-A-cTvertention Openbare verpachting op Vrijdag 20 Augustus 1897 Bouw- en Weiland en Boomgaard, Bouw- en Weiland en Dijk, Te pachten voor 7 jaar. WEILAND, De fin. commi88ie in wier handen dit voorstel ce stoid israpporteert dat de meerderheid der fin commissie is TÓór het voorstelde minderheid ech ter kan er zich niet meê vereenigen, aangezien de radenen, dia Qed. Staten hebben geleid tot het be- •lnit om deze uitgaven niet meer goed te keuren, hoogstwaarschijnlijk andere zullen geweest zijn, dan de met 1 Juli verhoogde jaarwedden, terwjjl het motief van B. en W. om, in de toekomst die vacature- gelden niet meer uit te keercn, omdat geen meer dere lesuren worden gegeven altijd heeft bestaan en dus op grond van meerdere lesurende uitkeering der f 361,85 V» thans evenmin kan plaats hebben. De Voorzitter zegt, dat de opmerking van de minderheid der commissie omtrent andere redenen, waarom Ged. Staten deze uitgaven niet meer zouden Soedkeuren, geen grond vindt in het schrijven van eze heeren. Zjj wenschen alleen, dat dergeljjke Sratificatiëo, waarvoor geen begrootingspost bestaat, oor den Baad worden goedgekeurd. En waar nu de OnderwjjzerB, doordien zg voor een grooter aantal kinderen stonden, in hunne klassen ook meer werk haddenacht hg de uitkeering votatrekt Diet on billijk, hoewel ook hij ze, na de met 1 Juli ver hoogde traktementen, voortaan niet meer strikt noodig acht. De heer Coenen zegt zich aan te sluiten bjj de minderheid der fin. commissie en zou eveneens gaarne zien dat de uitkeering niet werd toegestaan. De onderwijzers hebben gedurende de vacatures geen meerder werk moeten doenook werden zjj nog bijgestaan door andere krachten. Hjj verklaart de •eiste te zgn, die voor meer werk ook meer loon wil geven, maar hg wil dat niet geven, waar het niet verdiend is. Hadden de onderwijzers door de vacatures meer lesuren gehad, dan zou er reden zgn hun daarvoor ook te beloonen. Nu echter wil hjj hun geen donceur geven, waar daarvoor geen voldoende reden is. De teer M. de Jonge Jz, zegt in de fin. com missie de minderheid te hebben uitgemaakt en wjjst er op, dat in het eerste gedeelte van het voorstel de motieven gelegen zgn, waarom een raadsbesluit wordt uitgelokt. Hjj verklaart zich overigens tegen het toestaan van sommen buiten de begrooting. Ook hjj zegt, dat de vacutures geen meerdere lesuren voor de on- derwjjzeïs tengevolge hebben gehad, wat trouwens nooit b-t geval geweest is. Het doet hem genoegen, dat de zaak in den Baad is gebracht, zoodat deze zich nu uitspreken kan. De heer Van der Leeuw zegt het gevoelen van dhr. (Joenen te deeien. De heer Ramondt brengt in het midden, dat dit voo!stel van de zjjde van Burg. en Wetb. niet in den Baad is gebracht om een besluit uit te lokken over de uitkeering als zoodanig, want deze berust op de jtrenlang gjvolgde gewoonte, maar om te voldoen aan het verlangen van Gedep. Staten, die ziih niet verklaren tegen de zaak maar tegen den vorm. Z'j wenschen de uitkeering door een Baads- besluit gedekt te zien. De h'»er Ochtman zegt dat, nu de minderheid der fin. comm. bekend is, daaruit ook bljjkt wie tot de meerderheid bohooren. Deze verklaarde zich voor het voorstel van 13. en W. Spreker weeg tevens op den oorsprong van het onderling verdeelen der vaca ture-gelden, waartoe hg vroeger in het Dagel. be ltuur vaak heeft medegewerkthet was niet alleen een bjjsl tg op de traktementen, die