1900. Nü. 47. Zaterdag 21 April. 87slc jaargang. Bij dit no. behoort een bijvoegsel. i2 FEUILLETON. Onder de Boeren vlag. De prijs der gewone advertentiën is van 1-5 regels 50 cent, eiken regel meer 10 ct. Bjj directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en üe daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 110 regels A 1,berekend. Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ct. Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel. G0ËSCH De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond, uitgezonderd op feestdagen. Prijs per kwartaal, zoo binner als buiten Goes, 1,75. Afzonderlijke nommers 5 centmet bjjblad 10 cent. Inzending van advertentiën vóór 2 uren op den dag der uitgave. GOES, 21 April 1900. H. M. de Koningin en daarna H. M. de Ko ningin-Moeder ontvingen gisternamiddag de buiten gewone Zuid-Afrik aanscho gezanten in bijzonder gehoor. Zij worden aan de Koninginnen voorgesteld door dr. Leyds, den gezant der Zuid- Afrik. .Republiek, en door dr. Muller, den vertegen woordiger van den Oranje Vrijstaat. Het onderhoud met H. M. de Koningin duurde eer kwartier. De heer Fischier hield een toespraak tot de Koningin, die door H. M. beantwoord werd. Daarna werden de beeren door H. M. de Konin gin-Moeder ontvangen, die zich eveneens zeer min zaam met de gezanten onderhield. De heeren toonden zich zeer ingenomen mei deze ontvangst der Koninginnen. Op de audiëntie verschenen de heeren in rok. Toen ten half vijf de rjjtuigen, waarmede het gezantschap zich naar het paleis begaf, wegreden van het Hotel des Indes, werden de leden van het gezantschap door een vrij talrijke menigte luide toegejuicht. Een telegram van de Herald uit Washington meldt, dat offieieele personen aldaar in het bezit zyn van inlichtingen, welke hun de overtuiging schenken dat het driemanschap der Boeren in Eu ropa er niet in zal slagen eenige mogendheid tot tusschenkomst in den Zuid-Afrikaanschen oorlog te bewegen. HH. MM. de Koningin en de Koningin- Moeder zullen Maandag 30 April van Amster dam naar Arolsen gaan, om daar het huwelijk bij te wonen van prinses Elisabeth van Waldeck en Pyrmont, en daarna eenigen tijd in Thüringen doorbrengen. Men meldt aaa Het Vaderl. uit Petersburg, dat aldaar in doorgaans welingelichte kringen stel lig wordt verzekerd, dat de Tsaar gedurende zyn verblijf in Moskou een rescript zal publi- ceeren ten gunste van de Boeren. Vooral de schending der neutraliteit door Portugal zou den Tsaar buitengemeen geërgerd hebben, en daar over zou hij onverholen zijn afkeuring wenschen uit te sprekon. Tevens zou hij dan willen verklaren, dat de niet-toelating der Republieken op de vre desconferentie geen erkenning van Engelands rech ten inhield, maar alleen gemotiveerd was door de overtuiging, dat bij uitnoodiging der Zuid-Afrikaan - sche Republieken ook alle Zuid-Amerikaansehe uit- genoodigd hadden moeten worden, waardoor het aantal gedelegeerden te groot zou zijn geworden. Ook wil men in dezelfde kringen vreten, dat, als de Tsaar gesproken heeft, Duitschland en Frank rijk ongeveer gelijkluidende verklaringen zullen publiceeren. Voor de juistheid van 't bovenstaande durven wy niet instaan, maar een feit is het, dat het onzen briefschrijver van zeer bevoegde zijde werd ver zekerd, zegt bet blad. Cronjé nam een goede teug uit de kan vol wit bier, stak zijn pijp aan, deed eenige flinke trekken en sprak »Gij weet hoe onze vaderen om deze kluiten gronds gestreden en geleden hebben. Gij weet, welke groote offers aan goed en bloed ons onze zelfstan digheid tot op den dag