewerkers. Te Antwerpen dreigt een ernstig ge schil tusschen patroons en werklieden in de diamantnijverheid, dat zijn oorsprong vindt in het volgende. Bij het eindigen van den strjjd ia het vorig jaar kwam men overeen, dat het gilde, dat waren de Antwerpsche werklieden, die het werk niet haddon neergelegd, rustig met de leden van den bond zouden kunnen samen werken. Nu kwamen in den laatsten tijd onderlinge conflicten tusschen de leden ▼an hot gilde en leden von den A. D. B. voor. De A. D. B. hield zich duar tot dusverre officieel buiten, doch toen de leden van het gilde een andere loonsrege- liog b|j de patroons indienden en dus optraden als een vakvereeniging, kon de A. D. B. dit Diet dulden. Op een overeenkomst met het bestuur der fabrikanton-vereeniging beriep zich nu de bond een uitgebreide briefwisse ling volgde en een botsing is binnenkort te voorzien. De vraag is nu hoe de Ara- sterdamsche werkgevers en werklieden zich in het dreigende geschil zullen hou den. Van de zijd» der Antwerpsche werk lieden wordt beweerd, dat door de fabri kanten aldaar woordbreuk is gepleegd of dit juist is, dan, zoo vernamen wij reeds, kan van oenig partij kiezen der Amsterdamscho werkgevers voor de Ant werpsche fabrikanten geen sprake zijn. Gisting in het Ruiir-gebied. In enkele steenkolenmijnen van het Ruhr-gebied is reeds werkstaking uitge- te worden op Fraas. Allengs gevoelde de oude man zich minder ongelukkig, nu hij meer en meer gewaar werd, dat hem nog een dochter en een lief hebbende schoonzoon waren overgebleven. Omstreeks dezen tijd verdween de ja ger Werner plotseling uit de landstreek. De haat en verbittering tegen hem wa ren dan ook op het hoogst gestegen. Niemand keek hem aan, en waar men hem ontmoette, liep men hem uit den weg. Zijn makker Friedrich had hem medegedeeld, dat allen er zonder terug houding vooruitkwamen »dat de kogel voor dien ellendeling reeds gegoten was." Hij lachte om dat domme volk, maar dat lachen ging niet van harte. Op ze keren avond trud hij de herberg te Rot- tach binnen en vroeg een glas bier. De kellnerin weigerde hem den gevraagden dronk met de woorden »Wjj schenken goon bior voor jagers, die op menschen schieten". In tegenwoordigheid van vele bezoekers werd hem dit met luide stem toegevoegd. Toen begreep hg, dat het gevaarlijk voor hem werd langer te blijven. Ook de hout vester maakte hem opmerkzaam, dat bjj werkelijk iu groot gevaar verkeerde eu hot wel eens gebeuren kon, dat er on verwachts een buks afging vari achter hagen of 6tmiken, eD niemand zou ont dekken wie het schot gelost had. Werner vond het nu geraden bjj nacht te ver dwijnen, tot grooton spijt dor jonge be woners, die hem gaarne een kogel hadden toegezonden. Frans had zijn gezondheid volkomen teruggekregen. Er was besloten, dat hjj op den Lindenhof zou blijden en zich in het bedrijf zou bekwamen. Met jjver be gon hjj zjjn nieuwen vverkking en wan neer de oude Lind hem aan den arbeid zag, verwonderde hjj zich ten sterkste. Hjj had altijd gemeend, dat men om een goed landbouwer te wezen bjj het werk moest zjjn groot gebracht. Dat bleek toch niet waar te zjjn, want het werk ging broken en het geheele koleDdistrict wordt met een groote ramp bedreigd, daar het te vreezen is, dat de algemeene werk staking zal worden geproclameerd. Reeds lang was men ontevreden in het uitgestrekte Rubrbekken. Verschillende omstandigheden werkten er toe mede om de gemoederen in beroering te brengen. In de eerste plaats de hardnekkige worm ziekte, waartegen aanvankelijk door de mijnbezitters niet krachtig genoeg was opgetreden dan het willekeurige stop zetten van verschillende mjjn^n,teneinde de prjjzen kunstmatig hoog te houdeD, ten gevolge waarvan volgens