1896 N°. 108. Zaterdag 12 September. 83su' jaargang. FEUILLETON. Luitenant Von Schollermark. De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond, uitgezonderd op feestdagen. Ii"'*x '3jz±^ Prjjs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, f 1,75. Afzonderljjke nommers 5 cent; met bgblad 10 cent. Behalve aan onB Bureau worden Abonnementen en Advertentiön voor dit blad aangenomen bjj de heeren Nijgh Va.n Ditmar te Botterdam en verder bjj alle Boekverkoopers en Brievengaar dors. Iniendlnf van advertentlën vier 9 «ren op don dag De prgs der gewone advertentiön is van 1-5 regels 50 cent, eiken regel meer 10 ctt- Bjj directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prgs slechts tweemaal berekend. Geboorte-, huweljjkf- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 110 regels a f 1,berekend. Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 rogels beslaande en contant betaald 20 o Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel, der nltgave. GOESCHE COURANT. GEEST DES TIJDS. De mecschen veranderen en met hen de wgze, waarop zg zich voordoen, of eigenljjk bestaat de waargenomen verandering voor het grootste gedeelte slechts in den uiterlgken Bcbgn do innerlijke rnensch bljjft dezelfde en is dezelfde gebleven door alle eenwen heon in zjjn streven naar geluk, wat het geesteljjk leven, naar maatschappelijke welvaart wat het stoffelijke betreft. De middelen, waardoor hjj streeft, verschillen met den tijd. Wjj willen ons hier niet bezig honden met het geestelijk, doch een oogenblik verwjjlen bjj het stoffelijk leven. De meeste en grootste veranderingen vallen waar te nemen, waar de meeste individuen te zamen zjjn, in de groote steden das; de minste wijzigingen hebben plaats op de meest afgelegen, afgezonderde plaatsen. Waar de Marker visscher van voor honderd jaar, kon hjj plotseling te midden der tegenwoordig levenden terugkeeren, zich onmiddelljjk zon thuis gevoelen, de kleederdracht herkennen en in de in richting der woniDgen bjjna geen verandering op merken, daar zou stellig een Amsterdammer, wiens stoffeljjk overschot een eeuw geleden met officiëele huilebalken en per slede grafwaarts gebracht werd, groote oogen opzetten, indien hem een kjjkje in het tegenwoordige Amsterdam verleend werd. Hg zou meenen in een geheel vreemde wereld verplaatst te zjjn en het zou hem waarscbjjnljjk in die nieuwe wereld weinig bevallen, niet zoo zeer misschien om dat er trams rjjden en nieuwe straten zjjn aangelegd en vele andere uien we zaken zjjn ingevoeld, waar van de bruikbaarheid, het gemak en zelfs het wel- uitgerekend voordeel niet vallen weg te redeneeren, maar hoofdzakelijk omdat de beginselen, die hem altjjd toegeschenen hebben onwrikbaar en de eenig goede te zgn, bjj al dat nienwe met voeten getreden wor den, terwjjl vaak de tegenovergestelde in weikeljjk- heid of schjjnbaar worden toegepastin Óen woord hij zou zich in die vreemde wereld zeer onbehagelijk gevoelen uit ergernis over den geest des tjjds, dat iB het totaal van beginselen, waarnaar de menschen in zekeren tjjd zich gedragen. Verondersteld, wjj hebben te doen met een van die rjjke kooplieden, die eertjjdi zich huizen lieten bouwen, paleizen noemt men ze wel eens, aan de Heeren- of Keizersgracht, waarin schatten van geld werden verdiend en waarvan de Boliede bouworde den tand des tjjds heeft doorstaan. Het is best mogeljjk, dat onze vriend van vóór honderd jaar zjjn eigen, eerijjken naam nog aan de deur vindt en binnenskamers gekomen een naneef ontmoet mogeljjk is het zelfs, dat het huis nog steeds in hetzelfde artikel handel drjjft en dezelfde relaties in Oost en West, in Zuid en Noord heeft onder houden. Het huis als handelsfirma is hetzelfde gebleven zgn reputatie is big ven bestaan als