1897 N°. 102.
Dinsdag 31 Augustus,
84ste jaargang.
PUBLICATIE.
Stoepen of opene plaatsen
GOESCHE
Oe uitgave dezer (Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond,
uitgezonderd op feestdagen.
Prjji per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, f 1,75.
Afeonderljjke nommers 5 cent; met bjjblad 10 cent.
Behalve aan ons Bureau worden Abonnementen en Advertentiön voor dit. blad
aangenomen bjj de hoeren Nijgh Van Ditmak te Botterdam en verder
bjj allo Boekverkoopers en Brievengaarder*. Aasvrag
Vnaendiag van advertentlSn vóór 9 uren den da* der uitgave.
COURANT.
De prjji der gewone advertentiön is van 1-5 regels 50 cent, eiken regel meor 10 cte.
BS directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de pr jjs
tlechts tweemaal berekend.
Geboorte-, huwolgks- 9n doodberichten en do daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 110 regels a f 1,berekend.
Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald 20 c
Aanvragen om ea vermelding van liefdegaven 5 cent per regel.
DE BURGEMEESTER VAN GOES,
Overwegende dat de kerum een aanvang zal nemen op den
31 Augustus en zal eindigen op den 7 September a.
Gelet op artt 1, 2, 4 en 6 der Verordening op de
openbare vermakelijkheden, op art. 2 van de
Verordening op de tapperijen en op art. 20 van
de Verordening op het brandwezen.
Gelet op het advie» van den Commissaris van politie.
Besluit:
het publiek te waarschuwen dat op den 31 Augustus
sn volgende dagen
teu strengste de liand zal gehouden worden
aan de uitvoering van art. 20 van de verordening
op het brandwezen,
waarbij het verboden is «enig vuurwerk ia de gemeente af-
teiteken met het oog op het brandgevaar voor tenten en
kramen op de markten;
te vergunnen:
dat de tapperijen enz. geopend blijven zooals hieronder is
vermeld
Woensdag op Donderdag tot 1 uur.
Donderdag Vrijdag 3
Vrijdag Ziterdag 3
Zaterdag Zondag 4
Zondag Maandag 2
Maandag Dinsdag 3
Dinsdag Woensdag 4
onder voorwaarde dat de vergunning voor die inrichtingen,
waar ongeregeldheden voorrallen, kan worden inge
trokken;
te bepalen
dat de personen, genoemd in art. 4 der Verordening
op de openbare vermakelijkheden, ale:
Muzikanten, orgelspelers, liedjeszangers, goochelaars, springers,
vertoocere van kijkkasten en dergelijke alleen dan hun bedrijf
mogen uitoefenen, wanneer zij zich aangemeld hebben bij den
Commissaris van politie en deze hun heeft afgegeven een
kaart, waarop vermeld staat dat zy met zijn voorweten op
treden.
Deze kaart zal niet worden afgegeven tenzij den Commis-
saris van politie blijkt dat de kleeding der bovengenoemde
perionen behoorlijk zy, dat de vertooningen in kijkkasten enz.
geenerlei onzedelijkheden te zien geven, dat de orgels en ia-
etruraenten tan redelijke eischen van welluidendheid voldoen.
Goes, den 30 Augustus 1897.
De Burgemeeeter van Goes,
WESSELINK.
Den belanghebbenden wordt herinnerd dat, zonder vergunning
van Burgemeester en Wethouders, op verbeurte eener boete
vau ten hoogste vijftien gulden, de
v«5or de panden in deze gemeente niet voor het geven van
vertooningen of het doen van uitstallingen afgestaan of voor dat
doel ingenomen mogen worden.
De aanvrage om vergunning moet geschieden bij den markt
meester.
Goes, den 30 Augustus 1897.
Burgemeester en Wethouders van Goe9,
WESSELINK.
De fd. Sscretsris,
A. A VAN DELLEN.
Gedurende de kermis zal de passage met rij- en voertnigen
door HET RIJFELA1RSSTRAATJE en DE STALSTRAAT
alsmede over de
VLASMARRT
gestremd zijn, met dien verstande, wat de VLASMARKT
betreft, dat deze alleen mag bereden worden van uit het
Waterstraatje naar da Wijngaardstraat, in rechte richting, langs
de woningen der heeren F J. Boone en A. Van Schelven.
Voorts is het draven op de markten en in de belendende
■traten verboden
Goes, den 30 Augustus 1897.
