1903, N". 27.
Dinsdag 3 Maart.
90sle jaargang.
FEUILLETON
ÜK RFWOhVERKOVINGIN.
Smederij,
De prjjs der gewone advertentiën is van 1-5 regels 50 cent, eiken regel meer 10 ct.
By directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prjjs
slechts tweemaal berekend.
Geboorte-, huwoijjks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 110 regels 1,berekend.
Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ct.
om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel.
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond
uitgezonderd op feestdagen.
Prjjs per kwartaal, zoo binnen als buiton Goes, f 1,25*
Afzonderlijke nornmers 5 cent.
tasoittiifty «rfflK asStferöcEatSën véor 2 kf«b og? deet
De REKENINGEN en VERANTWOORDINGEN
over 1902 van het
a. Fonds tot ondersteuning van de weduwen van ge
meente-ambtenaren
b. van het Pensioenfonds van gemeente-ambtenaren,
zullen gedurende de maand Maart voor belangheb
benden ter visie liggen, op eiken werkdag van des
voormiddags 9 tot des namiddags 2 uren ten bureele
van don seretaris der gemeente.
Goes, den 28 Februari 1903.
Burgemeester en Wethouders van Goes,
DE KONING KOOIJ.
VAN REIGERSBERG'VEESLUIJS.
Belasting op bedrijfs- en andere
inkomsten.
Het Hoofd van het Plaatselijk Bestuur te Goes
brengt ter kennis van belanghebbenden, dat by hem
ingekomen en aan den ontvanger der directe be
lastingen verzonden is kohier no. 5 dor belasting
op bedrjjfs- on andora inkomsten, dienst 1902/1903
invorderbaar verklaard door den directeur der directe
belastingen enz. to Middelburg den 26 Februari
1903 no. 929
dat ieder verplicht is zijnen aanslag, op den bij
de wet bepaalden voet, te voldoen en dat heden
ingaat de termijn van zes wekenbinnen welken
daartegen bezwaarschriften kunnen worden inge
diend.
Goes, den 28 Februari 1903.
Het Hoofd van het Plaats. Bestuur voornoemd,
DE KONING KOOIJ.
t* R K ti ij !5
tot redding van drenkelingen zijn bij de onder
staande ingezetenen gedeponeerd en bij voorkomende
ongevallen verkrijgbaar, te weten bij
P. Schrijver, Ravelijn, Westwal, wijk D no. 222.
M. van Waarde, aan de Johannes Antonides Van
der Goeskade, wjjk B no. 167.
J. de Krujjter, aan de Bierkade, wijk D no. 3.
P. de Dreu, aan de 's-Heor Hendrikskinderen-
barrior wijk i) no. 72A
E. Westvoer, aan den voormaligen Oliemolen,
West wal, wijk D no. 179.
J. de Rochefort, aan den West-Singel, wijk E
no 130.
Wed J. Versee, aan den West-Singel, wijk E
no. 133.
Wed. M. N. Arentz, in de Voorstad, wjjk E no. 119.
M. Zandee, aan den Oost-Singel, wijk E no. 42.
J. van de Kreeke, aan den Oost-Singel, wijk E
no. 36.
L. Verboem, Westhavendijk, wijk E no. 162a.
Goes, den 2 Maart 1903.
Burgemeester en Wethouders van Goes,
DE KONING KOOIJ.
De Secretaris,
VAN REIGERSBERG VERSLÜIJS.
Roman van Reinholu Oixtmann.
»Dan hebben wij denzelfden weg", zeide hij,
»wanneer mjjn begeleiding u niet onaangenaam is
en dat u uw beschermer voor het doen van
een boodschap ter mijner beschikking wilt stellen.
Laat hem dan als 'tu belieft even naar den groo-
ten rjjweg terugkeeren en een koetsier, die mij daar
wacht, zeggen, dadelijk naar hot boschhuis te rjj-
don. Ik hoop vriendje, dat je deze moeite wel wilt
nemen, des te liever, omdat jij dan op de gemak
kelijkste wijze thuis kunt komen".
