1903, N". 139.
Dinsdag 24 November.
90sle jaargang.
7 FEUILLETON.
Vau Verliezen en Vinden.
GOESC
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond,
uitgezonderd op feestdagen.
Prjjs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, 1,2$.
Afzonderlijke nommers 5 cent.
Inzending van adverientaën vóór 2 uren op den dag der
uitgave.
De prjjs der gewone advertentiën is van 1-5 regels 50 cent, eiken regel meer 10 ct.
Bjj directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfdo advertentie wordt de prjjs
slechts tweemaal berekend.
Geboorte-, huwelijks- en doodberichten «n de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 110 regels 1,berekend.
Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel.
Uitgave van de Naaml. Yennootschap „Goesche Courant". Directeur-Hoofdredacteur R. G. Rijkens.
De MILITIERAAD
zal voor deze gomeente zij do zitting houden op
MAAHDAG 21 December 1903 des morgens te 9 1/2
uren, in het Tehuis voop Militairen, Nieuw-
straat G no. 223 te Middelburg.
Deze zitting is bestemd tot het doen van uit
spraak omtrent alle lotelingen.
hi persoon moet voor den militieraad in zijne
zitting verschijnen de loteling, die vrijstelling
verlangt wegens ziekelijke gesteldheid of gebreken,
of gemis van de gevorderde lengte.
Ér wordt op gewezen, dat zij die bij de loting
geen redenen van vrijstelliug inbrachten, dit later
bij den militieraad nog kunnen doen, en dat opgave
van reclames niet voldoende is, maar door belang
hebbenden ten dienende dage bij den militieraad
zelf moet geschieden.
Hierbij wordt in herinnering gebracht dat het
voor de lotelingen, die vrijstelling verzochten wegens
broederdien8t, zeer gewenscht is persoonlijk
voor den militieraad to verschijnen, daar vergissingen
in do stukken of nalatigheid door andere omstandig
heden, oorzaken kunnen zijn dat zij tot den dienst
zouden worden aaugewezen, zonder recht op beroep
bij Gedeputeerde Staten.
Wanneer een loteling, uithoofde van ziekte
of gebreken, buiten staat is voor den militie
raad te verschijnen, moet daarvan eene onge-
legelde geneeskundige verklaring worden over-
Deze verklaring moet opgave bevatten van de
woonplaats van dien loteling, en zoo die woonplaats
buiten de kom van de gemeente is gelegen, van
de wijk, buurt of gehucht, waar hij te vinden is, en
moet door bemiddeling van den Bur
gemeester, tg dig aan den militieraad wor
den ingezonden.
Goes, den 21 November 1903.
Burgemeester en Wethouders van Goes,
DE KONING KOOIJ.
De Secretaris,
VAN REIGERSBERG VERSLUIJS.
G O E S 23 Nov. 1903.
Ter buitengewone openbare civiele terecht
zitting der Arrondissements-Rechtbank te Middel
burg van heden is de heer J. K. Verhoekbenoemd
deurwaarder bij het kantongerecht te Goes, als
zoodanig beëedigd.
De brievenbesteller N. Korstanje te Rilland,
heeft eervol ontslag uit zijn betrekking aangevraagd
togen 15 Dec. a. s.
De heer G. Acda te Baarland is benoemd tot
kommies bij 's Rijks belastingon.
St. Nicolaaspakjes. Do directeur-generaal der
postergen en telegrafie brengt in de St.-Ct. ter
algemeens kennis
Bij gelegenheid van het aanstaande St. Uicolaos-
feest wordt de vergunning om meerdere pakketten
aan hetzelfde adres van slechts één adreskaart te
doen vergezeld gaan voor den tijd van 2 tot en
met 7 December ingetrokken en zal derhalve bjj
elk gedurende dat tijdvak ter verzending aange
boden pakket, een adreskaart behooren te zijn
gevoegd.
Voorts wordt, ter verzekering van een goede over
komst der pakketten, aanbevolen
lo. zorg te dragen voor een doelmatige en
stevige verpakking van de te verzenden voorwerpen,
Roman van Gerhard Stein.
