1903. Nu. 90.
Zaterdag 1 Augustus. 90sle jaargang
Bij dit no. behoort een bijvoegsel.
Parade enz. op Zondag.
REKENING
DE BEGROOTING
FEUILLETON.
De Boekhouder.
Einde»
goesche
Be uitgave dezer Oonrant geschiedt Maandag-, Woonsdag- en Vrijdagavond,
uitgezonderd op feestdagen.
Prgs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, 1,89.
Afzonderlijke nommers 5 cent.
(«ending van advertentie» »óor 8 uren eg den dag das
uitgave.
courant.
Do prjjs der gewone advertentiën ie van 1-5 regels 50 cent, eiken regel meer 10 ct.
Bp directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prjjB
slechts tweemaal berekend.
Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 110 regeli k f 1,berekend.
Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ct.
Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regeL
De Burgemeoster van Goes brengt op verzoek
van den Commissaris der Koningin in deze Provincie
het volgende schrijven ter algemeene kennis
»Bjj Koninklijk Besluit van 3 Juli 1.1., no. 50,
is bepaald dat op Zondagen en algemeen erkende
Christelijke feestdagen geene militaire oefeningen
zullen plaats hebben of wapenschouwingen worden
gehouden tenzjj zulks door de Koningin in bijzondere
omstandigheden wordt bevolen, en dat dientengevolge,
wanneer de parade ter eere van de herdenking van
Harer Majesteits geboortedag, of van dien van een
der leden van het Koninklijk Huis, zou moeten plaats
hebben op eeD Zondag of een algemeen erkenden
Christelgken feestdag, die parade zal worden ge
houden op den eerstvolgenden werkdag.
Naar aanleiding van een schrijven van Zjjne
Exeltentie den Minister van Binnenlandsche Zaken
heb ik de eer Uwe aandacht op dit besluit te
vestigen, aangezien de daarin vervatte regeling kan
geacht worden niet van belang ontbloot te zijn bij
het bepalen van een dag voor mogelijke plaatselijke
feestviering ter eere van genoemde geboortedagen.
De Commissaris der Koningin,
Roes t."
Goes, 29 Juli 1903.
De Burgemeester van Goes,
DE KONING KOOIJ.
De door den gemeente-ontvanger
der ontvangsten en uitgaven van de gemeente over 1902
is heden aan don Raad overgelegd, en zal voor
belangstellenden ter visie liggen ter Secretarie van
heden tot den 23 Augustus a. s., op eiken werkdag
van des voormiddags 9 tot des namiddags 2 uren.
Goes, den 31 Juli 1903.
Burgemeester en Wethouders van Goes,
DE KONING KOOIJ.
De Secretaris,
VAN REIGERSBERG VERSLUIJS.
der plaatselijke inkomsten en uitgaven van de ge
meente voor het jaar 1904 is aan den gemeenteraad
ingediend en ligt ter secretarie tot den 23 Augustus
1903, voor een ieder ter lezing, terwijl afschriften
46
Roman van O. Klaussmann.
De tienduizend mark, die ik den advocaat Schröder
ter hand gesteld had, hadden mij reeds verraden,
nog voordat mjjn doode zwager zich op mg wreekte.
En daar ik bovendien vast besloten was, eene ont
dekking en veroordeeling niet te overleven, beschouw
ik het omvallen der brandkast ten slotte nog meer
als een gelukkig dan als een ongelukkig toeval.
Men zal in de door mij gehuurde brandkluis te
Berljjn verreweg het grootste deel der gestolen som
vinden, waüt ik heb voor mijn eigen persoon in-
tuBSchen nauwelijks meer dan een paar honderd
mark verbruikt en ik ben bescheiden genoeg,
niet eens om een fatsoenlijke begrafenis op kosten
der Glückauf-maatschappjj te vragen."
Niet in vloeiend verband had George Miller zijn
verhaal kunnen doen, en men had nu en dan
duidelijk kunnen bemerken, dat hij stervende was.