niet ruim waren, er w-id bjj vacatures ook meer werk en meer in spanning van de onderwjjzers gevergd en daarvoor kwam han ook eenige vergoeding toe. Ook nu had deze meerdere inspanning plaats vóór 1 Juli en hjj zou het onbillgk vinden nu te onthouden, wat vroe ger werd genoten. Met het oog op het verledeD, wensebt hjj de vacature-gelden ook nu nog toe te ■taan. De beer M. de Jonge Jz. heeft niet willen zeggen, dat Ged. Siaten den post onvoorwaardelijk zouden Wh geren, maar zjj achten een Raadsbesluit noodig, oiudftt bödo«lde gelden niet op de begrooting zgn gevoteerd. Hg verklaart zich ten allen tjjde tegen ondergeschoven posten. Genieten de ocderwjjzers niet genoeg salaris, dan moet dit verhoogd wor den doen zjj meer werk, ook dan moet hun salaris worden vermeerderd, doch dan zou er ook een post moeten worden uitgetrokken voor eventuëale Vacatures. Gedep. Staten bieden daartoe nu de gelegenheid aan. Dit motief vervalt echter nu er geen meerdere werkzaamheden bjj een vacature gc- De generaal wal ernstig geworden. In stilte over legde bjj wat hjj doen zou. Hg wist dat men in gezelschap reedB over de verhouding gesproken had, waarin Elsie tot den hertog stond, en hjj zou daar over geen woord gesproken hebben als Elsie niet tot hem gekomen was om zgn steun te verzoeken. Dit bracht hem in een moeilijke positie. Al dacht hjj z"lf daarover vrjj onschuldig, zoo kon hjj toch de m«ening van zgn vrouw niet wjjzigen, die zich reeds meermalen ongunstig over die verhouding had uitgelaten. Zjj had zelfs al gezegd, dat zg Elsie nooit weer in haar huis wilde opnemen. De hertog echter kon hit dm generaal hoogst kwaljjk nemen als hjj voor Elsie zgn deur sloot. Hjj liep eenige malen de kamer op en neer, zette zich naast Elsi", greep hare hand en sprak op vaderljjken toon: »Mjjn lief kind, dat ii een netelige, zeer zeldzame geschiedenis. Ik ben werkeljjk verlegen, hoe ik u alles verklaren sal Gjj hebt a in een zeer gevaarijjke positie gebracht. Het moet u niet verwonderen, dat men in de stad zod veel over u spreekt. Gg zgt jong, schoon, bezit hooge kunstenaarsgaven, maar gg zgt ook ven geringe afkoins'; dat zal voor injj geen voorwendsel zjjn, gjj weet hoe ik daarover denk, maar dat alles maakt het verklaarbaar, dat men ov.r n spreekt, dat men o* naam en dien van den hertog in ééa adem noemt, dat men ja, ik weet waarachtig niet hoe ik het uitdrukken zal De generaal sloeg de oogen neer voor den vor- sohend n blik van ElBie, die de afgebroken woorden van den generaal aanvulde door te zeggen.Spreek uwe meening maar kortweg uit, men bondt mg in vorderd worden. Bg de Hoogore Burgerschool blgft het bestaan, omdat daar werkeljjk bjj eenevacatnre de lessen door de audere leeraren worden waar genomen. De Voorzitter wjjst den heer De Jonge op zjjne eigen geschreven opmerking in het rapport der fioanc. commissie, waaruit wel degeljjk is af te leiden, dat Gedep. Staten tegen de zaak zelf bezwaar zouden hebben. En nu zou het zelfs de vraag kunnen zgn of gratificatiën wel aan de goedkeuring van Ged. Staten onderworpen behoeven te worden, maar het is beter om zich in dezen naar hun verlangen te schikken. En om nu nogmaals de rechtvaardigheid van het voorstel te doen uitkomen, vergeljjkt spreker de onderhavige quaestie bjj een winkel, waarin 2 ba- dienden werkzaam zgn ontbreekt een hunner, dan moet de andere alle klanten bedienen. Bg een samenvoeging van twee