1903, N#. 107. Donderdag 10 September. 90s1" jaargang. VEILIGHEIDSWET. i7 FEUILLETON. Het BABYLON-HOTEL. Uitgave van de Naaml. Vennootschap „Goesche Courant". Directeur-Hoofdredacteur E. G. Rijkens. GOESCHE De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrij dagavond, uitgezonderd op feestdagen. Prjjs per kwartaal, zoo binnen als buiten G<*.-*g, 1,25. Afzonderlijke nommers S cent. Inzending van advertentiën vóór 2 uren op den dag der uitgave. De prjjs der gewone advertentiën ie van 1-5 regels 50 cent, eiken regel meer 10 ct. Bjj directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prjjs slechts tweemaal berekend. Geboorte-, huwelijks- en doodberichten on de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 110 regels A 1,berekend. Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel. is teweeg gebracht en voortduurt. Want de een wil wel toenadering, maar waarschuwt bjj voorbaat, dat men de minimum-voorwaarde van welstand en geschiktheid voor iederen mannelijken of vrouwe lijken kiezer nooit los zal laten. De ander wil, evenals Van Houten in 1887, een blanco art. 80 van do Grondwet. Een derde wil wel hereeniging van alle liberalen, maar voegt er terstond bij »op den' grond van hetgeen vereenigt., op grond van wat aan de verschillende groepen tegenover de rech terzijde gemeen is", niet op grond juist van wat scheidt. Weer een ander waarschuwt nu reeds, dat het algemeen stemrecht wellicht een nog sterker clericaal gekleurde meerderheid in het Regeerings- kasteel zal brengen. Eu zoo gaat het door. Toen de heer Kerdijk den twistappel onder de liberalen wierp, oene afzonderlijke Kamerclub op richtte en de leden daarvan doopte met den naam vrijzinnig-democraten, beging hp in zooverre eene lichtvaardigo en daardoor onverantwoordelijke daad, omdat in die tijden meer dan ooit nauwe aaneen sluiting tusschen de liberalen noodig was. Maar nu eenmaal de verdeeldheid er is, nu men het kwaad der verdeeldheid heeft leeren kennen, zou men o. i. van andert zijde uit een practisch oogpunt, zoover te gemoet dienen te komen als het beginsel maar eenigszins toelaat. Het belang dat er gelegen is in do eenheid van de liberale partij maakt zulks noodzakelijk. Dat van die toenadering iets moge blijken bij de behandeling der kiesrecht- voorstellen in de Tweede Kamer is een wensch dien de liberalen moeten koes'eren uit welbegrepen eigenbelang. In de Prov. Gron. Ct. doet de Leidsche hoog leeraar Oppenheim zijne waarschuwende stem hooren met het oog op de toekomstige behandeling. Men kan", zegt hij o. a. ♦de samenstelling der Tweede Kamer in aanmerking genomen, op de vingers narekenen, dat geen der beido reeds aanhangige voorstellen kans heeft te worden aangenomen en dat ook een derde voorstel, als het zich in dezelfde lijn beweegt, gedoemd zal zijn ten onder te gaan. Maar de belangrijkheid van het genomen en te nemen initiatief is daarom er niet minder om, met name met het oog op de gedragslijn, die de liberalen van alle gading tegenover de voorstellen, als zij in behandeling komen, zullen volgen. De liberalen van alle gading. Op hunne houding in dit zittingjaar komt zoo ontzaggelijk veel voor de toekomst aan. Of de liberale partij bij de nieuwe verkiezingen weder meerderheid zal worden, zal voor een groot deel, indien niet geheel, afhangpn van de krachtsontwikkeling en de samenwerking der liberale kamerleden in de campagne die nu te beginnen staat. Gelukt het de toenadering der groe pen tot stand te brengen en de brug te bouwen voor de hereeniging der verdeelde elementen, dan kan de toekomst met hoop en vertrouwen