1903. N°. 103. Dinsdag 1 September. 90slc jaargang.
is FEUILLETON,
Het BABYLON-HOTËL
(«RESCUE
COURANT.
Uitgave van de Naaml. Yennootschap „Goesche Courant". Directeur-Hoofdredacteur B. G. Bijkens.
De nitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond,
uitgezonderd op feestdagen.
Prjjs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, 1*25.
Afzonderlijke nommers 5 cent.
Inzending van advertentiën vóór 2 uren op den dag der
uitgave.
De prjjs der gewone advertentiën is van 1-5 regels 50 cent, eiken regel meer 10 ct.
Bjj directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prjjs
slechts tweemaal berekend.
Geboorte-, huwelijk»- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 110 regelB 1,berekend.
Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel.
GOES, 31 Aug. 1903.
Bij gelegenheid van den verjaardag van H. M.
de Koningin zijn o. a. benoemd tot ridder in de
orde van den Ned. Leeuw, dhr. J. A. van Rompu
lid van Ged. Staten vaa Zeeland tot ridder in de
orde van Oranje-Nassau.: dhr. C. D. van Noppen,
ontvanger der gemeente WissekerkeL. Wagenaar
predikant bij de Gereformeerde kerk H. Snijders
majoor-commandant der d.d. schutterij en P. Keg,
directeur van het postkantoor, allen te Middelburg
en is de zilveren medaille der Oranje-Nassau orde
toegekend aan dhr. De Reglbrigadier der rijks-
veld wacht te Bruinisse.
Als men nagaat dat de Staatscourant kolommen
nieuw-geridderden bevat, dan zou een oningewijde
allicht tot de conclusie moeten komen, dat Zeeland
weinig voortreffelijke mannen en vrouwen oplevert.
Men kan echter gerust zijn er leven hier mannen
en vrouwen, die in alle stilte, zonder veel leven
te maken, hun plicht doen, daarvan weinig ophef
maken en die de waarde van het lintje zouden
verhoogen, wanneer het op hunne borst prijkte.
Deze laatste uitdeeling doet echter weer eens
duideljjk zieD, hoe zonderling er met deze dingen
omgesprongen wordtde eene provincie alles, de
andere niets. Als hier of daar in het uiterste
zuiden of hoogste noorden van ons land een koninklijk
bezoek wordt gebracht, wordt daar plotseling een
schaar van eminente mannen en vrouwen ontdekt,
die zonder dat bezoek waarschijnlijk onopgemerkt
zouden zijn gebleven.
Dat de waarde van zulke onderscheidingen in de
oogen van nadenkenden er niet op vermeerdert, is
duidelijk.
Heinkenszand. In de Zaterdag gehouden ge
meenteraadsvergadering waren tegenwoordig alle
leden.
De geloofsbrieven van de heeren A. de Koster en
M. Rijk werden onderzocht en tot hunne toelating
werd besloten.
De rekening van de inkomsten en uitgaven der
gemeente werd voorloopig vastgesteld in ontvang
op f 19399,70» en in uitgaaf op f 19190,175 en dus
met een goed slot van f 209,53.
De begrooting voor het dienstjaar 1904 werd
aangeboden in ontvang en uitgaaf op een bedrag
van f 13039,98V
Volgens het Prov. verslag over 1902 zijn in
dat jaar met de provinciale stoombooten van en
naar Borsele vervoerd 11081 reizigers en van en
naar Boedekenskerke 473. In 1901 bedroeg dat
getal voor Borsele 10031, voor Hoedekenskerke
538 en in 1900 voor Borsele 10G19 en voor Hoe
dekenskerke 529.
Borsele. Verleden Vrijdag bracht de aannemer
Van de Velde het laatste zinkstuk met goed gevolg
ter bestemder plaats bij de Noordnol. Bij het zinken
deden weder dienst twee groote en zeven kleine
schepen, nadat een stoombootje het stuk in de raai
had gebracht.
De aannemer heeft nu nog voor zijne rekening
het aanleggen van strandhoofden en eene groote
hoeveelheid steen te storten.
Naar het Engelsch, van Arnold Bennett.
