Zaterdag 17 November. Bij dit no. behoort een bijvoegsel. In voorbereiding. FEUILLETON Het pand. De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond, uitgezonderd op feestdagen. Prijs per kwartaal, zoo binner als buiten Goes, 1,75. Afzonderlijke nommers 5 centmet bjjblad 10 cent. IraaKesïding vass adverieRtiën wó©r> ca^en op dew daa des» iEitgave> Do prijs der gewone advertentiën is van 1-5 regels 50 cent, eiken regel meer 10 et. By directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt do prijs slechts tweemaal berekend. Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 110 regels f 1,berekend. Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 et. Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel. Nog eenige maanden scheiden ons van den dag, waarop de kiezers andermaal zullen geroepen wor den om uitspraak te doen over bet in de laatste jaren gevoerde regeringsbeleid en te beslissen over de richting, gedurende een nieuw vierjarig tijdperk te volgen, en uit verscheidene deelen van ons land vernemen wij reeds van voorbereiding voor dien gewichtigen dag. Onze afgevaardigden ter Tweede Kamer gaan zich welhaast opmaken voor de politieke lezingen in het district, dat zij vertegenwoordigenwelhaast zullen nieuwe namen worden genoemd, tegenover de oude te stellen; de dagbladpers bespreekt vol ijver de maat- sehappelgke en staatkundige vragen van den dag en hier en daar ziet men een balletje opwerpen van bet bekende samengaan van partijen, die, ver- eenigd, wellicht het boen zouden kunnen veroveren, waarom ze later des te harder zouden vechten. Het is er verre van verwijderd, dat wg de voor bereiding voor don verkiezingsstrijd een verkwikke lijk sehouwspel zouden noemen; maar zij is niette min noodzakelijk en bevat een kern van goedswant het zou onverantwoordelijk wezen, een zoo ernstig werk onvoorbereid ter band te nemen. De politieke partijen zouden voorzeker in hun taak te kort schieten, wanneer zij niet, wel te ver staan door volkomen eerlijke middelen, trachtten zich een overwicht op elkander te verzekeren. Dit is haar doel en ligt in haar natuur. Er zijn echter een zeer groot aantal personen, die onder het nieuwe stelsel het kiesrecht hebben bekomen, doch die niet bepaaldolijk tot eene der grootere of kleinere partpen behooren of er toe ge rekend kunnen worden. Er zijn er zelfs een aantal, die bepaaldelijk goene partij wenschen te dienen en buitan den strijd willen big ven. Ook zij echter maken gaarne van hun kiesrecht gebruik, maar om dat te kunnen doen, zóó dat ze zich reken schap van hunne handeling kunnen geven, hebben zij raad en voorlichting noodigeen klaar en een voudig betoog, dat den toestand teekent zooals hij is en niet zooals hij schijntof, met bepaalde be doelingen, maar al te vaak wordt voorgesteld. Nu wij ons voornemen van tijd tot tijd eenige practische wenken in dien geest te geven, om ook onzerzijds aan te vangen met de voorbereiding voor de parlementsverkiezingen van 1901, willen wij gaarne vooropstellen dat wij van hen, die niet mee doen aan bet eigenlijke partijleven, een onbevangen oordeel en een wezenlijk handelen naar een eerlijk verkregen overtuiging verwachten. Hartelijk hopen wij dan ook, en meermalen hopen wij er nog toe op te wekken, dat deze onthouders vau dan partijstrijd geene geheel-onthouders zullen blijken te zijn, wanneer het op den dag der groote keuze aankomt en dat bot in 1901 zal zijn als vier jaren te voren, toen zoo menig© verrassing ons be reid werd, en die zeer zeker niet kwam van hen, die het hardst hadden geschreeuwd. Ons volkska rakter staat er ons borg voor, dat ook na weer het gezond vorstand en niet do hartstocht zal