worden tegemoet gegaan. En dat het daartoe komen kan blijven wij gelooven, zoo slechts in alle geledingen der liberale minderheid het besef alles overheer- schend wordt, dat in de heerschappij der reactie bet grootste gevaar voor de toekomst van het va derland is gelegen en van dit besef in woord en daad getuigenis wordt afgelegd. De liberale minderheid komt in het intredend zittingjaar tegenover wetsvoordrachten te staan, waarbij zij zal kunnen toonon dat vernieuwing, hervorming, wasdom niet dan uit liberale bron voortkomt". Door haar stem en bandelen de kiezers massa tot dit inzicht te brengen is de dankbare taak die voor haar is weggelegd. Door het gelukkig volbrengen ervan kan zij den weg plaveien voor de herleving van het liberaal régime, voor het do»n verkeeren van haar minderheid in de meerderheid van voorheen". Het Loterijwetje. De Arnh. Ct., de Loterij wet besprekend, zegt dat men het ethisch doel, met dit ontwerp beoogd, kent uit de Troonrede van 1901, uit de schriftelijke behandeling van de eerste begrooting der huidige Regeering en uit de toelichting tot het wetsontwerp, hetwelk, onder den titel van afschaffing van de Staatsloterij", die feitelijk tot 1 Januari 1922 be stendigt. Het zedelijk karakter van het openbaar volksleven", zoo deed in zijn eerste Troonrede het Kabinet-Kuyper bij koninklijken monde den volke kond, zal op meer afdoende wijze door de wet beschermd moeten worden. Zonder de persoonlijke vrijheid te na te komen, zal op openbaar terrein de speel- en drankzucht krachtiger moeten worden beteugeld." En, zooals de Rogeering den 7enJnni in de toelichting van het ontwerp tot ♦afschaffing van do Staatsloterij" nader verklaarde, moest zij er op bedacht zijn, nu »de speelzucht ook ten onzent zich in toenemende mate openbaart pn in steeds breeder maatschappelijke kringen hare slachtoffers maakt", nadere voorzieningen te treffen, waardoor de uitspattingen van dezen hai'tstocht op meor afdoende wijze konden worden beteugeld." Naar dit doel nu wordt met de vLotorijwet 1904" gestreefd op een wijze, waarvan ten volle geldt »de kleine dieven knoopt men op en de grooto laat men loopen." Wie zich door speculation van tien- en honderdduizenden wil ruïaeeren, de wet zal hom geen stroobreed in den weg 1-ggen, maar wie door de kans op een prijsje hot verlies zou willen* wagen van het bedrag van een twin tigste lot in de Staatsloterij, bij wordt tegen zijn eigen zedelijke zwakheid door de wet beschermd. En dat heet in do taal van het Christelijk Kabi net ^beteugeling der uitspattingen van den harts tocht der speelzuchtIn den volksmond echter heet in nuchtere taal zulk muggen uitzuigen en kemelen doorzijgen (de Redactie bedoelt zeker muggen uitzijgen en kemelen doorzwelgen. Red. O. Ct.) koude drukte, en zeker met meer recht Het Beursspel, gaat het blad voort, in naam der christelijke moraal beletten, 't zou op bedenke lijke wijze de vrijheid van den effectenhandel be snoeien De'Strafwet zóó aanvullen, dat ♦behen- digheids"(?)-spelen als het vermaarde jeu de poule en andere soortgelijke dobbelarijen niet langer door de mazen der wet konden kruipen, dat af zetterijen, als door middel der zoogenaamde prijs raadsels, in 't vervolg onmogelijk zouden zfjn Niets van dit alles Het ontwerp doet in werkelijkheid wei nig meer dan een einde maken aan den topstand, die op 't puut der loterijen sedert de invoeriug der Straf wet, gelijk in de Memorie van Toelichting gezegd Aangezien gebleken is dat nog altijd vele werk gevers in de meening verkeeren, dat van het voor komen van een ongeval onder bun personeel, na de