van heden heeft gekost. Wij wenschen allen den vrede en de vryheid, wij zyn niemands vijand en geen mensch zullen wy aanvallen, als hij ons met rust laat. Maar er is een volk, dat met nyd, haat en afgunst ons vervolgt en onze vrijheid wil vernietigen om ons tot schat plichtige knechten te maken en hier een goudrijk land machtig te worden. De groots God in den hemel heeft ons tot hiertoe beschermd en ik heb de vaste hoop, dat dit ook nu weer hat gtval zal zyn. Hoort mij aan, valt my niet in da rede. Aan den Witwatersrand gist het in de hoofden van duizenden Uitlanders een kunstmatige, gevaarlijke beweging is daar door Engelsche agenten in het levan geroepen en breidt zich meer en meer uit. De hoofd zetel is Johannesburg en de voornaamste aanvoerder is een zekere Lionel Phillips, aandeelhouder van de groote firma Eckstein Co. Ik zou u nog vele namen kunnen noemen, maar gy zult ze zelf lee- ren kennen, zoodra wjj weten welke rol Johannes burg in de geschiedenis van den Staat thans speelt. Ons, oude voortrekkers, willen deze Uitlanders doen verdwijnen, het bestuur van het land tot zich trek- Uit Antwerpen wordt het volgende geseind aan de Morning Leader »Mijn Haagsche correspondent seinde mij heden, dat hij zooeven een gesprek heeft gehad met een goed ingelicht diplomaat, die hem heeft medege deeld, dat een nieuw©poging tot bemiddeling in den Zuid-Afrikaanschen oorlog, berustende op het arbitrageverdrag, waarschijnlijk is, zoodra bet Hof van Arbitrage behoorlijk is ge constitueerd, d. w. z. als de negen contracteerende mogendheden het verdrag bekrachtigen. Men gelooft in ministerieel® en diplomatieke kringen dat acht mogendheden zullen volgen, zoodra Nederland het initiatief neemt". By kon. besluit is de heer H. J. S t i g t e r, arts, bij het personeel van den geneeskundigen dienst van het leger in Nederl.-Indië benoemd en aangesteld tot officier van gezondheid der 2de klasse. Een proef, bjj ons Indische leger met de khaki-uniformen genomen, heeft, naar wij vernemen, tot ongunstige resultaten geleid. De rapportsn adviseerden, de voortzetting der proef te staken. Msn zal nu, in navolging van het Engelsche leger, overgaan tot proeven met khakikleurige serge-uniformen. (D.) De krijgsgevangenen der Boeren. De N. R. Ct. schrijftHet is weer gegaau zooals gewoonlijk. Hebben de Engelschen iets op hun kerfstok, dan beschuldigen zy de Boeren van het zelfde of iets anders. De wereld wist nu op welke onmenscholijke wjjze de Engelschen aan de Kaap de gevangen Boeren op besmette troepenschepen samenpakten, zoodat allerlei ziekten zich open baarden en velen stierven fluks is Lord Roberts er by om de Boeren de slechte behandeling van hun gevangenen te verwijten. Twee dingen legde hij hun ten laste, vooreerst dat zij officieren van de koloniale troepen als mis dadigers in de gevangenis zetten, en vervolgens, dat de krijgsgevangenen in het kamp te Waterval, en vooral de zieken onder hen, slecht bejegend worden. Toevallig verscheen tegelyk met het tele gram van Reuter uit Bloemfontein, waarin dat protest van Lord Roberts weergegeven werd, in de Engelsche bladen een telegram van Reuter uit Pretoria., waarin verslag gedaan werd van een be zoek, dat de Amerikaansche oonsul te Pretoria, aan wien de zorg voor de Engelschen in de Republiek is opgedragen, aan het gevangenkamp te Waterval gebracht had. De consul verklaarde, dat hij daar alles zoo behoorlijk gevonden had als onder de omstandigheden mogelijk was. Dat noemen de En gelschen »the lie direct". Wat de eerste beschuldiging betroft, de behan deling van de