1904. N#. 18.
Donderdag 11 Februari.
91
ste
7 FEUILLETON
De Gouverneur.
GOESCHE
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond,
uitgezonderd op feestdagen.
Prjjs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, 1,85,
Afzonderlijke nommers 5 cent.
Inzending van advertentiën vóór 2 uren op den dag der
uitgave.
De prgs der gewone advertentiön is van 1-5 regels 50 cent, eiken regel meer 10 ct.
Bjj directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs
slechts tweemaal berekend
Geboorte-, huwelijk*- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 110 regels 1,berekend.
Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel.
Uitgave van de Naaml. Vennootschap „Goesche Courant". Directeur-Hoofdredacteur R. G. Rijkens.
GOES, 10 Febr. 1901.
Gisteravond werd in »de Prins van Oranje"
alhier door de Afd. Goes van de Sociaal-Democrati
sche Arbeiderspartij eeno openbare vergadering
gehouden, waarin als spreker optrad dhr. D. J.
Wijnkoop van Amsterdam met het onderwerp
>Socialisme en Stofvergoding", als antwoord op de
rede van dhr. Oosterbaan, die hier als anti-revolu
tionair onlangs hetzelfde onderwerp behandelde.
In het eerste gedeelte van zijn voordracht besprak
dhr. Wijnkooper uitvoerig de vraag wat is het doel
van het socialisme 1 waarop het antwoord luidde
den arbeider te onttrekken aan deD druk en de
macht van hot kapitaal. Na de pauze trachtte spr.
in het licht te stellen, dat de tegenwoordige regee
ring veel heeft beloofd en tot hiertoe weinig heeft
gedaan in het belang van den arbeider on dat de
anti-revolutionairen en de kapitalisten de grootste
stofvergoders zijn. Teu slotte spoorde hg de aan
wezigen aan zich in hun vak to vereenigen en de
middelen te beramen om te komen tot betere maat
schappelijke verhoudingen tusschen arbeid, loon en
arbeidsduur en om invloed te kunnen uitoefenen
op het kiezen van de leden der volksvertegen
woordiging.
Aan het debat werd deelgenomen door drie anti
revolutionairen, die een aantal beweringen van den
spreker beproofden te weerleggen, en op hun beurt
van antwoord werden gediend. Enkele minuten vóór
middernacht ging de vrg druk bezochte vergadering,
waarin ook enkele vrouwen aanwezig waren, uitoen.
Bij den uitgang der zaal werd eene collecte ge
houden voor de slachtoffers der werkstaking.
Men schrijft onsGod. Staten hebben aan de
betrokken besturen dor WaterkeeriDgen van cala-
miteuse polders of waterschappen verzocht het ge
voelen van den Dijkraad mede te deelen omtrent
de vraag of in 1905 eene nieuwe schatting der
pachtwaarde van de belastbare gronden voor de
regeling van het dijkgeschot al dan niet wenschelijk
moet worden geacht.
Het derde lid van art. 94 van het Reglement
voor de ealamiteuse polders of waterschappen schrijft
voor dat Gedeputeerde Staten, na verhoor van den
Dijkraad, kunnen bepalen, dat geen nieuwe schatting
plaats heeft. In dat geval dient de laatste schatting,
gedurende een nieuw tiental jaren, tot grondslag
van den aanslag (in het dijkgeschot).
De vergadering van Ingelanden van den polder
of het waterschap heeft derhalve over eene nieuwe
schatting niet mede te spreken, ofschoon Ingelanden
en andere grondeigenaren wel de naaste belang
hebbenden zijn. De omstandigheid evenwel, dat de
polder of het waterschap calamiteus is, zal in deze
zaak beslissend zijn.
Lijst van aanbeveling van zes candidaten, door
den Hoogen Raad der Nederlanden aan de Tweede
Kamer der Staten-Genoraal ingezonden, ton einde
daarop te kunnen achtslaan bij het maken der no
minatie voor de vacature van eene raadsheerplaats
in den Raad, ontstaan door de benoeming van den
raadsheer mr. A. A. de Pinto tot vice-president
Roman van Ludwich Habicht.
Nadat Rudolf zich na afloop van het avondeten
naar bed had begeven, viel hij weldra door de
ongewone vermoeienissen van den dag in slaap.