invoering van de ongevallenwet, alleen aan gifte behoeft te worden gpdaau aan de Rijks verzekeringsbank! maakt de Burgemeester van Goes belanghebbenden nogmaals attent, dat ook, evenals te voren, bij hem aangifte moet worden gedaan ingevolge de Veiligheids- wet, aangHzien zij zich anders zouden blootstellen aan eene vervolging wegens overtreding van art. 12 der veiligheidswet Zij, die de bedoelde aangifte hebben verzuimd, moeten deze alsnog doen. Goes, 8 September 1903. De Burgemeester van Goes, J. J. RAMONDT, L. B. Stremming Passage Stationsweg. Wegens het voorzien van keibestrating is de afsluiting van den Stationsweg voor rij-en voer tuigen opnieuw verlengd tot. 15 September a. s. Goes, den 8 September 1903. Burgemeester en Wethouders van Goes, J. J. RAMONDT, L. B. De Secretaris, VAN REIGERSBERG YERSLUIJS. Het kohier van den Hoofdelijken Omslag voor het jaar 1903 is alphaberiseh en klassikaal gedrukt en ter Secretarie van de gemeente tegen betaling van v jj f -en-dertig cents verkrijg baar gesteld. Goe.s, 8 September i903. Burgemeester en Wethouders van Goes, J. J. RAMONDT L. B. De Secretaris, VAN REIGERSBERG YERSLUIJS. Kiesrechtvoorstellen. Zooals men weet, zijn er tot op dit oogenblik reeds twee voorstellen tot Grondwetsherziening bij de Staten-Generaal ingekomen met het oog op kiesrechtuitbreiding. Het zijn die van de sociaal democratische groep en van de vrijzinnig-democra ten. Eu binnenkort zal nog een derde worden in gediend door de liberalen, waarvan de heer Goeman Borgeiius als leider optreedt. Allo drie voorstellen hipven in zooverre in do lijn van Thorbeckedat zij de deur voor bot alge meen kiesrecht willen openen. Immers, Thorbecke heeft gezegd, dat hot beginsel van algemeen stem recht ligt in de staatsgeschiedenis onzer eeuw en dat dit beginsel do eigenlijke grond is van den gestadigen krijg tegen elke, de uitoefening van het stemrecht beperkende wetgeving. Is het aan den eenen kant begrijpelijk, dat de verschillende anti-clericale partgen gaarne ieder hun ideaal in dezen trachten verwezenlijkt te krij gen, aan den anderen kant moet het tot bezorgdheid stemmen, aangezien door de oneenigheid over deze kiesrechtquaestie de breuk in de liberale gelederen Naar het Engelsch, van Arnold Bennett. ♦De groote financier kwam op eenvoudige, on- aanstelligere wijze binnen. Hij was nog al kort en gezet en was gekleed als het type van den geldman met een te mooien horlogeketting en een te laag vest. In zijn dikke linkerhand hield hij een stok met een gouden knop en een nieuwen zijden hoed. Hij haalde zwaar adem en snoof door zijn neus, alsof hij pas den een of anderen zwaren lichaam lijken arbeid had verricht. Hij keek naar den milli- onnair met een uitdrukking op zijn gelaat, waaruit men misschien verlegenheid had kunnen opmaken, maar zijn dik, rond gelaat ademde toch een zekere openhartige bewondering en goedhartigheid. Meneer Racksole, niet waar meneer Theo dore Racksole. Ik ben er trotsch op u te leeren kennen, meneer." Dat waren de eerste woorden van den heer Sampson Levi. Wat den vorm betreft waren zij de begroetingsformule van een schoor steenveger, maar Theodore Racksole vond het vreemd genoeg aangenaam ze te hooren. Hij zei tot zichzelf dat daar, waar niemand een eerlijk man verwacht zou hebben, hij er een gevonden had. ♦Goeden dag", zei Racksole kortaf, ♦waaraan dank ik het genoegen ♦Ik vermoed, dat uw tijd beperkt is", antwoordde Sampson Levi. ♦De mijne is het zeker en dus zal ik maar dadelijk tot de zaak in kwestie komen, meneer Racksole. Ik ben een eenvoudig man. Ik verbeeld me niet, dat ik