1900. N°. 69.
Donderdag 14 Juni. 87sle jaargang.
GMSCHE
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrij dagavond,
uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal, zoo binner als buiten Goes, 1,75.
Afzonderlijke nommers 5 centmet bjjblad 10 cent.
Inzending van advertentiën vóór 2 uren op den dag der
uitgave.
COURANT.
De prijs der gewone advertentiën is van 1-5 regels 50 cent, eiken regel meer 10 et.
Bjj directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prjjs
slechts tweemaal berekend.
Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 110 regels 1,berekend.
Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ct.
Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel.
De heer A. F. LASONDER, genees- en heel
kundige dezer gemeente, zal
Vrijdag 15 Juni,
de» namiddags te twee uren, in het Gasthuis zit
ting houden tot het gratis
Vèccineeren en Hervaceineeren.
ïje zoogenaamde trouwboekjes moeten worden
iivdegébrucht.
Goes, 12 Juni 1900.
Burgemeester en Wethouders van Goes,
WESSELINK.
De Secretaris,
VAN REIGERSBERG VERSLUIJS.
Wijzigingen in de kieswet.
i.
Welke verbeteringen ook door het in 1896 aan
genomen kiesstelsel verkregen zijn, in één opzicht
althans heeft men daarbij gedwaald in de meening
namelijk, dat zij, die bat kiesrecht door ean persoon
lijke daad konden verkrijgen, alom van deze be
voegdheid een ijverig gebruik zouden maken.
Men was destpds optimistisch genoeg gestemd
om te meenen dat zij, die om zoo te zeggen slechts
een vinger hadden uit te steken om kiezer te
worden, dien vinger niet zouden terughouden
maar de uitkomst heeft deze verwachting geheel
teleurgesteld.
Had men wat beter acht geslagen op de erva
ring, dan zou men bedacht hebben, dat zelfs bij
hen, die door enkele wetsduiding kiezer worden,
de ijver om bet recht feitelijk uit te oefenen, dik
wijls mettertijd verflauwt en dat dit laatste dus in
sterkere mate te verwachten was van ben, die zich
tot het verkrijgen der bevoegdheid eenige moeite
moesten getroosten.
Doch er is meer. Bg vele lieden uit den een-
voudigen stand, die weinig bezitten, bestaat de
vrees, dat zij, door openlijk blijk te geven van
zekere kenteekenen van welstand, zooals het in
den volksmond heet, voor vol zullen worden aan
gezien. Met andere woorden, dat met de meerdere
lusten zwaardere lasten zullen gepaard gaan.
En daarom onthouden zij zich. Het kiesrecht is
dan ook niet een zoo algemeen vurig begeerd goed
als velen willen doen gelooven, en daarom hebben
wp altijd behoord tot diegenen, die het volstrekt
niet kwaad vinden, dat alvast de groote massa van
belastingbetalenden, op grond hiervaü. rechtens
kiezers zijn, mits daarnaast als in de wet-
vaD Houten een aantal anderen het kunnen
zijn uit kracht van omstandigheden, die met belas
tingbetaling niets gemeens hebben. Al nemen wij
die wet niet geheel in bescherming, op grond van
ervaring betwijfelen wjj hot, dat met het ontwerp-
Tak, waarbij ieder zich had moeten »aangeven", er
meer kiezers zouden geweest zijn dan or met de
wet-Van Houten gekomen zijn.
Doch wat hiervan ook zijn moge, de vraag ligt
ter beantwoording, of men de zaak eenvoudig zal
laten zooals zij is, dan wol of men hen, die
door loon of bezit kiezer kunnen worden, het uit
kracht der wet zal doen zijn (even als de belasting
betaald hebbende kiezer het dan wel of men
zal big ven volstaan met hun de bevoegdheid te
geven, om het te worden.
Vooral niet het eerste, zeggen sommigen geen
kunstmatige kiezersteeltWie de zaak zóó weinig
op prijs stelt moet het zelf weten men moet hem
geen ongevraagde gunsten opdringendie zijn
zelden aangenaam.
Wie dit zeggen zien evenwel over het hoofd,
dat, zóó beschouwd, het geheele kiezers-personeel
als kunstmatig geteeld kan worden aangemerkt.