«Wel juffrouw Spencer," zei Nella tegen de ex-
barones Zerlinski, «ik vermoed dat u niet ver
wachtte mij te zien. U hebt ons hotel van middag
plotseling verlaten en een paar dagen geleden is
u ook zeer plotseling vertrokkenen dus ben ik
u komen opzoeken om u een paar vrageD te doen."
Als we die dame recht willen laten wedervaren,
moeten we erkennen, dat zij die verrassing zeer
goed opnam. Zij schrikte niet, zij toonde geen ont
roering. Hare versnelde ademhaling was het eenige
bewjjs harer ontsteltenis.
>U is niet meer barones Zerlinski," vervolgde
Nella. »Mag ik gaan zitten
«Welzeker, ga zitten," zei juffrouw Spencer ter-
wjjl zjj den toon van het jonge meisje nabootste.
»U is een vrij flinke jonge dame, dat moet ik toe
geven. Wat wilt u van mjj Waren mijne boeken
niet in orde
«Uwe boeken waren geheel in orde. Ik ben niet
gekomen om over de boeken te spreken. Ik kom
spreken over den moord op Reginald Dimnock, over
het verduisteren van zijn lijk en het verdwijnen
van prins Eugen van Posen. Ik dacht, dat u me
wel zoudt kunnen helpen bij het onderzoek, dat ik
ga instellen."
De oogen van juffrouw Spencer schoten vuur
Kats. In de laatstgehouden raadszitting werden
de herkozen raadsleden, de heeren Th. Maat en
C. van der Maas, na onderzoek hunner geloofs
brieven, door den Voorzitter geïnstalleerd.
Daarna werd de rekening over het dienstjaar
1902 vastgesteld in ontvangst op f 5910,45 en in
uitgaaf op f 5479,41, dus mot een goed slot van
f 431,04.
Kolijnsplaat. In de laatst gehouden raadsver
gadering werd de rekening van het dienstjaar 1902
vastgesteld in ontvang op f 14333,925 en in uitgaaf
op f 13859,505. dus met een goed slot van f 474,42.
Blijkens de overgelegde rokening van het burger
lijk armbestuur over 1902 waren de ontvangsten
f743,80, de uitgaven f740,75 en dus 't goed slot
f 3,05. De begrooting van gemeld armbestuur van
1904 werd in ontvang en uitgaaf op f 803,05 vast
gesteld, waaronder eene subsidie der gemeente groot
f 800 begrepen is. Nog werden uitgeloot 2 obligatiën
a f 100 der leening 1888 en 1 obligatie groot f 250
der leeniDg 1899.
Eindelijk werd met algemeene stemmen tot op
zichter der gemeentewerken benoemd de heer
M. J. Krijger Pz., waterbouwkundig ambtenaar
alhier.
Wekelijksch algemeen overzicht.
Keizer Frans Jozef van Ooftlenrijk-Hongarije
heeft onaangename ervaringen opgedaan te Boeda-
post. Het moet hem zeer moeilijk vallen op het
punt van de legerquaestie toe te geven. Hij heeft
in een der laatste audiënties de heeren herinnerd
aan de voorgeschiedenis van het Vergeljjk, dat de
verhouding tusschen beide rijkshelften regelt. Het
stond toen als een paal boven water, dat niet ge
tornd zou worden aan het gemeenschappelijke leger
van de monarchie en de militaire bevoegdheid van
den Keizer en Koning. De heeren Andrassy en Frans
Deak waren het toenmaals daarmede volkomen eens.
Maar de Hongaren hebben een grooten weg afge
legd sinds de dagen van Andrassy en Deak. En nu
ontstaan telkens nieuwe quaesties. In Oostenrijk
klaagt men steen en been over de houding der
Hongaren, die nooit tevreden zijn en bij elke ver
nieuwing van het Vergelijk voordeelen bedingen,
terwijl de nadoelen aan Oostenrijk verblijven.
