1904. N°. 130.
Donderdag 3 November.
jaargang.
Een Familieveete.
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrpdagavond,
uitgezonderd op feestdagen.
Prjjs per kwartaal, zoo binnen ais buiten Goes, f Ib25q
Afzond orljjke nomniera 5 cent.
Inzending van advertentie» vóop 2 uren op den dag dep
uitgave.
De prjjs der gowone advertentiën is van 1-5 regels 50 cent, eiken regel meer 10 ct.
directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt do prijs
slechts tweemaal berekend.
Geboorte-, huwelijks- en doodbenchten en do daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 110 regels 1,berekend.
Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel.
Uitgave van de Naaml. Yennootschap „Goesche Courant". Directeur-Hoofdredacteur B. G. Rijkens.
November-veomarkten
TE GOES
zullen dit jaar gehouden worden
op Dinsdagen den 8, 15, 22 en 29
van die maand.
Goes, don 2 November 1904.
Burgemoe3ter en Wethouders van Goes,
DE KONING KOOIJ.
De Secretaris,
G. A. HAJENIUS.
Burgemeester en Wethouders van Goes
brengen ingevolge art. 12 der Drankwet
ter openbare kennis, dat bjj hen zijn
ingekomen de navolgende verzoeken om
vergunning tot den verkoop van
sterken drank in het kBein, van
C. H. BLANKER voor het perceel aan
de Vlasmarkt A no. 33
L. J. SNIJDER voor het perceel in
de Keizerstraat D no. 17.
Binnen twee weken nadat deze bekend
making is geschied, kan ieder tegen het
verleenen van de vergunning schriftelijke
bezwaren inbrengen.
Goes, 2 November 1904.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
DE KONING KOOIJ.
De Secretaris,
G. A. HAJENIUS.
Een polemiek.
De Redactie van de Zeeuw heeft in haar
flommor van don 29 October aan een in
zender do gelegenheid gegeven om, onder
het masker der anonymiteit, het een en
ander te schrijven tegen de redactie van
ons blad. Daar het niet de gewoonte is
dergeljjke stukken op te nemen, tenzij
het blad, dat wordt aangevallen en waarin
bedoeld stuk dus ook op zijn plaats zou
zijn geweest, deze weigert, is door onze
redactie in de Zeeuw van 1 Nov. tegen
hare handelwijze protest aangeteekend in
de volgende bewoordingen
Waarde Collega
Het is zeker tegen de gewoonte in, dat
een redacteur van het eene blad eon
plaatsje komt vragen voor een ingezonden
stuk in een ander blad. Toch zie ik mij
hiertoe gonoodzaakt, omdat door U, tegen
de gewoonte in, aan een anomymus ge-
ltgenhoid is gegeven, in een ingezonden
stuk in Uw blad, tegen de Redactie van
een ander blad te velde te trekken.
Geen redactie, die zichzelf respecteert,
zal op een dergelijk stuk antwoorden
de inzenders weten natuurlijk zelf ook
wel, dat zij op deze manier beveiligd zijn
tegen de slagen van hen, die zij bedek-
27 F1ÏÏILLET01»
Naar het Fransch,
door
PAUL BERTNAY.
Op hot kasteel nam men het voorval
niet zoo kalm op als Daniël deed.
Hjj zeide tegen den baron en de barones
>Och, ik kan die kleine brunette geen
ongelijk geven. Als ik uw zoon niet was,
paps, zoudt u dadeljjk zeggen, dat hij
boven mij te verkiezen is. Hij is rjjker.
Hjj was mij voor. Wij hebben ons vergist.
Een volgenden keer moeten wij vlugger
zgn."
Die leuke opvatting ergerde den baron.
>Ja, maar je begrjjpt, dat zoo iets niet
meer voorkomt. En nu gaat het oude
loventje zgn gang weer en verspil jij al
ons geld. Och, het is zoo dom, zoo'n ge
schikt iets, dat op niemendal uitloopt
En jjj lacht maar, en wij verliezen alles,
wat dat kleine zottinnetje haar echtge
noot zou aanbrengen."