klassen doet zich hetzelfde ▼oor. Voortaan zal het echter niet noodig zgn daar voor een afzonderlijke verhooging toe te kennen, du de salarissen verhoogd zgn, maar het zou onbillgk zgn nu in te houden wat vroeger werd toegekend. De heer Ramondt wil nog even een mogeljjk mis verstand voorkomen. Door dit voorstel wordt niet buiten de begrooting gegaan. De post komt daarop voor in den vorm van traktement. De titularissen daarvoor ontbreken echter en de bedoeling is nu alleen, het geld, dat niet aan die ontbrekende onder- wjjzers kan worden uitgekeerd, te verdeelen onder hen, die het werk ook van dezen hebben ver richt. De heer M. de Jonge Jz. erkent dat de begrooting niet overschreden wordt. Maar is er meer werk verricht? Tegenover het voorbeeld van den winkel bediende, door den voorzitter aangehaald, wjjst hjj op de mededeeling van den heer Coenen, dat in de bewuste school hulp van anderen verkregen is. De heer Ramondt vraagt den heer Coenen welke hulp hg bedoeld heeft De heer Coenen antwoordt: vrjj willige bulp, waar door het werk van de aanwezige onderwgzers ver licht werd. De heer Ramondt herneemt, dat een volontair op eigen verzoek slechts tot eigen oefening eenigen tjjd aan de school werkzaam is geweest. De heer Ochtman zegt, dit te kunnen bevestigen. Het voorstel van B. en W. werd daarna met 8 tegen 3 stemmen, die vaa dhrn. Coenen, De Jonge en v. d. Leeuw, aangenomen. De gemeenterekening wordt door B. en W. in gediend en besloten voorloopig de ontvang te bepa len op f 102655,95 i/s» de uitgaaf op t 96226,671/§ en het goed slot op f 6429,28. Na afbop der agenda doet de Voorzitter eenige mededeelingen omtrent het door B. en W. en den Iügenieur van den Waterstaat ingesteld onderzoek naar den toestand van het Sas en hjj kan verklaren dat hetgeen dhr. Ochtman daaromtrent in de vorige x;tting te kennen gaf, juist is. Bjj half tjj kunne-i de schepen gemakkeljjk binnen komen. De schippers rekenen er nooit op om vóór half tg binnen te ke rnen en gevaar, bg harden wind aan wachten ver bonden, waarop dhr. Van der Leeuw zinspeelde, bestaat dus niet. Voorzien de schipperB, dat zg niet onmiddellijk het Sas binnen kunnen, dan bljjven zg zoo lang in het Keeten, verdekt opgesteld, en zien weer en wind aan. Hebben zjj het Keeten verlaten zonder nog te kunnen binnenkomen, dan blgft hun de Zandkreek nog over om daar op betere gelegen heid te wachten. Het idee van dhr. Qaist om den Westnol uit te bouwen, is niet gewenscht. De West nol is verzonken en zou geen «tand kunnen houden, zoodat het vruchteloos zou zgn daar nog geld in te ■teken. Het oordeel van den ingenieur ii dan ook dut er in de eerste jaren geen gevaar voor beletsel in het binnenkomen beBtaat, wanneer er eerlang slechts met baggeren wordt begonnen. Burg. en weth. heb ben dan ook reeds een post daarvoor uitgetrokken. Dat werk te laten uitvoeren met een baggerma chine uit Holland zou, met het oog op het daarbg be- hoorende personeel, op groote kosten komen. Daarom zal getracht worden, met medewerking van den ingenieur, in contact te komen met den aannemer van het baggerwerk voor het Rijk om ook de ha ven in behandeling te nemen. Daartoe zal de bouw meester met dezen in overleg treden. Op de be grooting voor 1898 zal de Baad een post voor dat baggeren uitgetrokken vinden. Dhr. Quiat dankt het Dag. Bestuur voor de in dezen genomen moeite. Voor de leden lagen verschillende teékeningen