Burgemeester en Wethouders van Goes,
WESSELINK.
De td. Secretaris,
A. A. VAN DELLEN.
Wekelijksch algemeen overzicht.
Het politieke nieuws der vorige week concen
treerde zich voornamelijk om het bezoek van presi
dent Faure aan Husland. Hg is daar op de meest
luisterrijke wjjze ontvangen en werd overstelpt met
beleefdheden en eerbewijzen. Het regende telegram
men, waarin den president bet welkom werd toe
geroepen. De adel van Moscou benoemde een depu
tatie, die hem te Petersburg ging begroeten en hem
een adres aanbood, dat in een prachtig foudraal
was besloten. Waar hjj zich ook vertoonde, overal
vielen hem de meest hartelijke begroetingen ten deel
en het keizerljjk huis, de pers en heel de bevolking
van Petersburg waren één in sympathie voor het
hoofd van den bevrienden staat. En niet alleen hjj,
maar allen, die hem vergezelden, vonden het warmste
onthaal, dat zich denken laat. De Fransche officieren
warei het voorwerp van de geestdriftigste ovaties,
de Fransche journalisten werden door hunne Russi-
■che collega's luisterrjjk ontvangen en de matrozen
der Fransche oorlogsschepen werden overladen met
geschenken van allerlei aard.
In Frankrijk was men natnurljjk uiterst verheugd
over het onthaal, dat den heer Faure in Rusland
ondervond. De president van den Franschen minis
terraad, dhr. Mélinp, zond den president een tele
gram, waarin het Kabinet hem de betuiging gaf van
zjjn innige aandoening bij bet vernemen van de
schitterende ontvangst en de hartelijke bejegening,
dia het hoofd der regeering ten deel vielen van de
Russische regeering en het Russische volk en waar
in het den president verzocht den Czaar de dank
baarheid to betuigen van heel de Fransche natie.
Uit vele gemeenten van Frankrjjk zjjn tal van tele
grafische adressen van sympathie naar Rusland ver
zonden. De levendige beschrijvingen, die de Fransche
journalisten aan hunne bladen zonden van de fees
ten, die Faure ter ecre werden gegeven, lieten niet
na in Frankrjjk de hoogste ingenomenheid te ver
wekken en met trots en voldoening gingen de Fran
schen eiken stap na van Faure's zegetocht.
Hoe aangenaam het ook voor de Franschen was
steeds te hooren spreken van vrede, vriendschap
broederschap, op één woord, dat men zoo verlangend
was te vernemen öf uit den mond van den Czaar
öf uit dien van Faure, dat eene woord nl. alliance
kreeg men maar niet te hooren. Eerst in den morgen
van den laatsten dag, dien de president in Rusland
doorbracht kwam dit hooge woord er uit.
Bjj het ontbjjt, dat Donderdagmorgen op de Pothuau,
het Fransche schip dat Faure overbracht, plaats had,
bracht de Czaar een dronk uit, waarbjj hjj o. a. zeide
»Uw verbljjf in ons midden schept een nieuwen band
tussehen onze beide bevriende, verbonden (alliées)
natiën, die evenzeer besloten zijn met haar gansche
macht bg te dragen tot handhaving van den wereld
vrede in den geest van recht en billjjkheid."
Nu kunnen de Franschen juichen. Het zoo zeer
gewenschte woord alliance is gesproken, maar zullen
zjj daar veel aan hebben, nu de Czaar vrede wil
en niets dan vrede, en daarom ook de band van
keizer Wilhelm en Frans Jozef, die beiden eveneens
den vrede verlangen, op het harteljjkst drukt De
herwinning van den Elzas, waarom het den Franschen
te doen is, krjjgen zjj er niet door. Zjj moeten er
zich mrè troosten, dat Frankrjjk niet meer alleen
staat en het Europeesch evenwicht hersteld is.
Opmerkeljjk is nog, dat het eigenljjk Faure was,
die in zjjn eersten dronk de beteekenisvolle woorden
aan den Czaar ontlokte. De president bedankte het
keizerljjk paar voor het bezoek aan het Fransche
panfcerechip, voor de betoonde gastvrjjheid en de
prachtige ontvangst door het Russische volk en zeide
toen o. a.>De groote gebeurtenissen, die de innige
vriendschap tussehen Frankrjjk en Rusland bavestig-
den, maakten het mogelgk aan de beide vereenigde,
geallieerde natiën, die geleid worden door het gemeen
schappelijk ideaal van b°schaving, recht en gerech
tigheid, zich broederljjk aaneen te sluiten in de
loyaalste, oprechtste omarming."