De waard kwam beneden met van toorn fonke
lende oogen, met gebaren van schrik en woede,
ademloos hijgend als een man, wien iets vreese-
lijks overkomen is.
»Wat sta je hier toch, Minna," riep hij het
meisje toe, »ga vlug de politie halen Snel 1
Vooruit! Maak gauw, dat je weg komt!"
»Is daar boven," vroeg een der heeren, naar zijn
voorhoofd wijzend, »iemand ziek geworden
>Het schijnt. Een heer, die gisteren is gekomen,
beweert, dat hij bestolen is. En er is sedert gis
teren geen menscb in zijne kamer geweest."
»Bestolen antwoordde de heer verbaasd, »dat
kan men toch niet aannemen in uw huis."
»Dat zou ik ook denken," zeide Weigel bitter.
De vreemdelingen vroegen niet verder, en Wei-
gel ging met een van toorn hoog-rood gezicht
naar buiten, om in de richting te zien vanwaar
in dier voege, dat deze op afdoende wijze tegen
breken of beschadigen verzekerd zijn
2o. zoo mogelijk de adressen op den omslag van
de pakketten te schrijven en, waar opplakking of
aanhechting van een adres onvermijdelijk is, d c
zóó vast te hechten, dat voor het verloren gaan
daarvan tijdens het vervoer, geen vrees behoeft te
bestaan
3o. in de pakketten een tweede, los adres, te
sluiten.
De Ver. Vrij Ruilverkeer heeft weder een
nieuwen tekst verspreid om op de achterzijde van
enveloppes te drukken en daardoor propaganda voor
den vrij handel te maken. Hij luidt:
Invoerrechten verhoogen den prijs van de arti
kelen, waarop zij gehoven worden.
Verhoogiug van de invoerrechten maakt die ar
tikelen nog duurder.
Uitbreiding van invoerrechten maakt nog méér
artikelen duur.
Verhooging en uitbreiding van invoerrechten is
niets anders dan een belasting op allerlei levens-
benoodigdheden zij is onrechtvaardig, lo. omdat
deze belasting wegens haar voor rijk en arm gelijk
bedrag het zwaarst drukt op ben, die baar het
minst kunnen betalen, 2o. omdat de opbrengst
slechts gedeeltelijk komt in de schatkist en hoofd
zakelijk strekt ton bate van de beschermde binnen-
landsehe voortbrengers.
Verhooging van het tarief van invoerrechten
doet de productiekosten stijgen en houdt daardoor
loonsverhooging tegenbovendien is zij feitelijk
verlaging der arbeidsloonen, want voor het loon,
dat een werkman ontvangt, kan hij minder goede
ren koopen.
Verhooging van het tarief van invoerrechten treft
inhet bijzonder allen die van een vast inkomen
moeten leven.
Daarom geen verhooging van ons tarief.
ps Gravenpolder. Vrijdagavond is voor het
leesgrage publiek wederom de volksleesbibliotheek
geopend. Werd den vorigen winter een flink ge
bruik gemaakt van deze gelegenheid, dank zij de
verrijking der boekenkast met een aantal boeiende
werken, ook dezen leestijd gaat de commissie met
vertrouwen tegemoet, te meer daar het baiig saldo
haar in staat stelde weder een serie passende werk
jes aan te schaffen. Met »De Wet" in 't veld door
Stamperius, de verborgen Troon door Homoet, de
14 verschillende deeltjes van Nataly von Eschstruth
enz. zullen ongetwijfeld in den smaak vallen. Moge
de commissie hare verwachtingen vervuld zien.
Wekeüjksch algemeen overzicht.
Er heeft zich in de week, die achter ons ligt,
een merkwaardig feit voorgedaan in Nederland.
In een der Nederlandsche bladen, het was de Tele
graaf,werd het huidige kabinet genoemd het kabi
net der retirades. De grootste retirade, die tot nu
toe door eenig lid van het ministerie is gemaakt,
is wel die van den minister van Oorlog, generaal
Bergansius. Het ging in de Kamer om het voorstel
der Regeering, om het blijvend gedeelte te ver
hoogen van 7500 tot 8000 man en don dienst te
regelen niet meer in twee ploegen van viermaanders,
maar in één ploeg van achtmaanders.