koloniale officieren wij hooren haar niet voor het eerst. Herhaaldelijk heeft de Engel sche pers er zich over beklaagd, dat de Boeren met hun krijgsgevangenen verschil maken tusscben de vrijwilligers, zoowel officieren als minderen, uit Zuid-Afrika en andere Engelsche troepen. De eer sten werden niet als krijgsgevangenen behandeld, ken en onder het Engelsch oppergezag hier heer- schen. Ziet eens, dezen brief wist een mijner spionnen in handen te krijgenhij is gericht aan een zekeren Jameson." »Jameson riep Oom Jacobs uit. »Jameson, verduiveld dien schurk ken ikmaar vertel verder ik heb my dus, God zij dank, niet vergist." >Gij kent hem dus, Jacobs? Nu des te beter zult gy hem ons kunnen aanwjjzen eenige goed- geriebte Boerenkogels zullen hem dan den weg wyzen naar Kaapstad. Hier is de brief, dien ge noemde Lionel Phillips uit Johannesburg aan dok ter Jameson te Kaapstad schreef en het volgende staat er in: »De regeering van Transvaal is geheel in verval en wij moeten, om niet groote verliezen te lyden, hervormingen aanbrengen. De eenige weg is nog deze revolutie of Engelsche inmenging." Hier word de rede van Cronjé door de aanwe zigen gestoord. Verbaasd sprongen zij op, de oogen glinsterden, de handen balden zich tot vuisten, dreigende kreten weerklonken en door dit wild rumoer heen brak de krachtige stem door van Oom Jacobs, die uitriep >Weg met dat Britscho gespuis, weg mot die Engelsche honden, geen pardon hoog de Boe- renvlag En »lioog de Boerenvlag donderde het in krach tig koor uit de menigte. Met moeite werd de rust hersteld, waarna Cronjé kon voortgaan ♦Vrienden, vrienden, beide, revolutie en En gelsche inmenging samen, willen de Uitlanders. Ha, weet gij, goede menschen, wat die Uitlanders voor zoo heette het. Welnu, ook deze beschuldiging is onwaar. Een onzer medewerkers had Woensdag het voor recht i* Den Haag het Republikeinsche drieman schap te spreken. In het onderhoud werden een aantal punten aangeroerd, ook de beschuldiging van Lord Roberts. De heer Wolmarans, de Trans- vaalsche afgevaardigde, ontkende nadrukkelijk, dat een dergelijk verschil gemaakt werd. De Kaffers, die tegen de Boeren gevochten hebben, die gaan in de gevangenis. Gestraft worden ze verder niet, hot verblijf in de gevangenis is zelfs nauwelijks een straf voor hen zy hebben 't daar beter, in huisvesting en voeding, dan zij gewoon zijn. En dan, zeide de heer Wolmarans voorts, maken wij nog een onderscheid tusscben onze gevangenen. Als daar Engelschen onder zyn, die uit de Republieken komen, die burgers van den staat geworden zyn en nu tegen ons vechten, dan beschouwen wij hen als rebellen en behandelen hen niet zooals de an dore gevangenen. Zoo maken de Engelschen ook onderscheid tusschon de Republikeinen, die zy ge vangen nemen en de bondgenooten uit Natal en de Kaapkolonie. Ziedaar dan wat er weder van dez© beschuldi ging der Engelschen overblijft. Het offieieele regeering sblad te Londen bevat de telegrafische verslagen van de generaals Bulier en Warren over het gevecht bij en de ontruiming van den Spionskop. En daarnaast de kantteekeningen van Roberts, den opperbevelhebber. Daarin komen de heeren er lang niet genadig af. Warren wordt verweten zelf niet naar den Spi onkop te zijn gegaan, en wijziging te hebben aan gebracht in het door Buller vastgestelde plan, waar door hij den aanval zonder vast stelsel leidde. Buller krijgt een voeg over zijn meegaandheid, hy liet zich door zijn onderbevelhebber het werk uit de handen nemen, zonder zyn gezag te doen gelden. Van koloDel Thorneycroft, die, toen gene raal