Doch hij had met schier bovenmenscheljjke energie
telkens weer, als er een angstwekkende interruptie
intrad, al zfjne wilskracht verzameld, om den drei
genden aanval van zwakte te overwinnen, en telkens
weer was het hem gelukt.
Met volmaakt helder bewustzijn kon hg ook nog
bet voorlezen van het omvangrijke protokol aan-
hooren en met vaste hand zijn naam onder bet
document zetten. Toen echter kwam na de on
natuurlijke geestelijke inspanning de onvermijdelijke
reactie, en den rechter van instructie was het niet
meer mogelijk, een woord van aischeid tot hem te
richten, want George Miller was al weer bewusteloos,
toen hjj hem verliet.
De dag was nog niet ten einde, toen Martha
Winter in het bureau van den rechter van instructie
de roededeeling van baar vrijlating ontving.
»Wij allen, geachte juffrouw, waren met blind-
tegen betaling der kosten verkrijgbaar zullen ge
steld worden.
Goes, den 31 Juli 1903.
Burgemeester en Wethouders van Goesi
DE KONING KOOIJ.
De Secretaris,
VAN REIGERSBERG VERSLUIJS.
GOES, 31 Juli 1903.
Bevorderd tot opzichter-machinist bij de H.
IJ. S. M. dhr. J. J. Sloovert oud-leerling der Am
bachtsschool alhier.
Vanwoge de vereeniging van Handelsbedienden
»Mercurius" is bjj het in Juni te Rotterdam ge
houden examen, het diploma voor Boekhouden uit
gereikt aan dhr. J. Wolfers te Goes.
Bij do gister in het district Sittard gehouden
stemming voor een lid van de Tweede Kamer der
Staten-Generaal werden 4724 geldige stemmen uit
gebracht, waarvan 2543 op dhr. Beckerszoodat
is.
Bij beschikking van den directeur-generaal
van postergen en telegrafie is vastgesteld, dat bg
stemmingen voor de Tweede Kamer, Provinciale
Staten en gemeenteraden, alle stemgerechtigde amb
tenaren en beambten in de gelegenheid behooren
te zijn hun stem uit te brengen. Indien de gelegen
heid niet in den vrijen tgd van den ambtenaar of
beambte of door ruiling van dienst kan worden
gevonden, worden directeuren gemachtigd de noodige
maatregelen te nemen voor het vrijstellen van dienst
van ambtenaren en beambten tot het uitbrengen
van hun stem.
Men zal zich herinneren, dat in 1882 in
hooger beroep is gehandhaafd do niet-toelating van
den heer (7. Risseeuw alhier tot lid van den ge
meenteraad van Goes, op grond, dat hjj was aan
gewezen den ontvanger dezer gemeente, zoo noodig,
te vervangen.
Thans doet zich in Leeuwarden een dergelijk
geval voor. Daar is bg de onlangs plaats gehad
hebbende periodieko verkiezing tot lid van den
raad benoemd de heer G. W. Koopmanseerste-klerk
ten kantore van den gemeente-ontvanger. De heer
K. is, ingevolge de instructie van den ontvanger,
door hom in overleg met B. en W. aangewezen om
het kantoor, behoudens verantwoordelijkheid van
den ontvanger, bg ongesteldheid of afwezigheid van
dezen waar te nemen. Herhaaldelijk treedt hg dan
ook als waarnemer op.
Men mag benieuwd zgn wat omtrent de toelating
zal worden beBlist.
heid geslagen", zeide de oude heer op zgn harte-
lijksten en vriendelgksten toon, »en daar wg, on
danks onze ervaring en onze vermeende scherpzin
nigheid toch allen slechts dwalende menschen zgn,
mag u ons niet te hard vallen. Veel heeft het
toeval, dat ditmaal de rol der wrekende Nemesis
op zich genomen heeft, voor uw rechtvaardiging
moeten doenveel echter hebt u ook aan uw ver
dediger te danken, die uw zaak met zulk een warmte
en met zulk een vaste overtuiging van uw onschuld
behandeld beeft, dat hij u ten slotte zeker ook
zonder de medewerking van het toeval aan de ver
diende voldoening zou hebben geholpen".