>U zoudt mij toch ook een huwelijks
gift hebben moeten schenken. En dat
zou u nog al iets gekost hebben, meer
dan mijn jonggezellen loven 1"
>Maar het zou dan geen verloren geld
geweest zgn en waaraan ik zou het
in tegenwoordigheid van je moeder niet
willen zoggen Dat andere geld zou
tot iets nuttigs gediend hebben.
>Enfin maar ze wil niet
Je maakt me aan 't lachen en ik
heb er geen reden toe. Een meisje van
twintig jaar l Heeft die ook al een wil 1"
»Dat heeft ze nog al getoond, dunkt me."
>Ocheen gril, een jonge meisjes
roman, even als allen, die uit het klooster
komen, een neef hebben, dien zij tot
echtgenoot willen hebben, en naderhand
blij zijn, dat het niet gebeurd is
Maar jjj maakt bjj de eerste zwarigheid
rechtsomkeert 1"
>Nu, ik zou u wel eens in mijn plaats
hebben willen zien
telijk aanvallen. Laf bedrjjf dus dit. Maar
juist daarom verbaast het mij, dat U hier
aan voet geeft.
To meer verwondert mij zulks, omdat
U, beter op de hcogte dan deze anomy
mus, moot begrijpen, dat alles wat in bet
bewuste stuk wordt opgenomen, gemak
kei jjk te weerleggen valt.
Indien ik U dit punt voor punt ging
uitleggen, zou dit te veel eer zgn voor
den held-inzeDder ik zou dit alleen kun
nen doen, wanneer de redactie van De
Zeeuw dit stuk voor hare rekening neemt.
D« bedoeliDg' van mijn schrijven is
thans enkel te protesteeren tegen dit in-
kruipsel in de Goesche journalistiek,
waaruit U, naar ik vertrouw, evenals
ik, zult willen helpen de slechte manieren
te bannen.
Met collegialen groet,
RIJKENS,
Redacteur der Goesche Courant.
Goos, 31 October 1904.
Hieronder schreef de Redactie van De
Zeeuw het volgend onderschrift
Er is in bedoeld stukje van »Junior"
niets, dat tot het protest van den boofd-
red. der Goesche Crt. aanleiding kan geven
dan de opmerking, dat hij een overnemer
uit Het Volk zou zgn. Dit ware beter
verzwegen geweest. Iedere red. mag in
haar Pers-Overzicht ook uit Het Volk
citeeren, dit doen wij zoo noodig ook.
Doze zinsnede was ons dan ook ontsnapt.
O/origoDB merken wij gaarne op, dat d©
schrijver der Goesche Nabetrachting, waar
't pas geeft, ook zgn lof niet onthoudt
aan de a. r. raadsleden. Beter ware ge-
wfiest dit tegelijkertijd op te merken. Als
redactie mengen wij on* overigens in deze
quaestie niet. En als regel stellen, dat
aan het adres van een staatkundig anders
denkend blad nimmer in ons blad mag
geschreven worden, kunnen wij ook niet,
al doen wij het ongaarne, ook om >den
schjjn des kwaads." Red.
De Redactie van de Zeeuw schijnt van
ons bezwaar al heel weinig begrepen te
hebben.
Zeer onlogisch begint zij met te zeg
gen, dat er niets is, dat tot ons protest
aanleiding kan hebben gpgeven dan één
punt en terstond daarna noemt zij nog
oen punt op, waarvan zjj zegt, dat het
boter ware geweest het tegelijkertijd op
te merken.
Maar daarover hebben wij het niet,
willen wjj hot niet hebben, omdat we dan
iD de mérites van het anonyme stuk
zouden treden, wat te veel eer voor den
inzender zou zgn.
>In jouw plaats zou ik volgehouden
hebben tot hot laatste toe."
»Maar Gaston 1" zei de barones.
»Ik bedoel, dat ik de vlag niet zou
gestreken hebben voor dien intrigant 1
Jij, een de la Bocbóre 1 In mijn tjjd hadden
we meer volharding 1 Maar jullie hebt
tegenwoordig karnemelk in plaats van
bloed in je aderen. Alles verdwijntAlles
gaat te loor 1 Er bestaat geen jeugd en
geen flinkheid meer. Een la Bocbóre, die
zich laat verdringen door een Boissier 1
Ik heb medeljjden met je."
