1903. N°. 04. Zaterdag 30 Mei. 90ste jaargang. Bij dit no. behoort een bijvoegsel. FEUILLETON. De Boekhouder, GOESCHE De nitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond uitgezonderd op feestdagen. Prys por kwartaal, zoo binnen ais buiten Goes, jf As25. Afzondorljjke nommers 5 cent. Iiflxancliwg vjtm *«8v®s"t.ent«35i tréop 8 «pen a»p eï*a d«g niftgovoB De prgs der gewone advertentiön is van 1-5 rogels 50 cent, eiken regel meer 10 ct. 3y directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelf'de advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Geboorte-, huwelijk»- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen werden van 110 regels f 1,berekend. Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ot. Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel. Wegeus het Pinksterfeest zal Maandagavond a. s. geen no. van dit blad verschijnen. HAVEN van GOES. Burgemeester en Wethouders van Goes geven kennis aan de belanghebbenden, dat voor de ge wone onderhoudswerken de haven van Goes zal gesloten zijn van Zondag 7 Juni de» namiddags I uur tot en met Zaterdag 20 Juni* In dien tussckentijd wordt niet geschut. Op Zondag den 21 en Maandag 22 Juni wordt weder water ingenomen en het al of niet schutten door den Sasraoester geregeld. Tot en met de 3de week in Juli kan het schut ten niet regelmatig geschieden wegens het lichten der sasdeuren. Goes, den 8 Mei 1903. Burgemeester en Wethouders van Goes, DE KONING KOOIJ. De Secretaris, VAN REIGERSBERG VERSLUIJS. De Secretarie der gemeente zal Maandag I Juni9 uithoofde van den 2den Pinsterdag, gesloten zijn. Tot hut doen van aangifte voor den Burgerlijken Stand zal gelegenheid worden gegeven des voor middags van 9 tot 91/2 uren. Goes, den 29 Mei 1903. Burgemeester en Wethouders van GoeB, DE KONING KOOIJ. De Secretaris, VAN REIGERSBERG VERSLUIJS. GOES, 29 Mei 1903. Naar wij vernomen zal de heer D. J. van Dierendie benoemd was tot directeur van het te legraafkantoor alhier, doch tijdelijk was werkzaam gesteld bij het Hoofdbestuur der Postergen en Te legrafie, zijne functie als directeur in het geheel Roman van O. Klaussmann. Mevrouw Winter kon niets zoggen, waardoor eenig nieuw licht ontstoken werd. In het gedrag van haar man was volgens haar verzekering noch vroeger noch in don laatsten tijd iets verdachts opgevallen. Zg vermoedde niet, waar hij kon zijn heengegaan. Zijne schuld echter scheen ook voor haar buiten allen twijfel, want zij uitte de heftig ste beschuldigingen tegen hem wegens het ongeluk en de schande, die hij over haar gebracht had, en wenschte zich zelf telkens weer in wanhopige uit drukkingen den dood toe. In elk geval werd de rechter van instructie door dit verboor niet wijzer dan hij te voren ge weest was. Hij stond op het punt, haar te verlaten, toen de huisbel ging en dirtet daarna in het zij vertrek eene welluidende, maar blijkbaar zeer op gewonden vrouwenstem in een gesprek met de oude juffrouw Nitschke gehoord werd. »0 mijn God mijn schoonzusterzuchtte do jonge vrouw. »Had men mij dat ten minste maar kunnen besparen De rechter van instructie kwam er niet toe, zich het hoofd te breken over de beteekenis van deze in elk geval eenigszins bevreemdende woorden. Want reeds werd de deur geopend, en een ongewoon mooie, maar op dit oogenblik zeer ontdaan uit ziende jonge dame, die zich niet eens dentjjd