een rots te midden van elke crisis, door omwentelingen heen, en zgn onkreukbare trouw is thans spreek- woordelgker dan ooit. Wjj willen onzen uit den dood teruggevoerde niet al te zeer schokken en nemen de omstandig heden zoo gunstig mogeljjk. Maar met deze vooropgestelde geljjkheid houdt nu ook alles op. V Ofschoon er weinigen onder onze lezers zullen zgn, die nooit Amsterdam zagen wat een Goese- naar van vóór honderd jaar ook vreemd in de ooren zou klinken 1 willen we toch even zoo'n huis op de Keizersgracht bekjjken een koop mans- Naar het Duitsch van E. Berger. Wolf keek in het prachtige lokaal rond, maar Lothar was niet te vinden. Zjjn oog viel op een tafel in een stil, verborgen hoekje geplaatst en waaraan graaf Bilhl en heer von Sorgveld gezeten waren. Toen zjj hem zagen, wenkten zjj hem bjj hen te komen zit ten. Hg deed het en zette zich na wederkeerigen groet neder. »Waar zit Emmerstein vroeg hg. >Hg moet Mietzi naar den schouwburg brengen. De kleine is altjjd uit haar humeur, als hg haar dien dienst niet bewjjst. Maar daar komt hjj aan." Hjj was in politiek, zooals de anderen. Nadat hg binnengekomen was, zei graaf Blihl>Wat zie je er vandaag melankoliek uit, kameraad Heeft juffrouw Mietzi uw goede stemming bedorven Lothar bromde verlegen iets in zgn baard. »Weet gjj, Emmerstein neem me niet kwaljjk hoe zulke meisjes in een goed humeur te brengen zjjn? Koop haar een brillanten armband." Dit gezegde vrool jjkte Lothar weer op en het ge- huis, zooals het in het begin en in de eerste helft dezer eenw algemeen genoemd werd. Het geljjk- vloerschc gedeelte was eigenljjk altjjd eenigszins in den vorm van een sous-terrein, zoodat men een paar treden af moest om van de Btraat erin te komenhet was voorzien van een afzonderljjken ingang. De eigenlgke toegang tot het huis was op de hooge stoep, die als een sta-in-den-weg aan het geljjkvlofcrsohe gedeelte veel licht benam. Op die hooge stoep kreeg men toegang tot het eigenlgke woonhnis en niemand dan wie tot de vrienden be hoorde werd er toegelaten. Dat eigenlgke huis be stond uit twee gedeelten, een vóór- en een achterhuis door een binnenplaats gescheiden. In het achterhuis was de zaaldie alleen bjj zeer feestelgke gelegen heden gebruikt werd. De bovenste verdiepingen werden als zoldersals pakhuizen gebruikt, reden waarom nog aan elk huis een hjjschtoestel ver bonden is. Wjj willen niet in bijzonderheden treden en spre ken over de veranderde inrichting, de nieuwe meu belen, de kostbare tapjjten en wat van dien aard is we willen spreken over wat onzen man hinderen zou en zgn geloof aan de beginselen schokken. De koopman van 100 jaar geleden deed zgn zaken in het sous-terrein, laag van verdieping en slecht verlicht; zgn kantoor bevatte geen enkele geriefe- ljjkheid en niet meer dan de noodige ruimte voor lessenaars, tabourets en kasten voor de boekende vloer was meestal een steenen. Zgn koopwaren borg hg in zgn eigen huis en hg gebruikte slechts het hoog noodige ervan voor bewoning; maar dat bewoonde gedeelte was een heiligdom en de hooge Btoep het teeken van de moeieljjkheid om tot dat heiligdom door te dringen. Het was als wilde hg in alles deze beginselen uitdrukken als ik werk, heb ik geen ander doel dan te werken, al wat mjj daarvan zou afhouden, verwjjder ik; als ik geld verdien, doe ik dat op de minst kostbare wjjze en richt dus alles zoo eenvoudig mogeljjk in; mjjn ge zin moet hetzelfde doel hebben als ik, en dus gaan de zaken vóór alles en indien de zaak eenige onge makken meebrengt voor de personen, dan moeten de personen zich schikkenmaar na gedane zuken sluit ik mjjn kantoor, houd ik op koopman te zgn en behoor ik aau het huiselgk leven. Welnu in dat alles ia door den geest des tjjds verandering gebracht. Het onde