Dit voorstel werd tot verbazing van een groot
deel der Kamerleden, nadat er van liberale en
socialistische zijde hevig verzet tegen was g«uit,
plotseling door den minister ingetrokken. Die in
trekking, voor velen een raadsel, moet, volgens
het Vaderland, minder het gevolg zijn geweest van
de politie moest komen.
Na eenige minuten waren ze er reeds, de po
litiemannen, en wel de inspecteur zelf, een wacht
meester en een agent.
De waard bracht hen, nadat hij eenige woorden
met den inspecteur had gewisseld, dadelijk naar
de eerste étage, naar de kamer van Heydemann.
Deze zat op de sofa, geheel ontdaan, bleek, met
vertrokken gezicht, een belichaming der grootste
vertwijfeling.
Bjj het binnentreden der heeren stond hij met
moeite op. Al zijne kracht scheen hij verloren te
hebben.
De inspecteur wierp een uitvorschenden blik op
de gestalte, die diep neerslachtig voor hem stond.
»Wat is er gebeurd?" vroeg hij.
Heydemann kon eerst geen woord uitbrengen.
Daarop riep bij
»Veertig duizend mark! Alles wat ik bezat,
is mij ontstolen
Veertig duizend mark?" zei de inspecteur, on
willekeurig een stap achteruitgaande.
De uiterlijke verschijning van Heydemann was
zeer in tegenspraak met de genoemde som.
»Ja, zooveel was het," zeide Heydemann, »mijne
de daartegen in do openbare vergadering dor Tweede
Kamer gevoerde oppositie, dan van verzet in de
gelederen der rechterzijde ontstaan en waarvan de
Regeering kennis was gegeven. Men had zoo
heet 't een motie van orde gereed om, wanneer
de minister van Oorlog weigerde bet art. 109 terug
te nemen, de behandeling van het wetsontwerp te
verdagen. In die omstandigheden besloot de minister,
na langdurig overleg met zijn ambtgenooten, de
wijziging liever prijs te geven.
Indien de Regeering het artikel had gehandhaafd,
zou het er, volgens de Standaard, hachelijk bobben
voorgestaan, want enkele R.-katholieke leden waren
er niet voor to vinden en alle leden links zouden
zich er tegen hebben verklaard.
Hoo dit ook zzj, het prestige der Regeering is
door het nemen van zulk een draai niet verhoogd.
Zij was of bang voor bare positie óf was plotseling
tot de overtuiging gekomeD, dat eene verzwaring
van militairen druk, die zij had voorgesteld, niet
in 's lands belang zou zijn. Ernstige menscben ver
anderen in gewichtige zaken niet zoo spoedig van
meening.
Er is in de afgoloopen week een koningsfeest
gevierd. Koning Clir-iafiaan IX wan Dene
marken heeft veertig jaar de Kroon van zijn
land gedragen. De Denen hebben dit feest met op
gewektheid gevierd zij zijn hun koning dankbaar
en hebben daarvoor goede redenen.
Zijn lange regeering is niet in ieder opzicht ge
lukkig geweest. De oorlog met Pruisen en Oosten
rijk eindigde met den afstand van een grondgebied,
dat men gewoon was te beschouwen als behoorende
tot Denemarken. In de eerste jaren van zijne re
geering was de koning geenszins de lieveling van
zijn volk. Ook later stond hij meermalen tegenover
zijne Denen, vooral toen deze, gedachtig aan vroe
gere nederlagen, geneigd waren in 1870 gemeene
zaak te maken met Frankrijk tegenover Pruisen.
Koning Christiaan gaf toen niet toe aan het drijven
van een groot deel zijner onderdanen en de Denen
hebben wel moeten zien, dat hg gelijk had.