zege vieren, al weten wij zeer goed, dat, niet minder dan voorbeen, d-3 laatste tegen de eerste zal worden Een kerstgeschiedenis naar het Duitscb door A. Vosiiage. De laatste maal voor Kerstdag verschenen »de booze zeven" in hun staralokaal. Onder deze schert sende benaming bevonden zich eiken Donderdag zeven vroegere schoolkameraden van het gymna sium te Herronburg bijeen om op vroolijke, maar ernstige wijze van gedachten te wisselen en elkaar ronduit hunne meening te zoggen. Daar zij in dezelfde stad gewonnen en geboren waren en dezelfde herinneringen uit hun jeugd hadden, vormde dit een band tusschen die zeven heeren, die niets anders dan bet toeval had samengebracht, ofschoon hunne maatschappelijke positie zeer verschilde ten gevolge van verschillende begaafdheden, vermogen en geluk. De laatst tot het gezelschap toegetredene was de rijke houthandelaar Scheller. Hij was de eenige jonggezel in den kring. Meerderen der clubgenooten hadden in Herrenburg familie en allen herinnerden zich een vroeger gerucht, volgens hetwelk Scheller vóór jaren een goschiedenis van teleurgestelde liefde had doorleefd. Met zekerheid wist niemand er iets van en daarom werd zorgvuldig vermeden eenige toespeling daarop te maken en men wachtte zich opgezweept en menig walgelijk sehouwspel ons niet zal worden gespaard. Eén ding hopen wij boven alles dat het nieuwtje er niet af zal wezen. Vermoedelijk zal eene binnen kort in te voeren wijziging der kieswet weder een groot aantal nieuwe kiezers schoppen. Deze zullen ongetwijfeld van hun reebt een gverig gebruik ma ken, maar weinig zou dit baten, wanneer de kiezers die nieuw waren in 1897, thans voor eon groot deel, in navolging van zoo velen, die reeds langer het kiesrecht bezitten, dat nieuwe kleed aan den kapstok hingen. Van de vrees, dat hiervoor een weinig gevaar bestaat, kunnen wij ons niet los maken, want de geschiedenis van elke kiesrecht- uitbreiding leert, dat het stemrecht voor velen is wat oen stuk nieuw speelgoed is voor een kind. Hierbjj komt nog, dat een kleine vier jaar ge leden een bijzondere aanleiding bestond voor alle vrienden van orde en van kalmen vooruitgang, om bijzonder op hunne hoede te zijn. Tot zekere hoogte was de kiesreehtuitbreiding van toen een greep in het duister. Men vreesde eene overwinning dei- democratische partgen, die al spoedig zouden streven naar een ander regeerstelsel en die de grondslagen der samenleving zouden willen omverwerpen. Die vrees is gebleken geheel ongegrond te zgn. De buitensporigheden der uiterste democratische richting hebben de oogen van velen geopend de sociaal-democratische partij wordt langzamerhand eene gewone staatsparty, die aan het gewone par lementaire leven meedoet en waarvan de revolu tionaire elementen langzamerhand verdwijnen. Men komt wol weer met het algemeen kiesrecht aan, doch blijkbaar meer als verkiezingslens, en voor het tegenwoordige is er slechts een kleine minder heid, die het ernstig wil. Maar nu het drijven der partij van wanorde merkbaar verflauwd is en wij rnstig aan den wet- govendsn arbeid zjjn getogen, die langzaam maar zeker vordert, nu zou het kunnen gebeuren dat velen in den waan verkeerden, dat hunne medewerking niet meer noodig is. Hiertegen kan niet te ernstig worden gewaar schuwd. Laat ons trachten te behouden wat wij hebben verkregen, en bedenken dat de vijand niet slaapt en dat een overrompeling altijd mogelijk blijft. Innig zgn wij overtuigd, en wij zullen trach ten bet met feiten te bewijzen, dat niets meer ge- wonscht is, dan bevestiging van den bestaanden toe stand. Wij zijn nu 3inds ongeveer een negental jaren onder een bestuur in liberalen geest en niemand kan