kantoor is bergplaats van keukenge reedschap, hoogstens keuken gewoidende zolders zgn in net gemeubileerde kamers veranderd en waar het eenigszins kon is de hooge 6toep ver dwenen. Mijnheer heeft zgn kantoor ergens, en de koopmans-goederen ergens andersmaar zgn huis met zgn tal van ongebruikte kamers, met zgn schatten aan meubels en andere kostbaarheden is, als het niet leegstaat terwjjl de familie naar buiten is, alleen de plaats, waar van t jjd tot tjjd het gezin bijeenkomt, kleine visites worden ontvangen en waar men slaapt. Feesten geeft men niet meer in eigen zaal, maar in een of ander publiek gebouw, dat beter daartoe ingericht is. Deed de oud-oom het met zoo weinig mogeljjk, de naneef schjjnt als be ginsel te stellen aan de wereld te toonen, dat hij verbazend veel, meer dan anderen noodig heeft een groot kantoor, keurig gemeubeld en van alle gemakken der weelde voorzienmet handelswaren kan hg zich niet bemoeien, die moeten maar ergens opgeborgen worden alles moet aanduiden, dat de zaak groote uitgaven permitteert, alles moet grootsch heele gezelschap was nu gestemd om kaart te spelen. Speelt gjj gaarne kaart?" vroeg Sorgveld aan Lothar. Eigenljjk niet, want ik verlies meestal," bekende hjj openljjk. »Bjj écarté kan men niet veel verliezen en vrouw Fortuna is een grillige dame", lachte Sorgveld en het spel begon. De inzet was betrekkeljjk hoog, maar den drie heeren was het onverschillig of zjj wonnen of verloren. Zjj speelden maar voor tijd- verdrjjf. Wolf was verstrooid; het spel was niet naar zgn smaak en hjj speelde Biechtin korten tjjd had hg veertig mark verloren en was zgn beurs leeg. Half boos wierp hjj de kaarten weg en wilde niet meer spelen. Zgn kameraden lachten en Lothar, die het meest gewonnen had, deed afstand van zjjn aandeel en liet er madera voor komen. Natunrljjk volgden de beide andere heeren dit voorbeeld en er ontstond weldra een drinkpartg, waarbg de wjjn aller verstand benevelde. Plotseling fluisterde Lothar aan Wolf's oor: »Zoo even ging majoor Brandt voorbjj onze tafel en hg keek in het bijzonder naar u." Wolf werd rood en bleek te geljjk. Was het werkelgk Brandt?" >Ja, met twee oudere officieren, die zoo even heel dicht bjj ons zaten." Deze ontmoeting van den majoor was voor Wolf zjjn en het gezin heeft met de zaken niets te maken, het heeft er zich niet mee te bemoeien en behoeft er geen lasten van te dragen. Zie, het zon den man van voor honderd jaar ge weldig hinderen in plaats van zuinigheid van beheer en opoffering van gemak de zucht op te merken om alleB zoo veel mogeljjk te laten kosten en om zooveel mogeljjk het zich aangenaam te maken. We willen niet kiezen tusschen de leidende begin selen bg het zaken doen honderd jaar geleden en nu we willen alleen constateeren, dat die leidende beginselen bestaan voor den beschouwer en we willen er bg voegen, dat o. i. zoowel aan de eene als aan de andere zgde de scbgn soms bedroog en bedriegt Al dadelgk zeggen wy, dat de tgdgeest langzamer hand ontstaat en niet door too verslag in het leven wordt geroepenin de tweede plaats merken we op, dat zoowel voor 100 jaar als nu de gevolgde beginselen algemeen waren en dat onze man van nu in dit opzicht met zgn voorganger in zoover gelyk staat, dat hg doet, zooals allen doen. Zijn nu door den tgdgeest de beginselen werkelgk veranderdwg wezen reeds erop, dat de scbgn kan bedriegen. Wg ineenen van niet; alleen de vorm van toe passing is gewjjzigd. De koopman in zgn kleine bedompte kantoortje was en bleef daar, ook al was het komkommer tjjd en al verveelde hg zich bg gebrek aan zaken voor het oogenblik, omdat een eventueele bezoeker uit zjjn »daar niet zjjn" nadeelige gevolgtrekkingen ge maakt zou hebben, die zgn crodiet schade konden doen en hjj hield zich