Denemarken is, met name op het gebied van den
Landbouw, maar ook wat Handel en Nijverheid
betreft, sterk vooruit gegaan. Men heeft de heiden
van Jutland ontgonnen en in eigen land nagenoeg
teruggewonnen, wat men in den oorlog verloren had.
Lang hebben binnenlandsche twisten koning Chris
tiaan voor moeilijke vragen gesteld, in de eerste
plaats voor deze groote, of het parlementaire stel
sel moest worden toegepast tot het intente, zoodat
de koning zich zijne ministers als 't ware moest
doen aanwijzen door de toevallige meerderheid der
volksvertegenwoordiging. Koning Christiaan, na lan
gen tijd met conservatieve ministers te hebben ge
regeerd, heeft ten slotte eene loyale proef met de
linkerzijde genomen. De koning en het volk kunnen
het thans uitstekend samen vinden, vandaar dat
men hoewel de koning er tegen was, hij had tien
jaar willon wachten zeer opgewekt dit veertig
jarig jubileum heeft gevierd. De koning is wel zeer
kras; maar het volk oordeelde, dat, wanneer iemand
85 jaar is, men het best doet met geen tien jaar
meer te wachten, indien men hem huldigen wil.
Alsof de grijze keizer-koning Frans Jozef nog
niet genoeg te doen had met den vrede te be
waren tusschen zijne onderdanen in elk der rijks
helften, gaan nu ook nog zijne president-ministers
tr. Körber en Tisza onderling ruzie maken.
Het begon, doordat do Oosten rij ksche premier
v. Körber in het Huis van Afgevaardigden, sprekende
over de Hongaarsche legerquaestie, zeide, dat het
erfenis, die ik gisterenvoormiddag in mijne geboorte
stad Mittendorf in ontvangst nam."
>0, eene erfenis," zeide de inspecteur.
De zaak scheen nu geloofwaardiger.
»In mijn huis zijn geen dieven," riep de waard
er tusschen.
De inspecteur bracht den waard door een wenk
tot stilzwijgen en wendde zich tot Heydemann.
»Ge hebt het geld wellicht verloren," zeide hij.
Verloren?" vroeg Heydemann hoofdschuddend.
»Het geld kwam geen oogenblik uit deze kamer.
Gisterenavond had ik de portefeuille voor de oogen
van den waard in mijne handen. Welnu, do geheele
portefeuille is weg."
>Ge zijt vandaag immers eenige uren in de stad
geweest l" riep Weigel hern toe.
»Ja," antwoordde Heydemann, »maar ik nam het
geld niet mee."
»Hoe komt hot, dat u nu eerst ontdekt, dat het
geld weg is vroeg de inspecteur. »Waar hadt
ge dan uwe portefeuille
»Hier in deze schrijftafel en in deze lade," ant
woordde Heydemann, in die richting wijzend. j>Toen
ik gisterenavond na het avondeten in deze kamer
kwam, viel het mij in, dat het onvoorzichtig was
parlement in deze niet tusschenboide kon komen,
daar het ging om de inwendige organisatie van
het leger, die geheel aan den keizer was overgelaten.
Zij, die het Vergelijk tot stand hebben doen komen,
hebben, zeide hij, ook gedacht aan een verbonden
leger onder de leiding des keizers. De invloed van
Oostenrijk op eventueele verandering der wetten
was overigens verzekerd.
Do Hongaren waren over die gezegden zeer boos
en de Hongaarsche premier Tisza heeft daarop in
hot Volkshuis gezegd, dat de opmerkingen van den
OosteDrijkscben minister-president over de eonsti-
tutioneele rechten van Hongarije slechts waren te
beschouwen als uitingen van een aanzienlijk vreem
deling, die slechts oppervlakkig in dit onderwerp
thuis was. Tisza kon die uitingen niet prijzen.