De man bleef onbeweeglijk staan. En zonder den
graaf te antwoorden, keek bij voortdurend Renate
aan, met een zoo sombere uitdrukking, alsof hij van
haar tegenspraak tegen Meinburgs bevel verwachtte.
Meinburg, die zijn aarzelen verkeerd begreep,
kreeg zijn portemonnaie. »Natuurlijk, verlang ik het
niet te vergeefs. Hier, mijn besteMaar ga nu
alstjeblieft".
Met een bijna heftig gebaar wees Hilgert het
hem aangeboden geldstuk af. »Ik neem geen fooien
yoor zulke diensten aan, mijnheer de graaf," zeide
hjj en er trilde iets als moeilijk ingehouden harts
tocht in zijn stem. »Maar daar de juffrouw het zoo
wil, zal ik natuurlijk gehoorzamen".
Hij draaide zich om, en vertrok met lange stap
pen, zoodat zijn gestalte reeds in de volgende minu
ien iuss:hen de boomsiammen verdwenen was.
Bij hot gemeentebestuur is door de Wed. J.
HOLLESTELLE te Goes ingediend een verzoek tot
oprichting eener
in het perceel wijk D 169, gelegen aan het Noord-
einde.
Verzoek en teekening liggen ter visie op de
Secretarie, gedurende eiken werkdag van des voor-
middags 9 tot des namiddags 2 uren, terwijl Za
terdag 14 Maart 1903 des voormiddags 10 uren
ten Raadhuize gelegenheid zal worden gegeven tot
het indienen en bespreken van bezwaren.
Goes, 28 Februari 1903.
Burgemeester en Wethouders van Goes,
DE KONING KOOIJ.
De Secretaris,
VAN REIGERSBERG VERSLÜIJS.
Tot den Herijk der Maten en Gewichten
zaldit jaar in deze gemeente worden gevaceerd ia
de Waag, ondes1 hel Stadhuis,
en wel voor
Verkoopers van nieuwe Maten en Gewichten 23
Maart, 912 unr
Apothekers, Goud- en Zilversmeden enz. (fijnere
weging) 23 Maart, 14 uur
Wijk A 24 en 25 Maart
B 26 27
C 28, 30 en 31
D 1 en 2 April
E 3 4
telkens van 's morgens 9 tot 12 en 's namiddags
van 1 tot 4 uur.
Voorts wordt herinnerd
le. dat de voorwerpen schoon en droog ter herijk
aangeboden moeten worden en zich in zoodanigen
toestand moeten bevinden, dat eene verificatie en
stempeling mogelijk is
2e dat lengtematenvoorzien van inerkteekenen
of aanwijzingen van onwettige maten moeten worden
afgekeurd «u ten allen tijde in beslag genomen
kunnen worden
3o. dat de onderdeelen van het Gram (Miligram-
gewichten) uithoofde dt daartoe noodige fijne balans,
uitsluitend aan het ijkkantoor te Middelburg kunnen
worden geverifieerd. (Ministeriëele beschikking van
deu 16 April 1872, no. 193)
4e. dat belanghebbenden zich bij de terug-ont
vangst van' hunne voorwerpen moeten overtuigen,
dat deze duidelijk het wettige goedkeuringsmerk
n dragen, daar een beroep op verzuimen, die bij deu
herjjk mochten zijn begaan, later niet zal ontslaan
van rechtsvervolging
5e. dat na het einde van den termijn van deu
Herijk (1 September 1903) bet gebruiken of voor
handen hebben van maten of gewichten, niet voor
zien van het goedkeuringsmerk n, verboden en
strafbaar is
6e. dat het laatst geplaatste goedkeuringsmerk
gedurende minstens twee jaren ongeschonden moet
blijven bewaard, en dat voorwerpen, waarvan dat
»Een vreemde jongen zeide Meinburg met een
lachje, waarachter zijn verbazing verborgen lag,
>Men zou waarachtig kunnen gelooven, dat het in
zijn bovenkamertje niet recht pluis was. Is het u
nooit opgevallen, dat deze houtvesterskneebt een
ietwat vreemde beschermer is vroeg graaf Mein
burg.