Woodgate werd gewond, zelf het bevel over de stelling op zich nam en op eigen verantwoor ding haar ontruimde, wordt het gedrag, bij erken ning van zijn persoonlijke dapperheid, volstrekt onvergefelijk genoemd. Roberts eindigt met de voor de generaals bittere woorden dat het aangename in de depeches over deze derde miglukte poging tot ontzet van Lady- smith, de bewonderenswaardige houding der troe pen is. De Times prijst Roberts, en zegt dat hij door zijn openhartigheid het land een dienst bewezen heeft. De Standard vraagt hoe Buller en Warren nu in hun commando's gehandhaafd kannen blij ven, maar maakt de opmerking dat Britsche offi cieren onder Roberts' bevel dezelfde fouten gemaakt hebben als hun voorgangers in Natal, de Kaapko lonie en Grikwaland. Het is nu duidelijk geworden, zogt de Standarddat de gebreken, die den gene- ralen staf aankleven, slechts door eene volledige hervorming verholpen kunnen worden. De schending der neutraliteit van duivels eu uitgeworpenen zijn Zijt gij ooit in de goudstad, zooals zy Johannesburg noemen, geweest en hebt gij het leven van die lieden daar gezieu Mannen en vrouwen uit alle deelen der wereld, dorstend naar goud, begeerig naar rijkdom, als de jakhalzen naar hun buit, kwamen zij tot ons. Elk middel komt bun gerechtvaardigd voor. Misdadigers en slechte vrouwen, dat zijn die snoevende, er bovenop gekomen Uitlanders van Johannesburg. Zwelgen en brassen doen zij in hunne goudstad, de grootste weelde leggen zij aan den dag en zy zien met ver achting uit hun met zijde bekleed© wagens op ons, oude voortrekkers, neer. Marmeren paleizen hebben zij voor zich gebouwd en huldigen daarin de zonde in hunne lusten. Wij echter, die hun niets in den weg leggen, schijnen hun zoo in verval gekomen te zijn, dat wij onzen Staat niet meer weten te besturen. Alles, wat ik u hier zeide, heeft ten doel u te waarschuwen, u voor te bereiden, dat gij eik oogenblik kunt noodig zyn en dan gereed zyt. Of wij wonen in Transvaal of in den Vrijstaat, Boeren zijn wij en Boeren willen wij blijven. Hoog onze Boerenvlag »Hoog onze Boerenvlag 5" klonk het opnieuw uit aller mond. Toen nam Oom Jacobs het woord en zeide »Oom Cronjé, gij deelt ons bedenkelijke berichten mede, maar wij hebben ze verwacht. Ik zelf ken deze Uitlanders door en door, ik weet hoe zij mij beetgenomen hebben. Dezo mannen hier verzamelde ik als grenswacht. Voor eenige weken vernam ik van een Boer, Pit Tbom, die uit Colesberg kwam, verontrustende berichten, dat zich daar lieden ver zamelden, die allen gelijke wapens droegen." Portugal, door het geven van vergunning om Engelsche troepen te vervoeren over Beira, wekt groote agitatie. De Daily Mail verneemt uit Lissabon In wijde kringen bestaat er yrees, dat de Boeren tengevolge van het geval met Beira het Portugeesche gebied in Zuid-Afrika niet meer eerbiedigen zullen. Inmid dels neemt in Portugal het verzet van het volk tegen d© regeering wegens dit geval toe. Er wordt druk geteekend op protestlij sten. Ook de Portugeesche dames stellen een protest op. De studenten van Oporto noodigen de universiteiten van de heele wereld uit zich by hun protest aan te sluiten. Kortom er is een hevige beroering onder het Por tugeesche volk over dez© zaak. De Voss. Zeitung wijdt een artikel aan do zaak en zegt o. a; »Nu beroept Portugal zich op het tractaat van 1891doch daarin wordt noch van troepen, noch van oorlogsmateriaal gesproken. De Portugeesche minister zegt, dat dit tractaat door nota's is ge wijzigd en uitgebreidmaar die nota's zijn niet gepubliceerd. Hot is dus niet bewezen, dat