In de Duitsche bladen vindt men dezer dagen
waarschuwingen aan de Regeering, hoe weinig er
in de tegenwoordige omstandigheden op Oostenrijk-
Hongarijo te rekenen valt. Het is zelfs vrij wel
onmogelijk, zooals de zaken thans staan, om met
dit rijk een handelstractaat te sluiten, dat voor
beide rijksheiffcen geldi. De Hongaren hebben andere
belangen dan de Oostenrijkers en deze gevoelen
zich bezwaard als aan die belangen wordt tegemoet
gekomen. Oostenrijk heeft als ieder land protec
tionistische industrieëeien en agrariërs. De laatste
vooral klagen. Hongarije produceert meer op 't
gebied van den landbouw dan Oostenrijk. Het is
in staat graan uit te voeren het voorziet een deel
der Europeesche markt van zwijnenvleesch. Tegen
die «overproductie", zooals zij zeggen, voelen de
OosteDrijksche agrariërs zich niet opgewassen. Daar
bij komt, dat andere landen, die door hooge rechten
zjj stond op en liep naar don schoorsteenmantel.
»U is misschien een Yankee, maar u is toch
een dom ding," zei zij.
Zij stak hare hand uit naar het schellekoord.
«Trek niet' aan dat koord als uw leven u iets
waard is," zei Nella.
«Als wat?" vroeg juffrouw Spencer.
«Als uw levjBn u iets waard is," zei Nella kalm
en haalde een heel aardig, klein revolvertje uit
haar zak.
IX.
TWEE VROUWEN EN EEN REVOLVER.
«Dat dat doet u alleen om mij schrik aan
te jagen," mompelde juffrouw Spencer zacht, met
trillende stem.
«Gelooft a antwoordde Nella zoo flink als ze
kon. Hare hand trilde van zenuwachtigheid had
juffrouw Spencer dat maar opgemerkt«Gelooft
u U zei daareven dat ik wel een Yankee was,
maar niettegenstaande dat, heel dom. Nu ja, ik
ben een Yankee, zooals u het noemt en al wordt
in mijn land op kostscholen geen onderwijs ge
geven in het schieten met revolvers, zijn er toch
een massa meisjes, die met een revolver kunnen
omgaan. Een van die meisjes ben ik. Ik verzeker
u, dat u het zult weten, als u aan dat koord trekt."
Het grootste gedeelte van hare woorden was
grootspraak en zij was dan ook erg bang, dat
juffrouw Spencer dat zou merken. Gelukkig voor
haar behoorde juffrouw Spencer tot dat slag vsd
vrouwen, dat alle soorten van moed bezit, behalve
lichameiijken moed. Juffrouw Spencer zou zich met
den invoer van vreemde producten belemmeren,
dezelfde rechten eischen van den Oostenrijkschen als
van den Hougaarschen invoer.
En zoo heoft eene vereeniging van landbouwers,
onlangs te Weenen vergaderd, kort en bondig aan
gedrongen op eene economische scheiding. DeOosten-
rijkscbe gewesten zouden dan invoerrechten kunnen
beffen van Hongaarscbe producten. Men begrijpt
welken koers dat uitgaat. De middelpunt-vliedende
kracht openbaart zich steeds sterker in het groote
Keizerrijk, dat tegen zieb zei ven verdeeld is.
Er wordt thans, alsof het de gewoonte zaak van de
wereld gold gesproken van eene persoonlijke Unie;
Oostenrijk en Hongarije zouden geheel gescheiden
zijn in militairen en economischen zin, maar alleen
denzelfden Keizer en Koning hebben. En dan nog
hoelang zal dat duren Niemand denkt er aan af
vallig te worden van Keizer Frans Jozef. Iedereen
gevoelt, dat hij onder de moeilijkste omstandigheden,
onder strijd en lijden, gedaan heeft wat hij kon.
Maar zijn opvolger kan niet zijn prestige hebben
en bovendien gaan van den vermoedelijken troon
opvolger geruchten, die niet geschikt zijn om hom,
met name in Hongarije, populair te maken. Hoelang
zal dan de persoonlijke Uuie duren, als Hongarije
een wel uitgerust leger beeft, terwijl Oostenrijk niet
onvoorwaardelijk vertrouwen kan op de Czechen
Dat men dikwijls iets anders yindt, dan men
zoekt, is eene van ouds bekende waarheid. Er is
een voorbeeld, eenig in de wereldgeschiedenis, van
een jongmensch, die de ezels van zijnen vader ging
zoeken en een kroon vond. Als het tegenwoordig
geslacht nog zoo bijbelvast was als zijne voorouders,
zouden onze lezers natuurlijk weten, dat dit het
geval was van Saul, den zoon van Kisnu zijn
wij er niet zoo zeker van. Misschien ware het
voor Saul beter geweest als bij de ezels had ge
vonden van de kroon heeft hij niet veel genoe
gen beleefd. Die schitterende hoofdtooi is dikwijls
gevaarlijkPeter I van Servië begint dat naar
het schijnt ook te bespeuren.