ge gund had, haar hoed af te zet ten, snelde naar het rustbed toe. >Om 's hemels wil, Hermine, wat is er gebeurd? Gerhard is weg en men waagt het, hem van eene misdaad te beschuldigen hem, den meest rechtschapen en respectabelen man ter wereld Wat moet jjj, arme, sedert gisteren onder dat alles ge leden hebben." In een overvloed van modelijden, dat alle vroegere openlijke en stille onaangenaamheden deed vergeten, had zij haar schoonzuster teeder willen omhelzen. Hermine echter wist zich aan de voorgenomen liefkozing te onttrekken. Haar stem klonk scherp en snijdend, toen zij antwoordde: >Ja, ik lgd lijd zoo zeer, dat ik zeker bén, dit ontzettende niet niet aanvaarden, doch voortdurend werkzaam big ven bij genoemd Hoofdbestuur. Jl. Woensdagavond hield de Afdoeling Goes van het Groene Kruis" in »de Prins van Oranje1' een vergadering, die door 3 bestuurs- en 11 ge wone leden word bezocht. In zijn openingswoord herinnerde de voorzitter, dhr. Coenenaan het zware verlies, dat de Afd. heeft getroffen door het over lijden van dhr. Z. D. v. d. Bilt La MottheHij vestigde in het bijzonder de aandacht op den krach- tigen steun, die van den overledene uitging, zoowel bij de oprichting der Afd. als bij hare verdere werkzaamheden. Dhr. La Motthe toch kende, als voorzitter van het Gasthuis, de nooden en behoeften vau alle zieken. Toen dan ook de commissie tot oprichting van een Afd. »Groene Kruis" tot hem kwam, juichte hg het plan toe on hielp hij niet alleen met woorden, maar ook met daden. Het was onnoodig zeide spr. de verdiensten van den overledene nog verder te schetsen. Deze weinige woorden zjjn een bewijs van onze erkentelijkheid laten wij zijne mensehlievendheid steeds gedachtig zijn en doen we wat we kunnen om hem in zyne sporen te volgendaardoor zullen wij zijne nage dachtenis blijven eeren. Uit het verslag van den toestand der Afd. over 1902, uitgebracht door den secr.-penningm., dhr. Lewe van Nijenstein, bleek het volgende Het aantal leden nam voortdurend toe en bedroeg op 31 Dec. 292de Afd. is reeds in het bezit van een groot aantal artikelen, benoodigd bij het verplegen van zieken, en een ruim gebruik wordt daarvan gemaakt aan den cursus, gegeven door dhrn. Coenen en Lasonder, werd deelgenomen door 30 dames en 6 heeren. In dezen cursus werden behandeld een aan tal onderdeeleu der ziekenverpleging en voorloopig aan te wonden middelen bij plotselinge ongevallen. De toestand der Afd. mag gunstig worden genoemd. De rekening over het afgeloopen jaar werd goed gekeurd zij bedroeg in ontvang f 397,09, in uitgaaf f 237,63 en sloot dus met een batig saldo van f 159,46. Tot bestuurslid in de vacature- Van der Bilt La Motthe werd gekozen ds. Spaans, terwijl dhr. Coenen die aan de beurt van aftreden was, werd herkozen, beiden met bijna algemoene stemmen. Den eerst benoemde zal van zijne benoeming worden kennis gegeven, terwijl dhr. Conder dankbetuiging zyne herbenoeming aannam en verzekerde zijne beste krachten aan de Afd. te zullen blijven wijden, in de hoop, dat#ook de leden het >Groene Kruis" zullen doen groeien tot heil der lijdende menschheid. Aan het slot der vergadering dankte dhr. Van Noppen b.h doctoren voor wat zij zoo belangeloos voor het »Groene Krnis" hebben verricht en sprak de hoop uit, dat zy nog langen tijd de Afd. mogen leiden. Iu do Woensdagavond gehouden vergadering van