»0 neen", antwoordde Renate Meinardus. »Hjj
heeft zich tegen mij nooit anders dan bescheiden
en eerbiedig gedragen En reeds alleen om zijn
treurig lot heeft hij mijn sympathie."
>Een bezit, dat ik hem oprecht benijd. Hij heeft,
zooals ik gezien heb, slechts één arm. En vermoe
delijk is dat het, wat u met zijn treurig lot be
doelt," zeide do graaf.
»Niet dat alleen. Want wat het verlies den
armen jongen zoo smartelijk maakte, zijn de onge
lukkige omstandigheden, waaronder hij het heeft
geleden."
Ofschoon Meinburg veel liever met haar over
geheel andero zaken had gesproken, dan over dien
houtvestersknecht, die hem totaal niets kon schelen,
moest hij toch wel een zekere belangstelling voor
den eenarmige huichelen en haar opheldering van
de laatste woorden vragen. Maar toen Renato ze
hem had gegeven, kon hij niet nalaten te zeggen
»EeD moordenaar dus? Zoo werd ik door een goed
instinct geleid, toen de kerel mij op het eerste
gezicht onvertrouwbaar voorkwam De houtvester
moet in zijn bestuur al heel eigenaardige principes
huldigen, als hjj zoo'n mensch niet alleen in dienst
houdt, maar hem ook aan een dame, die de gast
vrijheid van zijn meester geniet, als begeleider en
beschermer aanwijst."
merk onduidelijk wordt, andermaal tot don herijk
moeten worden aangeboden.
Goes, 2 Maart 1903.
Burgemeester en Wethouders van Goes,
DE KONING KOOIJ.
De Secretaris,
VAN REIGERSBERG VERSLÜIJS.
De voorstellen der Regeering.
Wij hebben reeds in een vorig nommer gezegd,
dat wij weinig ingenomen waren met het wetsvoorstel
tot aanvulling en wijziging van het Wetboek van
Strafrecht, dat thans met het oog op werkstakingen
door do Regeering is ingediend.
Dat de Regeering voorstellen deed tot het op
richten eener spoorwegbrigade, was haar plicht «n
haar rechtdat »r eene enquGte zal worden inge
steld naar den toestand der rechtsverhoudingen
bij do spoorwegmaatschappijen, kan men evene ns
slechts toejuichen. Maar het andere wetsontwerp
getuigt onzes inziens niet van wjjs beleid. De ge
moederen waren na de staking tot. kalmte gekomen,
patroons en arbeiders hadden zich verzoend, een
onderzoek naar de grieven der spoorwegarbeiders
zou worden ingesteld en er was voor het oogenblik
pays en vrée. Doch daar kwamen mannon als de
heer Lokman, gekrenkt over bet feit dat de Regee
ring een oogenblik onmachtig had gestaan tegenover
de arbeiders, de Regeering aanzetten tot daden, die
meer hebben van eene wraakoefening dan van wijze
voorzienigheid.
En het treurigste van alles is, dat deze gelegen
heids wetten nu kop over hals moeten worden aan
genomen. Daartoe moet, niettegenstaande de heer
Goeman Borgesius het onlogische ervan glashelder
aantoonde, do werkorde worden omgekeerd, en is
de behandeling der interpellaties van de heeren
flJe_ec en Troelstra uitgesteld tot na de behandeling
der wetsontwerpen in de secties. Die daad, die de
RegeeriDgsmeerderheid op aanraden van den heer
Lokman heeft volbracht, is niet eene van moed,
maar eene van driestheid en slaafsche volgzaam
heid.