ter de stad voor de verliefde van den hertog." >Dat juist niet, zoo bepaald spreekt men niet maar »Maar men gelooft, dat ik het worden zal." »Nu, ja dan, gij zegt het zelf, en daarom kunt gjj de wereld niet verdenken de wereld heeft scherpe oogen." >En scherpe tongen, maar als ik u mjjn woord geef, dat ik dien laster niet verdien >Dan zal ik u onvoorwaardelijk gelooven, maar Maar mjj de opname in uw huis ontzeggen >Laat ons rustig en verstandig spreken, Elsie, gg weet, dat ik, sedert onze kennismaking, het goed met u gemeend heb. Maar gij kent ook mjjn vrouw, zg heelt zeer strenge principeB, zjj zou zich niet kunnen verzoenen met de gedachte zjj zou u grof kunnen bejegenen kortom, Elsie ik wil u een voorstel doen Keer naar het slot terug en laat ons den uitslag der geschiedenis afwachtende her togin zal u niet verstooteu en als gg in het slot niet big ven kunt, niet bljjven moogt, dan verbind ik u aan het tooneel, ik ben zeker dat de hertog die verbintenis met vreugde zal goedkeuren. Dan zjjt ge zelfstandig en aan niemand rekenschap schuldig, gjj wordt een beroemde kunstenares wjj zullen u daarvoor den weg banen, ik zoowel als de hertog en wjj behoeven ons niet om het gebabbel der menschen te bekommeren. Heb ik geen geljjk, Elsie Elsie stond op en sloeg haar mantel om den schouder. Haar aangezicht was bleek, haar oog dof, maar haar stem beefde niet, toen zjj langzaam en inzage, waarop de diepte op verschillende punten was aangeduid.) Dhr. Temperman bracht daarna wid-r da meer- boei ter sprake en wees nogmaals op de wensehe- ljjkheid, de boei, ia het belang der schipperij, weder te leggen. Hjj gelooft dat er wel mogeljjkheid is haar zoo te bevestigen dat zjj niet meer wegdrjjft. De Voorzitter antwoordt, dat, met hoeveel moeite die boei ook gelegd werd, zjj toch altijd weer is weggedreven. Icdertjjd werd zg door een Kjjks- tonlegger volgens de regelen der kunst gelegd en toch was zjj den volgenden dag weer weg. Veel kosten zgn daaraan reeds besteed. Herbaaldeljjk was de boei weg en dit kan ook in verband staan met den bodtm. Eers heeft het terechtbrengen der boei meer dan f 60 gekost en het is niet zeker, dat men haar met een nieuw bankje van f 60 weder vast leggen kan. Tcch willen B. en W. nog een onder zoek doen of er geen mogeljjkheid bestaat een eind te maken aan haar neiging tot uitspatten. Dhr. Temperman zegt een deskundige te hebben gesproker, die meende dat men zulk een kleine boei wel baas zou kunnen worden als zjj goed be vestigd werd, zoo zelfs dat zjj tegen strenge winters en tegen jjsgang bestond waB. Het komt spreker daarom wenscheljjk voor nog e»D8 te beproeven de boei te legger, waardoor dir Echipperjj een dienst bewezen zou worden. De Voorzitter belooft de zaak te zullen overleggen en bljjken er middelen te bestaan, dan kan nog maals een proef genomen worden. Dhr. Lenshoek vraagt den heer Temperman den naam van den bedoelden deskundige aan Burg. en Weth. mede te deelen. Burg. en Weth. hebben steedB voorlichting gezocht bjj deskundigen, maar met het bekende gevolg. Dhr. Van der Leeuw geeft daarna in overweging, nu er een nieuwe minister is opgetreden, opnieuw een request in te dienen omtrent de laatste postbestelling. Dhr. Lenshoek antwoordt dat daarover reedB ver schillende requesten zjjn gezonden, maar dat op alle nul op het request is ontvangen. De Voorzitter zegt, dat het inderdaad zonderling is, dat bg