de afd. Goes van den »Christ. Nation. Werk mansbond" werd o. m. uitgebracht het driemaan delij ksch verslag van den penningmeester, waaruit bleek, dat voor de afdeeling was ontvangen f 55,76 i uitgegeven f 26,09, goed slot f 29,65 i/s voor het ziekenfonds was ontvangen f 129,70, aan de zieken uitgekeerd f 170,dus sloot dit kwartaal met een kwaad slot van f 40,30. Als lid in de commissie van toezicht en advies, doordat dhr. J. van Asperen Vernenne zijne benoe ming niet had aangenomen, werd gekozen dhr. J. A. Steketee Ten slotte werd besloten den voorgenomen boot tocht te doen plaats hebben in het begin van Juli en wel naar Dordrecht. 's-Gravenpoldess In de gisteren gehouden vergadering van ingelanden van den polder Ooster- Zwake werd de rekening in ontvang op f 1516,43 in uitgaaf op f 1437,59 ty®, sluitende met een batig slot groot f 78,84, goedgekeurd. De begrooting werd vastgesteld op f 475,12 met een dgkgeschot van f 3,50 per H.A. in plaats van f 3. De rekening van Middel-Zwake werd vastgesteld op f 789,921/® in ontvang, f 568,95 in uitgaaf, het batig slot derhalve op f 220,97 V». De begrooting werd aan genomen in ontvang en uitgaaf op f 860,47 De lasten big ven dezelfde. Het request van Ooster-Zwake voor subsidie onderhoud zeedgk Heer-Janspolder werd verworpen. Waarde. Donderdag jl. vergaderden de inge landen der polders Emmanuel en Valckenisse. De rekening van den polder Emmanuel, dienst 1902/1903, beliep in ontvang f 494,381/2, in uitgaaf f 404,63, dus een goed slot van f 89,75l/2- De begrooting, dienst 1903/1904, werd vastgesteld in ontvang en uitgaaf op f 542,801/2, met een post voor onvoorziene uitgaven van fl06,15i/2. De om slag bedraagt f4,50 per H.A. De rekening van den polder Valckenisse, dienst 1902/1903, beliep in ontvang f508,17, in uitgaaf 378,221/2, dus een goed slot van fl29,941/2. De begrooting, dienst 1903/1904, werd vastge steld in ontvang en uitgaaf op f524,65, met eun post voor onvoorziene uitgaven van f 99,621/g. D» fomslag bedraagt f3 per H.A. Tot plaatsvervangend dijkgraaf werd benoemd de heer van Qorsel te Krabbendijke. Kats* In de vergadering van ingelanden van den Katspolder, Woensdag 1.1. gehouden, werd do rekening van 1902/1903 goedgekeurd. De ontvangsten bedroegen f 564,84, de uitgaven f 500,80, zoodat het goed slot f 64,04 bedraagt. De begrooting voor het dienstjaar 1903/1904 werd in ontvang en uitgaaf op f 581,34 gesteld, met een post voor onvoorziene uitgaven van f 32,93. Het dgkgeschot werd bepaald op f 7,5 per H.A. Kats. De voordracht voor plaatsvervangend dijkgraaf van den polder Al-te-klein bestaat uit de heerenTh. MaatJ. P, de Kam en L. van Dis allen alhier. Kerknieuws. Doopsgezinde kerk. Zondag en Maandag geen dienst. Ned. Hervormde Kerk. Beroepen te Andel, N.-Br., (toez.) ds. Bakker te Poortvliet. Gereformeerde kerken in Nederland. Bedankt voor het beroep naar Anna Jacoba- polder door ds. J. Koppe te Iersoke. Roomsch-Kath. kerk. Woensdag heeft de plechtige uitvaart plaats ge had van den R.-K. Bisschop van Haarlem. Daar mgr. Bottemanne bepaald, had dat er by zijn begrafenis geen lykrede mocht worden gehouden, bepaalde zich de dienst, die in de St. Bavo werd gehouden, tot het zingen der Lauden en het cele- breoren van de mis van Requiem. Daarvoor was een groote menigte saamgekomen in de kerk. Uit het geheele bisdom waren geestelijken opgekomen om den dienst bij te wonen, en onder de autori teiten, die daarbij tegenwoordig waren, werden op gemerkt de commissaris der Koningin in N.