Mevrouw Waszclewiszte 's-Gravenhage,
overtuigd te handelen in don geest der Hollandsche
vrouwen, die het verzoekschrift aan H. M. teeke
nen, zal, in naam dezer vrouwen, betuiging van
sympathie toezenden aan de Engelsche vrouwen,
die de groote bijeenkomst op 13 Juni a. s. in
»Queen's Hall" te Londen organiseeren, waarin
eene rechtvaardige regeling der zaken in Zuid-
Afrika zal worden bepleit.
Men schrijft ons
In eene school op een plattelandsch dorp in
Friesland viel tijdens de morgenles een jongen van
10 jaar in slaap. Het bleek den onderwijzer dat
deze jongen des morgens te 3 uur opgestaan was,
om op den akker mee te helpen wieden tot 8 uur.
Des middags na schooltijd, moest hij weder helpen
op het veld tot des avonds 8 uur.
Bij verdere informatie bleek den onderwijzer
dat meer dan 60 pet. zijner leerlingen, zoo wel
meisjes als jongens, tegenwoordig des morgens te
4 a 5 uur opstond, de een om op den akker te
helpen, de andere om op broertjes of zusjes te
passen. Deze leerlingen hadden dus te 9 uur al
een druk dagje achter den rug. Hoe opgewekt zij
wel in de middagles zijn, laat zich denken. En met
het oog op deze omstandigheden èn in verband
met de hooge temperatuur in de schoollokalen tij
dens de middagles, wenschen sommige schoolhoof
den t ij d e n s de zomermaanden de les
uren te veranderen. In plaats van te 9 uur wen-
wenschen zij te 7 uur aan te vangen. De eerste
les zal dan tot 91/3 uur duren, dan wordt een
half uur pauze gehouden, om weer te 10 uur aan
te vangen tot 12 uur. Sommige hoofden hebben
het oordeel van geneesheeren gevraagd, die ver
vroeging der lesuren in den zomer van groot belang
achtten, zoowel voor de geestelijke als lichamelijke
ontwikkeling der leerlingen. (N.R.C.)
Op het droge! De Haagsche Prov. Gr.
Crt. schrijft
Op den zee-boulevard, dien triumf van
Scheveningen, is het nog 't druksteTal van
groepen omringen er ook een mooi opgetuigde
pink, die op den strandrnuur staat en naar omlaag
gesjord moet worden. Het vaartuig heet Minister
Lelt/, en is aldus gedoopt geworden uit dankbaar
heid jegens den Minister voor hetgeen hij ten bate
van het tot stand komen eener haven alhier ge
daan heeft. Minister Lelt/ ligt op het droge, opdat
iedereen het visschersvaartuig aanschouwen zou.
Is dat geene zinnebeeldige voorstelling van den
toestand, waarin de verdediger van de Ongevallen
wet zich zelf bevindt De heeren willen het echter
nog eens op nieuw beproeven. Wij krijgen een
»herzienen en verbeterden druk", die misschien
door de Eerste Kamer in genade aangenomen wordt."
Naar wij vernemen, zullen uit Batavia geen
emigranten meer naar Suriname vertrekken. De
hier aangeworven lieden, meest Bantammers, heb
ben blijken gegeven niet tegen het Surinaamsche
klimaat bestand te zijn en zich niet aan de daar
gevolgde leefwijze te kunnen gewennen.
J,B
Oorlog Transvaal.
Er is tot op dit oogenblik nog geen taal of
teeken van lord Roberts uit Pretoria. Naar het
heet laat hij zijn troepen uitrusten. Te Londen
veroorzaakt bet stilzwijgen van den opperbevelheb
ber wol eenige spanning, maar men troost zich
door te zeggen, dat men van hem gewoon is, na
een periode van stilzwijgen, spoedig van een voort-
marsch te hooren. Maar in waarheid zitten de Boeren
hem in den rug, en sneden hem in den Vrijstaat
zelfs zijn verbindingen af.
