1900. N°. 145. Zaterdag 8 December, 87ste jaargang. Bij dit no. behoort een bijvoegsel. De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond, uitgezonderd op feestdagen. Prijs per kwartaal, zoo binner als buiten Goes, 1,75. Afzonderlijke notfimers 5 centmet bjjblad 10 cent. Inzending van advertentiën vóór 2 uren op den dag der uitgave. De prijs der gewone advertentiën is van 1-5 regels 50 cent, eiken regel meer 10 ct. Bg directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt, de prijs slechts tweemaal berekend. Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 110 regels 1,berekend. Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ct. Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel. ONZE POLITIE. I. Do lezers gelieven bg het zien van dit opschrift niet den klemtoon op het woordje »onze" te leggen. Wg gebruiken het geenszins in eng plaatselijken zinintegendeel, zelfs zeer in het algemeen. Maar dat deel van het gezag, hetwelk men gewoon is met den naam van politie aan te duiden, beweogt zich zoo goheel midden in het volk, komt zoo dagelgks en in zoo velerlei aangelegenheden met het publiek in aanraking, dat het woordje al bijzonder op zijn plaats schijnt. Toch hebben wij met het gebruiken er van nog eene bgzondere bedoeling, namelijk er op te wgzen, hoe wenschelijk eene meer nauwe betrekking tus- schen de burgerij en het openbaar gezag zou zijn dan in den regel het geval is. Deze opmerking moge in hoofdzaak voor groote steden gelden, ook op kleinere plaatsen is zg too- passelgk. Men is gewoon de taak en do bestemming der politie in minder juisten zin op te vatten. Wanneer in onze straten alles rustig zgn gang gaat, dan denkt men er niet aan, dien toestand, die steeds en overal de normale moest zgH, aan het toezicht der politie, aan de door haar geno men maatregelen toe te schrijven; maar wanneer een vreeaelgke gebeurtenis plaats heeft, laat ons zeggen een moord, en de dader wordt niet terstond gevonden, dan heeft de politie het gedaan. Dit ééne voorbeeld is gemakkelijk met vele andere aan te vullen. Wjj willen hiermede niet te kennen geven, dat het politiecorps do eigenschap der volmaaktheid bezit. Ware dit onze meening, wij zouden deze regelen zelfs niet geschreven hebben. Maar wij meenen, dat het de moeite kan loonen, niet zoozeer om op gebreken en tekortkomingen te wgzen, maar vooral om er de oorzaken van op te sporen en de middelen tot verbetering te overwegen. De taak der politie is inderdaad zoowel zwaar als gewichtig. Het helpen opsporen van strafbare feiten, hoe belangrgk op zich zelf, is er slechts een onderdeel vanhare grootste waarde ontleent zij aan hare preventieve kracht, dat wil zeggen haar invloed om verstoring van orde te voorkomen en het plegen van misdrijven en overtredingen tegen te gaan. En dan spreekt het wel van zelf, dat een slagen in die gewichtige taak voor een groot deel afhangt van de wgze van optreden en handelen. Dit moge voor schier elke betrekking gelden, bij de politie vooral zgn kalme bezadigdheid en een bijzondere mensehen- en zaakkennis eerste vereischten. Hot is er verre van daan, dat wij de betrekkin gen bij de politie geschikt zouden achten voor vrouwen, maar zeker is het, dat er gevallen zgn, waarin eene bjjna vrouwolgke zachtheid, gevatheid en vooral waardigheid in den ambtenaar der poli tie gevorderd worden. Niets maakt op het publiek een meer slechten indruk dan ruwheid, ongema nierdheid en vooral overdreven ijver, die veelal ontaardt in vitzucht. Wanneer het volk op het gezag laag neerziet en weinig voor het recht gevoelt, dan komt dit voor een deel ook hier van daan, dat er steeds ambtena ren zgn, die niet allen meten naar dezelfde maat, voor