-Holland, het geheele college van B. en W. van Haarlem, tal van raadsleden enz. lang te overleven. Maar je ziet wel, dat wij niet alleen zijn. Meneer de rechter van instructie kan je omtrent de heldendaad van je broer beter in lichten dan ik." Onder hernieuwd snikken drukte zy haar gezicht in het kussen. Martha echter richtte zich met gloeiende wangen en fonkelende oogen tot den rech terlijken ambtenaar. »Ik heb geen inlichtingen noodig, want ik verklaar, dat al het slechte, wat men hier van mijn broer gezegd heeft, niet waar een schandelijke leugen is. Hij kan het slacht offer van een misdaad geworden zijn, maar hij zelf heeft nooit een misdaad begaan." De verschijning van het jonge meisje had op den rechter van instructie een zoo guustigen in druk gemaakt, dat hij gaarne bereid was, de hef tigheid van haar taal toe te schrijven aan de zeer te begrijpen opgewondenheid, waarin zy vorkeerde. »Dit geloof aan de onschuld van uw broer, juffrouw, doet uw zusterhart alle eer aan", zeide hij met vriendelijken ernst. »Doch gewichtige ver dachte omstandigheden wijzen op het tegendeel. U hoort wel, dat niet eens zijne vrouw uw geloof deelt." >Dan heeft zij hem nooit gekend of zij weet in haar vertwijfeling niet, wat zij zegt. Maar ik ik ken hem, zooals ik mij zelf ken. Ik weet, dat hg liever zou zijn gestorven dan zich te vergrijpen aan het goed van anderen. Als mijn broer verdwenen is, zonder te zeggen, waar hij is heengegaan, dan is hij niet vrijwillig gegaan, maar heeft men hem vermoord, om te stelen en de verdenking op hem te schuiven." »U trekt met groote zekerheid uw conclusies, juffrouw Winter I Is u dan ovor de bijzonderheden van wat in uw afwezigheid hier gebeurd is, al zoo nauwkeurig onderricht »Ik weet alleen datgene er van, wat ik zooeven bij mijne aankomst van Nitschke en zijne vrouw vernomen heb. Maar als het juist is, wat zij mij verteld hebben, is het voor mg meer dan genoeg, om zulk een conclusie met alle zekerheid te trekken." »En zoudt u ten gunste van uw broer nog iets anders kunnen mededeelen dan alleen deze per soonlijke overtuiging van zijn eerlijk karakter?" >0 zeker, daar twgfel ik niet aan. Maar u moet mij vragen want ik vermoed niet, waarin uw zoo genaamde verdenking bestaat." »Het was mijn voornemen, dat te doen. Maar ik zou u willen verzoeken, met mij naar mijn ka mer te gaan, opdat ik met u alleen kan spreken. Dat ik uw schoonzuster hier verhoorde, geschiedde enkel met het oog op haar geschokte gezondheid." »Ik ben tot uw beschikking," antwoordde zij dadelijk, terwijl zij haastig haar reismantel afdeed en de hoedenspeld uit het haar trok. Maar toen viel haar blik op de snikkende Hermine, wier li chaam beefde, en zij aarzelde nu toch, te gaan. Mijne schoonzuster is ziek," zeide zij halfluid. »Misschien is het voor alle dingen mijn plicht, my over haar te ontfermen, en ik doe verkeerd, als ik haar nu verlaat." Haar woorden waren alleen voor den rechter van instructie bestemd geweestmaar het fijne oor der jonge vrouw had ze opgevangen. Met eene onstuimige beweging hief zij het hoofd op. »Ik verzoek je dringend, met mij en mijn toestand geen consideratie te gebruiken," zeide zij op den zelfden on vriendelijken toon, dien zij