»Sinds den slag van Colenso is de toestand voor
de Engelschen niet zoo ernstig geweest als thans
zegt het Handelsblad. Toen waren er drie Engelsche
garnizoenen ingesloten en drie Engelsche leger
machten in één week verslagen. Thans zijn de
Engelschen zegevierend opgerukt tot binnen de
hoofdstad van Transvaal en toch gelooven wij
dat hun toestand in zeker opzicht minder gunstig
is dan destijds. Zij waren toen namelijk, in weerwil
van alles, tamelijk veilig, de garnizoenen achter
hun wallen, de verslagen generaals in hun kampe
menten, waar de Boeren hen niet durfden aan te
tasten en waaruit ze in 't ergste geval konden
vluchten. Thans echter zit Roberts hoog in 't land.
En achter hem worden zware slagen geslagen. Op
honderden mijlen afstands, in Griqualand,zijn onlangs
Britsche troepen onder een kolonel overrompeld
Warren zelf de bevelhebber in dat district, is er
door een macht van duizend man omsingeld ge
weest. En wat precies de uitslag is van zulke
kleinigheden wordt ons niet geseind. We hooren
alleen dat Wai-ren den vijand afsloeg (met hoeveel
verliezen en dat hij nu om versterkingen roept.
In den Vrijstaat gaat het nog erger. Daar heeft
de »Yeomanry" in enkele dagen ontzettende ver
liezen geleden. Eerst den 27e bij Senekal. Hoeveel
man daar gevallen zijn weten wij ook weer niet.
Wij hooren slechts van »een afdeeling". En daarop
den 31e by Lindley. Daar is een gansch bataljon
in hinderlaag gevallen. Weet men wel wat dat
beteekent Dat is op zijn minst 500 man. Een
tweede Reddersburg dus."
En nu komt er zoo waar een officieel telegram
uit Londen, waarin wij lezen
»Den 7en Juni had een gevecht plaats bij Roo-
dewal. Zeventien man van het vierde bataljon van
Derbyshire regiment, waaronder 2 officieren, sneu
velden 76 man, waaronder 5 officieren, werden
gewond. De overigen werden gevangengenomen".
»De overigen" is niet anders te lezen dan »de
overigen van het bataljon", want ofschoon het des
betreffende telegram alles behalve duidelyk is, twij
felen toch de avondbladen er geenszins aan, dat de
Vrijstaters bij Roodewal wederom een geheel ba
taljon gevangen namen, vermoedelijk ten getale
van 700 a 800 man, van het Derbyshire militie
regiment, nadat luitenant-kolonel Bair Douglas,
luitenant Horley en 15 manschappen gesneuveld, en
ettelijke officieren, met 59 manschappen gewond
waren.
Wij hebben dus hier zeer waarschijnlijk te doen
met een goed geslaagden aanval der Boeren op de
dekkingstroepen daar ter plaatse van de spoorlijn.
Tusscken zyn laatste stapelplaats, Bloemfontein,
en de plaats waar hij thans zit, Pretoria, is Roberts
verbindingslijn dus afgesneden. Dat is daarom van zoo
ontzaglijk veel gewicht, omdat Roberts nog maar
pas in Pretoria is gekomen, nl. den 5en Juni. Het
verbreken van de verbindingslijn is, volgens de
berichten van Kelly-Kenny on Forestier-Walker,
den 9en geschied. En het is onmogelijk dat in die
vier dagen, waarin Roberts bovendien den spoor
weg nog zoo hoog noodig had voor troepenvervoer,
proviand voor eenigszins langen tijd reeds is aan
gebracht. Dat is de grootste beteekenis van de daad.
Met Kelly-Kenny in Bloemfontein heeft Roberts
een aanval in den rug misschien nog niet zoo da
delijk te duchten. Maar het afsnijden van zijn pro
viand-toevoer op een tijdstip waarop hij er nog
niet dik in kan zitten, is zeer hachelijk voor hem.
Hoe onaangenaam voor Lord Roberts deze ver
breking van zijn verbindingslijn echter moet wezen,
overschatten moet men dit nadeel, dat de Boeren
hem hebben toegebracht, niet. De Engelschen heb
ben bewezen, beschadigde spoorwegen en vernielde
bruggen verwonderlijk vlug te kunnen herstellen.