Martha vernam uit den mond van den rechter
alles, wat er dien dag voorgevallen was. En hoe
wel het bericht van den dood van haar broer haar
in het diepst van baar ziel schokte, was het toch
niet meer dan menschelijk, dat een gevoel van
innigen dank jegens de Voorzienigheid de overhand
hield. Zij had immers al lang de hoop opgegeven,
haar broer levend weer te zien. En dat hg niet,
zooals zij gevreesd had, het slachtoffer van een
moordenaar was geworden, maar een zachten, na
tuurlijken dood gestorven was, moest voor haar in
de gegeven omstandigheden een troost zgn.
De formaliteiten voor haar vrglafcing uit de pre
ventieve hechtenis waren spoedig afgedaan, en niet
wetende, waarheen zij haar eerste schreden zou
richten, kwam Martha in de gang voor het bureau
van den rechter van instructie. Op eens hoorde zij
door een diepe, welluidende mannenstem halfluid
haar naam noemen, en zij deed geen moeite, om
haar gevoelens te verbergen, toen 2ij Herman Schrö-
der in haar groote dankbaarheid haar beide handen
toestak.
»Wat is het goed vau u, dat u gekomen isEn
hoe zal ik u vergelden, wat u voor mü gedaan
hebt
»Het was helaas weinig genoeg, juffrouw Winter
Want het ergste kon ik u helaas niet besparen".
»Het ergste u bedoelt den dood vau mijn
armen broer
»Ook dat! Doch eigenljjk was het iets andersr
Omdat de miliciens der lichting van 1903
bij de korpsen der infanterie en het korps genie
troepen dit jaar 12 Mei in werkelgken dienst zgn
gesteld, bestaat, zegt het Vad., het voornemen hun
eerste oefeningstijd te verlengen tot 1 Februari.
De Amh. Ct. is over dit bericht ten hoogste
verbaasd en zegt:
»'tls nauwelgks te gelooven, dat dit bericht juist
is, omdat dit voornemen", om eenige beteekenis
te kunnen hebben, alléén bij den Minister van
Oorlog zou kunnen bestaan, en Z.Exc. toch te goed
weet, dat de duur der eerste oefening niet door
den Minister wordt bepaald, maar in de wet is
vastgesteld. Die duur is voor de onbereden korpsen
>ten hoogste 8 ife maand", bljjkens art. 107 en art.
96 te rekenen van den dag hunner inljjving, welke
volgens dit laatste artikel geschiedt in Maart, en
»voor de toepassing van art. 107" gerekend wordt
te zijn 15 Maart voor de ingelijfden ter volledige
oefening en 1 Juni voor de viermaanders.
De in lij ving der lichting van 1903 heeft, trouwens
overeenkomstig imperatief wettelijk voorschrift, ook
in Maart plaats gehad en de eerste-oefeniDgstjjd is
derhalve ook voor de volledig te oefenen manschappen
dier lichting afgeloopen uiterlijk op 1 December
hieraan kan niemand, ondanks de best bedoelde
voornemens, iets veranderen. Al zijn de miliciens
dier lichting ook met 12 Mei in werkelgken dienst
gekomen, omdat zij na hunne opkomst onmiddellijk
met verlof zgn huiswaarts gezonden, hunne inljj ving
heeft niettemin plaats gehad in Maart en wordt
volgens de wet geacht te zgn ingegaan 15 Maart.
Uitvoering van het voornemen, in het bericht
van Het Vaderland aan het legerbestuur toegedicht,
om den eerste-oefeningstijd tot 1 Februari te ver
lengen, zou dus zijn in lijnrechten strjjd met de wet,
en wel in dubbele mate, omdat de 8 V* maand eerste-
oefeningstjjd een maximum is, hetwelk door een
oefeningstijd van 12 Mei tot 1 Febrnari zon worden
overschreden.
