1896 N°. 106.
Dinsdag 8 September.
83slc jaargang.
i2) FEUILLETON^
Luitenant Von Schollermark.
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond,
uitgezonderd op feestdagen.
Prjjs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, f 1,75.
Afzonderlijke nommers 5 cent; met bjjblaö 10 cent.
Behalve aan ons Bureau worden Abonnementen en Advertentiön voor dit blad
aangenomen bjj de heeren Nijgh Van Ditmaiz te Botterdam en verder
bjj alle Boekverkoopers en Brievengaarders.
De prijs der gewone advertentiën is van 1-5 regels 50 cent, eiken regel meer 10 et*
Bjj directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs
slecbts tweemaal berekend.
Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 110 regels a f 1,berekend.
Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald 20 c
Aanvragen om en vermeldmg van liefdegaven 5 cent per regel,
Innextdflnff vau advertentiên véo* wren op den da» der uitgave.
G0ESCHE
COURANT.
Algemeen Overzicht.
Het eerste gedeelte van de rondreis door Europa
van den Czaar vau Uunland is op bevredigende
wjjze geëindigd. Het verbljjf van Nicolaas te Wee-
nen werd niet alleen opgeluisterd door een reeks
van schitterende feesten, maar het gat gelegenheid
om op de meest ondubbelzinnige wijze de vriend
schappelijke betrekking te doen uitkomen, die tus-
schen de beide hoven en do beide rijken bestaat.
Deze goede verstandhouding mag beschouwd worden
nis een hechte waarborg voor den wereldvrede en zij
verschaft daarom een zekere geruststelling met het
oog op de laatste oorlogzuchtige bewegingen in het
Oosten.
Het rechtstreeks doel van de reis des Keizers
tchjjnt Weenen te zijn, waar men tegenwoordig den
oprechten wensch koestert de vredelievende betrek
king tusBchen Oostenrijk Hongarije en Rusland be
vestigd te zien. Ruslands politiek is, in tegenstelling
met vroegere jaren, thans geen raadsel meer. Het
programma van zjjn politieke handelingen is aan
Europa volkomen bekend, en dientengevolge mag
men aannemen, dat Oostenrijk met deze politiek
rekening houdt en er geene bedoelingen bestaan, die
met het streven der Russische regeering in strijd zjjn.
Van Weenen heeft de Keizer zich begeven naar
Kiew om daar de onthulling van het gedenkteeken
van Keizer Nicolaas I en de inwijding van de St.
Wladimir-Kathedraal bij te wonen. Deze kerk, nit
bjjdragen van het gansche Russische volk opgericht,
is gewijd aan het aandenken van den eersten Chris-
teiyken vorst van Rusland, Wladimir. Monomach,
die, niet met vuur en zwaard, maar door liefde en
zachtmoedigheid de Christelijke leer in Rusland
invoerde.
Zaterdagmorgen is het Ozarenpaar aangekomen te
Breslan, de hoofdstad van Silezië en daar plechtig
en luisterrjjk ontvangen door den Duitschen Keizer
en Keizerin. Ook de begroeting der bevolking was
zeer geestdriftig. De praal en drukte, aan een ont
moeting van gekroonde hoofden verbonden, zjjn dit
maal nog des te grooter, omdat met die ontmoeting
de groote najaarsmanoeuvres samenvallen.
De Ozarin schjjnt geen weerstand te knnnen bie
den aan de drukte en de vermoeienissen, aan zulk
een tocht verbonden. Haar ljjfarts, dr. Hirsch, moet
met veel nadrnk hebben verklaard, dat hjj een verdere
deelneming aan de rondreis van haar gemaal zeer
onraadzaam acht, zoodat Keizerin Alexandra hoogst
waarschijnlijk, hetzij op een rustige badplaats, hetzjj
op een der Russische lustverblijven, het eind van
den zomer zal gaan doorbrengen. Zjj komt das, tot
groot leedwezen der Franschen, niet te Parjjs.
De plotselinge dood van Vorst Ijobaiiof komt
een droevige schaduw werpen op het genoegen, voor
den Czaar aan deze rondreis verbonden.
Het verlies van dezen uitstekenden leider van de
bnitenlandsche politiek in Rnsland wordt algemeen
betreurd, als van iemand, die voor Rnsland moeiljjk,
ja misschien nooit geheel zal te vervangen zjjn, en
beschouwd als een zware slag voor den jeugdigen
Czaar, die in hem een raadsman bezat, zooals bjj
zich geen beter had kunnen wenschen. In hem is
de steun, dien zjjn rjjke ervaring nog langen tjjd aan
den Czaar had kunnen schenken, den vorst op eeris
ontvallen en deze kan nu slechts beproeven zelf
Naar het Duitsch van E. Beeger.