>Maar, beste vriend, het laatste woord
is over deze zaak wellicht nog niet ge
sproken. Laat ons raad aan mijnheer den
pastoor vragen 1"
Hij antwoordde, de deur achter zich
toeslaande: >Het laatste woord? dat zal
onze zoon niet zeggen daar kun je
zeker van zijn."
Na verloop van twee uur, toen de heer
Dólestang eene afscheidsvisite op het
kasteel had gemaakt en met heel veel
handdrukken »tot ziens" had gezegd,
was de baron niet meer zoo wanhopig
hg giüg de barones opzoeken.
Zo had al een conferentie met den abt
Gaindron, die aandachtig naar haar luis
terde, hij zocht de reden, maar kon
die niet vinden.
De baron kwam drifi.ig binnenloopen
en zeiAlles is nog niet verloren".
>Do hemel geve hetantwoordde de
abt.
Vooreerst kan er geen huwelijk tus-
schen dat kleine ding en den zoon van
Boissier tot stand komen, omdat de heer
Délestang en Girardot, benevens Tony
Boissier er zich tegen verzetten".
>Maar mevrouw de baronnes vertelt me
daareven, dat ze beiden binnen kort meer
derjarig zgn
»Hij, dat is mogelijk, maar zij is 't pas
over tien maanden. Dan komen er voor
de officieele sommatie nog vier maanden
bij, dat maakt veertien, abt. Veertien
maanden, waarin men elkander noch zien,
noch spreken kaD, is een heele tijd".
>Maar de vrouw vergeef mg, me-
Wij hebben dan ook allerminst aan
de Redactie van de Zeeuw gevraagd zich
in die quaestie to mengen wij vragen
dat ook nog nieter bestaat voor ons
geen quaestie.
Verder zogt de Redactie, dat zjj niet
als regel kan stellen, dat. aan het adres
van een staatkundig andersdenkend blad
nimmer in haar blad mag geschreven
worden.
Maar wie heeft zulks gevraagd Wij
zeker niet. Het zal ons aangenaam zgn
op loyale wijze strjjd te voeren met
andersdenkenden dat staalt. Wjj hebben
enkel aan de Redactie gevraagd zich te
onthouden van het verleenen van een
veilige schuilplaats aan lieden, die onder
het masker van anonymiteit tegen redac
tioneel© stukken van een ander blad te
velde trekken, tenzij dat andere blad
geweigerd heeft hunne bezwaren op te
nemen.
Hiertoe is de Redactie van de Zeeuw
blijkens haar onderschrift, niet genegen
ons vertrouwen is dus misplaatst ge
weest en dit te constateeren was het doel
van dit schrijven.
Buitenland.
Het gebeurde bij Doggeksbank.
Het Russische publiek is al zeer slecht
ingelicht omtrent de treurige gebeurtenis
in do Noordzee. Zijne bladen spraken
dageljjks van de listen en de verradelijke
neigingen der Japanners. Men bad ge
hoord, dat een groot aantal Japansche
officieren die Japan voor 't overige
zeer goed in Mandsjoerije zou kunnen
gebruiken was vei trokken naar de
voornaamste havenplaatsen, die op den
weg van de Russische vloot liggen be-
hoorljjk voorzien van geld en volmachten
om overal torpedobooten aan te koopen
en de Russische schepen te vernielen.
Thans geeft men van Russische zijde
eene leziüg van het gebeurde, die, zoo
zij juist mocht zijn, er wel toe bij kan
dragen, dat het conflict op voor beide
partijen aannemelijke wijze worde op
gelost.
De correspondent van de Daily Express
te Petersburg verneemt »op boog gezag",
dat het Russische ministerie van marine
thans stellige inlichtingen heeft, volgens
welke de Oostzeevloot op hare eigen tor
pedobooten gevuurd heeft, welke voor
Japansche werden aangezien, toen zij in
den mist vlak voor de divisie slagschepen
opdoken. Een van die torpedo-booten
dacht toen zij beschoten werd, op haar
beurt aan een aanval van d9 Japanners
vrouw de barones, het staat in de schrift
do vrouw is een afgrond vol list en
veinzerij".