uitbreiding van personeel eene bestelling wordt ingetrokken en dat B. en W. wel adressen kannen zenden, dooh dat hg meer kans op succes verwacht, wanneer een request uitgaat van hande laren. Dezen kunnen zelf het best weten van hoe veel belang een latere bestelling voor den handel is. De heer Ramondt meent, dat de heer Van der Leeuw te veel gewicht hecht aan de verandering van minister. Deze zal doen als zjjn voorganger en het adres stellen in handen van den Directeur-gene raal en van de verdere autoriteiten bjj den post dienst. En dezen zullen natnurlgk hetzelfde advies geven als nn eenigen tjjd geleden. Een nieuw request zal niets uitwerken. Dhr. Quist erkeDt dat er voor klachten wel eenige grond bestaat, doch dat de behoefte inderdaad zoo groot niet. Bjj zou al veel verkregen achten als zonder betalen de brieven werden afgegeven aan hen, die Z9 komen afhalen. Dhr. Van der Leeuw verklaart dat de behoefte wel groot is en voert als een bezwaar tegen het afhalen aan, dat iemand menigmaal te vergeefs naar het postkantoor zal loopen, omdat er voor hem geen brieven zgn aangekomen. Dhr. Ochtman gei ft in overweging te wachten tot er een nieuwe postdirecteur is. Hiermede namen alle diecassies een einde en ging de openbare vergade ring over in eene met gesloten deuren. Na heropening der vergadering werd nog het le suppletoir kohier van den 5. O. vastgesteld op een bedrag van f 365,79 met een getal van 30 con- tribuabelen. Marktberichten. MIDDELBURG, 5 Augustus 1897. Er was heden uit Walcheren een goede aanroer ran Tarwe en Koolzaad ter marlet, terwyl ook van nieuwe Rogge, Winter en Zomergerst enkele partijtjes ter reil waren. Andere artikelen niet aai geboden. Walch. Tarwe werd in puike soort van f 7 tot f 7,10 gekoeht. Nieuwe Rogge blank van kleur, doch niet groot van korrel werd met f 4,50 betaald, dito Wintergerst van voldoende qualiteit bracht f 4,50 op, dito Zomergerst ook van goede qualiteit f 4 50. Nieuwe groene Kook-erwten nog niet aangeboden, a. s. week kan men daarvan de eerstelingen ter markt verwachtsn, evenzoo dito Kroon-erwten In Witte Boonen ging niets om en worden f 9,75 nominaal genoteerd. Bruine Boonen zonder handel. Paardenboonen opgeruimd Nieuw Winter koolzaad hield men algemeen op f 11 tegen biedeDS. prijzen van f 10,50 waarvoor evenwel niet veel werd afgegeven. Boter f 1,15 l 1,25 per K.G. Eieren (8,10 de 100 stok». kalm antwoorddeJa, gjj hebt geljjk, Excellentie, dat is de loop der wereld niemand zal mjj schel den. Velen zullen mjj benjjden als de begunstigde van een vorst, als een beroemde kunstenares. In de wereld schaadt het niet als men openlgke gunst van een vorst geniet, integendeel men vindt dat pikant, interessant. ïk dank u voor nwen goeden raad. Nu weet ik wat mjj te doen staat." Zg keerde zich om, met het doel te vertrekken. De generaal hield haar terug en vroeg »Elsie, gjj zgt toch niet boos op mjj Zeker niet, Excellentie, gg hebt mg de oogen geopend. Vaarwel." Jnist toen zjj wilde heengaan werd de deur geopend en trad ritmeester Von Hannecken binnen. Ver baasd bleef hjj staan, toen hjj Elsie zag. >Ha, gg hier, juffrouw Elsie?" vroeg hjj haar met een spotachtigen lach. »Dan kan ik ook van u nog afscheid nemen." Afscheid vroeg de generaal. >Ja, papa. De hertog reist nog hedenavond naar Berljjn men spreekt van een aanstaande verloving niet waar, juffrouw Elsie, een belangrjjk bericht Elsie werd bleek