In een telegram uit Belgrado wordt beweerd,
dat hij in grooten geldnood verkeert en zich tever
geefs gewend heeft tot verscheiden Hongaarsche
bankiers te Budapest, die verklaard zouden hebben,
dat zij niet het minste vertrouwen stelden in de
stabiliteit van de Regeering van het geslacht Kara-
georgewic.
De afgevaardigden van Peter I bezoeken beurte
lings de Europeesche hoofdsteden, zonder dat ze Dog
in het bezit zijn gekomen van de millioenen, die
de Servische souverein zoo noodig heeft. Sedert
eenigen tijd hebben de burgerlijke ambtenaren en
de officieren geen salaris ontvangen.
Ook moet de Koning zich in zijn paleis niet meer
veilig achteD en van plan zijn een Zwitsersche garde
te vormen, zooals die in Frankrijk voor de revo
lutie bekend was. Met het oog op hetgeen gebeurd
is, is dit nog al begrijpelijk.
In Frankrijk is het proces-Humbert geëindigd,
zooals het eindigen moest, met het vonnis, dat de
schuldigen aan de grootste zvvendelarij van dezen
tijd, tot vrij zware straften veroordeelt. Dn zaak
succes door elke zedelijke beproeving heengeslagen
hebben, maar zoodra zij er van overtuigd was, dat
haar lichaam in gevaar was, voelde zij zich over
wonnen. Nella raadde dadelijk hoe het met haar
stond en handelde dienaangaande, terwijl zij hare
eigen zonderlinge gewaarwordingen zoo goed mo
gelijk verborg.
«Hei zou beter zijn, als u gingt zitteD, wantik
heb u een paar vragen te doen", zei Nella.
En juffrouw Spencer ging gehoorzaam zitten
zij zag een beetje bleek en trachtte hare lippen
tot een vormelijken glimlach te dwingen.
«Waarom hebt u dien avond het Babylon-hotel
verlaten?" aldus begon Nella haar onderzoek, ter
wijl zij een streng gezicht trok.
«Het was mij bevolen, juffrouw Racksole".
«Door wien
«Doordat, ik ik ik ben een getrouwde
vrouw, en het was op bevel van mijn echtgenoot
«Wie is uw echtgenoot
*Tom Jackson Jules, weet u, de oberkelner
van het hotel Babylon 1"
«Zoo, zoo. Heet Jules eigenlijk Tom Jackson
Waarom wilde hij, dat u uit uwe betrekking zoudt
gaan, zonder het ons te zeggen
«Dat weet ik heuseh niet, juffrouw Racksole. Ik
geef u mijn woord van eer, dat ik het niet weet.
Hij is mijn man en dus doe ik natuurlijk wat hij
mij gelast, evenals u eens zult doen, wat uw echt
genoot u zegt. De hemel geve, dat een beteren
echtgenoot zult krijgen dan ik".
En juffrouw Spencer scheen te willen gaan builen.
Nella speelde mot haar revolver en spande den
werd behandeld als eene comedie. In zulke gevallen
houden de Franschen van eene tooneelmatige ver
tooning, waartoe het volkskarakter zich uitstekend
leent.
Millioenen-juffrouwen behooren tot de typen van
onze beschaafde wereldmaar Thérese Humbert
overtrof al deze® dames verre. En op hare millioe
nen vlogen de menschen aan als de muggen op
het licht. Het verblindende goud
Omdat zoovelen van naam en stand het huis der
Humberts bezochten, verwachtte men onthullingen.
De tegenstanders van de Republiek hoopten na
tuurlijk, dat ministers en afgevaardigden zich on
mogelijk zouden hebben gemaakt.