>De heer Délestang heeft een uitweg
gevonden. Hij zendt zijne dcchter naar
het klooster de la Ferrand:óre, waar zij
haar opvoeding genoten heeft daar blijft
zij tot aan haar meerderjarigheid dat
zal haar niet erg bevallen".
>Maar wat geeft dat voor Daniël
vroeg de barones.
Wacht even De zoon van Boissier
moot over twee maanden vertrekken. Dan
is zgn verlof om. Als bij eenmaal ver
weg is, dan zou het niet onmogelijk zijn,
dat mejuffrouw Dólestang na twee maan
den van opsluiting
>Ocb, mijnheer de baron, niets lijkt
minder op een gevangenis dan het moe
derlijke verblijf]"
»Noem het dan klooster-régime," als
ge dat beter vindt De zaak is, dat het
kleine diüg na dat tweemaandelijksche
verblijf misschien niet ongenegen zou
zgn om met haar vader in eene schik
king te treden
»Janu begin ik te begrijpen," zei
de abt.
»Ik nog niet," bekende de barones.
>Dan zal ik mij aan jou nader ver
klaren. Als ze beloofde geen briefwisse
ling mot dien jongen te voeren en
Délestang gelooft, dat zij baar woord zou
houdenMen zou er natuurlijk op
letten I Dan zou men haar veroorloven
hier te komen. De jonge Boissier is er
dan niet, maar Daniël wel. Uit de oogen,
uit het hartde afwezigen hebben altijd
ongelijkdaarenboven is mijn zoon han
dig genoeg, om hem te doen vergeten,
die zoo ver weg is."
»Jamet een beetje handigheid en
volharding zou mijnheer Daniël
»En dat heeft hij dat moet hg
hebber. De zaak is de moeite waard 1"
»Ed dan zoudt u uwe beminnelijkheid
tegenover de voortreffelijke mevrouw Gi
rardot moeten verdubbelen, mevrouw de
barores."
Natuurlijk," viel de baron hem in de
rede. >Evenals ik tegenover vader Gi-
en antwoordde met hare snelvuurkanon
nen. Verscheidene manschappen op het
dichtst bjjzijnde oorlogsschip werden ge
wond, o. a. twee op de brug vooruit.
De commandant van de torpedoboot was
de eerste die de vergissing bemerkte.
Hg gaf als een razende het eene sein
na het andere en slaagde erin, buiten
de vuurlijn te komen. Drie slagschepen
gingen echter door met vuren, en raakten
toen do visschers.
Als bet niet waar is, is het toch goed
gevonden en zooals we zeiden zou deze
voorstelling misschien kunnen leiden tot
eene bevredigende oplossing, maar nu
beeft zich weder iets anders voorgedaan,
wat den toestand weer iets gevaarlijker
maakt.
Nadere berichten toch melden, dat
zich bjj de behandeling van het incident
eenige moeilijkheden voordoen.
Men geloofc te Londen, dat het met
de onderhandelingen tussehen Engeland
en Rusland niet zoo heel glad loopt. Wat
or aan hapert weet men nietmen neemt
aan, dat het eenigszins in verband staat
met het vertrek van de Russische vloot
uit Vigo en het achterblijven van slechts
vier officieren.
Het publiek in Engeland was, hetzjj
dan terecht of ten onrechte van meeniDg,
dat het betrokken gedeelte van bet Rus
sisch eskader te Vigo zou blijven liggen
tot het onderzoek was afgeloopen. En
daar komt plotseling het bericht, dat het
eskader is vertrokken en slechts vier offi
cieren, die getuigenis zullen moeten afleg
gen, aan land zgn gezet.