Wanneer zooals nu zjj, die in zekere belas
ting zijn aangeslagen en hun aanslag op zeker tijd
stip ten volle hebben voldaan, kiezer zijn, dan kan
men met vrij veel recht beweren, dat zjj kiezer
worden gemaaktwant, om het niet te zijn, zouden
zij opzettelijk hun verplichting tot belasting-voldoe
ning moeten verwaarloozen.
Heeft men echter zooals nu het geval is
eenmaal aan genomen, dat er ook nog andere gron
den voor kiesrecht zullen zijn dan belasting-vol
doening, dan ligt het toch in den aard der zaak,
dat men te dien opzichte zooveel mogelijk denzelf
den regel dus ook omtrent al of niet eigen
aangifte toepasse.
De bedoeling is nu eenmaal, dat er werkelijk
een kiezerscorps zal zijn om de regeerings-colleges
te vormen, en, door voor alle in beginsel kiesbe-
voegden den eisch te stellen, dat ze zich met hun
bewijsstukken moeten aanmelden, zou de grondge
dachte van het staatsrecht al vrij slecht worden
uitgewerkt.
Houden we dit in het oog, dan kunnen we de in
diening van dit wetsontwerp, dat in de eerste plaats
aan onbillijke verhoudingen een einde tracht te
maken en in de tweede plaats het eenmaal aange
nomen stelsel beter tot zijn recht wil doen komen,
niet anders dan toejuichen.
Na dit vooropgesteld te hebben willen wij trachten
duidelijk in het licht te stellenwat de regeeriDg
nu werkelijk met haar voorstel wil wijzigen, in
zooverre de voornaamste punten betreft.
Men kan bij de wet-Van Houten wegens diensfc-
betrekking tegen loon kiezer worden,
wanneer men op den 31en Januari, sedert den
eersten Januari van het laatst verloopen jaar (13
maanden), bij een persoon, onderneming of instelling,
in dienstbetrekking is geweest, en als zoodanig over
het laatste jaar een inkomen heeft genoten, als voor
elke gemeente afzonderlijk is bepaald en dat af
wisselt tusschen f 275 en f 550.
Men lette hier wel op het woord een.
De tegenwoordige regeering meent echter dat in
de omstandigheid, dat, wanneer een enkele maal
gedurende het laatst verloopen jaar verwisseling
van dienstbetrekking plaats vindt, daarin geen reden
gelegen is tot de gevolgtrekking, dat iemands stel
ling zóó onvast is, dat hem op dien grond reeds
kiesrecht zou moeten worden ontzegd. Slechts her
haalde verwisseling zou die gevolgtrekking kun
nen wettigen.
't Is volkomen juist wat in de toelichting van
het wetsontwerp wordt gezegd, dat sterfgevallen,
opheffing van een bedrijf of verandering van het
bestuur ervan, verhuizing enz., kunnen veroorzaken
dat het arbeidend personeel duiten eigen toedoen of
wensch in anderen dienst overgaat.
Om die reden wordt nu voorgesteld, om, wanneer
men »achtereenvolgens bjj niet meer dan twee per
sonen enz. in dienstbetrekking is geweest, dit als
grond van kiesrecht te doen gelden."
Het kiesrecht kan verkregen worden door hem
die, op den eersten Februari, sedert een jaar den
eigendom heeft van minstens honderd gulden, in
geschreven op het grootboek, of van minstens
vijftig gulden, belegd op de Rjjkspostspaar-
b a n k.
Men lette er op, dat hier uitsluitend sprake is
van de spaarbank van het Rijk.
Oorspronkeljjk durfde de regeering niet verder
gaan, en, vreemd genoeg, bij de beraadslagingen
in de Kamer, heeft niemand eene poging gedaan
om aan deze bepaling eene ruimere strekking te
geven.
De tegenwoordige regeering nu erkent, dat men
moeilijk alle bezit van effecten als grondslag voor
kiesrecht zou kunnen aannemen, want hoe zou dat
bezit te controleeren zijn Met betrekking tot be
sparingen, ingelegd in bijzondere spaarbankendoet
dit bezwaar zich echter niet voor. De controle is
hier gemakkelijk, en ot' de spaarbank zelve soliede
is, dit doet tot het kenteeken van welstand, waarop
de kiesbevoegdheid rust, niets af.