een aan de commissie van het Huis van Afgevaar digden overhandigde memorie in betrek kelijk korten tjjd ruim 10 000 arbeiders hun werk moeeten verlaten. Onmiddel lijke aanleiding tot den huidigen uiterst gespannen toestand heeft «en conflict gegeven tusschen werknemers en werk gevers der mjjn »Brucbstrasse". De arbeiders eischten dat wat tot du toe niet het geval was in den werk tijd van acht uren per dag ook de reis naar de plaats der bestemming beneden in de mijn en terug worde begrepen. Behalve over dit niet meetellen van den duur der reis klagen do mjjnwerkers over de slechte behandeling, waaraan zij bloot staan van de zijde der Jagore ambtenaren, en over de willekeurige berekening van hun loon. Volgens de clerical© Köln. Volks- zeitung behoort het niet tot de zeldzaam heden dat de mijnwerkers uitgescholden of geslagen worden door de lagere be ambten, dat aan de arbeiders, die alle »op stuk werken", minder loon wordt uitbetaald dan waarop zij mennen recht ta hebben. Het loon wordt berekend raar het aantal met steenkolen gevulde wagentje s Blijkt nu dat do wagentjes geen zuivere steenkolen bevatten, doch ook groote hoeveelheden steen, welke in de mjjueD veel wordt aangetroffen, dan wordt een dergelijk wagentje »genulll", d. w. z. de arbeider heeft voorzoover deze wagen be treft, geheel of ten deele gewerkt »pour le roi de Prusse" en krijgt hiervoor geen betaling 1 De directie zegt: T>je had maar attenter moeten werken", de mijnwerker »bjj de slechte verlichting is het niet mogeljjk, het een van het ander te onder scheiden, en bovendien, daar ik op stuk werk, heb ik geen tjjd een minitious onderzoek in to stellen naar do waarde en zuiverheid van de steenkool". Verder zeggen de mijnwerkers, dat in de >Bruchstrasse" privilegie-rechten zjjn geschonden. Volgens een reeds oud recht van ge woonte kan elke mjjnvverker aanspraak maken op e^n hoeveelheid steenkolen ten gobruike in zjjn woning, welke hem vroe ger gratis verstrakt werden, doch waar den joDgen visscher goed van de hand. Op zekeren avond zat Lind met zjjn huisgenooten iu het woonvertrek. Ook Walburga was dien middag eens komen overloopen. sFrans," begon de oude man, »je moest nu maar gaan trouwen. Ik zip, dat ik de zaken wel aan je kan overlaten, en ben je nog niet ten volle met alles be kend, dan ben ik er toch ook nog. Ik heb dringend rust noodig, jongen. Ik gevoel mijn krachten afnemen." »Wel, vader, het is mij goed," zei Frans. >Ik zal je de hofstede overdragen, zooals ik dat zoo gaarne aan mijn Johan had gedaan maar helaas ^Ontroering belette den ouden man voort te.gaan. Walburga barBtte in snik ken uit. Lize keek beurtelings naar haar vader en naar het meisje, zonder dat zjj eenige woorden van troost kon vindon. Maar diep besefte zjj, wat bij de ver loofde van haar broeder op dit oogenblik moest omgaan. Zjj zelf had nog hoop gekoesterd, toen zo vertrok om haar Frans te zoeken, maar voor Walburga was alle hoop vervlogeD. Laten we ons troosten in hetgeen we toch niet veranderen kunnen," zei de oude man. een poging diende om de drukkende stilte te verbroken. Op dat oogenblik trad een zwaar ge bouwd man binnen met den groet»goo'n avond saam." »Sepp 1" klonk het uit verscheiden monden. »Ja, het is Sepp," zei de man, die op een stoel plaats nam met de veront schuldiging»ik heb uren lang geloopen en ben doodmoe." »Hoe durf jij hier onder onze oogen te komen, onbeschaamde kerel viel do oude Lind uit, toon hjj van ver bazing bekomen was »Jij hebt mijn zoon op den weg gebracht, die hem ten verderve voerde. Zonder jou zou bij bier nog gelukkig in ons midden zitten." voor hg tegenwoordig den kostenden prjjs (halven marktprijs) moet betalen. Voor een wagen (tien centenaars) kolen