De jingoïstiscbe Globe ziet in dat ver
trek het bewijs, dat de Russische regee-
ring niet geneigd is haar beloften, waar
van Balfour te Southampton gewaagde,
na te komen. Immers heette het, dat de
Russische oorlogsschepen, die bij het ge
val op de Noordzee betrokken zgn, te Vigo
zouden big ven. Rodzjestwemki stoomde
echter weg, slechts vier zeeofficieren, die
voor het internationale, hof van onder
zoek moeten verschijnen, achterlatende.
Dat bewijst, volgens de Globe, dat Rus
land komedie speelt, en daartoe mag
Engeland zich niet leenen. De Westminster
Gazette vindt den stand van zaken raad
selachtig, doch maant weder tot matiging
en geduld aan. Het blad blijft vertrouwen,
dat de Russische regeering zich stipt
aan de afspraak zal houden.
Intusschen worden allerlei maatregelen
genomen. Uitrustingen, die te Gibraltar
worden getroffen, wekken daar ongerust
heid. Een sterbo Britsche vloot ligt tot
uitstoomen gereed en die beide eskaders,
zoo dicht in eikaars nabijheid, blijven
altijd een gevaar voor den wereldvrede.
rardot, te meer omdat het aan hem
niet gelegen heeft. Ze zgn er verdrietig
en verontwaardigd genoeg over. Morgen
ga ik er met Daniël heen."
»Dat raad ik u niet aan", zei de abt
Gaindron, wiens fijne zenuwen een spoor
ontdekten. >Wacht tot dat het meisjo
vertrokken is. Op het oogenblik, vermoed
ik, dat ze in een opgewonden toestand
verkeert. Als ze zag, dat u het niet op
geeft, dan zou haar boosheid u gelden.
Vermijd dat. Het i6 beter, dat dit ver
moeden u niet geldt
Op kalmen toon voegde hij er nog bg
»Laat de kloosterlucht er het bare toe
bijdragen."
Eenige dagen daarna ging baron de la
Bocbóre weer eens een bezoek brengen
op de BuissonDièrebij vermoedde niets
van het drama, dat oorzaak was geweest
van Canailles terugkeer naar Saint-Ilo-
main bg meende, even als iedereen, dat
die verzoening toevallig met het avontuur
van Gratienne samen viel. Openhartiger
en vriendeljjkor dan ooit informeerde hij
naar den welstand van mevrouwop do
ietwat onhandige verontschuldigingen van
Gratienne's grootvader, antwoordde bg
met groote welwillendheid.
Laten we daar nu niet meer over
praten. Als kinderen zulke kuren ver-
koppen laat men dat maar ongemerkt
voorbijgaan. Men kan maar niet zoo dade
ljjk in den smaak van een mooi meisje
vallen en Daniël heeft verkeerd gedaan
met zich terstond terug te trekken. Hg
had zich eerst beter moeten laten kennen.
Als de mooie opstandelinge weer naar de
Buissonnière terugkeert haar vader
heeft mjj doen vermoeden, dat hij haar
woor spoedig terug zal laten komen
.dan zullen we zien, wat de tijd vermag
de tjjd, die heeler van alle wonden 1
Maar daar kwam ik eigenljjk niet voor;
ik kom over de publieke zaak spreken.
U weet, dat Boissier voor zjjne verkiezing
laat werken
>Hó! die man," zei Girardot, >wat
zullen we bem het gras voor zgn voeten
wegmaaien l Zool werkt hg? Nu, wg
Heden komt de Engelsche Kabinels-
raad bijeen.
De Spaansche Kamer.
In de Spaansche Kamer is dezer dagen
een tooneel afgespeeld, zooals er in de
laatste tijden in de parlementen helaas
meer voorkomen, en die maken, dat aan
de voorzitters de qualiteiten van dieren
temmer moeten worden geëischt. Het
kwam als volgt
De Regeering wilde met alle geweld
eene stemming over het immuniteitsdebat
of een permanente vergadering doorzetten.