Den volgenden morgen, na afloop van het ontbijt,
sloeg hij Arthur voor een eindje met hem te gaan
wandelen, daar hij er de voorkeur aan gaf de beide
knapen eerst ieder afzonderlijk te leeren kennen.
Met Arthur gelukte dit zeer spoedigde knaap
had blijkbaar van het begin af vertrouwen in den
nieuwen leermeester, die hem dan ook met ver
trouwen tegemoet kwam en zijne aandacht vestigde
op allerlei dingen in de natuur.
Arthur had in den beginne veel belangstelling
voor alles wat hg zag, maar per slot werd hij zoo
wel geestelgk en lichamelijk te moe. Rudolf merkte
dat en toen ze weer bij een bank kwamen, zei hij
vriendelijk: »Ik ga nog een half uurtje in het park
rondloopen wacht hier op mij de zon schijnt
hier lekker, er staat ook een bank, zoodat ge een
beetje kunt uitrasten. Arthur wischte zich het zweet
van zgn voorhoofd en ging op de bank zitten met
een gebaar, dat de groote vermoeiendheid aanduidde.
»A1 bljjft u wat langer weg, zal ik toch op u wach
ten," zei hij goedhartig.
»Arme jongen," dacht Rudolf. »Het was hoog
tijd, dat iemand je onder zijne hoede nam. En dus
heb ik een memchelijke, mooie taak voor me, een
half verdorde plant op te richten en aan het leven
1. mr. P. M. OH. Beerenbroek, president der
arrondissements-rechtbank te Roermond
2. mr. A. M. B. Banlo, officier van justitie bij
de arrondissements-rechtbank te Maastricht
3. mr. W. JKantenraadsheer in het gerechts
hof te 's Gravonhage
4. mr. A. J. L. Nijpels, raadsheer in het gerechts
hof te Arnhem
5. mr. 5. Gratama, rechter in de arrondissements
rechtbank te Rotterdam
6. mr. J. B. van Goorraadsheer in hot gerechts
hof te Amsterdam.
De minister van binnenlandsche zaken brengt
ter kennis van belanghebbenden, dat bij de rijks
verzekeringsbank 13 agenten zullen worden geplaatst.
Sollicitanten naar de betrekking van agent worden
uitgenoodigd hunne requesten uiterlijk vóór 1 Maart
e. k. in te zenden aan Hare Majesteit de Koningin.
Sollicitanten, die reeds vroeger een request htbben
ingezonden, worden verzocht daarnaar te verwijzen.
Bij het request moet worden overgelegd eene
opgave van leeftijd, van de diploma's of getuig
schriften, die requestrant bezit, en van de betrek
kingen, waarin bij werkzaam is geweest. Technische
opleiding en het geplaatst zgn geweest aan het hoofd
van eene onderneming met uitgebreid personeel,
zal tot aanbeveling kunnen strekken.
De kantoorknecht der postergen aau het hoofd
postkantoor te Amsterdam, P. J. J. Lintkuissecre
taris van het hoofdbestuur van den »Bond van
Post- en Telegraaf beambten De Posten redacteur
van het orgaan van dien bond De Posthoornheeft
dezer dagen een aanschrijving gekregen, dat hij zich
gereed moet houden om binnen enkele dagen te
worden overgeplaatst naar een kleiner kantoor in
een der provinciën. Reden hiervoor is, zegt het
N. v. N., de wijze, waarop Linthuis in het orgaan
over grieven en misstanden bij het personeel schrijft
en met name wordt er hem een verwijt van gemaakt,
dat hij de hem ter oore gekomen klachten niet
grondig onderzocht, alvorens daarover te schrijven.
Minister Harte heeft de Maastrichtenaren te
gen zich in het harnas gejaagd.
De oorzaak is deze
Door het vasthouden van de suikeraccijns van
f27 per zak, bjj een huidige marktwaarde van f9,50
per zak (van 100 K.G.), terwijl België den suiker-
accijns van f25 tot f9,50 terugbrachten Duitseb-
land den zjjnen tot f8,30 verlaagde, zijn de smok
kelaars als paddestoelen uit den Limburgschen en
Noordbrabantschen bodem opgeschoten.
Dat kon de minister natuurlijk niet lijdelijk aan
zien en vandaar, dat bij koninklijk besluit van 6
Januari 1.1. werden opgeheven de bepalingen, krach
tens welke Venlo en Maastricht werden beschouwd
als besloten steden in den zin van artikel 178 der
Algemeene Wet van 26 Augustus 1822.