Daarom is het te verwachten dat aanstonds alle
krachten zullen worden ingespannen om de ver
binding te herstellen. Volgens de berichten van
Kelly-Kenny is het een aanzienlijke Boeren macht
die hier is opgetreden 2000 man met zes veld
stukken. Toch zullen de Engelschen, als zij veel
troepen op dat punt concentreeren, de Boeren wel
kunnen verdrijven. Maar daarmede is de spoorweg
nog niet hersteld. De afstand van het dorp America
tot Roodewal, tusschen welke plaatsen de lijn is
opgebroken, bedraagt 25 Engelsche mijlen of 40
K.M. Dat is zoo ver als van Amsterdam (langs de
spoorlijn) tot halfweg tusschen Baarn en Amers
foort Zoo'n afstand wordt niet zoo maar één 1
twee drie hersteld, zelfs al is er niets gebeurd
dan wegneming van rails. En daar er in alle ge-,
val één kleine brug in het vernielde stuk moet
liggen (over de Honingspruit) is die vermoedelijk
wel gesprongen.
Intusschen, wat de juiste lengte van de vernielde
spoorlijn betreft, moeten wij voorzichtig zijn met
onze veronderstellingen, daar het hier Kafferberich-
ten geldt. Maar het blyft een feit van veel betee
kenis, zegt het Handelsblad.
Tegenover deze eenigszins gunstige berichten
staan ook weer ongunstige. Zoo seinde Bul-Ier
gisteren van Joubert's HoeveIk kampeer hier op
6.5 K.M. van Volksrust. De Boeren hebben gister
avond Langenek en Majoeba ontruimd. De divisie van
Clery, komende van de Ingogo, trekt thans over
Langenek.
En Kelly-Kenny seinde uit Bloemfontein, dat de
Engelsche troepen, uit het noorden komend, Ho
ningspruit hebben bereikt, waar zij de Boeren heb
ben geslagen. Den volgenden ochtend zouden zij
America bereiken. Generaal Knox vertrok uit Kroon
stad, om de Boeren te onderscheppen.
De ontruiming van Langenek was te verwachten,
zegt de N. R. Ct. Tegenover de overmacht van
Bulier viel er op den duur niets anders op, of
misschien zou het den Engelschen nog niet zoo
spoedig gelukt zijn, als de Boeren niet op den
terugtocht bedacht moesten zijn, nu de spoor in
hun rug in handen van den vijand was. Het is nu
maar te hopen, dat de tunnel, waardoor de spoor
weg van Durban ligt, vlak voor de Transvaalsche
grens terdege beschadigd is, en zooveel mogelijk
ook de spoorweg in Transvaal. Anders zou Lord
Roberts spoedig uit Natal de oorlogsbenoodigdheden
krijgen, die hem voorloopig niet meer uit den
Vrijstaat aangevoerd kunnen worden.
Staten-Generaal.
TWEEDE KAMER.
In de gisteren gehouden zitting is ingekomen
een kennisgeving van het overlijden van het lid
der Kamer, den heer Everts.
Dit schrijven is met een brief van rouwbeklag
beantwoord.
Daarna werd de behandeling der ouderlijke wet
ten voortgezet. Met 43 tegen 14 stemmen werd
aangenomen het amendement der commissie van
voorbereiding, de strekking hebbende, dat wanneer
de minderjarigen vóór hun 16-jarigen leeftijd 't de
lict plegen, de beteekening van de dagvaarding
plaats heeft aan de ouders of voogd en wanneer
't delict gepleegd wordt tusschen 16 en 18 jaar de
dagvaarding ook aan beklaagde beteekend wordt.
Verworpen werd, met 42 tegen 17, een voorstel
van den heer Troelstra om voor de toevoeging aan
jeugdige beklaagden geen onderscheid te maken
tusschen strafrechtelijke en burgerrechtelijke meer
derjarigheid en dus den 21-jarigen leeftijd aan te
nemen in plaats van den 18-jarigen.
De Minister van justitie nam wijders verscheidene
amendementen over, regelende de verhouding tus
schen den raadsman en den beklaagde met ver
werping van het voorstel-Loeff en Lucassen.
De buiten-vervolgingstelling van den minderjarigen
vóór het 18e maar na het 16o is gehandhaafd, wan
neer het algemeen belang dit medebrengt.
In overeenstemming met de gecombinoerde voor
stellen der commissie van voorbereiding en van
den heer Willinge, besloot de Kamer dat behan
deling van zaken van jeugdige misdadigers in
den regel publiek zal zyn, tenzij uitsluitend niet
volwassenen te recht staan, en behoudens een tegen
overgestelde beslissing der rechtbank.