De minderheden kwamen daartegen op,
maar de ondervoorzitter Figueira ontnam
den sprekers het woord. Een vreeselijk
kabaal volgde. De ministerieel Navarro
schreeuwde ^Lafaards 1" Daar kwam het
hidalgo-bloed aan don kant van de
oppositie tegen in opstand. De republikein
Azcarate, anders het type van een wel
gemanierd parlementariër, de tachtig
jarige markies Vega de Armijo, graaf
Romanones en anderen stonden op, om
den beleediger met eigen handen te
tuchtigen. Het werd een onbeschrijfelijke
janboel, helsch geschreeuw, een kruis
vuur van beleedigingen. Het voorzitters-
gestoelte werd bestormd, een zilveren
kruisbeeld stuk-, inktkokers omgeslagen.
De tribune mengde zich in den strijd,
tot de gendarmes zich vertoonden. De
voorzitter gaf last de deuren te sluiten
en nu nam Navarro zjjn uitroep terug.
Om negen uur 's avonds kon de openbare
vergadering doorgaan.
Maandagochtend raakten de leden bui
ten ademom zeven uur werd de ver
gadering geschorst tot 's Damiddags vier
uur, ten einde een vergadering van do
leiders van de minderheid mogeljjk te
maken. Vóór de schorsing verklaarde
de Kamer zich echter, overeenkomstig
het verlangen der Regecring, permanent,
voor de beraadslaging over de aanvragen
betreffende het verstrekken van machti
ging tot vervolging.
Aangezien noch de Regeering, noch
de oppositie wil toegeven in de kwestie
aau de gerechtelijke vervolging van af
gevaardigden, denkt men, dat de minister
president een koninklijk besluit zal voor
lezen, waarbjj do vergaderingen van de
Kamer geschorst wordeD. Tegeljjkertjjd
zal Maura voornemens zgn, de kwestie
vau vertrouwen te stellen en, zoo hjj de
noodige machtiging krijgt, een gedeelte
lijke reorganisatie van het kabinet door
te zetten, door enkele leden van naam
uit de minderheid eraan toe te voegen.
De pers eischt intusschen het aftreden
van het geheele ministerie, daar dit de
crisis zonder noodzaak heeft uitgelokt.
zullen voor ons ook laten werken, mjjn-
heer de baron. En dan kan ik maar
onder het zegel der geheimhouding..."
»Ooh... Als men niet spreken moot,
zal men het ook wel laten
»Ik kan u goed nieuws mededoelen.
We kunnen dezen keer op de mariniers
van de Epinouse rekenen."
>Zoo is u daar zeker van Zo
hebben nog nooit met ons meegeworkt."
>Ik heb Borcl gesproken. Hij wtrkt
dozen keer mede en dan werken do
anderen ook, dat weet u wel 1"
»Dus krijgen we uit dien hoek 25
stemmen
>27, mijnheer de baron dat vult
onze lijst."
»floe heb je die tegenstanders onder
onze vaan gekregen Ze dweepten met
Boissier
>Ik heb er mets voor gedaan. Dat
danken we aan Gratienne, mijnheer de
baron. Dat zal dien Jacobijn van een
Boissier tegenvallen."
>Hoezoo? is dat uwe beminneljjke
kleindochter 1
»Op mjjn woord, ja. Moeder Borel was
ziok, juist toen de zoon afwezig was.
De oude had gebrek aan alles. Gratienne
is haar te hulp gekomen, en heeft haar
van den dood gered. Toen de ander naar
huis kwam, wist hij niet, hoe bij zjj a
erkentelijkheid zou toonen To°n bij
het hoorde, was bg uitgelaten ik had
nooit verwacht, dat die dronkaard zoo
aan zjjn oude moeder gehecht was. Hg
builde van aandoening, waarde vriend
Hij vroeg me >Maar wat ban ik nu voor
u doen Toen greep ik de gelegenheid
aan >Help ons bij de verkiezing," waarop
hij antwoordde: >Dat is uitgemaakt, u
kunt er op rekenen."
»Dan verliest Boissier daardoor een
vierde deel van zijne aanhangers
»Dus krjjgt hg weer de nederlaag.
Maar zeg het tegen niemand ook niet
tegen den pastoor
>Natuurlijk nietAls de pit was
uitgebrand, zaten wjj in het donker 1"
(Wordt vervolg d.j