Zoo nu en dan wordt aan het Departement van
Oorlog wel eens vergeten, dat ook voor de depar
tementale bureaux de wetten gelden. Zoo geheel
onmogeJjjk is 't derhalve wel niet, dat aldaar het
voornemen is opgekomen, hetwelk het bericht in
Het Vaderland het legerbestuur toedicht. Doch we
twijfelen niet, of er behoeft slechts op de onwettig
heid van het voornemen te worden gewezen, om er
de uitvoering van achterwege te doen big ven."
Kloetinge. In de Woensdag gehouden raads
vergadering is eervol ontslag als telephoonhouder
verleend aan dhr. L. de Bruljn en in zijne plaats
benoemd dhr. P. Blomaard, brievengaarder.
Borsele. Woensdag behandelde de Dijkraad
voor de Waterkeering van het calamiteuze water-
waaraan ik dacht. U weet misschien nog in 't ge
heel niet, dat George Miller niet meer onder de
levenden is. Hjj is voor een uur in het Allerhei-
ligenhospitaal aan zijne wonden overleden."
Hij had het talmend en mot een beklemd ge
moed gezegd, als iemand, die er niet dan met
moeite toe besluit, een verpletterend nieuwtje mede
te deelen.
Martha echter keek hem verwonderd aan. »En
dat zou het ergste voor mij zgn, mijnheer SchrÖ
der erger dan zelfs de zekerheid van mijn broers
dood Ik koester den diepsten af keer tegen dien
ellendeling, aan wien ik zoo veel bittere lijdens
uren te wijten heb, en voor wien reeds bij de
eerste ontmoeting eene inwendige stem mij ge
waarschuwd heeft. Doch mijn hart is niet zoo
wraakzuchtig, dat het mij zou bedroeven, dat hg
aan den aardscben rechter ontkomen is. Ik geloof,
dat de straf, die hg ondergaan heeft, toch al zwaar
der is dan zijn misdaad."
Herman Schröder meende zjjno ooren niet te
mogen vertrouwen, en zoo blij ontwaakte in zgn
hart de reeds begraven hoop, dat hij in de op
welling van het oogenblik tamelijk onhandig vroeg
>Ook dat was dus leugen en bedrog U hebt hem
nooit rechten op u toegekend? U hebt hem niet
lief gehad
»Ik dien man En dat dat kon u van mg
gelooven kon het gelooven, en toch hebt u
mgne verdediging op u genomen
Haar antwoord was niet minder verraderljjk
geweest dan zijn vraag. En daar op dit oogenblik
hunne oogen elkaar ontmoetten, wisten beiden met
een nameloos gevoel van geluk, hoe het tusschen
hen gesteld was. Doch het was noch de tgd, noch
de plaats voor eene vurige liefdesverklaring of voor
een ontboezeming van teederheid. Een lange, in
nige handdruk moest de plaats van het gesproken
woord vervullen en zgn stomme taal zeide hun
verstaanbaar genoeg, dat er voortaan geen misver
stand tusschen hen zoude zgn, en dat zg elkaar
onafscheidelijk toebehoorden tot aan den dood.
schap EllewoudsdijkBorsele de rekeDiog der ont
vangsten en uitgaven over 1902—1903. Na goed
keuring werd de rekening voorloopig vastgesteld
roei' een goed slot van f 3642,92.
Daarna ging de vergadering over tot het opmaken
van een voordracht van drie personen tor benoe
ming van een lid vau het bestuur der Waterkeering
wegens gewone aftreding van den beer J. Smaüegange
op 1 November 1903. Achtereenvolgens werden op
de voordracht geplaatst de heeren J. Smaüegange
E. A. van der Bent en D. Meulenbergallen wonende
te Ellewoudsdijk.
Woensdag werd door den heer Van de Velde
te Terneuzen met goed gevolg gezonken het eerste
groote zinkstuk tot verdediging van de Noordnol
alhier Het stuk werd in de raai gebracht door
een stoombootje. Bjj het zinken deden dienst twee
tjalken en zes vletterschepen. Het stuk heeft eene
oppervlakte van 1300 M2.
lerseke. In de Donderdagavond gehouden raads
vergadering waren 8 leden present.