Kunstmatige kiezersteelt wil de regeering echter
voorkomen en daarom verhinderen dat, bepaaldeljjk
met het doel om kiezers te makenspaarbanken
worden opgericht, die schijnbewijzen van inleg
uitdeelen, waarvoor in werkelijkheid niet is gestort.
Het wil ons voorkomen, dat de vrees voor iets
dergelijks niet zeer groot behoeft te zjjn, maar de
bedoeling is goed.
Met het oog op een en ander wordt dan voor
gesteld om als grond van kiesbevoegdheid ook
aan te nemen inlagen, tot het gemelde bedrag, in
eene bijzondere spaarbank, of in eene,
beheerd door hot bestuur eener als rechtspersoon
erkende vereeuiging, eener naamloozo vennootschap
of van eene coöperatieve rereeniging.
Van de bijzondere spaarbanken na 1 Mei 1900
opgericht, komen alleen in aanmerking die, welke
een waarborgfonds van f25000 bjj de Nederlandsche
bank hebben gedeponeerd.
De bepaling geeft ons aanleiding tot twee op
merkingen.
Ie. Worden bier onder bjjzondere spaarbanken
ook gemeentelijke spaarbanken verstaan
Het schijnt van jawant in het wetsontwerp
kunnen wij geen onderscheiding vinden.
2e. Is de waarborgsom van f25000 niet zeer
hoog
Indien b.v., wat de laatste vraag betreft, eene
naamlooze vennootschap ten behoeve harer werk
lieden of eene coöperatieve vereeniging ten behoeve
harer leden een spaarbank wil oprichten, dan zal,
dunkt ons, in menig geval bjj eene waarborgsom
van f25000 van een wezenljjk bezwaar sprake zijn.
Door te hooge eiscken te stellen zou men wel eens
het doel, dat hier werkelijk goed is, voorbij streven.
(Slot volgt.)
GOES, 13 Juni 1900.
Herziening der Drankwet. De oud
minister mr. S. van Houten heeft Vrij dagavond te
Groningen een lezing gehouden over de door de
Regeering voorgestelde herziening der drankwet.
Hij zette daarin voorop, dat wat den handel in
sterken drank betreft, de verkooper van sterken
drank evenzeer recht heeft op bescherming van
zijn eerlijken handel als ieder ander.
Die beginselen worden door sommige richtingen
in ons staatswezen niet ten volle erkend. De strijd
tegen het drankmisbruik wordt een strijd tegen den
drankhandelaar.
De heer Van Houten meent, zoo resumeert het
Vaderl. zjjne lezing, dat de beBtaande wet wel eenig
goed heeft gedaan, in zoover zjj de openbare dron
kenschap heeft beteugeld, doch hij vindt, dat zij
dit doel had kunnen bereiken zonder zoo'n menigte
strafvervolgingen te veroorzaken. De politie kon de
aangehouden dronken lieden meevoeren om hun
roes uit te slapen en daarmee kon het uit zijn.
Tot vermindering van het drankmisbruik meende
spreker, dat de wet minder gedaan heeft dan het
schijnt, en ik elk geval zoo weinig, dat de wille
keurige eu vrijheid beperkende bepalingen daardoor
niet gerechtvaardigd zijn. De vermindering van het
alcoholverbruik per hoofd, door de statistiek aan
gegeven, is volgens den heer Van Houten grooten-
deels aan andere oorzaken toe te schrijven, in zoo
verre het niet bedriegelijk is.
Spieker kwam op tegen het mathematische stelsel
der drankwet, dat slechts een zeker aantal vergun
ningen in evenredigheid met de bevolking toelaat,
zonder op plaatselijke omstandigheden te letton.
Ten gevolge daarvan zullen nu in de prov. Groningen
970 van de 2012 vergunningen worden opgeheven
en in de stad van de 469 niet minder dan 336.