een heer ben of zoo iets. Ik ben makelaar, dat ben ik en het kan me niet schelen, dat de menschen dat weten. Gisterenavond heb ik hier in huis een bal gegeven. Dat heeft me eenigo duizenden ponden gekost en tusschen twee haakjes ik heb van morgen een cbèque geschreven voor uw rekening. Ik houd niet van bals, maar ze zijn van veel nut voor mij, en mijn vrouwtje houdt er van en dus geven wij ze. Ik heb niets op te merken aangaande de bediening op dat bal, die was heel fatsoenlijk, maar wat ik gaarne zou willen weten is ditwaarom hebt u een par ticulier detective op mijn bal gestuurd ♦Een private detectieve riep Racksole uit, ietwat verbaasd over die klacht. ♦Ja", zei de heer Sampson Levi op vasten toon, terwijl hij zichzelf koelte toewuifde en Theodore Racksole aankeek met het ernstige gezicht van iemand, die zich gegriefd acht. ♦Ja, een private detectieveHet is een zaak van weinig belang, dat weet ik wel en ik geloof wel, dat u denkt, dat u als eigenaar van den heelen boel het recht hebt op dat punt te doen, wat u goed vindt. Ik ben hier gekomen om te zeggen, dat ik daar tegen ben. Ik ben hier gekomen uit principe. Ik ben niet boos, het is alleen uit principe". ♦Beste meneer Levi", zei Racksole. «Ik verzeker u dat van het oogenblik, waarop ik de gouden zaal" heb verhuurd aan een particulier voor een besloten gezelschap, ik er niet over zou deuken om te doen, wat u daar zegt." Heu8cb waar?" vrceg de beer Sampsou Levi. Heusch waar," zei Racksole glimlachend. Er was een heer op mijn bal, dien ik niet had aitgenoodigd. Ik heb een uitstekend geheugen voor gezichten ik weet het dus zeker. Ver scheiden van mijne gasten hebben mij later gevraagd wat hij daar toch uitvoerde. De een of ander ver telde mij, dat bij eon van uwe kelners was, maar dat geloofde ik niet. Ik weet niets van het Babylon- hotel afhet is niet het soort van kroegen, dat ik bezoek, maar ik geloof niet, dat u een van uwe kelners zoudt sturen om nieuwe gasten gade te slaan tenzij u hem als kelner stuurde, natuur lijk en deze vent heeft in het geheel niet bediend, al heeft hij flink wat gedronken." ♦Ik kan misschien eenig licht verspreiden in deze zaak," zei Racksole. ♦In de eerste plaats kan ik u vertellen, dat ik al wist, dat er iemand op uw bal was geweest, die niet uitgenoodigd was." ♦Hoe was u dat te weten gekomen Door een toeval, niet ten gevolge van een onder zoek. Die man is een ex-kelner uit dit hotel Jules, de oberkelner. U hebt zeker wel eens van hem gehoord 1" ♦Ik niet," zei de heer Levi beslist. ♦Hé," zei Racksole, men had mij gezegd, dat iedereen Jules kende, maar dat schijnt toch niet waar te zijn. Maar dat doet er nu niet toe. Den dag vóór uw bal had ik Jules zijn ontslag gegeven en hem gezegd, dat hij nooit weer in het hotel mocht komen. Maar op dion avond kwam ik hem hier tegen, niet in de gouden zaal, maar in het hotel zelf. Ik verzocht hem eene verklaring te geven is, ♦het gezag van de wet en van de hoogste wet in den staat ondermijnt", op zichzelf voorzeker een hoogst loffelijke daad, welke ongelukkigerwijze reeds veel te lang op zich heeft laten wachten. Maar »de uitspattingen van den hartstocht der speelzucht" laat bot ongemoeid, deze kan voortgaan ♦in steeds breeder maatschappelijke kringen slacht offers" te maken de Staatsloterij echter, welke den kleinen man de gelegenheid geeft om, zonder eenig gevaar voor bedrog een kansje te wagen en waardoor nog nimmpr iemand is te gronde gericht, moet verdwijnen 1 't Zijn louter groote woorden en holle frazen als de regeering zegt, daardoor en door de ♦Lolerijwet 1904" de ♦uitspattingen