en schrok of zjj door een dolk steek werd getroffen, doch zjj verzamelde al hare krachten, opdat de ritmeeBter niet zou bemerken weiken verpletterenden indruk deze tjjding op haar maakte. >Ik dank u voor de mededeeling, mynheer de ritmeester, en wensch u goede reis." Zjj wist nauweljjks wat zg zeide. Met opgeheven hoofd ging zg de deur uit. De generaal wilde haar A. s. Zondag 8 Augustus hoopt onze geliefde moeder JANETJE DKIJGERS, wed. 0. van der Bliek, haar 80,te» geboortedag te vierm. Namens hare dankbare kinderen, behuwd- en kleinkinderen. N. KOOMAN. J. C. KOOMAN- Van der Bliek. Inrseke, 7 Aug. 1897. Getrouwd Jb. VISSER en P. J. CAPPON, die, mede namens wederzjjdsche familie, hunnen hartelgken dank betuigen voor de bewgzen van belangstelling, bjj hun bnwelgk ondervonden. Goes, 6 Augs. 1897. Getrouwd K. J. BLOK VAN LAER eu J. M. M. JAGER GERLINGS. Haarlem, 5 Augustus 1897. De heer en mevrouw BLOK VAN LAERJager Gkklings betuigen hunnen bartelgkeu dank, voor de vele bewijzen van belangstelling, bjj hun huweljjk on dervonden. Voorde bewjjzen van deelneming, ontvangen bjj het overljjden van onze geliefde zuster en behuwdzuster CARO LINE JACQUELINE HENRIETTE DE VEIJE, betuigen wjj onzen bartelnken dank. GoeB, 6 Augustus 1897. M. F. S. HARTING DE Vkije. F. HARTING. voor het Burgerlijk Armbestuur te Ooes des voormiddaga te 9 ur*n te Ierseke in het hotel Oester beurs", vaa 91 rBBCHHLillV in de gemeenten Terseke en Schoreen JU. dei namiddags te 3 uren te Krab' bendijkeia de herberg bjj D. Krijger, van 17 PKHCKWLKV in de gemeenten Krabbendijke en Waarde. Informatiëa zgn te bekomen ten kan tore van den secretaris-penningmeester, den heer E. VAN DEN BOSCH en Nota ris J. M. PILAAR, beiden te Goes. 2.1150 Hectaren in Iersekebezuiden den Westweg, met WAQH.AS van ditjiar. Vroeger ïd pacht bjj J. J. Buijsrogge fhars te ffanswiert. Inschrjjvingsbiljetttn in te leveren ten kantore van Notaris PILAAR vóór don 18 Augs. a. 8. volgen, doch zjjn zoon hield hem terug. >Laat haar maar gaan, papabet ii het beste zoo het moest toch zoover komen 1" Dezelfde gedachte vervulde ook Elsie, toen zjj is den donkeren herfstavond voor het huis van den generaal stilstond. Langzaam ging zjj verder door de straten. Zjj ontmoette slechts weinig memchen, die haastig naar hun woning of naar bun werkplaats gingen. Elsie richtte hare schreden naar het «lot, doch wilt zelf niet waarheen zjj ging. Plotseling bleven een aantal menschen op de straat staan en keken naar een gesloten rjjtnig, dat in draf van het slot kwam, met een voorrjjder voorop. Een tweed* wagen met goederen geladen volgde. Elsi« ver school zich in de Bchaanw van een huis: zjj her kende de hertogeljjke equipage. >De hertog vertrekt" hoorde zg een man naaBt haar zeggen. «Zoo spoedig?" >Ja, hjj is eerst heden tot de reis besloten. Er moeten gewichtige berichten uit Berljjn gekomen zjjnik hoorde het van een hofbeambte Het hertogeljjke rjjtuig vloog voorbij. Het licht van een straatlantaarn viel er inElsie herkende den hu tog, die er neerslachtig uitzag. De menschen gingen verder, doch Elsie bleet balf bewusteloos leunen tegen den kouden, vochtigen muur van het huis. Slechts één gedachte vervulde haar met bitter heid hjj heeft baar verlaten bjj is niet tot baar gekomen het sprookje van de «armhuis-prinses" was ten einde. Wordt vervolgd

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1897 | | pagina 2