Na de grootsche en schitterende wapenschouwing
te Kratnoje Selo had de Czaar op Peterhof een
onderhoud van ongeveer een uur met Hanotaux, in
bjjzjjn van minister Murawjef, en later confereerden
beide ministers met elkaar in gezelschap van Faure.
Wat daar gesproken is, is niet bekend, doch in elk
geval zjjn da stoutsche verwachtingen der Franschen
voor het heden overtroffen.
Donderdagmiddag nam de heer Faure afscheid en
keerde naar de Pothuau terug, die onder geestdriftig
gejuich der verzamelde menigte onder stoom ging.
Den dag vóór z ju vertrek heeft de president de
ster van het groot officierschap van het legioen van
eer verleend aan de burgemeesters van Moskou en
Petersburg. Verscheidene ministers en andere hoog
waardigheidsbekleders hebben het grootkruis en vele
admiraals en generaals het commandeurskruis ge
kregen. De Czaar heeft gouden snuifdoozen met zjjn
portret geschonken aan Hanotanx en Boisdeffre en
alle zeelieden vun het Fransche smaldeel kregen een
herinnerings-medailje, ook die van de Bruixdie de
reis zouden medegemaakt hebben, indien het ongeluk
bjj het vertrek bg Duinkerken niet was voorgevallen.
VoortB heeft Faure 100000 francs geschonken aan
de armen van Petersburg.
En hiermede behoort de lang te voren en breed
voerig besproken tocht van den president der Fran
sche republiek naar Rusland weer tot de geschiedenis.
Er waren in den laatsten tjjd oneenigheden ont
staan tussehen Oostenrijk-Hongarije en Bul
garije. De Bulgaarsche minister-president Stoiloff
had beleedigende uitdrukkingen aan het adres der
OoBtenrjjksche regeering gericht, waarvoor deze vol
doening eischte en haar zaakgelastigde aan het Bul
gaarsche hof terug riep. Voorloopig is echter de
verhouding tussehen Oostenrjjk en Bulgarjje weder
dezelfde geworden, doordien de zaak is bjjgelegd.
Hiertoe werd gebruik gemaakt van de tusschenbomst
van den Bulgaarschen zaakgelastigde te Petersburg,
die vroeger jaren lang aan het hot te Weenen ge
weest was en zeer goed aan het Oostenrjjkiche hof
itond aangeschreven.
Deze nu vertrok naar Oostenrjjks hoofdstad en
legde aan het ministerie van buiteülandeche zaken
de verklaring af, dat de woorden, door Stoiloff in
het onderhoud met den correspondent van een Ber-
l^oscb blad gebezigd, verdraaid waren opgenomen
in dat blad. De gespannen verhouding tussehen beide
rjjken is hiermede geëindigd in alles is weer bjj het
oude.
Het ministerie in Spanje, onder voorzitterschap
van generaal Azcarraga, bljjft, zooals het was samen
gesteld, aan de regeeriDg. Het plan om den hertog
van Tetuan te laten vallen om den liberalen genoegen
te doen en generaal Weyler terug te roepen, is
niet ten uitvoer gebracht en dit geeft aanl aiding
tot het vermoeden, dat het tegenwoordig Kabinet
niet lang zal aanbljjven. De Cortes komt in November
bjjeen en het is niet onmogeljjk, dat alsdan het
ministerie zal moeten aftreden om plaats te maken
voor een liberaal Kabinetzooala het nu gaat bljjft
Azcarraga in de voetstappen van Canovas treden
zoodat er ook wel geen verandering zal komen in
de te volgen politiek op Cuba en juist dit vraagstuk
is een groot struikelblok. Worden er geen hervor
mingen ingevoerd en bljjft de gevolgde politiek de
zelfde dan konden de vareendigde Staten wel eens
gevolg geven aan hunne bedreiging, zoo openljjk
door minister Sher.nann uitgesproken, en zich met
de zaak gaan bemoeien, waardoor Spanje zich een
nieuwen vjjand zou op den hals halen.