De wereld leek Wolf na niet meer afgrjjseljjk.
Hjj liep wat op en neer, ontmoette vele kennissen
en ging een koffiehuis binnen om daar te soapseren.
Na lang gebrek geleden te hebben, wilde hjj het er
weer ee"8 van nemen. Hjj nam plaats aan het ven
ster, stak een havana op en bestudeerde de wijnkaart.
Daar klopte hem iemand op den schonder; het was
baron Emmerstein, die intnsschen binnengekomen
wa3.
«Treft men u eindeljjk weer eens aan," lachte
hjj> »gö hebt waarachtig vier weken lang op uw kast
gezeten als esn kluizenaar."
»Ik had er ook reden toe", antwoordde Wolf en
klopte de asch van zjjn sigaar.
«Daar t wijf al ik ook niet aan," hernam Lothar,
»maar ziet gjj niet in, dat dat eeuwig studeeren u
lichameljjk engeestelgk ruineert? Wees verstandig,
mjjn jongen, geniet het leven, geljjk wjj doan. Word
toch geen werkezel, dat heeft nog nooit doel ge
troffen. Het eenige ware is: Galak hebben in de
wereld en het ferm bjj den kop pakken als het zich
aanbiedt, er geduldig op wachten is gekheid. Dat
is mjjn levensphilo3ophie en daar ba vind ik mu
wel bjj."
verder den weg te vinden, dien zijn leidsman hem
in begiüsel heeft aangewezen.
Vorst Lobanof bekleedde het ambt van minister
van binnenlandsche zaken sedert 11 Maart 1895.
Toen hjj als hoofd van dat departement optrad, had
bij reeds een langdurige politieke loopbaan achter
zich het laatst als ambassadeur te Weenen en te
Berlijn. De korte tijd, van anderhalf jaar, gedurende
welken hij als minister fungeerde, werd gekenmerkt
door voorbeeldeloozen voorspoed.
Met de waarneming van Lobanofs functiën, tot
dat zijn opvolger zal zijn opgetreden, is belast de
vice-minister Schischkin, dezelfde, die ook de zaken
van het departement heeft bestuurd in het tijdvak
tnsschen den dood van Von Giers en Lobanofs op
treden (26 Januari11 Maart 1895).
Het Cretw-vraagstuk heeft in de voorgaande
week niet bijzonder de aandacht getrokken. Na de
door de mogendheden aan den Sultan gestelde voor
waarden tot vrede ichjjnt in naam de storm wat
tot bedaren gekomen te zjjn, doch inderdaad is
daarvan nog niet veel te bespeuren. De geloofwaar
digheid der berichten daaromtrent is afhankelijk
van de bron, waaruit deze komen. Volgens een te
legram, te Londen ontvangen, bestaat het vooruit
zicht dat er verbetering komt; de mogendheden
zijn het eens geworden en wanneer die eensgezind
heid bljjft bestaan, zullen er misschien nog voor
spoedige dagen voor den Sultan aanbreken. Uit
Canea echter wordt bericht, dat de Muzelmannen
en ook de Christenen op Candia de voorgestelde
regeling hebben van de hand gewezen en dat voort
durend talrjjke en ernstige troebelen blijven te
duchten. Het Cretenzer bestuur doet evenwel alle
moeite om onlusten te voorkomende muren van
Candia zjjn bedekt met plakkaten, waarop wordt
meegedeeld, dat den Muzelmannen bet dragen van
wapenen verboden is, doch niettegenstaande alle
voorzorgsmaatregelen, worden de gevechten met
enorme woede en hardnekkigheid van weerszjjden
voortgezet.
Geljjk bekend is heeft de saltan de door de mogend
heden ingediende voorstellen goedgekeurd en de
gezanten hebben daarvan terstond kennis gegeven
aan de consuls te Canea. Bjj zjjn goedkeuring heeft
de Porte nog als voorwaarde gesteld, dat de her
vormingen eerst in werking znllen treden, als de
Cretenzers de vjjandeljjkheden hebban gestaakt, en
dat dit nog niet is geschied blijkt wel daaruit, dat
de gouverneur van Creta nog een bataljon versterking
heeft aangevraagd. Het ligt ook voor de hand, dat
de onlnsten niet op eenmaal te dempen zjjn, want
de haat tnsschen Mahomedanen en Christenen is te
groot dan dat eenig besluit, door wien ook genomen,
bjj machte zou zjjn plotseling den bestaanden haat
te vervangen door eendracht en raenschlievendheid.