De beteekenis van dit besluit is, dat Maastricht
en Venlo verklaard worden terrein van toezicht,
eerste linie en dat dus alle accijnsplichtige goede
ren en van de accijnsvrije ook houtgeest en daar
mede bereide of vermengde vloeistoffen, moeten
weer te geven. Ik zal ora zijnentwil hier alles ver
dragen nu is mijne positie niet onbeteekenend meer
en als ik geweten had, dat hier een arm, rijk kind
eon ongelukkig bestaan voortsleepte, zou ik mijn
besluit SDeller genomen hebben."
Geheel vervuld van het idee, om Arthur naar
lichaam en ziel door liefderlijke zorgen op te richten
en sterker te maken, liep hg voort zonder op den weg
te letten. Bij eon kromming van den weg zag hij
de oevers van de rivier weer in al hunne schilder
achtige schoonheid voor zich liggen. Witte zuilen
schemerden al van uit de verte door het frissche
groen der bladeren. Weldra ontdekte hij een klein
tempeltje, dat in die eenzaamheid een interessanten
aanblik verschafte.
Eerst toen Rudolf dichter bij kwam, zag hij, dat
er in een van de galerijen van het tempeltje een
vrouwelijke gestalte zat. Hare lichte kleederen sta
ken bijna niet af tegen de witte zuilen.
Die vrouw, wier slanke gestalte door het leunen
tegen de Grieksche zuilen nog beter uitkwam,
steunde haar hoofd in hare handen en keek droo-
merig naar de rivier. Zij scheen Rudolf niet te
hebben hooren aankomen.
Rudolf, die nu eerst de gravin herkende, wilde
zich zachtjes verwijderen, maar zg scheen nu toch
door het geluid zgner schreden uit hare overpein
zingen opgeschrikt te worden en hief het hoofd
op. Rudolf!" riep zg, terwijl zij opBprong, en keek
»hare eerste liefde" met oogen, waarin nog tranen
glinsterden, verbaasd aaD. Op eens scheen zij echter
tot zichzelf te komen, zij drukte hare hand tegen
haar borst, alsof zg daardoor de gevoelens, die haar
bestormden, kon onderdrukken en zei mot oen half
pijnigk, half gedwongen glimlachje»U hadt me
voorzien zijn van een document voor het vervoer,
met dien verstande, dat alleen zout beneden de
hoeveelheid van 5 K.G. en wijn beueden de hoe
veelheid van 10 liter daarvan vrijgesteld zijn, terwijl
voorts de ambtenaren het recht hebben tol huis- en
lijfvisitaiie en tot ^peilen".
Daarover zijn de Maastrichtenaren geweldig uit
hun humeur, want dat het den minister ernst is
met dat besluit, is hun wol gebleken uit zgn ver
klaring de vorige week in de Eerste Kamer, »dat
hij de smokkelaars wel klein zou krijgen".
De Limburger Koerier steekt de krijgstrompet en
de vereeüiging »Da Handeldrijvende Middenstand"
stelt zich aan hot hoofd der beweging tegen »de
draconische maatregelen".
Door deze voreeniging werd bij den Limburgschen
afgevaardigde ter Eerste Kamer, den heer H. G. L.
Regouteen memorie ingediend, waarin de grieven
worden uiteengezet, en hot een bedroevend feit wordt
genoemd, dat juist deze regeering dit onheil over
het katholieke Maastricht brengt.
In een gisteren gehouden vergadering werd be
sloten met bijna algemeene stemmen door tusschen-
komst van de Limburgsche leden van de Eerste en
Tweede Kamer der Staten-Gencraal, den commissaris
der Koningin in Limburg, burgemeester en wethou
ders en Kamer van koophandel te Maastricht, bg
den minister van financiën te protesteeren tegen
genoemd besluit, ovenals bij adres aan H. M. de
Koningin te verzoeken om intrekking daarvan.