zooeven ook reeds tegen haar schoonzuster had aangeslagen. »Want ik wensch volstrekt niet, dat je voor zieken verpleegster bij mij speelt. Ik ben het liefst alleen." Martha's gezicht verraadde, hoe diep zy zich door het onheusche antwoord gekrenkt gevoelde. Maar zij zeide niets en met een stommen wenk verzocht zy den reehter van instructie, met haar de kamer te verlaten. Toen hij haar buiten de kamer vroeg, of zy met haar schoonzuster in onmin leefde, schudde zij het hoofd. »Ik heb wel menigmaal den indruk gekregen, dat zij wegens de groote liefde, die mijn arme broer voor mij koesterde, een weinig jaloersch op mij was, en nu en dan hadden wij ook wel eens verschil van meening. Maar tot een ernstige twee spalt is het toch nooit tusschen ons gekomen." »U moogt my do vraag niet kwalijk nemen, juffrouwIk was een weinig verwonderd over de bijna vijandige manier, waarop mevrouw Winter zooeven uw bijstand weigerde." »Zij verkeert in een gemoedstoestand, waarin zjj nauwelijks verantwoordelijk kan worden gesteld voor wat zij zegt. Hot is in elk geval verre van my, boos op haar te zijn om eene onvriendelijkheid, dio zij mij in haar tegen woordigen, be klagen swaar- digen toestand aandoet." De houding van dit jonge meisje, dat zich zoo weldadig onderscheidde van de andere met haar uitbarstingen van wanhoop, beviel den rechter van instructie telkens meer. Bij de openhartigheid, die hij in haar oogen meende te lezen, toen zij op zjjn verzoek tegenover hem plaats genomen had, twjjfelde hy er niet aan, dat zy onvoorwaardelijk alles zou zeggen, wat zy wist. XI. Tegen den middag had de rechter van instructie het kantoor der maatschappij Glückaufverlaten, en eerst laat in den namiddag keerde hg daarin terug. Hij vond den commissaris Neuburger, die in de verhoorkamer op hem wachtte. »Nu, meneer Neuburger vroeg hij, »hebt u wat gevonden »Niets, meneer! Het is onmogelijk, een huiszoe king grondiger te doen dan ik gedaan heb. In de woning van den portier was trouwens geen enkele gesloten kastde vloeren zyn in cementspecie ge metseld en achter de met behangsel bedekte muren, die nergens een beschadigde of pas dichtgeplakte plek vertoonden, kon ook niets verborgen zyn. Vervolgens hebben wy ons naar do overige kelder- vorirekken van het huis begeven maar ook daar hebben wy niets gevonden. Wy zagen dat voor 't overige alles met eene zoo dikke en onaange roerde laag stof was bedekt, dat men reeds op grond daarvan kon concludeeren, dat sedert maanden niemand in deze vertrekken is geweest". »U meent dus, dat wy hier niet verder behoe ven te zoeken". »Ik heb dit zoeken van den beginne af voor vruchteloos gehouden. En nu ben ik heel zeker van mijne zaak". »Nu, dan wil ik u ook mededeeleD, dat voor een uur het verwachte telegrafische bericht uit Wal denburg hier ontvangen is. De daarheen gezonden ambtenaar meldt, dat de persoon in quaestie dus de schoonzoon van Nitschke gedurende de laatste week zjjne woonplaats niet verlaten heeft en des avonds van den 30 Juli met de andere mijn werkers in de nachtmgn is afgedaald. Het is een alibi, zooals het niet overtuigender kan worden ver langd. Ik geloof, dat wy daarmede de gedachte aan een deelneming van den portier Nitschke voor goed uit de rg der mogelijkheden kunnen laten varen". Wordt vervolgd

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1903 | | pagina 1