Iu de hoofdstad van Brazilië en in de provincie
San Paulo zijn daden van geweld gepleegd tegen
Italiaansche immigranten en ofschoon die daar niet
herhaald zijn, hebben zij toch elders navolging ge
vonden. Zoo werden te Bahia, de hoofdstad der
provincie van dien naam, ongeregeldheden gepleegd,
waarbjj hst wapenschild van het Italiaansche con
sulaat werd afgerukt.
De aanleiding tot deze onlnsten moet gezocht wor
den in den laatsten burgeroorlog, waarin ook de
Italianen de ljjdende partjj waren. De Italiaansche
>Gjj moogt geljjk hebben, beste Lothar, maar met
mij is het anders gesteld dan met u. Ik moet wer
ken om vooruit te komen, terwjjl gij reeds in uw
wieg geluk hadt. Wat weet gjj van zorgen, die het
hart drukken, van geldgebrek en van schulden. Dat
alles kent gij niet, maar ikIk heb het nog kort
geleden ondervonden, dooh die smart is na weer
geledendaarom wil ik vandaag weer recht fideel
met u zjjn. Wat zullen we drinken?"
>Ik denk eerst Chateau Lafitte, dat is een goed
merk. Daarna nemen we Pommery Greno die maakt
lustig en vrooljjk ik heb het meermalen geprobeerd.
«Net zooals je wilt. Eo wat eten wjj, warm of
koud
De beide offioieren bestelden oen maaltjjd, bestaande
uit de fijnste spjjzen, die de hotelhouder op dat
oogenblik kon voorzetten, en kenken en kelder waren
goed voorzien. Terwjjl zjj aan het eten waren, kwa
men graaf Rühl en de eerste luitenant Sorgveld
binnen en namen ook plaats aan tafel.
Weten de heeren ook wat het laatste wachtwoord
is?" vroeg graaf Rühl, met glinsterende oogen en
gaf zelf ten antwoord«Schaatsenrijden. Daarvan
honden de dames nog meer dan van een bal. Er wordt
weldra een jjsfeest gegeven met electrisch licht. Het
zal verrukkeljjk zjjn. Nemen de heeren er aan deal
Lothar stemde toe, maar Wolf weigerde.
«Neen, schaatsenrijden en op het jjs dansen ljjkt
mjj ook niet; ik vind het een kolossaal ordinair
genoegen," meende Sorgveld. «Wanneer gjj een cir
cus wilt oprichten ben ik n v mm. Ik zal dehüge
regeering trok zich hun lot aan en verlaDgde dat
de schade, hun aan lijf en goed toegebracht, zon
worden vergoed. De Braziliaansche regeariDg beloofde
schadevergoeding en kwam met die van Italië overeeü,
dat aan den president der Vereenigde Staten zou
worden opgedragen als scheidsrechter te beslissen
omtrent de rechtmatigheid der begeerde schadeloos
stelling, doch da eisch werd ontzegd, op grond dat
de beweging slechts door opruiers was veroorzaakt,
waarna opnieuw tot dalen van geweld werd over
geslagen. Met recht heeft de Italiaansche regeering
voldoening gevraagd en wil een eind gemaakt zien
aan het treurig geloof, dat de Italianen alles ver- j
dragen. Zij zal desnoods door kracht van wapenen
datgene trachten te verkrjjgen, waarop zij recht
meent te hebben. Met dat doel zjjn reeds twee j
kruisers naar Brazilië vertrokken, terwijl vier andere
bevel hebben gekregen zich gereed te honden om
op bet eerste teeken ook daarheen te trekken.
Om zooveel inogeljjk botsingen te voorkomen tus-
echen Brazilianen en Italianen heeft ds Italiaansche
regeering de emigratie naar Brazilië verboden. Dit
verbod moet veel kwaad bloed gezet hebben in de
zuidelijke provinciëa van Italië en op Sicilië. Tien
duizend boeren moeten reeds hun passage betaald
hebben, toen het verbod werd uitgevaardigd, en de
ellende onder deze ongelukkigen zal groot zijn, indien
zij, van alles ontbloot, weer naar hunne woonplaatsen
moeten terugkeeren. Slechts enkelen waren nog in
het bezit van genoeg geld om den overtocht te
maken naar Argentinië en Uraguay.
Aangenomen.