per maand betaalt, hjj gewoonlijk f 1,80. In het onderhavige geval had de directie der mijn »Bruchstrasse", met het oog op do te verwachten werkstaking, echter geweigerd, de kolen aan haar arbeiders te leveren. Het Incident bij Doggersbank. De internationale commissie voor het Noordzee-incidect, te Parijs vergaderd, heeft, tegen de verwachting, besloten dat de pers tot haar bijeenkomsten zal worden toegelaten. Wegens de beperkte ruimte echter zal slechts aan drie bladen uit elk der in de commissie vertegenwoor digde laDden toegang verschaft worden. De eerste drie of vier vergaderingen zullen besteed worden aan de regeling der procedure, en aan beraadslaging over de vraag of getuigen persoonlijk gehoord zullen worden. Iu zjjn openingsrede liet admiraal von Spaun uitkomen, dat een spoedige afdoe ning van de taak der commissie zeer ge- wenscht zou zjjn. In overeenstemming daarmede verneemt de Matindat de commissie zich zooveel mogelijk zal haas ten, en zoo Doodig iederen dag twee ver gaderingen zal houden. GOES, 11 Jan. 1905. Gisteravond bad in »de Prius van Oraoje" alhier eene algemeeDC vergade ring plaats van de Kiesvereeniging »Voor- uitgaug", die, ondanks het verzoek tot trouwe opkomst, door slechts weinig leden werd bezocht. De vice-voorzitter, dbr. van Dijkdie do vergadering leidde, vestigde er in zijn openingswoord de aandacht op, dat dit jaar voor ons land op politiek gebied, een gewichtig jaar is. Een gunstig teeken voor de liberale partij noemde hjj het, dat allerwege vrijzinnige kiesvereenigin- gen worden opgericht, wat hoop geeft op eenig succes. Behalve eenige mededeelingen van huis- houdelijken aard, meldde hij, dat op een nader te bepalen datum voor de leden der vereeniging als spreker zal optreden mr. van Raalte van Dordrecht. Voor de candidatenlijst voor de aan staande verkiezing van een lid der 2e Kamer werden eenige personen genoemd en besproken, waarna een viertal werd gekozen en besloten werd hen op te geven aan het Hoofdbestuur der Centr. lib. kies vereeniging. Tevens werd de wenschelijk- heid uitgesproken, dat de definitief ge kozen candidaat, voor do kiezers van zijn district in het publiek optreedt, teneinde van zijne politieke beginselen te doen bljjken. »Ik heb..." begon S»pp, maar Wal burga viel hem in de rede met de woor den Jij hebt hem verloid Je hebt je bij f*od te verantwoorden voor zijn onge lukkig einde." »Mgn vader heb je zijn eenigen zoon ontnomen en voor Walburga is alle hoop op levensgeluk vervlogen", sprak Lize verwijtend. >Kerel, wat wil je hier schreeuwde Lind, die opsprong en Sepp met fonkelen de oogen aankeek. »Nu ja, ik heb Joban dikwijls verleid en zonder mij zou hij b't wildstroopen voor altijd nagelaten hebboD, dat wil ik bekennen, maar O hemel, mijn voorgevoel is waar heid geworden," snikte Walburga. »Zeg, ellendige kerel, kom je hier om te zien, hoeveel ellende je gesticht hebt stoof Frans op. ^Bedaard wat, vriend! Laat mjj toch ook eens een woordje sprekeD," ant woordde Sepp. »Ik weet waarachlig niet hoe ik beginnen moet," mompelde bij halfluid en wendde zich daarop tot den ouden Lind met de vraag >Welnu, baas Lind, wip heeft jo gp- zegd, dat je zoon dood is »Als hij nog lot de levenden behoorde zou ik wi-1 iets vau hem vernomen heb ben in al dien tijd »Ik vraag je nog eenswie heeft je dat gezegd? En als iemand je dat gezegd heeft, dan is bjj een vervloekte leugenaar, dat zeg ik Allen keken hem vol verbazing aan, niemand was in de eerste oogenblikken in staat een woord te uiten. »Wat zeg je daar stamelde Lind eindeljjk. »Tk zeg, dat hij niet dood is en even goed leeft als ik die voor je sta." (Slot volgt;*

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1905 | | pagina 1