Naar aanleiding van een verzoek om ontheffing
van schoolgeld werd door dhr. Wesdorp gewezen
op de onbillijkheid van een voorschrift der veror
dening, volgens hetwelk de schoolgeld-aanslag, die
geschiedt in verband met het inkomen, gehandhaafd
blijft, al wordt de aanslag in den hoofdelijken
omslag verlaagd of opgeheven.
Niemand nam het bedoelde voorschrift in be
scherming, maar de voorzitter (de burgemeester)
meende toch, dat men zich wei eens te spoedig
onmachtig verklaart om schoolgeld te betalen, en
toen dhr. Muller oordeelde, dat schoolgeldbetaling
per maand of per week voor velen gemakkelijker
zou vallén, herinnerde de voorz. er aan, dat ook
nu het schoolgeld in 12 termijnen voldaan kan
worden.
Het verzoek moest natuurlijk afgewezen worden,
en al wilde men de beweerde onbillijkheid weg
nemen, dan zou dit adressant niet baten, daar zgn
verzoek zgn aanslag van het vorige jaar betreft.
Op het verzoek werd met alg. st. afwijzend beschikt.
Van het hoofd van school 1 was een adres in
gekomen, houdende het verzoek om de ledig ko
mende dokterswoning te bestemmen tot een woon
huis voor het hoofd van school 1, op grond, dat
zgn tegenwoordige woning te klein is. Deze laatste
bewering werd door meer dan een lid beaamd.
Dhr. Muller wilde weten, welk huis bg verhuring
meer zou opbrengen, dat van den geneesheer of dat
van het hoofd van school I. Met zekerheid was
daarop geen antwoord te geven, maar als het eerst
bedoelde meer opbracht, zou hij tegen het verzoek
zijn.
Dhr. Sauer stelde voor het bedoelde adres aan
Drie dagen later had onder groote deelneming der
bevolking de plechtige begrafenis van den kassier
Winter plaats. De lijkschouwing had aangetoond,
dat hij inderdaad aan eene beroerte gestorven was,
en ieder, die een handvol aarde op de kist wierp,
vroeg hem in stilte vergiffenis voor het groote
onrecht, dat hij don rechtschapen, midden uit zgn
rusteloozen arbeid weggerukten man met woorden
of gedachten had aangedaan.
De echtgenoote van den overledene had met het
oog op haar lijdenden toestand deze begrafenis
evenmin bijgewoond als die andere veel stiller ter
aardebestelling, welke bgna gelijktijdig van uit het
Allerheiligenhospitaal plaats had en die een armen
zondaar aan zijne laatste, eeuwige rustplaats bielp.
Doch deze lijdende toestand belette haar niet,
Breslau reeds den volgenden dag voor altgd te
verlaten.
De Gltickauf-maatschappij had haar uit waar
deering van de trouwe diensten van haar man een
aanzienlgk weduwenpensioen toegekend en boven
dien was haar het in beslag genomen particulier
vermogen van den kassier bgna volledig uitgekeerd,
daar Martha Winter, met toestemming van haar
verloofde, den advocaat Herman Schröder, uitdruk
kelijk geweigerd had, van de nalatenschap van
haar broer meer aan te nemen dan eenige kleine
persoonlijke souvenirs en van de som, die zg hem
bg zgn leven gegeven had om die te bewaren en
te beheeren. De beide vrouwen hebben elkaar niet
meer ontmoet, en een hartelijke, in verzoenenden
toon gestelde brief, die Martha haar schoonzuster
Bchreef, werd nooit beantwoord.
Op het graf van den boekhouder Jozef Bartel
in den zelfmoordenaarshoek van het gevangenen-
kerkhof echter getuigt een eenvoudige grafsteen,
dien Herman Schröder Het leggen, met een kort
opschrift getuigenis van het medelijden, waarmee
de veelgezochte advocaat en zgne gelukkige vrouw
den armen »zigeuner" gedenken, die zijn zucbfc naar
macht en rgkdom zoo duur had moeten betalen».