der speelzucht" te willen beteugelen. GOES, 9 Sept. 1903. Met ingang van 1 Oct. is de commies der posterpen 2de klasse M. A. Ramondt, verplaatst van Amsterdam naar Oss. Met ingang van 16 September wordt de heer Itsinga, klerk der telegrafie 3e klas te Roozendaal, naar het station Goes overgeplaatst. Met ingang van 14 September a. s. is naar het station Dordrecht overgeplaatst de assistent-stations arbeider H. Mijnèbergen alhier. Bij Kon. besl. is ingetrokken het Koninklijk besluit, waarbij, met ingang van 16 September 1903, de hoofdcommies der telegrafie C. A. Spruyt was benoemd tot directeur van het telegraaf kantoor te Vlissingen en is met ingang van 1 October 1903 benoemd tot directeur van dat kantoor P. Corver, thans directeur van het post- en telegraafkantoor te Vreeswijk. Zooals reeds in ons vorig nommer is gemeld, hebben Panglima Polem en zijn zwager Toeangkoe Radja Keumala zich Zondag te Lho Seumawó onder worpen. Dit is zeer stellig een feit van groote beteeken?s. In de achtereenvolgende hoofoen der sagi van de XXII Mmkims hebben wij onze hardnekkigste vij anden gehad van het begin van den Atjeh-oorlog afen wie bok, sedert van Ileutsz, ruim 5 jaren geleden, in Atjeb de krachtige leiding kreeg, het hoofd in den schoot legden, Pauglima Polem wist van geen buigen. Onze troepen mochten zijn land bezetten en hem er uit verjagen, tot onderwerping brengen konden zij hem niet. Telkens uit zijn schuilhoeken opgejaagd, bleef hij ons tegenstand bieden en was hij aldoor het hoofd van het verzet in Atjeb. Maar om nu maar terstond, zooals enkelen doen, aan te nemen, dat door deze onderwerping het laatste spoor van georganiseerd verzet verdwenen zal zijn, zoodat men thans veilig kan spreken van bet einde van den Atjeb-oorlog, schijnt ons wel wat voorbarig toe. Misschien zijn wij wel een wemig sceptisch op dit gebied, maar wij zouden eerst eens willen afwachten welken indruk deze overgave maakt op het volk van Afjeh in het algemeen. Intusschen hebben wp ook weer een verlies in Aljeh te betroureD. Volgens bij verschillende bladen van zijne tegenwoordigheid, waarop bp zei, dat hij door u was uitgenoodigd. Dat is alles wat ik van de zaak afweet, meneer Levi en het spijt mij heel erg, dat u me in staat hebt geacht een detectieve naar u toe te sturen." Dit is mij volmaakt voldoende," zei de heer Sampson Levi na een oogenblik van stilte, ♦ik wilde alleen eene verklaring hebben en die heb ik gekregen. Een paar kennissen van mij hadden mij verteld, dat ik er op aan kon, dat de heer Theodore Racksole recht op de zaak zou afgaan en het. doet mo genoegen, dat zij daarin gelijk hebben. Wat dien Jules betreft, ik zal op mijn eigen boutje eens een onderzoek naar hem instel len. Zou ik u mogen vragen, waarom u hem weg gestuurd hebt 1" ♦Dat weet ik zelf niet." ♦Weet u dat zelf niet Ik vraag dat alleen, omdat ik dacht, dat u me misschien zoudt kunnen zeggen, waarom hij onuitgenoodigd op mijn bal was verschenen. Het spijt me, dat ik te veel vraag." ♦Wel neen meneer Levi, daar is geen kwestie van. Ik weet het werkelijk niet. Ik voelde, dat hij niet te vertrouwen was. Ik heb hem als bp in stinkt zijn ontslag gegeven. Begrijpt u Zonder die vraag te beantwoorden deed de heer Levi een andere. ♦Als die Jules zoo bekend is, hoe kon die kerel dan verwachten, dat bp op mijn bal zou kunnen komen zonder herkend te worden vroeg hij. ♦Ik geef het op," antwoordde Racksole snel. ♦Nu, ik zal eens weggaan," zei de heer Sampsou Levi. iGoeden dag en dank u^wel. Ik vermoed, dat

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1903 | | pagina 1