ontkennen, dat de uitkomsten van den wet- gevenden arbeid gedurende dien tijd zeer bevre digend zijn. Wij bewegen ons in goede richting. Veel is tot stand gekomen on veel in ernstige voorbereiding. Voor die feiten zullen de kiezers niet ongevoelig zgn. Zij zullen begrijpen, dat elke verandering van regeeringsbeleid stilstand en dus achteruitgang, althans voor geruiraen tijd, zou beteekenen, en zij zullen ongetwijfeld tot de overtuiging geraken, dat versterking, althans zeer zeker behoud van het liberale element in de Kamer, een eisen van den tijd, een daad van verstandig nadenken is. Wij zijn hot met de Prov. Gron. Ct. eens, waar zij schrijft »Wat men ook op het Regeeringsbeleid van dit ook wel hem aan te sporen bet huwelijksjuk op zijn schouders te nemen, gelijk de andere leden van het gezelschap reeds hadden gedaan. Het gesprek kwam woldra op het aanstaande kerstfeest, op armenverzorging en dergelijke lief dadige instellingen. •Welke ervaringen bebt gij in uwe betrokking opgedaan om die bij het aanstaande kerstfeest te maken tot grondslag voor uwe menscblievende han delingen vroeg de koopman Steilung aan deu directeur der stedelijke bank van leening, Niemaun, die naast hem zat. Ieder der heeren wilde van hem daaromtrent iets hooien, daar hij zonder twij fel de man was, die door zijn betrekking een juis- ten blik kon slaan in de behoeften en in deu maatschappelgken toestand van het volk. •Daarin moet ik u gelijk geven,'" bogon Niemann, •en ik denk nu nog menigmaal aan don tgd, toen ik als jong beambte dagelijks het publiek, dat kwam beleenen, ouder het oog had. Men gewent aan alles, en toen behoorde het tot de gewoonten der jeugd om zich over zooveel bedrukte gezichten heen te zetten. Natuurlijk is bet vóór Kerstdag en eigenlijk vóór allo feesten een groote drukte, en juist in dezen tijd beu ik gowoon mijne naspeuringen te doen. Menigmaal heb ik den armverzorgers in onze stad verzocht deze en gene familie na te gaan en als het noodig bleek haar eenige Kerstvreugde te bereiden. Altijd heb ik er mij in verheugd als hot gelukte bodekte armoede te lenigen." •Juist," zeido Scheller »bij deze gelegenheid Kabinet hebbe aan te merken, voor zgn werkzaam heid betaamt erkenning en waardeering zonder voorbehoud. Dat wetsontwerpen worden omgewerkt naar aanleiding van beschouwingen en verlangens uit den boezem der Kamer voortgekomen, behoort waarlijk voor deze geen reden te zijn tot beklag. Dat niet moer is afgewerkt, is waarlijk de schuld van bet Kabinet niet. Da waarheid is, dat heel wat is tot stand gebracht en heel wat voor afdoening gereed ligt woning- en gezondheidswet, om bij de sociale agenda te blijvenals slechts de Kamer voor de behandeling den tijd vinden kan." Moet deze vruchtbare werkzaamheid in de naaste toekomst gestoord worden GOES, 16 November 1900. Onlangs werd bericht, dat de gemeenteraad van Vlaardingen een voorstel van B. en W. had aangenomen •om geen kinderen toe te laten op de openbare scholen, die een kwaal hebben, hinderlijk voor hunne medescholieren en voor het onderwijs in het algemeen." Naar aan leiding hiervan schrijft een geneesheer, dr. G. W. Bruinsma te Breda het volgend» aan het Schoolblad Bestaan er meer zulke verordeningen en hoever reikt de strekking daarvan Moet onder >niet toe laten" worden verstaan het »niet aanomen" van nieuwe leerlingen of ook het verwijderen" van reeds schoolgaande kinderen •En aan wie komt ten slotte de beoordeeling toe of de kwaal van een kind hinderlijk is voor zijue medescholieren aan B. en W., aan het hoofd der school of aan een geneesheer Onder ^hinderlijk" zal toch waarschijnljjk mede begrepen moeten worden •gevaarlijk", b. v. door mogelijke