De Standaard, deze wetsontwerpen verdedigend,
heeft ze genoemd, wetten die onder de heerschappij
van de liberalen hadden tot stand gebracht moeten
zijn." Zeker, dan hadden de clericalen er niet de
verantwoording voor gehaddan was het bloed,
dat nu niet onmogelijk zal vloeien, over de hoofden
der liberalen gekomen.
't Is fraai, bij de stembus en in troonrede rege
ling van het arbeidscontract beloovend on nu den
liberalen verwijtend, dat ze geen wetten tegen werk
stakingen hebben tot stand gebracht
Dat de liberale bladen met dit wetsontwerp en
met de wijze, waarop het tot wot moet worden
verheven, niet op zouden bobben, was te voorzien.
Hot Vaderland is van oordeel, dat de regeering
zoo bedenkelijke remedie reikt tegen het ernstig
kwaad van staking in het spoorwegverkeer, dat
herhaalde waarschuwing niet uit mag blijven.
^Dergelijke wetsbepaling vermag uitbarsting van
Zij hadden, terwijl zij spraken, reeds den weg
naar het kasteel ingeslagen, en Renate liep veel
vlugger, dau do graaf het wel wenschte. Nu
echter bleef zij plotseling staan en zag hom in
zijn gezicht. »De houtvester had daarop, voor
zoover ik weet, niet den geringsten invloed. En
ook, als dit het geval geweest was, dan zou hij
zeker in staat geweest zijn, de volle verantwoor
ding van deze regeling te dragen. Ik houd er niet
van, verwijten of verdachtmakingen aan tehooren,
die gericht zijn tegen een afwezige."
Nu was Meinburg zeker van zijn zaak. De ver
ontwaardiging, die op zich zelf zeer onschuldig
was, had haar doen ontbranden, en liet hem geen
twijfel ms8r, dat er in haar hart een warmer ge
voel vo>r Aivörden zetelde. En de vurige haat,
welke hij toch al koesterde tegen zijn tegenstander,
die hem de baas was, nam op dit oogenblik door
jalouzie tot onzinnige woede toe. Zonder te over
leggen, dat hst misschien een even onwaardige
als belachelijke dwaasheid was, die hjj daarmede
beging, zeide hij »En als ik het ondanks het
verbod voor mijn plicht hield, u voor dezen man
te waarschuwen, die onder alle menschen, waar
schijnlijk de laatste is, om uw vertrouwen en uwe
vriendschap te verdienen Zou u
»Niet verder, heer graaf. Uwe waarschuwing is
overbodig. En ik weet niet, wat u recht geeft,
zich over mijne betrekkingen tot iemand anders te
bekommeren."
»Zeker, daartoe heb ik geen recht. Maar u kent
mij nauwelijks en kunt daarom niet weten, hoe
oprecht en onbaatzuchtig de deelneming is, die mij
deze woorden voorschreef. Maar ten slotte is het
het kwaad te voorkomen noch neder te drukken
tegenover massale vergrijpen kan geen strafwet iets
uitrichten. Maar nog veel minder tast zij het kwaad
bij den wortel aan. Neemt men sociale grieven
weg met te wijzen naar de gevangenis Of ont
wikkelt men daarmee wellicht het gevoel van sociale
verantwoordelijkheid van solidariteit, die wat verder
reikt dan eigen klassegenooten, die oog heeft voor
het algemeen belang van een geregeld verkeer?
Voedt men gewetens op met een Wetboek van
Strafrecht Kan er iemand zijn, die nog twijfelt,
en aarzelt het antwoord te geven neen, integen
deel, blijvende verbittering zal van dergelijke maat
regelen het gevolg zijn
Een strafwet, die botst tegen de rechtsovertui
ging van een groot aantal burgers al is die
rechtsovertuiging, zooals in dit geval, ook nog zoo
verkeerd kan nimmer doel treffen. Wel de sto
ring van den socialen vrede voor lang bestendigen.
Die rechtsovertuiging moet worden veranderd. De
arbeiders bij groote bedrijven moeten het leeren
inzien, dat een staking hunnerzijds even immoreel
is als een staking van dokters of van pleegzusters.