Heden heeft de regeling der werkzaamheden
plaats. De voorzitter dreigde met een avondzitting,
wegens den gang der werkzaamheden.
Kerknieuws
Ned. Hervormde kerk.
Eenige weken geleden is, zooals men weet,
door eenige vrouwen eene adresbeweging georga
niseerd om aan de Synode der Ned. Herv. kerk
te verzoeken ook aan de vrouwelijke lidmaten stem
recht in de kerk toe te kennen.
De medewerking der vrouwen en ook die van
verschillende predikanten is totnogtoe bevredigend.
Vele lijsten met handteekeningen komen voortdu
rend in.
Toch achten de dames KlerckVan Hogendorp
en Versluijs—Poelman het wenschelijk, dat nog
meer nog veel meer vrouwen adreslijsten aan
vragen en er in haar' kring moe werken, en daar
toe wekken zij de vrouwen op.
De lijsten kunnen uiterlijk tot 1 Juli circulee-
ren. De Synode Tromt na 15 Juli bijeen en vóór
dien tijd moeten de lijsten gerangschikt, do namen
geteld worden om met een gezegeld adres te wor
den opgezonden.
Onderwijs.
Geslaagd te Amsterdam voor het eerste Natuur
kundig examen dhrn. M. A. Ittmann en J.
Tazelaar, oud-leerlingen der H. B. S. alhier.
Bij beschikking van den minister van binnenland-
landsche zaken is bepaald, dat de commissie aan
welke wordt opgedragen het examineeren van hen,
die eene akte van bekwaamheid voor middelbaar
onderwijs in land- en tuinbouwkunde en houtteelt,
af de akte voor lager onderwijs in de land- en
tuinbouwkunde, bedoeld bij Koninklijk besluit van
26 Mei 1897 (Staatsblad no. 161), wenschen te
verkrijgen, voor het jaar 1900 zitting zal houden
te Wagen in gen.
Tot lid en voorzitter dier commissie is benoemd
de heer F. B. Löbnis, inspecteur van het middel
baar onderwijs, belast met het zicht op de land
bouwscholen en tot lid 0. a. de heerl. G. J. Ka-
kebeeke, rijkslandbouwleeraar te Goes.
Landbouw en Veeteelt.
De tentoonstelling van fokvee te Parijs had
een groot succes de Hollandsche inzending maakte
een zeer goeden indruk tusschen de talrijke inzen
dingen uit Frankrijk, Engeland en Italië. Voor de
koe no. 77, toebehoorende aan den heer Bakker te
Beemster, werd een kunstvoorwerp toegekend als
prijs voor het internationaal kampioenschap. De
groote gouden medaille, als internationale kampi-
oensprijs, werd toegekend aan den stier no. 79,
toebehoorende aan den heer Voorspruyt te Groot-
Amraers, en aan de koe no. 14 van den heer Wijdenes
te Twisk. De groote eeremedaille voor de mooiste
inzending van een enkelen eigenaar werd toegekend
aan den heer Voorspruyt te Groot-Ammers, voor
een stier met vier koeien. De Hollandsche inzenders
dongen slechts mede in de vier klassen van de
groep »Vee van Hollandsch ras", en in de drie
klassen van de groep: »Vee uit polders en Noord
zeelanden." In deze zeven klassen werden alle eerste,
tweede en derde prijzen door Hollanders behaald
deze prijzen hebben een gezamenlijke geldswaarde
van fres. 7400.
Rechtszaken.
Het Kamerlid mr. Troelstra moet, zich 1 Juli
ter beschikking van de justitie stellen om in de
celgevangenis te Scheveningen de maand gevange
nisstraf te ondergaan, waartoe hij is veroordeeld.
UIT D E OUDE D 0 0 S.
Geld.
Vandaag is een gulden even goed honderd centen
waard als gisteren en morgen maar dat is niet
altijd zoo geweest. Zooals men weet, zijn er niet
veel landen gelijk Nederland, waar de munten steeds
een standvastige waarde behouden. Het buiten-
landsch geld is aan koers onderworpen, die met de
goud- en zilverprijzen ter markt op en neer gaat.
Een groot verschil in koers is er echter den eenen
dag met den anderen gewoonlijk niet op te merken
een schommeling van één percent is al veel.