besmetting. De vraag is van groot belang met bet oog op verschillende ougestoldheden, dieniet inde Epideraie- wot genoemd worden en waartegen dus geen alge- meene maatregelen gelden b. v. hoofdzeer, ver schillende soortön van huiduitslag, kinkhoest, ma zelen, enz. Do kinderen loopon rond en hunnen de school wel bezoeken heeft het hoofd der school nu bot recht hen te verwijderen of is hij in allen geval daartoe verplicht na kennisgeving van medi sche zijde of van ouders van andere kinderen, die het gevaar duchten »Bestaan dienaangaande geen algemeen gangbare voorschriften, zou bet dan niet noodig zgn, dat geneesheeren en onderwijzers de handen ineenslaan om zoo spoedig mogelijk eene wettige regeling to verkrijgen Om maar een ziekte te noemen, de kinkhoest, waaraan in ons land jaarlijks tegenwoordig ongeveer 1400 kindoren sterven, bot is ontwijfelbaar zeker, dat de besmetting en verspreiding dezer ziekte dikwijls plaats vindt, omdat de kinderen, daaraan lijdende, vaak geregeld ter school blgven gaan, en daartegen zoude een maatregel als de bedoelde dus vooral moeten gericht zijn." Heinkenszand. Als vervolg op hot bericht bij gelegenheid der installatie van den b u r- gemeester kan nog worden gemeld, dat Z.Ed. in den namiddag de openb. school bezocht, waar bij werd verwelkomd door bet onderwijzend per soneel, waarvan het hoofd der school, dhr. A. W. Wisse, den burgemeester hartelijk toesprak, wat door dezen ook op do meest hartelijke wijze werd beantwoord, onder mededeeling, dat tot zijn komt mg een gedachte in het hoofd, voor welker uitvoering ik uw hulp noodig heb, beste Niemann." Natuurlijk ben ik bereid u van dienst te zijn" betuigde de directeur. •Dan verzoek ik u mij tot laat ik maar zeg gen Dinsdagmiddag drie uwer bekende armen te noemen, van wie gij of uwe beambten overtuigd zyt, dat zij hulp hoog noodig hebben. Ik wil de drie panden aflossen en de desbetreffende voorwer pen hun weder ter band stellen en misschien nog een gift daarbij voegen. Is dat niet mogelijk •Eigenlijk niet zonder verdere moeite," luidde Niemanns antwoord, »want zonder teruggave van het pandbriefje mogen wij niets teruggeven, al leg- det gg het geld ook over. De bezitter vau het briefje kon het verkocht hebben en dan zou een ander kunnen komen om het pand in te lossen". Dat is jammer", zoide Scheller, »ik wilde mij gaarne die vreugde bereiden. •Welnu, ik wil het voor mijn risico nemen", hernam Niemann, »maar gg moet beloven, mij diroct kennis te geven, als een der beleoners zijn pand briefje niet meer bezit. Ik moet dan onmiddellijk het voorworp, dat als pand diende, torug hebben, waarvoor ik u dan ook het betaalde geld weer ter band stel". Des Dinsdagnaraiddags begaf Scheller zich naai de bauk van leening en liet zich naar Niemanns kantoor brengen. •Welnu, zgn de drie armen gevonden vroeg hij bij hot binnentreden. leedwezen, met het oogt er op, dat thans alhier eenige kinderen aan diphteritis lijden, het oogeD- blik niet geschikt was do kinderen te onthalen, wat daarom tot eene betere gelegenheid werd uitgesteld. Door de kinderen werd Z.Ed. een welkomstlied toegezongen, wat hem hoogst aangenaam was. Des avonds te ongeveer 6 uren werd den burge meester vóór het gemeentehuis eeno sereuade ge bracht door het muziekgezelschap Euterpe". De heer directeur van Euterpe", L. M Boonman, wenschte, ook namens do leden, den burgemeester in korte woorden geluk met zijne benoemingwaarop de burgemeester onder dankbetuiging voor de eer hem bewezen, den directeur en leden op voor dezen hoogst vleiende wijze toesprak en zijn steun aan Euterpetoezegde. Daarna werden zy ruim ont haald. Te half acht uren verliet de burgemeester onder