Na eene uitvoerige rede door den minister Van
Houten is Zaterdag de kieswet met 34 tegen 12
stemmen ook in de Eerste Kamer aangenomen. Aan
gezien het wel niet twjjfelachtig is, dat de kroon
het votum der Staten-Generaal zal bevestigen, zoo
kannen wjj den minister geluk wenschen met een
sncces, dat zeker niet alleen aan de samenstelling
van zijn ontwerp, maar ook aan de uitstekende
verdediging daarvan, te danken is.
Of wjj ook de natie geluk kannen wenschen
Wjj behooren tot hen, die met de grootst moge-
ljjke kalmte den kieswet-strijd hebben gevolgd. Of
schoon niet overtuigd, dat dientengevolge den werk-
looze werk, den arme brood zal verschaft worden,
zoo aanvaarden wij kiesrechtuitbreiding als een eisch
des tjjds. De liberalen hebben sinds jaren getracht
da ontwikkeling van het volk, door het in het laven
roepen van zoovele inrichtingen van onderwijs, zoo
danig te bevorderen, dat ze slechts hun eigen werk
zonden veroordeelen, wanneer zjj nu niet ook de
lagere klassen grootendoels in staat achtten mat
zelfbewustheid deel te nemen aan de samenstelling
der volksvertegenwoordiging of daarop invloed uit
te oefenen.
Een weinig meer of minder is daarbij voor ons
niet overwegend. Wel bljjven wij van meening, dat
de wetten des rjjks ni9t aan de massa maar aan het
verstand haar ontstaan moeten danken, doch bjj
den badachtzaman aard van ons volk, bjj den on
miskenbaar goeden geest van den gezeten werkman,
die nu inzonderheid door deze kieswet tot mede-
werkiag aan de belangen vau den Staat zal ge
roepen worden, vreezen wjj niet voor dwaasheden.
Wel zullen bjj de nieuwe verkiezingen, die het vol-
scbool rjjden, de beide gravinnen Klenau zullen het
eveneens doenbaron Broekman is een geboren
clown en gjj Rühltje speelt voor August den domme.
De geschiedenis zal hoogst amusant zjjn. Ik heb een
anderen goudvos aangekocht, een goddeljjk schoon
be68t; het steigert een beetje, is vol vuur, maar
toch mak. Ik heb Wallach, dien ik tot hiertoe reed,
verkocht; hjj had aanleg om een ramskop te krijgen,
beet op zijn stang en sloeg da pooten tegen elkaar.
Als de circus tot stand komt koop ik Panneau, een
fjjn paardje. Ik heb reeds met dan eigenaar onder
handeld en 2000 mark geboden geen te hoogen prjjs,
mjjn goudvos heeft het dubbele gekost."
>Houd iu 'g hemels naam toch op niit dat paarden-
praatje", zei Lathar en hield de haaden voor zjjn
ooren. «Paarden, paarden en nog eens paarden; heb
je dan geen ander praatje?"
Dat spreokt van zelf. Ik interessear mij zeer voor
de dameswdreld. Vraag het maar aan graaf Rühl
>Ja", zei deze, «Sorgveld is een echte Don Juan.
Oogenblikkeljjk vurig verliefd."
«Mag meu weten welke dame zijn hart in vuur
en vlam gezet heeft lachte Lothar.
Sorgveld liet zjja lorgaet vallen, draaide zi'h om
en fluisterde«Pst, niet verraden, Rii ïldat is mjjn
geheim."
«Er zjjn geheimen, die eigenljjk geen geheimen
zjja", zei Lothar nut klem; »ik verwed zes fbsschen
Champagne, dat vriend Sorgveld verliefd is op eaa
kuastrjjderes. Misschien op die schooae miss Ziphyra
uit het circus Ruitz. I* Int iret zoo?"
gend jaar moeten geschieden, ongetwjjfeld eenige
wellicht al te bedachtzame leden der Tweede Kamer
door meer geprononceerde worden vervangen wel
licht znllen ook enkele heethoofden een zetel innemen,
maar de gematigdheid van het Nederl. volk is een
waarborg, dat de Staten-Generaal het bolwerk zul
len bljjven, dat de kroon beschermen en in Neder
land vrijheid, recht en orde bevestigen zal.
Wanneer op die wjjze de band tnsschen vorstin,
volksvertegenwoordiging en volk hechter wordt
wanneer de revolutie, door wjjlen mr. Modderman
voorspeld, ook tengevolge van den meerderen in
vloed, thans aan het volk geschonken, eene vreed
zame zal zjjneene revolutie, die de noodzakelijke
hervo rmingen werkeljjk invoert, dan zal er voorzeker
reden zjjn om de natie met de nieuwe kieswet geluk
te wenschen.