De staatscommissie voor den toestand van
'fc spoorwegpersoneel heeft baar verslag met voor
stellen ingediend. Vooraf meent de commissie, dat
de eerste werkstaking niet wortelde in den drang
naar betere arbeidsvoorwaarden en de tweede is
opgezet tegen de dwangwetten. Volgens de com
missie hebben de spoorwegmaatschappijen hare
zedelijke verplichtingen tegenover haar personeel
niet verwaarloosd. De hoofdgrieven van het per
soneel nagaande, stelt de commissie o. a. voor:
regeling van dienst- en rusttijden van het spoor
wegpersoneel, met contróle daarop door beamb-
teD, en zich uitstrekkende tot alle beambten en
bedienden. Beperking van den nachtdienst, on
voorwaardelijk te verbieden voor vrouwsn. Geen
beperking van personenvervoer. Op Zondag geen
algemeen verbod van Zondagsgoederendienst, doch
wel geheele opheffing van den besteldienst, verzeke
ring van een geregelden rustdag aan het personeel,
openbaarheid van loonregelingen, diligentverkla-
ringen omtrent loonregelingen, vergoeding voor
overuren, spoediger opklimming tot de maximum-
bezoldigiDg, wegneming der gebreken aan het stuk
loon, een stelsel van jaarlijksch verlof van 14
dagen met behoud van loon, betere regeling van
pensionneering en van ziekteverzorging het waar
borgen zooveel mogelijk van vaste aanstelling
mildere regeling der loonenkortingen keuzebevor
dering toegankelijkheid van de chefs voor het perso
neel en de bestuursorgauisatiën behoorlijke behan
deling en wederaanstelling van deelnemers aan de
werkstakingberoep op een scheidsgerecht van
straffen wegens veiiigheidsvergrijpen en van niet
bijna doen schrikken, meneer Stabl
Bij den eersten uitroep van Helena was het den
jongen man alsof het verleden een onaangename
droom was en hij de geliefde uit zijne jengd voor
zich zag. Hij wilde zijne handen opheffen en naar
haar toe snellen, maar zag nog bijtijds de snelop-
komende verandering op haar gezicht, terwijl hij
zelf ook tot bezinning kwam. »Neem me niet kwa
lijk, dat ik u gestoord heb, mevrouw de gravin,"
zei hij zachtjes, >en sta me toe, dat ik me verwij
der." Hg maakte eene diepe buiging en wilde zijns
weegs gaan.
Zij was intusschen weer op de bank gaan zitten,
zg scheen zichzelf weer geheel meester te zgn en
antwoordde kalmBlijf u maar gerust hier Het
is zooveel jaren geleden, sedert wij elkaar het laatst
zagen vertel me eens wat van uw leven," en
zij maakte een gebaar, waarmee zg hem uitnoodigde
om naast haar te gaan zitten. Haar stem klonk
voornaam en koel en vormde een zonderlinge tegen
stelling met hare oogen, die nog vochtig waren en
wier blik belangstellend op zgn gezicht rustte.
j>Ik deel in het lot van alle alledaagsche men-
schen, van niets bijzonders te kunnen vertellen,"
antwoordde Rudolf ontwijkend.
De gravin keek hom onderzoekend aan, alsof zij
zgn verleden kon lezen op zijn gezicht. Zij had
het gisteren niet gewaagd hem eens goed aan te
kijken en was nu verbaasd over de veranderingen,
die bij had ondergaan. In de diepliggende donkere
oogen gloeide niot meer het oude vuurde groote
geestdrift was er uit verdwenen en had plaats ge
maakt voor peiuzendon ernst. Het vroeger zoo gladde
voorhoofd was nu gerimpeld en er speelde een sar
castische trek om zgn mond Zijn gezicht was smaller
op verzoek verleend ontslagkeuze der groepen-
vertegenwoordiging naar bet evenredigheidsstelsel
verzekering der veiligheid van personeel en geriefe
lijke inrichting der stations ten zijnen behoeve.
Afwijkende nota's der leden Laman Tiip} Molengraaf
en Talma betreffen het beroep op het scheidsgerecht,
rust- en arbeidstijden en arbeidsvoorwaarden.
ïereeke. Men kan waarlgk niet klagen, dat er
hier geen politiek leven is, of althans dat er geen
pogingen gedaan worden om politijk leven te
wekken. De politieke redevoeringen volgen elkaar
zoo snel op, dat mtn zich verwonderen mag, dat
de belangstelling niet vei flauwt. Toch is daarvan
tot heden weinig te bespeuren.