wie niet alle burgers, van wat rang, stand of fortuin ook, gelijk zjjn voor de wet; die gaarne zich dringen in de gunst van hooger geplaatsten, die niet schromen giften of gaven aan te nemen, zonder daarom juist in strijd te komen met de wet. Er heeft zich in den laatsten tgd, hoewel hoofd zakelijk nog slechts in de grootere steden, een streven geopenbaard om jongelieden opleiding voor de politie verschaffen. Dit bewijst dat men de groote waar- Veid gevoelt, dat voor bet politie-corps beschaafde, kundige monschen noodig zijn, theoretisch en prac- tisch wel onderlegd. Nu is het een feit, dat der gelijke opleiding veelal slechts met het oog op de Doogere betrekkingen plaats heeft en dikwgls door d hoogere ambteiaren aangeboden wordt als een overigens zeer geoorloofd middel om de schrale lnzoldiging een weinig te verhoogen, maar toch, ook de politiebond heeft zich reeds met de zaak bemoeid, eu de tgd kan niet ver meer af zijn, dat de regeering J -t belang der zaak niet alleen inziet, maar feiteljjk rekent. Juist om do lagere ambtenaren, die denkende, 1 schaafde wezens behooren te zijn, zou het ons aller- e rst te doen wezen. Met de meening dat zekere leef- tij l, het vrij zijn van sterkedrank en het bezit der q laliteit van gepasporteerd militair, de eisehen zijn, aaa een dienaar van politie te stellen, is nog niet geheel gebroken. Een pensioentje en een lintje zgn ook nog zoo kwaad niet, want dan kan het salaris dienovereenkomstig worden geregeld. Do politio is vrij wel machteloos, wanneer zij niet kan rekenen op den steun van het welgozinde deel van het publiek en dit laatste kan niet, wan neer het publiek voor de ambtenaren van het gezag en hnnne handelingen geen achting en eerbied kan hebben. Zoowel in het politiecorps als overal elders vindt men meoschen, die blijkbaar niet op hun plaats zijnnergens is het gevaarlijke daarvan grooter en nergens moest het minder voorkomen dan juist bij het politie-corps. Ligt de fout aan de wet? Neen, om de eenvoudige reden, dat het ongeloofelijko hier waar is. De politie es niet wettelijk geregeld hare inrichting is uiterst gebrekkig, mist allen samenhang en berust ten dtele op de zelfstandigheid der gemeenten. Nergens zgn voor de ambtenaren der politie be paalde eisehen gesteld. Van voorschriften omtrent opleiding en voorbereiding is geen sprake. Aan een algomeene regeling der bezoldigingen of van een minimum van bezoldiging is nooit gedacht. Aan de hoogere ambtenaren zijn nooit voorschriften gegeven omtrent hetgeen zy bij de benoeming der lagere in acht hebben te nemen. Hoevolt malen op een en ander reeds is aange drongen, steeds was het te vergeefscb. Maar dan moet men er zich ook niet over verbazen, dat zg, die geroepen zgn om de openbare orde te handhaven, bij het vervullen van hun taak niet worden gesteund, soms zelfs worden tegengewerkt. De schuld ligt voor een deel aan de regeering, die nog steeds verzuimde zulk een uitnemend belang ter hand te nemen. Men moest zich geen voor zijn taak berekend ambtenaar van politie kunnen voorstellen, die de meest gewone kennis der Staatsinrichting in het algemeen en van het gemeentewezen in het bijzonder mist; die volslagen vreemd is aan het strafrecht en speciaal het politierecht niet kentdie zoo weinig is ontwikkeld, dat hg slechts gebrekkig leest en schrijft en den rechterlijken ambtenaren by het aanhooren van zgn proces-verbaal altijd stof tot lachen geeftdie zich geen voorstelling maakt van de wezenljjke taak der politie, hare plichten en bevoegdheden, en die niet kan zijn de vraagbaak voor het publiek, zgn raadgever en helper, zijn tactvolle, onbevooroordeelde, onpartijdige leidsman en vriond. Aan den ambtenaar van