zooals tegenwoordig nog gebruikeljjk is onder de Israëlieten, die geen bankier zgn klein, om de gedachte voedsel te geven, dat wie nog weinig bezit g verig isdat was de toen malige manier om ruim crediet te krjjgen en de bandelaar heeft veel meer bshoefte aan crediet dan aan contanten. Tegenwoordig en wg zeggen volstrekt niet, dat dit een wezenlgke vooruitgang is is de weg om crediet te krygen een andere, hoewel niet (wg willen dit herhalen) een tegenovergestelde. De weg is tegen woordig man van groote zaken te schijnen en hier- overeenkomstig handelt wie het worden wil. Nu maakt de behendige speculant daarvan gebruik door dat schijnen gemakkolgk te maken. Hg bouwt groote huizen, paleizen in den rechten zin van het woord, met prachtige gevels en een indrukwekkend voor komen. Die huizen verdeelt hjj in zeer veel afdee- lingen en elk dsrgenen, die willen toonen den tgdgeest te begrgpen, huurt een afdeeling, zet zgn naam op het bord aan den ingaag en hoewel dik wijls de rnimte, die hg gebruikt, veel beperkter is dan die in zgn eigen huis ongebruikt blyft, maakt bg in dat paleis een veel beter en veel gewenscbter indruk dan hg in zgn eigen woning doen zou. In den grond van de zaak offert hg zich echter veel meer op, dan zgn voorvaders dedenja het gebeurt vaak, dat hg zich op zgn kantoor tevreden stelt met een van huis meegenomen broodje en een kop koffie van den concierge, terwjjl zgn voorvader aan een goed voorziene, recht huiselgke koffietafel plaats nam, waarbg niemand hem stoorde. Die opoffering geschiedt ten bate van het credietj de begeerte dat te hebben is, als honderd jaar geleden, het eenige leidende be ginsel. De koopman van heden vraagt evengoed als die van vóór 100 jaar wat kost me het minst en waar- zeer onaangenaam. Als hg morgen eens een beris ping van hem kreeg? Zyue beoordeeling van het gedrag zjjner leerlingen was zeer streng. Hg was zelf een voorbeeld van alle deugden. De vrooljjke stemming van Wolf was opeens ver dwenen. Hg trok zgn horloge uit den zak en zag dat het middernacht was. Als hg oumiddellgk naar huis ging kon hg nog uitslapen en morgen frisch aan den arbeid gaan. Hg stond op, zgn kameraden wilden hem houden, maar hg verontschuldigde zich en zei dat hg plichten te vervallen had en ging naar huis. In zgae opgewondenheid verwenschte hg dezen avond; meer dan zestig mark had die hem gekost. Lichtzinnig had hg de zuur opgespaarde gelden zjjner moeder in spel en drank verbrast Hg zwoer dan verderfelgken omgang met Sorgveld en Blihl af te brekenhet verkeer met hen paste niet voor hem en kon hem wel eens noodlottig worden. Gelukkig was het nog niet te laat den gevaarlgken weg, waarop hg den eersten stap had gezet, weder te verlaten. Een rustige slaap bad zgn zennwen weer tot be daren gebracht en des voormiddags was hg weer juist op tgd ia de artillerie-school, maar hg was verstrooid en mat door de opgewondenheid der laatste nachten. Hg gevoelde, dat hg vandaag niet tot ge- van heb ik het meeste nut En dan valt het niet te ontkennen, dat het hebben van een kantoor in de onmiddellgke nabjjheid van andere bg de versnelde manier van zaken doen voordeel oplevert, terwjjl het zich vereenigen tot het inrichten van een gebouw in de gelegenheid stelt voor dezelfde kosten veel meer gemakken te hebben. Dat het genieten van die gemakken der weelde op zich zelf gevaarlgk is, spreken wg niet tegen en daarom twgfelden wij hieiboven aan den werkelgken vooruitgang, maar dat gevaar is individueel en niet een noodzakelgk gevolg van den geest. Wg zien hierin precies hetzelfde om niet altgd bjj onzen koopman te big ven als wat wg zien in de ver bazende vlucht, die de kleeding van den burgerstand genomen heeft in de laatste jarenhet is in de groote Bteden en ook wel op kleinere