Niets daarvaD alles teleurstelling. Er zijn geen
millioenen en er bestaan geen Crawfords. In het
nauw gedreven noemde Thérese een naam, den naam
van den man, die voor Crawford zou hebben ge
speeld, Regnier.
Bazaine heeft van dezen Regnier gesproken. Het
was een dier menschen, die tot eiken prijs een
rolletje willen spelen. Hg had zichzelven, gewapend
met niets dan een portret van den keizerlijken prins,
benoemd tot gezant van keizerin Eugeniedie toen
te Hastings woonde, bij Bazaine. Hg schijnt gemeend
te hebben, dat de Duitscbers iets zouden willen
doen om den oorlog te eindigen, dat Bazaine met
zijn leger het Keizerrijk zou herstellen en Bismarck
dan met den Keizer onderbandelen koD, Voor 't
overige was hg een man van een slechts middel
matig forcuin. Thérese had evengoed bij de fabel
van de Crawfords kunnen blijven.
Aan die fabel, aan die millioenen gelooft thans
niemand meerook niet één der vele schuldèischers.
Dezen hebben eene harde les gehad maar als er
weer eene millioenenjuffrouw opstaat, zal zij anderen
vinden, die bedrogen willen worden. Het verblin
dende goud
De opstand in Macedonië is nog in vollen
gang. De Turken zijn zeer zeker niet sympathiek,
maar de christenen, opstandelingen, waarvoor Europa
zich zou moeten interesseeren, zijn het evenmin.
Zij zien niet op tegen een moord meer of minder
en beginnen nu internationale treinen in de lucht
te laten vliegen. Thans wordt uit Sofia bericht,
dat ze een poging hebben gedaan om den Oriënt-
express, op weg naar het Westen, tusschen Usun-
keupri en Tsjerteskin op te blazen, zooals de Trans-
valers zeiden. De aanslag is misluktalleen de
locomotief geraakte uit de rails.
Mag men sommige berichten gelooven, dan is de
organisatie der opstandelingen uitstekend in orde.
Elke Macedonische Bulgaar neemt er deel aan, elke
Bulgaarsche vrouw zorgt voor inlichtingen aan de
benden, die met electriscbe zoeklichten op de bergen
met elkaar in verbinding staan. Buiten de steden,
waar een garnizoen ligt, en de spoorweglijnen is
het geheele vilajet Monastir in handen der opstande
lingen. Deze hebben thans hun eischen gesteld aan
den Sultan en hun wenschen geformuleerd bij de
Mogendheden. Het komt er op neer, dat voor Mace
donië een Europeesch bestuur wordt verlangd, ge
vormd door vertegenwoordigers der Mogendheden
en dat Macedonië eene bezetting zou krijgen van
internationale troepen.
baan.
»Nu," zeide zij nog eens, «waarom wilde hij
dat u zoudt weggaan Zij was heel erg verbaasd
over hare eigen koelbloedigheid het deed haar tot
op een zekere hoogte genoegen.
«Ik kan het u niet zeggen."
»U moet," zei Nella op meedoogenloozen toon.
«Hij wilde dat ik naar Ostende zou gaan.
Het een of ander was verkeerd gegaan. O, het is
een vreeselijke man, die Tom Als ik het u zei,
dan zou hg
«Was er in het hotel iets niet in den haak of hier
«In het hotel en bier."
«Betrof het prins Eugen van Posen
«Ik weet het niet d. w. z. ik geloof het wel."
Wat heeft uw man uit te staan met prins Eugen
«Ik geloof dat hij zaken met hom heeft geld
zaken.
«Was Dimnock ook in die zaak
«Ik geloof het wel, juffrouw Racksole. Ik zeg u
alles wat ik weet, dat zweer ik u."
«Hebben uw echtgenoot en de beer Dimnock
dien avond met elkaar gekibbeld in No. 111
«Zij waren het niet geheel eens."
«En was het gevolg daarvan, dat u onmiddellijk
naar Ostende moest gaan
«Ja, dat veronderstel ik ten minste."
En wat moest u te Ostende doen Welke in
structies had uw man u gegeven
Juffrouw Spencer liet haar hoofd op harearrmn
zinken en scheen hevig te snikken.
«Heb medelijden met mij," mompelde zij, «ik.
kan u niets meer vertellen."