het gezag, aan den minste zelfs, worden hier zeer hooge eisehen ge steld wg erkennen dat, doch wg zgn innig over tuigd, dat die eisehen volkomen te rechtvaardigen zgn en dat alle hoogere ambtenaren en besturen wèl zouden handelen, indien zij deden alsof al deze eisehen workelyk waren gesteld. En van zelf zou met de betere qualiteit ook eene betere bezoldiging ontstaan. Uit het bovenstaande volgt duidelijk, dat wij niet blind zgn voor de fouten en tekortkomingen bg de ambtenaren van het gezag, waarover van tgd tot tijd wordt geklaagd en die men zoo nu en dan verneemtmaar tevens, dat wg die minder aan de personen zei ven toeschrijven, die tot het corps be hooren, dan wel aan de gebreken der instelling, waarvoor zij niet verantwoordelijk zgn. Wie zal het iemand euvel duiden, dat hij zich rangschikt onder de sollicitanten naar eene betrek king, die een redelijk bestaan belooft, zonder zich al te veel over den aard en den omvang daarvan te bekommeren Het is niet goed, maar men ziet hetzelfde dagelijks en overal. In een tweede en slot-artikel zullen wij meer de aandacht vestigen op den geest en de houding van het publiek tegenover de politie, en de omstandig heden, waaronder deze vaak verplicht is haar taak t® vervullen. GOES, 7 December 1900. De Midd. Ct., mededeelende wat wij schreven over de geschiedenis met de f o o t - b a 11 e r s op jl. Zondag, merkt op, dat volgens haar zegsman de zaak ernstiger is geweest dan uit de ons van bevoegde zijde verstrekte inlichtingen schijnt to blijken, en dat >bet in-twee-stukken-schouren van een jas, het kapotslaan van een bril, het toebrengen van blauwe oogen en builen, het gebruiken van boksbeugels, en het dreigen met oen mes nu niet zulke kleinig heden zgn, die gewettigd wordon door het »laak- bare feit" dat er gezong®n is onder kerktijd." Wg geven dit grif toe, maar vragen tevens waarom dan van zulke dingen, als zij werkelgk gebeurd zijn, niet officiëel kennis gegeven is Immers, wanneer een en ander geen gevolg was van uittartingen door de foot-ballers en dezen geene handtastelijkheden bedreven, dan zijn het even zoo veel strafbar® feiten, di® ook wij ten sterkste af keuren. Wat de Midd. Ct. over de opvatting van sommige zaken door de politie in het algemeen schryft, beamen wij. En in het hoofdartikel in ons nr. van heden zal de M. Ct. zien hoe wij over de taak der politie denken. Afgescheiden daarvan zullen wij den foot-ballers in quaestie desverlangd gaarne de gelegenheid geven in ons blad hunne rechtmatige grieven tegen het Go-'sche publiek mede te deelen, in de hoop, dat beide partgen voortaan zooveel mogelijk oor zaken van baldadigheden zullen trachten te voor komen. De plaatselijke commissie voor het hulde- b 1 ij k aan H. M. de Koningin, tor gelegenheid van haar huwelijk, bestaat hier uit do hoeren J. M. Kakebeeke, voorz., J. Ph. Wesselink, «ere-voorz., Z. D.van der Bilt la Motthe, penningm., M. de Jonge Jz., secret, en verder voor wyk A uit de hh. A. R. Broetvelt, M. H. Harinck en P. A. de Ligny voor wijk B uit de hh, D. Cappon en J. B. van Kalmt- houtvoor wijk C uit de hh. J. deHoogh en J. F. van der Leeuw voor wgk Duit de hh. dr. Leigues Bakhoven, P. van der Meulen en J. J. Ramondt. Evenals bij de Comm. voor de (Ecoo. Spysuitdee- ling wordt aan elk dezer wgkcommissiën een ge deelte van wijk E opgedragen. Heden heeft de commissie aan de ingezetenen een circulaire toegezonden, waarin zij bijdragen voor het huldeblijk vraagt. Wij noodigen de inge zetenen uit aan dez® van warme sympathie voor de zaak getuigende circulaire hunne aandacht te schen ken en achten het haast overbodig daaraan nog iets toe te voegen. Ook wij zijn overtuigd, dat jong en oud, ryk en arm