plaatsen bjj na niet meer mogelyk de dienstbode van de meesteres te onderscheiden, tenzg men genoeg verstand van manufacturen, lakens, stroo en vet ren hebbe om de imitatie van het echte te onderscheiden. De kunst van het imiteeren is zoo groot en strekt zoo ver, dat de dienstbode voor niet meer geld dan zjj vroeger besteedde voor haar veel eenvoudiger kleedg, thans gekleed kan gaan als haar mevrouw. Of dat verkeerd is Juist op dezelfde wjjze als bet genieten van weelde gevaarlgk kan zgn, loopt men, waar verhou dingen in het uiterlgk verdwgnen, gevaar voor ver gissingen in het wezen der zaak, en waar de scbgn de plaats inneemt van degelgkheid, dat is van wer- kelgke, ware feiten, wast demoralisatie. Als wg in éen woord het verschil in den tgdgeest van nu en van voor honderd jaar zonden omschrgven, dan zou den wg willen zeggende fout van beiden was, dat men schijnen wilde, wat men niet wasvcór een eeuw trok men zich zeiven wat naar beneden, nu naar boven. Of er ooit een geest des tjjds zal komen, die den menschen den nuttigen wenk geeft, zich juiBt te plaatsen, daar waar men behoortweten wg niet maar wie wgs is, doet het, zg het in strgd met den tgdgeest. GOES, II September 1896. Tot sluiting der gebonden Floralia-ten- toonstelling werd verleden Woensdagavond door de harmonie >Euphonia" in» den tuin der sociëteit V. O. V. een concert gegeven, waarbg een groot aantal bezoekers, meest leden van •Volks vermaken," contribuanten aan »Floralia" en inzen ders van planten, tegenwoordig waren. Ongetwgteld zullen allen daar een aangenamen avond hebben doorgebracht door te genieten van de goede muziek en van de gezelligheid, die er heerschte. In de pauze werden de prgzen en premiën uit gereikt aan hen, wier inzending is bekroond. Al vorens tot de uitreiking over te gaan sprak de voorzitter der commissie voor >Floralia," dhr. A. Neter, een toepasseljjk woord, waarin hij de aan dacht vestigde op het nut van bloemen kweeken en o. a. zeide dat liefde voor bloemen de schen dende hand terughoult van het beschadigen van gewassen, zoodat ook onze plantsoenen daarvan voordeel kunnen hebben. Voorts dankte hij dhr. F. Q. C. den Hollander voor al het goede, dat hjj voor •Floralia" heeft gedaan en die, al behoort hg niet meer tot de leden der commissie, zich ook nu nog tegenover de afdeeling niet onbetnigd laat. Nog bracht spreker de ontbinding der Vereening voor Volksvermaken in herinnering; hg hoopte dat haar noegen van den instructeur zou kunnen werken. Toen hg na den schooltgd naar huis zou gaan, stond plotseling majoor Brandt voor hem en zei >Gg zoudt beter doen, luitenant, hier naar uw ver mogen uw plichten te doen dan uw tgd te ver beuzelen in spel en kroegloopen. Verkeert gjj veel met baron [Emmerstein Wolf keek hem een oogenblik met strekken blik aan alsof hg zeggen wou: >dat gaat u heelemaal niet aan"; doch hg stond tegenover ean meerdere en moest dus z wjj gen. Na antwoordde hg militaire- ment met de hand aan de sabelJa wel, majoor." »Ik zie u ook veel met de officieren graaf Rü'hl en vrjjheer Von Sorgveld. Die heiren zgn zeer rgk en leven op grooten voetzjj kunnen zich dat ver oorloven, maar gjjWeet gjj wel, Schollermark, dat ik het goed met n meen? Het doet mjj leed, dat gij hier zulk ean omgang gezocht hebt." Majoor, luitenant Emmerstein is mjjn intiemste vriend reeds sedert mgne cadettenjaren" antwoordde Wolf. »Het verkeer met de andere hoeren is zeer toevallig. Ik weet, dat ik spaarzaam en soiiede moet leven. Mjjn moeder is een arme weduwe en ik heb haar te lief om haar leed te veroorzaken over een lichtzinnigen zoon." De majoor gaf ham da hand en sprak nog eenige welwillende, deelnomen le woorden tot hem met

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1896 | | pagina 1