Nog altjjd laat de vrede tussehen Turkije en
Griekenland op zich wachten. Dag aan dag hoopt
men dat er spoedig een eind aan al dat dralen zal
komen, maar ook eiken dag brengt nieuwe teleur
stellingen. In Griekenland ziet men den toeBtand al
zeer donker in en wacht men met spanning de
verdere ontwikkeling der zaken af. Gelukkig wint
de partjj, die van geen Europeeich toezicht op Grie-
kenlands geldsmiddelen wil weten, weinig veld. Zoo
wel in handels- als in financ -le kringen gelooft
men dat eene controle op de fieanciën door de Euro-
peesche mogendheden een weldaad zou zjjn voor
het volk. Misschien zal men te Athene gaan inzien,
dat toegeven bet beste is; want nu ook Engeland
zich bjj de overige mogendheden aansluit, is er veel
kans, dat het uitoefenen van controle zal gebeuren.
Ook Turkjje ziet verlangend uit naar den vrede. In
een gesprek met de ambassadeurs heeft Te w fik
pacha hoffoljjk, maar nadrukkeljjk geklaagd over het
nadeel dat Turkije ondervindt van het opschorten
der vredesonderhandelingen.
Het is met den vrede nu zoo, dat. artikel 6 een
nieuwe redactie heeft gekregen. De Polit. Corr. ver
neemt uit Kon8tantinopel, dat het nieuwe artikel
vaststelt, dat de Turksche troepen zich na de ra
tificatie van het vredesverdrag naar het noorden
langs de rivier Salamvria, naar het oosten langs
de spoorljjn Larissa Volo zullsn terugtrekken. La-
rissa en Volo zullen bezet blijven. De termijnen
van de oorlogsschatting zullen eerst in het defini
tieve verdrag worden vastgesteld zoodanig dat ook
de laatste betaling zoo spoedig mogelgk afbopt.
Na elke betaling wordt een stuk van het Griek-
sche gebied ontruimd. Na de tweede betaling con-
centreeren zich de Turken op Volo, vanwaar na
den derden termjjn de geheele ontruiming moet
plaats hebben.
Engeland toont zich thans onbewimpeld bereid
tot de fioanc.ëale controle mede te werken, in tegen
stelling van eecige dagen geleden. De gebeurtenissen
in Engelsch Indië hebben zeer waarscbjjnlijk het
hare daartoe bjjgebracht, want bet is niet onmoge
ljjk dat Engeland bevreesd is, dat daar van uit Kon-
stantinopel het Mohammedaansche fanatisme aange
moedigd wordt en Engeland's toestand er nog meer
hachelgk zal maken. Dit voert ons als vau zelf tot
een woord over Britsoh-Indië. Eenige weken
geleden is daar een opstand onder de inboorlingen
ontstaan, die aanvankeljjk van weinig beteekeris
scheen, maar die thans een dreigend karakter heeft
aangenomen. Indische officieren, die met verlof zjjn,
kregen bevel onmiddelljjk naar hunne regomenten
terug te keeren. Drie forten, die de opstandelingen
een tjjd lang in bedwang hielden, zjju door dezen
genomen. De Afridi's, een van de voornaamste op
roerige stammen, bezitten een goed gewapend en
geoefend leger, dat reeds op de Engelschen vele
veroveringen gemaakt heeft, waardoor zjj zich thans
in staat gevoelen Engeland de wet te stellen. Om
het gezag niet heel en al te verliezen is het voor
Engeland zaak de opstandelingen op genade of onge
nade tot ondererping te dwingen.
GOES, 30 Augustus 1897.
Morgenavond ter gelegenheid vau den jaar
dag onzer Koningin zal Euphoniana het hou
den eener muzikale promenade door de stad, in de
tent op de Groote Markt eene muziekuitvoering
geven.
Eigen Haard geeft deze week volgend g e-
dicht op 31 Augustus van FioredellaNeve
't Is kortéén herfst en lente nog, gegeven
Om kinderlgk te zjjn
Eén jaar nog spel te zien in 't bonte Leven,
Nog vrengd in 't grootsch festpn.
En dan Maar 't zij zoo's Levens plichten rjjzen
Voor elk, die plicht verstaat
Aan 't Noodlot, ieder 't uur der taak te wjjzen,
Aan dezeu vroeg, dien laat
O neem dan, vóór, ter zware reis getogen,
Gjj rept den teedren voet,
Nog ééns vol zonneglans de vriend'lgke oogen,
Vol bljjheid 't jong gemoed
't Herdenken aan dien glans doet soms verpoozen,
Wien zorg heeft afgemat,
Gaar in die ééae lente een voorraad rozen
Voor 't gansche Levenspad
Men kent het proces-verbaal tegen den predi
kant van Kapelle, die zich de moeite had getroost
om naar een naburige gemeente over te komen voor
de inzegening vaneen huweljjk, doch
zich niet voldoende overtuigd had, dat bet sluiten
van het burgerljjk huweljjk ten stadbuize was voor
afgegaan. De predikant was er wel bij geweest, was
zelfs getuige geweest bjj de huwelijksvoltrekking.