iets zal willen bijdragen tot het gevon van een b®wgg van genegenheid en innige vereering van onze zoo geliefde Koningin en van h«t Huis van Oranje, dat door dit huwelijk moge voortleven De Eerste Kamer nam gisteren de Ongevallenwet aan met 35 tegen 8 stemmen. Omtrent de belangrgk® rede van den heer Fransen van de Putte, Woensdag in de Eerste Ka mer gehouden, naar aanleiding van do houding der Eersto Kamer en der Regoeriug, inzake de O n- gevallenwet, z®gt de N. R. Ct. »Dat de Rege®ring d® gelegenheid tot gemeen overleg niet had afgesneden door middelen te be zigen, haar van alle kanten welwillend aan de hand gedaan de heer Fransen van de Putte legde ze een voor een onder het ontleedmes, en toonde de voosheid ervan aan kon de heer Geertsema niet anders dan prgzen. En, zooals we reeds zeiden, de heer Fransen van de Putte kwam de' meening van zgn ambtgenoot nader versterken met voor beelden uit onze parlementaire geschiedenis, analoge gevallen, waarin indertgd de Regeering op dezelfde wijze te werk ging. Of zij alle gelukkig gekozen waren, behoeven wij niet te onderzoeken uit de door den heer Yan de Putte aangevoerde gevallen bleek en hierom was het te doen voldoende, dat de door de regeering ten aanzien van de On gevallenwet gevolgde politiek in de practyk van ons staatsrecht niet onbekend is. En evenmin als aan de regeering iets te verwijten valt, mag men de Eerste Kamer haar votum van Mei j.l. tot grief maken. Zoolang men de Eerste Kamer niet boschouwen wil als een marionet, waar van de touwtjes aan de overzijde van het Binnenhof worden in handen gehoudou, maar haar in het par lementair systeem als een onmisbaar lichaam een plaats wenscht te geven, kan men haar het recht niet ontzeggen de wetsontwerpen, die haar ter goed keuring worden voorgelegd, met onbevangenheid to beoordeelon ec zoo noodig af te stemmen. Dat is haar recht, en wij zouden zeggen, dat is haar reden van bestaan. Terecht kwam de heer Fransen van de Putte on, een van de nestors uit de Kamer, die zijn stem aan het vorige ontwerp had gegeven, was hg in dezen «ven onverdacht als geroepen tot dit protest in zijn pittige, tintelende rode op tegen de onheusche en onhoffelijke woorden, die aan de overzijde aan het adres van de Eerste Kamer waren geuit. De roeping bg uitnemendheid der Eerste Kamer is te temperen, waar de hartstochton van hot oogenblik tot verkeerde beslissingen dreigen te leiden. In de moeilykste jaren van onze parle mentaire geschiedenis, 1853 en 1866, had zij hare roeping gevolgd; steeds had zij, dikwgls met vol komen verloochening van wat de leden persoonlgk mochten voelen, in hare beslissingen het landsbelang alléén op den voorgrond geplaatstmocht men dan nu, nu eenmaal eene beslissing sommigen van de uitersten in de politiek in verlegenheid bracht, haar met zoo hard® verwyten lastig vallen V Het uitste kend b®toog van den beer Van de Putto moge hier over tot nadenken stemmen". Men schrijft ons Sommige brievenbestellers van uitge strekte g®meenten op Zuid-Beveland moeten, wegens het niet bestellen yan weekbladen op Zondag, thans 's Maandags langer dienst doen, zonder vermindering van Zondagdienst. D® weokbladon gingen 's Zondags met den gewonen loop meé en moeten nu 's Maan dags expres besteld wordon, dewijl er alsdan geen couranten zgn eu het z«er zelden voorkomt op dien dag alle bewoners der buitenwijken te moeton bezoeken. Alle ooms, die een cadeau willen maken zegt de Petit Bleu zouden niet op het aardige en eenvoudige idee van president Kruger hebben kun nen komen. Het is een vingerhoed, dion oom Paul heeft bestemd voor het uitzet van de jonge Koningin van Holland. Die vingerhoed is echter eeu vorstin waardig. Hij is