Met die buitenlandsche munten hadden de vroegere
Nederlandsche ook de koersbeweging gemeen maar
een groot verschil tusschen toen en nu was, dat
de koers onophoudelijk, binnen heel kort tijdsver
loop dikwijls, geweldige sprongen nam. Ik zal dit
met vojrmalige Zeeuwsche munten bewijzen. Daar
was bijv. de Zeeuwsche rozenobel. In het jaar 1583
werd hij geslagen ter waarde van 22 schellingen en
6 grooten, dat is f 6,75. Drie jaar later was de
koers f 6,65 doch in hetzelfde jaar 1586 werd de
waarde verhoogd tot f7,50. In 1601 gold hij f8,25,
en in 1603 slechts f 8,15. Dat het moeielijk was,
om hieruit wijs te worden, begrijpt men. Nog
gekker was het geval, toen in 1601 de nobel wel
f 8,25, maar de halve nobel niet meer dan f 4 waard
werd verklaard.
Een ander geldstuk, dat om-ende-bij dezelfde
waarde had als de nobel, was de dubbele Zeeuwsche
dukaat of dukaat met twee hoofden hij werd ge
rekend op f 6,80 en is niet aan veel verandering
onderhevig geweest. De enkele dukaat telde be
hoorlijk de helft van den dubbelen. In afdalende
lijn kwam men bij de reaal, geldende f 2,50, en
eveneens vrij vast van waarde. Onderdeelen hiervan
waren een halve, een vijfde en een tiende reaal in
zilver, een twintigste reaal »in harde materie", d. i.
koper, en een vijftigste reaal in dezelfde materie.
De twintigste reaal, ter waarde van twaalf en een
halven cent, noemde men ook wel een vijf
grootstuk, de vijftigste reaal een stuiver. Een stui
ver bevatte acht duiten, een halve stuiver of groot
dus vier duiten, een oort twee duiten. Veelvouden
van den stuiver waren de zesstuiverspenning of
Zeeuwsche schelling en de halve schelling.
Veel verwarring was er in onze provincie- ook
met allerlei daalders In het jaar 1586 werden er
daalders van 45 stuivers geslagen, in 1589 van 36
stuivers, die later weer afgeschaft en nog later op
nieuw gemunt werden. Dan werden er in de Zeeuw
sche munt NederlandscTe rijksdaalders van 45 st.
vervaardigd en Zeeuwsche rijksdaalders, nu eens
46, dan 45, later weer 42 st. waard. Een volgend
soort was de Bourgondische of kruisdaalder, zóó
genoemd naar het Bourgondische wapenkruis, dat
er op prijktedeze deed 44 st.de halve en de
vierde kruisdaalder haddea de hun toekomende
waarde. De arenddaalder, genoemd naar den dub
belend arend als beeldenaar, was 30 st. waardde
leeuwendaalder, naar den leeuw in het wapen, 36 st.
Ik zal het gansche Zeeuwsche muntrepertoire
maar niet afspelen de lezer zou het al te saai
vinden en de schrijver niet minder. Konden we de
gouden en zilveren rijders, de tienschellingen en
Statendrieguldens, de pylstuivers en dubbele stui
vers, evenals al de andere, hiervóór genoemde munt
stukken met een karretje vol naar ons huis rijden,
nu, dan zouden we er een vervelend uurtje voor
over hebben om goed op de hoogte te komen van
den poespas.
In het jaar 1579 besloten de Staten van Zeeland,
om te Middelburg een eigen Munt te stithten.
Hieraan toch waren, vrij aanzienlijke voordselen
verbondenwant bij elke aanmunting moett de
vorst of de staat een zekere bijdrage ontvaugen
wegens de daarvoor vereischte vergunning. Men
noemde dit het recht van seigneurage of 'iet
sleischat. Na 1601 werd de Munt van Zeelaid
verpacht, waaruit alweer meerdere voordeelen voor
de provincie voortvloeiden. De vroegere muntmees
ter te Dordrecht, Jeronimus Bruijnzeels, werd tot
muntmeester van Zeeland aangestelden Jacob
Valcke werd met nog een ander naar de Alge-
meene Staten gezonden, om van dezen te verkrijgen,
dat ze de nieuwe Zeeuwsche munten, die even
goed van samenstelling zouden zijn als die van
andere provinciën, als wettig betaalmiddel zou
den erkennen. Gebeurde dit niet, dan werden zij
als »biljoen" of »haagmunt" verklaard, dat was
zooveel als valsch geld.