Moge met haar eene periode van welvaart voor
ons land zijn aangebroken en doe ieder het zjjne
om daartoe mede te werkenwant men meene niet,
dat wij nu op politiek gebied een tgdperk van rust
zijn ingetreden.
Met den minister Van Houten zeggen wij»de
kiesrechtstrjjd is uit; de stembusstrijd vangt aan."
Tot dien strijd moet ook al wat liberaal is zich
aangordendaartoe moet de eendracht in de ge
lederen hersteld worden met terzijdestelling van alles
wat verdeeldheid aanbracht. Daartoe moeten ook
de liberalen onder de nieuwe kiezers geestverwanten
werven.
Eerst dan zal er sprake van kannen zjjn, ook
door de nieuwe kieswet de vrgzinnige beginselen
big vend te doen zegevieren.
Eene meditatie.
Na hare lezers weken lang te hebben onthaald op
den onverduwbaren synodalen kost der Gerefor
meerde (Afgescheiden) kerken, levert de Zeeuw in
haar jongste nr., onder bovenstaand opschrift, eene
beschouwing naar aanleiding van onze causerie"
over Vermaak.
Dat de Zeeuw het daarmeé eens zou zjjn, hebben
wij natuurljjk geen oogenblik verwacht. Het blad
mag wel niet anders dan te velde trekken tegen
openbare vermaken en het is al wèl, dat het toe
geeft, »dat de Christenen" zooals de redactie van
de Zeeuw zich en de haren bescheidenlek noemt
»ook wel eens *»snoepen,,,}
Och, ja, als de »Caristeaen" elders iets doen, dat
zjj hier niet in het openbaar durven verrichten, dan
ia dat vrjj onschuldighet is slechts snoepen", en
dat hebben zjj met kinderen gemeenAnderen zon
den het noemen huichelarij.
Als echter een niet-Christen, zooals de Zeeuw met
echt christelijken zin blijkbaar hen beschonwt, die
niet tot hare geestverwanten behooren, laat big ken,
dat hij, wat hjj genot of vermaak noemt, niet onder
stoelen of banken stopt, dan heet dat >den beest
uithangen."
En nu heeft de Zeeuw in den kermisnacht van
Maandag op Dinsdag eene ontdekkiag gedaan Z j
heeft toen eenige niet-boerenjongens opgemerkt, dij
in een der hoofdstraten vierstemmig trachtten te
zingen, terwijl een van hen zei, >dat hjj nog zatter
was dan anders I"
Vooropgesteld zjj, dat wij beestachtigheid" af-
Sorgvald pinkte met de lichtblauwe oogeo tot
Rühl en maakte een veelbeteekenende beweging met
de hand. «Misgeraden, kameraad; gjj kunt de zes
fbsschen, die gij verloren hebt, laten brengen."
«Ik geef u gelegenheid tot revanche" zei Sorg
veld. «Gjj hebt u vreeseljjk vergist. Een circusdame
is niet de gelukkige. Ik deuk er niet aan mijn hart
te geven aan een dame, die niet bjj het regiment
past. Ik weet wat ik aan mjjn stand verschuldigd
ben, maar het is waar dat ik verliefd benik wil
gaan trouwen.
«Kom, gij u het huweljjksjuk laten op
leggen. Daar geloof ik niets vau", lachte Lothar.
«Maar waarom dan niet? Met een dame als voor
mg geschapen, fabelachtig schoon, pikant en chique;
haar vader millionair, beursman, consul, ridder, enz
heeft twee landgoederen in de provincie en een
villa bjj de diergaarde. Ik ga zoo gauw mogeljjk
de dochter haar hand verzoeken, ik bin zeker geeu
blauwtje te zullen loopen."
«Nu gjj zooveel gezegd hebt, kunt gjj ook wel alles
zeggen" merkte Lothar op; «wie is dat wereldwon
der, dat hare gulden vrjjheid ten offer wil brengen,
kameraad
Sorgveld lachte gestresld, kuchte en zei fluiste
rend «Ik wil het den heeren zeggen, maar niet
verder vertellen hoor! Die toekomstige is Gis da
Arnheim, de gevierde schoonheid in Berljja. Zij laat
dageljjks blauwtjes loopen, niet alleen aan burger
heer en, maar ook aan officieren van jongen en ouden
adel. Zjj is wat overmoedig, dit lieve kleine schepel,