hot spelen der muziek en een daverend hoera de gemeente. Door ingelanden van den polder Nieuwe Wost- Kraaijert is tot vertegenwoordiger van dien polder in den dijkraad voor de waterkeering van het ca- lamiteuse waterschap EllewoutsdijkBorsele be noemd de heer Job Kar else, in plaats van wyleu den beer P. Karelse. {AI. Ct.) HeinEtenssancb Eeno jaarlgksche toelage ten bedrage van f100 is toegekend aan den Rijksvee arts dhr. A. Risseeuw alhier, uit de kas dei- gemeente. De proef met de oestorteelt in do Westerschelde heeft tot resultaat, dat de oesters goed gegroeid, doch niet vet zijn. Voortzetting van onderzoekingen in het volgende jaar zal beter in staat stellen om een oordeel te vellen over de ge schiktheid van het water, in verband met de weers gesteldheid van den zomer, dan na één proefjaar mogelijk is. (Af. Ct.) De opbrengst der Rijksmiddelen blijft gunstig. October gaf weder f 330,000 meer dan in 1899, waartoe de hoofdbronnen de directe belas tingen en accijnzen en de indirecte belastingen ongeveer evenveel hebben bijgedragen. Ook de pos terijen gingen met f 53,000, do telegraaf met f8500, de loodsgelden met f 17,500 vooruit. Daarentegen gaven invoerrechten ditmaal f 18,000 minder en bij de domeinen beeft de opheffing der Rgkstollen een verlaging van f 105,000 bewerkt. Voor de 10 maanden is de opbrengst reeds 5.6 millioen meer geweest dan in 1899 en bijna 4 rnil- lioen boven de raming. De stijging boven het vo rige jaar kwam voor 1 millioon uit de directe be lastingen (waarop echter pas 14 ton bonoden de raming is afbetaald), voor 18 ton uit de accijnzen (bijna 1 millioen uit suiker en s/4 millioen uit ge distilleerd), 23 ton uit de indirecte belastingen (17 uit do successierechten), f 440,000 uit do invoer rechten, f340,000 uit de posterijen, f90,000 uit de telegraphie, f106,000 uit de loodsgelden. Do do meinen brachten, om de genoemde reden, f 445,000 minder op. De toestand blijft dus gunstig en bet laatste eeuwjaar belooft voor de schatkist een zeer voor- deelig jaar te zgn. (Hand.) HH. MM. de Koninginnen zgn van het Loo in de residentie teruggekeerd. Naar de •Ja, alle drie. Vooreerst een werkman, die dooi de ziekte zijner vrouw in nood verkeert en zijn horloge en een broche van zgn vrouw verpand heeft, om door de feestdagen, waarop hij niets ver dient, to komen. Ten tweede een oud moedertje, dio een paar dekens bracht, omdat het armengeld niet toereikend was, sedert zij door een gewonden vinger niet r.aaicn kan, waarmede zy nog een paar cont verdiende. Het derde geval schijnt iets meer ingewikkeld het pand is van heel wat meer waarde het zijn een half dozijn zilveren eel lepels." •Nu, menschen, die nog zilver te verpanden hebben, zijn er nog niet zoo erg aan too. Gij zoudt or nog wel armere kunnen vinden," meende Scheller. Is niet het verpanden van zilveren lepels mis schien het begin van een lange en diepe ellende Moet dan de arme eerst zijn laatste voorwerp van waarde te gelde maken, voor wij hulp mogen bie den Geloof mij, ik heb in de gelaatstrekken van hen, die sieraden en zilver brachten meer kommer gelezen, dan in die van bon, die voorwerpen van dagelijksche behoefte hier brachten, en do vrouw, die het doosje mot lepels verpandde, deed een z waren gaDg, dat verzeker ik u." Scheller was van dezelfde meening als zijn vriend, betaalde wat het lossen der lepels kostte en schreef de adressen op, die door Niemann werden opge geven, om bij verhuurders van woningen navraag te doen, waar de genoemde menschen woonden. De beide eersten waren spoedig gevonden. Do eerste huisheer verklaarde, dat de arbcidersfamilio

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1900 | | pagina 1