Maar zij moeten dit leeren begrijpen langs anderen
weg dan waar men dreigt met boete en vrijheids
straf.
Een slechte opvoeder is bij, die met oorvijgen
werkt."
De Nieuwe Arnhemsche Courant erkent gaarne iets
dergelijks niet te hebben kunnen verwachten, noch
van Minister Kuypernoch van Minister Loeff. »Het
geheele ontwerp draagt de kenmerken van te zijn
geïnspireerd door socialisten vreesvrees voor het
»roode spook," in de gedaanten van de heeren
Domcla Nieuwenhuis, mr. Troelstra, mevrouw Ro
landHolst c. s. En diezelfde vrees openbaart zich
in de ministerieele mededeeling, door den heer Bois-
sevain opgewonden als »mannentaal" begroet. Als
staaltje van ministerieel proza heeft de mededee
ling inderdaad verdienste. Zij herinnert aan som
mige driestarren van De Standaard. Maar als staats
stuk is zij wel het treurigste wat in een reeks van
jaren het licht zag".
Het Sociaal Weekblad vraagt of men zich wel
ongeschikter oogenblik kan denken tot indiening
van strafbepalingen tegen posten en staken dan op
een oogenblik van zoo groote gisting als tegen
woordig. In theorie kan het blad zich vereenigon
met menige verbodsbepaling neergelegd in die
artikelen en met veel van wat in de toelichting
gezegd wordt. Maar vraagt bet blad is het
nu de tijd öm zulke theorieën in practijk om te
zetten en (men zou 't haast zeggen) moedwillig
verzet uit t« lokken Waren strafbepalingen abso
luut noodig, om den toestand te regelen en te be-
heerscben, zo zouden niet spoedig genoeg het Staats
blad kunnen bereiken. Nu schijnt de indiening louter
olie in het vuur.
De groene Amsterdammer zegt verder, dat de thans
geldende wet tot dusverre nog middelen genoeg
heeft gegeven om de vrijheid van arbeid, voor zoo
ver die in een zich steeds meer organiseerende
arbeidswereld mogelijk is, te handhaven. »Wie hierin
toch niet de eerste de besto, die tot u spreekt.
Mijn naam alleen moet u een waarborg zijn, dat
ik niet zonder de beste gronden over een afwezige
op zoo'n manier tot u sprak.
»Ik zio", vervolgde de graaf, »dat u zich door
de persoonlijkheid van dezeD man en door zijn
huichelachtig voorkomen van ridderlijkheid, dat hjj
zich zoo voortreffelijk weet te geven, hebt laten
verblinden. En ik weet, dat u onmogelijk genoeg
mensch en kennis en genoeg ervaring kunt bezitten
om achter het bedriegelijke masker het ware gelaat
van den houtvester te ontdekken. Ook ik heb mij
lang door dit masker laten misleiden, ook ik
was naïef genoeg, den man voor mijn vriend te
houden, die mij eerloos en schandelijk behandelde."
Reaate had in den beginne nog getracht hem tot
zwijgen te brengen, maar daaraan had hij zich niet
gestoord. En nu liet zij doodsbleek den storm
van zijn hartstochtelijke woorden over zich trekken.
Haar zwijgen gaf hem een zeer groote voldoening
en met het verlangen om zijn wraak geheel te vol
tooien, vervolgde hjj »Ik kwam waarachtig hier
niet met het doel, u deze dingen te zeggen en
nooit van mijn leven is mij het vervullen van een
plicht zoo moeilijk gevallen als in dit geval. Maar
ik kan niet toestaan, dat u zonder het te weten,
het offer wordt van een gewetenloozen Bchurk. Ik
kau het niet laten gebeuren, dat
»Genoeg
Als een kreet was het van haar lippen gekomen.
En de klank van haar uitroep deed Meinburg's
brutaliteit verstommen. Een paar seconden lacg
sprak geen van beiden een. woord.
Wordt vtrvolgd.j