ontworpen door Vernon. De vermaarde graveur heeft in de versiering een groep jongo meisjes aan den arbeid voorgesteld, de Fransche zusteren van Koningin Wilhelmina. Hierdoor wordt op de meest bevallige wijze de vredesidee voorgesteld, die, gedragen op den adem der toejuichingen van het volk, misschien in de teedere stem der jeugdige vorstin woldra uiting zal vinden. President Kruger heeft de reproductie van dozen vingerhoed niet verboden, opdat hij als 't ware een zinnebeeld van den vrede zij aan de vingers van Fransche en Hollandsche jonge meisjes. De opbrengst der vermogens-belasting was in hot afgeloopen jaar f7.374.000 of f 270.000 boven 1898—99. De hier te lande met verlof aanwezige paar denarts le kl. van het O.-I. leger J. de Jongt k#®rt 19 Januari e. k. per ss. Koning Willem I naar Indië terug. Er is in de Tweede Kamer geklaagd, dat de muntbiljetten van te dik papier zijn ver vaardigd, en in verband hiermede gewezen op de biljetten der Banque do France. Het papier der Fransche bankbiljetten is zoo erkent de minister van financiën in allo opzichten van voortreffe lijke hoedanigheid doch de vervaardiging is een fabrieksgeheim. Ofschoon het papier der Nederland- sche mnntbiljetten aan redelijke eisehen voldoet, is niettemin in den loop dezes jaars last gegeven, nieuwe proeven te nemen om tot verdere verbete ring der hoedanigheid te geraken. De moeielijkheid is, een papier samen to stellen, dat, tegelijk zeer stork en niet te dik, tevens den druk goed aanneemt. Wogens de wenschelijke vergrooting van het aantal muntbiljetten van f 10, zullen minder van f 50 in omloop bljjven, daar de som der uitgegeven munt biljetten bij de wet tot f15,000,000 is beperkt. Vermeerdering der eene coupure kan dus slechts met vermindering der andere gepaard gaan. De Minister van Binnenl. Zaken heeft als zijn oordeel uitgesproken, dat de benoeming van burgemeesters in het algemeen bg voorkeur uit de ingezetenen der gemeente moet plaats vinden, maar dat het belang der gemeente zelve dikwgls afwijking van dien regel vordert. Benoeming van één persoon tot burgemeester van meerdere gemeenten acht ook de Minister in den regel niet verkieselijk. Knoeierij met examens Naar aauleiding van do opmerkingen in het voorloopig verslag der Tweede Kamer over beweerde onregelmatigheden bg het dit jaar te Am sterdam gehouden hoofdonder wijzersexa- m e n is een onderzoek ingesteld. Van gemotiveerde beschuldiging of voldoende aanwijzing van laakbare haudelingen is den mi nister niet gebleken uit do uitkomsten van dat on derzoek, door den inspecteur van het lager onderwijs in de tweede inspectie ingesteld. Een der leiders van opleidingscursussen heeft den minister schrifteljjk verklaard, dat bij, op grond van de tegen hem gerichte aantijging, een klacht bij den rechter zal indienen, zoodra zij ge schiedt in zoodanigen vorm, dat een aanklacht mogclgk is. De minister is van meening, erkennende echter dat dit in de practijk tot moeielijkheden aanleiding kan geven dat hot aanbeveling zal verdienen, om in een commissie voor het hoofdonderwijzerscxamon geen personen te benoemen, die in den loop van het jaar, aan het examen voorafgaande, candidaten hebben opgeleid. Do verzekering, dat de regeering bedacht zal zijn op hot nemen ook van verdere maatregelen, welke kunnen strekkeu om misbruiken te voorko men, wil de min. gaarne geven. Hij zal bijv. in overwoging nemen, of ten aanzien van het drukge- heim der examenopgaven meerdere zorg, dan daaraan reeds thans wordt gewijd, wenschelijk en mogelijk is. Door don directeur der cadettenschool te Alk maai' is aan do ouders en voogden der cadet-

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1900 | | pagina 1