Volgens spreker was dit in strijd met de sociale
rechtvaardigheid, maar bovendien moge de wet dit
bedoeld hebben, het staat er beslist niet in te lezen,
dat in 1901 die algemeene groote executie moet
geschieden. Het stelsel, dat het nieuwe wetsontwerp
nu wil invoeren, om uit nieuwe vergunningen een
fooitje te kloppen voor wie hun vergunning ver
liezen, acht hij een van de curieuste bedenkels,
ooit in een wetsontwerp neergelegd. Daarbjj een
vruchtbare bron van knoeierij, als de minister het
potje verdeelen gaat. Waarom, vraagt spreker, niet
liever een streep gehaald door het bureaucratische
artikel 2 Waarom den drankhandel gebruikt als
Prügeljongen voor het drankmisbruik Spreker's
rechtsgevoel kwam er tegen op dus met een penne-
streek 8000 menschen uit hun broodwinning te
zetten.
Van de verhooging van het maximum voor ver
koop in het klein zag spreker voorts voor bestrijding
van drankmisbruik geen heil. De vergunning om
bjj bestuursmaatregel voorschriften te geven tot
sluiting van drankgelegenheden in omstandigheden,
die tot misbruik aanleiding kunnen geven, acht hij
een bron van willekeur. Het uitsluiten van een
actie wegens drankschuld noemt hjj onpractiscn en
ongewenscht. Wel had hij bepalingen gewenscht
om schorsing van vergunning mogelijk te maken
bjj aanmoediging tot drankmisbruik en om echt
scheiding toe te laten wegens dronkenschap.
Spreker hoopt de openbare meening tegen dit wets
ontwerp naar vermogen te hebben gewaarschuwd.
De Zeeuw schrijft
»Op een vergadering werd dezer dagen de klacht
geuit dat aan onze hoogescholen de sport de
studie verdringt.
Van de 125 theologanten die er behooren te
komen, bezoeken slechts 13 hun college, en het
gold nog wel studenten (de professor die 't zei
noemde hen »wurmen") die examen moesten doen.
Zien wij wel, dan moet een dergelijke klacht
ook van onze middelbare scholen gaan gelden.
Immers ook van deze ziet men de jongens meer
tusschen de wielen, dan tusschen de boekeu, haast
langer op den weg dan op de school.
Wat daarvan komen moet
Een nog meer dan thans geblaseerde jongelings
schap een spes patriae die goed fietst, doch slecht
zijn woord doet, nergens verstand van heeft, voor
de maatschappij slechts ten halve bruikbaar is in
spijt van zjjn halfbakken boekengeleerdheid een
oppervlakkig niet-denkend deel der natie, dartelend
door het leven, niet kwaad op zichzelf, doch dat
niettemin verloren gaat, wijl het geen kennis heeft."
Tot ons leedwezen kunnen wij van dit stukje
van De Zeeuw slechts zoggen dat de voorstelling
wèl overdreven, maar niet, dat zij geheel onge
grond is. Sport is goed, maar er bestaat overdrjj-
ving. Daaronder rekenen wij hot organisoeren van
wedstrjjden door scholieren, anders dan in de va-
cantie-tijden. Ons dunkt, dat vooral die wedstrjjden
aanleiding kunnen zijn, dat het huiswerk er bjj
inschiet of schade lijdt, en dat de leerlingen niet
altjjd bet hoofd bij de les zulleD hebben.
Wij vernamen onlangs zelfs, dat in een der H.
B. scholen van ons land kennisgevingen betrekkelijk
te houden bijeenkomsten werden opgehangen
Natuurlijk zal dit wel buiten toestemming van
directeur of leeraren zijn geweest, maar het ken
merkt den geest van overdrijving, die thans op
het punt van sport heerscht, en wij meenen, dat
ieder, die in dezen tot matiging aanspoort, een
goeden raad
Als een bewjjs van de toeneming der kruis-
bessencultuur in ons land, kan dienen, dat
jl. Vrijdag te Rotterdam niet minder dan 4000
mudsmanden (van 51 kilo) waren aangevoerd. En
dit was nu nog slechts de tweede dag van aanvoer.