In het Haagsche Dagblad spreekt M. als zijn
meening uit dat geen enkel niet-jurist begrjjpt, hoe
hier sprake van eenig strafbaar feit kan zjjn, zelfs
indien hjj den tekst van art. 449 van het Wetboek
van Strafrecht er met zorg op naleest. Deze luidt
aldus: »De bedienaar van den godsdienst, die, voordat
partgen hem hebben doen blgken, dat baar huweljjk
ten overstaan van den ambtenaar van don Burgerljjken
Stand is voltrokken, eenige godsdienstige plechtigheid
daartoe betrekkeljjk verricht, wordt gestraft mot
geldboete van ten hoogste driehonderd gulden."
Volgens de jurisprudentie van den Hoogen Raad
loopt echter onze predikant alle kans te worden
veroordeeld. Sinds 1886, het jaar waarin het tegen
woordige Wetboek van Strafrecht werd ingevoerd,
zjjn reeds meerdere strafvervolgingen op touw gezet
in verhand met het zooeven aangehaalde art. 449.
De schrjjver herinnert aan het geval van een
predikant te Amsterdam, die in 1890 aldaar een
huwelijk inzegende, op vertoon van een zoogenaamd
trouwboekje, ten stadhuize afgegeven in don gebrui-
keljjken vorm, ongeteekend, doch voorzien van het
stadswapen en houdende de namen van de jong
gehuwden met vermelding van hun inschrjjving in
het huwelijksregister. Deze zaak kwam voor den
kantonrechter, die aldus redeneerdede geasteljjbe
moet zich doen blijkendat het burgerlijk huwelijk
gesloten is. Hoe bljjkt van het sluiten van een
burgerljjk huwelijk overeenkomstig de voorschriften
der wet Niet anders, antwoordt het Burgerljjk
Wetboek, dan door overlegging van een door de
bewaarders van de registers van den Burgerljjken
Stand onderteekend uittreksel uit die registers. De
bedienaar van den godsdienst moet deze overlegging
derhalve vorderen.
In hooger beroep werd de veroordeelde predikant
door de rechtbank te Amsterdam ontslagen van alle
rechtsvervolging. Dit college oordeelde, dat de Straf
wet, die in het aangehaalde artikel spreekt van een
»doen blgken" van de burgerlijke huwelijksvoltrek
king, deze uitdrukking gebruikt in den gewonen
grammuticalen zin en hiertoe niet het speciale be-
wjjs, dat in fore civili geeischt wordt, verlangt.
Het Openbaar Ministerie voorzag zich in cassatie
en beweerde schending van art. 449. De advccaat-
generaal bij den Hoogen Raad, mr. Patjjn, conclu
deerde tot verwerping van de voorziening, doch de
Hooge Raad bevestigde bg arrest van 3 Nov. 1890
(W. 5960) het vonnis van den kantonrechter door
het (vrijsprekend) vonnis der Rechtbank te vernie
tigen.
De heer S. G. v. d. Vjjgh te Bergen-op-Zoom
scbrjjft in de N. R. Ct. van gisteren
In uw nummer van 27 dezer komt een bericht voor
uit Goes betreffende het keuren van weeg
bruggen, dat eenige toeliohting vereischt.
Sinds jaren moesten er door de suikerfabrikanten
bg de ontvangst van beetwortelen min of meer aan
zienlijke onderwichten worden geconstateerd, waar
van een der belangrjjkste oorzaken geacht werd de
onnauwkeurigheid der firirbanken.
Om hieraan tegemoet te komen werd van de zjjde
der suikerfabrikanten in den aanvang van dit jaar
te kennen gegeven, dat door hen slechts bieten zou
den ontvangen worden op weegbruggen, die gecon
troleerd waren door met name aangewezen deskun
digen.
Natuurljjk zjjn de eigenaars der weegbruggen ge
heel vrjj, al dan niet aan dit verlangen der falrikauten
te voldoen, even vrjj als deze zjjn om hg niet vol
doening daaraan van hun weegbrugg. n geen gebruik