hier een tractaat bestaaten zelfs waar zulk een tractaat bestaat, kan het noodig zijn, met het oog op de volkenrechtelijke plichten tegenover derden, gedu rende een oorlog de uitvoering van zulk een trac taat op te schorten dit deed Zwitserland in 1870 tegenover de regeering van Baden. Er kan dan ook geen twyfel aan bestaan, of Portugal heeft zich schuldig gemaakt aan schending der neutraliteit, Portugeesche Regeering heelt zich daardoor vergrepen aan het internationale vol kenrecht." Of de Portugeesche Cortes zich tot tolk zullen maken der algemeen© verontwaardiging, staat nog te bezien. Maar onder het Portugeesche volk doen zich reeds tal van stemmen hooren, die krachtig protesteeren tegen de houding der Regeering. De Portugeesche regeering heeft verboden, telegram men van sympathie der Republikeinsche partij aan dr. Leyds of andere belanghebbenden bij de Tran6- vaalscbe quaeBtie te zenden. Een telegram der studenten te Lissabon, waarin »tegen de vergun ning tot het doortrekken van Engelsche troepen door Mozambique" wordt geprotesteerd, is door de censuur aangehoaden. De studenten zonden tevens aan de buitenlandsche universiteiten telegrammen om haar er op te wijzen »dat de Academie te Lissabon niet medeplichtig is aan de misdadige dwalingen der Portugeesche Regeering", doch ook deze telegrammen zijn geweigerd. Het blad Patrio, te Oporto heeft thans een open baar protest aangekondigd. Het geeft daartoe lijsten ter teekening, die met duizenden kandteekeningen worden bedekt. En het blad zegt»Alle welden kende Portugeezen achten het een krenking der nationale eer, dat de Regeering door haar ge dienstigheid voor Engeland, den schijn doet ont staan, dat Portugal een oneerlijke handeling pleegt tegenover de voor hun vrijheid strijdendo Boeren." Meerdere bladen uiten hunne verontwaardiging en deze uitingen doen voorzien, dat de houding van de Portugeesche Regeering ernstigen tegenstand zal ontmoeten in Portugal zelf. »Dat wilde ik onderzoeken, Oom Jacobs" viel Cronjé hem in de rede, >dus te Colesberg bevindt zich dat wespennest en waar is die dokter Jame son Gij zeidet zoo even, dat gy hem kent." »Wel ja, heel goed. Juist dezeu Jamesou ge leidde de jonge Pit Tkom met nog meer Engel schen in twee trekwagens door den staat naar Griqualand. Hij had in zyn onschuldige domheid geen vermoeden omtrent bun waar karakter, daar zij voorgaven op de jacht te zyn. Ik doorgrondde echter onmiddellijk dat gan&che gezelschap, deelde Pit Thom mijn raad mede hon scherp in het oog te koudeu, gaf hem een eerlyken zwarten jongen om hem te vergezellen en riep dit kommando sa men om te Colesberg een onderzoek in te stellen en de grenzen to bewaken. Zoo, nu weet gij alles, wat ik ook weet. Moge onze God en Vader daarboven ons Zijne trouwe verder bewyzen, zoo als wy de onze voor Hem behouden. Vrienden, laat ons nederknielen en Hem om Zijnen bijstand smeeken." De gansche menigte voldeed onmiddellijk aan dit verlangen en knielde neder. Langzaam sprak de oude Jacobs met luider stom een gebed uit om bescherming en hulp. Het was een aangrijpend too- neel, deze oude mannen, in bun kinderlijke gods vrucht, geleund op de geweren, in gebed te zien. Diepe stilte volgde op de woorden van Com Ja cobs; daarna zeide hij kortweg: »Laten wy zadelen". Cronjé sprak tot Com Jacobs: »Dus wij gaan samen naar Colesberg?" Zoodra de mannen weder in het zadel zaten en Cora Jacobs aan zijne zonen nog eenige voorzorgs maatregelen had aangegeven, trad Anny Jacobs uit

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1900 | | pagina 1