De prjjzen zijn dan ook zeer laag 4 ets. per kilo,
wat ook een gevolg is van den buitengewoon groo-
ten oogst in Engeland.
Bopsele. In de Maandag gehouden vergadering
van den Dijkraad voor de Waterkeering van het
Calamiteuzo Waterschap Ellewouds-
d ij kB o r s e 1 e werd op voorstel van het be
stuur besloten eenige posten van uitgaaf in de
begrooting van 1899/1900 te verhoogen o. a. voor
onderhoud van gebouwen en herstel van stormschade.
Door den aannemer was boete beloopen wegens
te late voltooiing van het werk. Deze had het
verzoek gedaan om daarvan verschoond te worden.
De Djjkraad vond echter geen termen om het ver
zoek in te willigen en besloot tot afwijzende be
schikking.
Gedeputeerde Staten van Zeeland stellen aan
de Provinciale voor, te besluiten
aan eene Nederlandsche Maatschappjj voor den
aanleg en de exploitatie van een stoomtram
weg van Domburg over Aagtekerke, Oostkapelle,
Serooskerke en St. Laurens naar Middelburg een
subsidie te verleenen van een derde der kosten van
aanleg tot een maximum van f 127,000, verminderd
met de tegen 4 gekapitaliseerde waarde der sub
lo. te noemen bijdragen, o. a. onder voorwaarde
dat door belanghebbenden (gemeenten, polders
of derden) bijdragen worden verzekerd tot oen be
drag van f27,000, te storten in ten hoogste 20
jaarlijksche termijnen, en dat de aan gemeenten en
polders toebehoorende, voor den aanleg van den
tramweg noodige eigendommen kosteloos in gebruik
worden afgestaan
dat de geheele onderneming, na opneming en
goedkeuring der lijn vanwege Gedeputeerde Staten,
uiterlijk 1 Juni 1903 in exploitatie kome en daarna
onafgebroken blijve
dat van 1 November tot 1 April ten minste 4
ritten, van 1 April tot 15 Mei en van 15 September
tot 1 November ten minste 5 ritten en van 15 Mei
tot 15 September ten minste 7 ritten dagelijks heen
en weder tot vervoer van personen worden vol
bracht
dat de dienstregelingen voor het personenvervoer
en de vrachttarieven voor het personen- on goe
derenvervoer onderworpen zijn aan de goedkeuring
van Gedeputeerde Staten.
De verkiezing voor een lid dor Pro
vinciale Staten in het kiesdistrict Middel
burg ter voorziening in de vacature-D. J. Dron-
kers is door Ged. Staten bepaald op Dinsdag
19 Juni en de stemming en herstemming, zoo noo-
dig, op Dinsdag 3 Juli en Vrijdag 13 Juli 1900.
Naar wjj vernemen, zal waarschijnlijk de in
terpellatie-Van Kol, over de weigering van
gratie in de zaak-T roelstra,, plaats hebben
op Dinsdag 19 dezer. (Het Volk.)
Een gewijzigd wetsontwerp betreffende de ver
zekering tegen de geldelijke gevolgen van onge
vallen, in den geest als verleden week door de
regeering is toegezegd, is gisteren naar den Raad
van State verzonden.
De »Haagscbe Sprokkelaar" in het U. D. schrijft:
»Naar 'k vernam, zal de nieuwe Ongevallenwet
waarschijnlijk nog deze week bij de Kamer inkomen
en nog vóór de zomervacantie in de afdeelingen
worden >onderzocht".
Dat men haar als een pure formaliteit beschou
wen en als »spoedstuk" afdoen zal, wordt echter
niet waarschijnlijk geachtmen vreest dat 't zal
neerkomen op een boekdeel algemeene en bijzondere
beschouwingen met den aankleve van dien, mitsgaders
de kosten te betalen door hen, die inmiddels
door een ongeval worden getroffen."
De laatste opmerking is maar al te juist.
Blijkens eene mededeeling van het »Cristelijk
nationaal Boerencomité" zal ds. G. J. D. A a 1 -
d e r s te Elburg met de eerste scheepsgelegenheid
naar St. Helena vertrekken om onder de krijgsge
vangenen werkzaam te zijn.