Al spoedig kwam er tegen Zeelands plan verzet
van de andere provinciën, vooral van Holland, die
zich door de Zeeuwsche munt van een deel harer
inkomsten beroofd zagen. Ook de prins van Oranje
was niet bijzonder met het plan ingenomen. De
Staten van Holland gingen zelfs zoover, dat ze
Bruijnzeels, vóór hij de stad Dordt nog verlaten
had, in hechtenis namen, omdat hij als onderdaan
van Holland met een vreemd gewest een contract
had durven sluiten. De Zeeuwsche heeren waren
echter geen katjes om zonder handschoenen aan
te pakken, en ze besloten zich niet door de Hol
landers te laten ringelooren. Eerst zonden ze krach
tige protesten naar de Staten van Holland en naar
den prins maar toen dit niemendal hielp, gelast
ten ze den baljuw van Middelburg] om zich met
geweld van Bruijnzeels meester te gaan maken, die
inmiddels op voorwaarde, dat hij Dordrecht niet
zou verlaten en tegen een borgtocht van zesduizend
gulden op vrije voeten was gesteld. De Staten van
Zeeland verleenden aan Bruijnzeels, zoowel voor
hemzelven als voor zijn borgen, brieven van schade
loosstelling, voor het geval, dat deze personen of
hun goederen door die van Holland aangetast moch
ten worden.
Met Bruijnzeels aan het hoofd ging dus de
Zeeuwsche Munt aan het werkdoch er kwam nog
meer tegenwerking. De Staten van Brabant, die
ook een Munt hadden, verklaarden onzen dubbelen
dukaat en eenige andere munten voor biljoen. Af
gevaardigden werden nu naar Brabant gezonden,
om onze Munt te verdedigen en op intrekking der
bedoelde verklaring aantedringen. Toen die intrek
king niet spoedig volgde, protesteerde Zeeland, bij
monde van Jacob Valcke en twee anderen, bij de
Algemeen© Staten. Ook daar vonden ze veel tegen
spraak doch ze verdedigden hun zaak uitstekend.
Tengevolge der concurrentie tusschen de ver
schillende provinciën werden wel eens munten
geslagen van mindere waarde dan de bepalingen
der Algemeene Staten voorschreven. De andere,
zuivere munten moesten daardoor in waarde stijgen,
en zoo wordt de groote wisseling in de waarde
van vele geldstukken verklaarbaar. Was de haag-
munt weer wat verdwenen, dan daalde ook de koers
der andere.
Van onzen stadgenoot Jacob Valcke kunnen wij
met eere getuigen, dat hij veel heeft gedaan, om
de Zeeuwsche Munt een waardige plaats te doen
innemen onder haar zusters in andere provinciën,
niet alleen doordat hij haar recht van bestaan krach
tig verdedigde, maar ook door zijn ijveren tegen
het slaan van minderwaardige munten, waardoor
het Zeeuwsche geld in minachting zou kunnen raken.
Dat dit werkelijk gebeurde, lag niet aan hem
BAVO.
Gemengde Berichten.
Naar men ons meldt zal de commissie van
Volksvermaken te 's-Heerenhoek op Zaterdag
den 23 Juni en des Maandags den 25 Juni eenige
volksspelen laten uitvoeren, waaronder ringrijden
met paarden, eenige volksspelen met de fiets eDZ.,
alles door muziek opgeluisterd.
Uit Amsterdam werd Maandag gemeld
Heden zwermen groote troepen langvleugelige
insecten, in de wandeling ^glazenmakers" genoemd,
over de stad. De diertjes vliegen tegen den wind
in, in zuidoostelijke richting. Gisteren werden zij
ook in groote zwermen in het Gooi gezien. Wan
neer waar is wat ons verteld word, dat de groote
hoeveelheid van deze diertjes in de steden een
voorteeken is van langdurige en groote hitte, dan
hebben wy wat te goed(Hbl„)
Te Helder heeft Maandagavond een marinier,
die met het oorlogsschip ^Koningin Emma" uit
Indië teruggekeerd was, den agent van politie