Overigens waren Ttsza's gevoelens over de rechten
van de Kroon erkend door den eenigen persoon,
die het recht bezit den toon aan te geven in deze
quaestie. De samenstelling van het Kabinet was op
dien grondslag geschied en bij een zoo duidelijken
stand van zaken kon Tisza slechts zeer koeltjes
het oordeel opvatten van lieden, die niet bevoegd
zjjn en geen meening over dit onderwerp hebben
uit te spreken. Gejuich in het Hongaarsche Volks
huis, zooals het geklonken had in het Oosten rij ksche
Huis van Afgevaardigden na v. Körber s rede. Deze
laatste heeft trouwens als antwoord op Tisza1 s
uitingen weer geantwoord, dat men wel zou doen
zich te herinneren, dat het woord ^vreemdeling"
ten opzichte van inwoners der Oostenrijksche-Hon-
gaarsche monarchie het eerst was uitgesproken door
een Hongaarsch premier.
De eonige goede kant van dezen voor de monarchie
zoo feilen twist, is, dat de beide ministeries er
hunne positie in hun eigen land een weinig door
hebben versterkt. Zwarte zielen zeggen natuurlijk,
dat de geheele twist daarom begonnen is.
Met de algemeene erkenning der jonge Repu
blics del Isthmo gaat het nog niet geheel naar
wensch. Er is eene financieele quaestie. De ex-
provincie Panama, deel van do Republiek Columbia,
is natuurlijk mede aansprakelijk voor de schuld
dier Republiek en er zou kans bestaaD, dat Columbia
gaat weigeren zgn buitenlandsche schuld te betalen,
als Panama daarvan niet een evenredig deel op zich
neemt. Daarvoor zouden dan de 10 millioen, die de
Vereenigde Staten aan Panama zouden betalen,
goed zijn.
Er is namelijk sprake van een overeengekomen
Kanaal-tractaat tusschen Amerika en Panama. Daar
van is het volgende bekend geworden
Panama staat voor altijd aan de Vereenigde Staten
alle landgebied overal in de republiek af, dat in
verband met, den aanleg, de exploitatie en het onder-
boud van het Kanaal wonschelijk wordt geacht.
Het verdrag verzekert aan de Ver. Staten ook het
volle souvereiniteitsrecht over een landstreek van
tien a twaalf Engelsche mijlen breedte aan weers
zijden van het kanaal. Verder krijgen de Ver.
Staten verlof, hot kanaal aan de eindpunten van
versterkingen te voorzien en door politie te doen
bewaken. De steden Panama en Colon behouden
hun zelfbestuur onder de suzereiniteit der republiek,
zoolang als zij de orde en de gezondheidsbelangen
tot tevredenh#id der Ver. Staten handhaven. Het
niet nakomen dezer voorwaarden geeft aan de Ver.
Staten het vecht, de richtigo verwezenlijking hunner
wenschen door te drijven en zelfs geweld te gebruiken,
om ze af te dwingen. Panama krijgt 10 millioen
dollars. Het verdrag bepaalt verder, dat het kanaal
neutraal en voor alle landen op dezelfde voorwaarden
geopend blijft.
zoo'n groote som bij me te dragen. Ik legde do
portefeuille daarom in ,de lade, sloot de schrijftafel
en nam den sleutel mee."
»En van morgen
Stond ik op, overlegde, of ik het geld mee
nemen zon en kwam tot de conclusie het liever
niet te doen. Ik ontbeet, ging daarna weg, maakte
eene wandeling door de straten en ging in een
kleedingmagazijn."
>Maar hoe kon u daar binnen gaan, terwijl u
toch geen geld bij u hadt", zei de inspecteur.
»0, ja, ik had in mijn porteraonnaie ongeveer
veertig mark in goud. Ik geloofde daaraan genoeg
te hebben. Men liet mij verschillende stoffen zien,
ik bestelde twee costumes, betaalde eerst twintig
mark en ging daarop terug, om meer geld te halen."
»Nu en
»Nu, ik kom in mijne kamer, maak de schrgf
tafel openalles schijnt in de beste orde te zijn,
ik trek de lade uitmaar ze is ledig Ik onder
zoek daarop de eene lade na de andere niets,
geen spoor van do portefeuille, niets meer van het
geld alles gestolen
In de grootste vertwij leling werden deze woorden
uitgebracht. Ze droegen het stempel der zuiverste