Ook eergisteravond, toen de heer Wijnkoop van
Amsterdam in de zaal van den heer Adriaai se op
trad, met een lezing onder den titel ^Socialisme en
stofvergoding", was er een talrijk publiek, dat
rustig en aandachtig luisterde.
(Een korten inboud der rede vindt de lezer elders
in ons blad.)
Debat werd er haast niet gevoerd.
Waarde. De in deze gemeente gehouden collecte
voor het huldeblgk aan H. M. de Koningin-Moeder
heeft opgebracht f 66.
Noord-Beveland.
Voor onze Noord-Bevelandsche lezers speet het
ons, dat wij Maandag ons verslag omtrent de lozing
door den heer Beekman te Kolijnsplaat geboudeD,
moesten afbreken wegens plaatsgebrek. Het slot
volgt thans.
Dhr. Beekman besprak eerst bet oude Zeeland,
toegelicht door eene groote kaart van 1682. Meer
andere, door den spreker vervaardigde kaarten,
waren ter verduidelijking aan d^n wand bevestigd.
Heller toonde hg aan, hoe in ouden tijd bg
achtereenvolgende bedijkingen de oude dijken wer
den afgegraven, getuige Walcheren en Schouwen.
Later werd dat verboden. Zoo Het bg ook zien,
hoe het oude Noord-Beveland uit 2 deelen bestond,
gescheiden door de Wijdvliet, later verzand, doch
waarvan men de sporen nog heden kan vinden.
De vliedbergen in Zeeland, bet darink-delven, in
Zeeland in 1477 verboden, de zoutnering van
Z;eribzee, Reimerswaal en Tolen, dat alles werd
door den spreker met groote kennis van zaken
besproken.
Vervolgens ging hij in meer bijzonderheden na
de twee groote oorzaken van de veranderingen in
de kaart van Zeeland het doorbreken der buiten
dijken en de oeverafscbuivingen of dijkvallen.
Daarop volgde de lijdensgeschiedenis van Reimers
waal, een der goede steden van Zeeland en de derde
toen van ons gewest, eindigende met den verkoop
in 1633 der geheele stad aan de schuldeischers voor
9 pond en 3 schellingen Vlaamsch.
Uitvoerig werden de ambachtsbeerlijkheden be
sproken, eerst van geheel Zeeland, daarna meer in
't bijzonder van Noord-Beveland.
De beteekenis van het oude Kortgene en Kats,
van het geheel verdwenen, toen zeer aanzienlijke
en magerder geworden en droeg een uitdrukking
van vastberadenheid, om den strijd tegen het bestaan
op te nemen. De gravin zag den weeken, droome-
rigen jongeling als oen rijpen man terug zg was
verbaasd over die verandering, maar zei niets.
»U zoekt den dweeper en dichter en vindt een
grijsaard, niet vroeg hij en streek met zgn hand
over zijn voorhoofd.
»Zoeken 2el de gravin, »ik zoek in het geheel
niets meer," en haar gezicht nam een levensmoede
uitdrukking aan. De inhoud dier woorden zou hem
hebben moeten beleedigen, msar in plaats daaivan
keek hg de gravin aandachtig aan eu zag nu eerst
welke veranderingen zij ondergaan had. Die vrouw
hoopte vreesde niets meer, zij had afgedaan met
het leven en verdroeg het alleor, omdat zij het
niet op een opzienbarende wijze wilde verlaten.
Dat alles en nog veel meer las hij op haar bleek
gezicht en in hare doffe oogen. Helena, ge zijt
niet gelukkig," zei hg met trillende lippen en
tastte naar hare band. De gravin kromp ineen
zg had er misschien berouw van, dat zg hem on
willekeurig een blik had gegund in haar zieleleven
en trok zachtjes hare band uit de zijne, terwijl zg
kalm antwoordde: »Ge vergist u, Rudolf. Ik ben
een gelukkige en tevredene vronw." Zij legde nu
weer al hare oude kalmte en voorname zekerheid
aan den dag en er speelde zelfs een opgewekt
glimlachje om hare lippen.
Rudolf liet zich echter daardoor niet om den
tuin leidon. Als men eenmaal op het to neel er
gens een gat ontdekt heeft, dan kennen we het
bostaan daarvan voorgoed, ook al wordt het on
middellijk weer gesloten.
Al zou Helena hem nooit meer zou'n in treurig