1896 N°. 21. Dinsdag 18 Februari. jaargang. ste Bij dit no. behoort een bijvoegsel. S L A C H T E R IJ, De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond, uitgezonderd op feestdagen. PrjjB per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, f 1,75. Afzonderlijke nommers 5 cent; met bjjblad 10 cent. Behalve aan ons Bureau worden Abonnementen en Advertontiën voor dit blad de heeren Nijgh Van Ditaiab te Botterdam ea verder bjj alle Boekvorkoopem en Brievengaardere. aangenomen Ioffienitt»^ van «dvertemtf?» vó®v 8 mren op den dn* der uitgave. De prjjs der gewone advertentiën is van 1-5 regels 50 cent, eiken regel meer 10 cl Bjj directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prjjs slechts tweemaal berekend. Geboorte-, huwöljjks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 110 regels a f 1,berekend. Diemtaanbiedingoa, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald 20 ct Aanvragen ocu en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel. Bij het geraeentebestii'ir is d.jor L OVERBEEKE ingediend een verzoek tot het inrichten van eone in het perceel wijk C no. 146 gelegen in de Lange Vorstatrant. Verzoek en teekeuing liggen ter visie op de Secretarie, gedurende tlken werkdug van des voormiddags 9 tot des namiddag! 2 uren, terwijl Zaterdag 29 Februari des namiddags te een uur ten Raad huize gelegenheid zal worden gegeven tot het iudieuen en bespreken van bezwaren. Goe.«, den 15 Februari 1896 Burgeineebter en Wethouders van Goes, J. G. d W IIAMER. De Secretaris, VAN REIGERSBERG VERSLUIJS. Algemeen Overzicht. De kleine Boris, de Kroonprins van Bulgarije, is herdoopt. Vrijdagmorgen had zijne opname iu de orthodoxe kerk plaats, in tegenwoordigheid van den j Rus8ischen generaal Goleniteheff-Kutusoff, die den Czaar van Rusland als peet vertegenwoordigde, en i van twee representanten van den Sultan van Turkije en de buitengewone gezanten van Prankrjjk, Grie kenland en Servië. De stad Sofia bad een feesteljjk aanzien en Da afloop der plechtigheid werd eene militaire revue gehouden. Zoo heeft dan vorst Ferdinand zijn wil, of li«ver dien van zgn volk, doorgedreven, en de belooniDg laat niet lang op zich wachten. De Sultan, die suzerain is van Bulgarije, heeft bereids te kennen gegeven, dat hjj den Coburger prins als vorst wil erkennen, en daartoe de toestemming der mogend heden gevraagd, die natuurlijk verleend zal worden. Intnsschen winnen de geruchten meer en meer veld, dat de vorstin van Bulgarije voor gosd afscheid genomen heeft van baar gemaal. Zjj schijnt niet meer voornemers naar Bulgarije terug te kecren. Frankrijk heeft weder eene woelige week achter den rug, tengevolge van een ernstig verncbil tus- schen Kamer en SeBaat. De quae&tie is dezeDe bekende zaak van de Zuiderspoorwegmaatschappij was ten onderzoek gesteld in handen van den rechter van instructie Rempler. Deze vorderde daarmede echter te langzaam naar den zin van de regeering, speciaal van den minister van justitie Ricard. Deze liet daarop Rempler weten, dat, indien hg het te druk had met andere zaken, de quaestie maar liever aan een ander moest worden overgegeven. Rempler gaf aan dien wenk gehoor en het dossier werd den rechter van instructie Poittevin in handen gegeven. Hierover interpelleerde het senaatslid Monis de regeering, en hij voegde daaraan de volgende be schuldigingen toe De regeering had hier eigenmach tig iets gedaan, waartoe alleen de procureur-gene raal het recht heeftzij had bovendien reeds maanden te voren Poittevin, die ambtenaar van i et openbaar ministerie was, tot rechter en daarna t >t rechter van instructie benoemd om hem dit onderzoek te kannen opdragentoen hij die opdracht ontving bleek hij bovendien reeds volkomen op de hoogte der zaak te zijn, zoodat hij reeds lang te voren in de gelegenheid moet zgn gesteld om daarvan grondig kennis te nemen. Feitelijk zou dus de minister van justitie buiten zijn boekje zijn gegaan, maar in den Senaat ver klaarde hg onkundig te zgn van al de bijzonder heden die de heer Monis te berde bracht. De Senaat ntm echter een motie van afkeuring aan. Daarop kwam door eene bljjkbaar met de regee ring overlegde interpellatie de zaak in de Kamer ter sprake. Daar ontkende de minister de juistheid van Monis' beweringen, waarbij hg zich beriep op eoue verklaring van den procureur-generaal. De Ka mer nam met groote meerderheid eene motie van vertrouwen aan. Van daar eene botsing tusschen beide regeringslichamen. Voor h8t oogenblik is nu het ministerie gered, maar voor hoelang Feite lijk beschikt hot noch in den Senaat noch in de isamer over eene meerderheid, en er bestaat dus u.le kans, dat het binnen korten tjjd bjj zjjne vele voorgangers zal worden vergaderd. De zitting van het lüng;el«olie Parlement is de vorige week geopend met eene troonrede, die veel over de buitenlandsche en weinig over de binnen- landsche aangelegenheden inhield. Zoowel in het Hooger- ah in het Lagerhuis moet de regeering natuarlgk heel wat hooren van de oppositie, maar zjj ga voelt zich sterk door de meerderheid waarop zjj kan steunen. De Transvaalsche aangelegenheden trekken het moest de aandacht, en belangrgk is wat de minister Chamberlain jl. Vrjjdag to hooren gaf als toelichting op zgne nota aan den heer Robinson, waaromtrent we in ons vorig overzicht, wat made- deel Ion. Hg handhaafde het recht van Engeland om dea heer Kruger vriendschappelijk raai t9 geven, zoolang de uitlanders werkelijk grieven hebben. De uitnoodiging aan den president was niet verzonden vóór men zich overtuigd bad, dat zij zou worden i aangenomen, en als Kruger komt zal hg ontvangen worden met al den eerbied, aan zgne positie en zgn karakter verschuldigd. Engeland zal in elk geval voortgaan invloed in Transvaal uit te oefenen, zoo lang daar niet recht is getreden in de plaats van onrecht. Over het algemeen heeft deze toelichting een goeden indruk gemaakt, omdat er uit blijkt, dat Engeland overeenstemming zoekt zonder zijn prestige to zullen prgsgeven. GOES, 17 Februari 1896. Men schrjjft ons Wjj hebben hooren zuchten oh klagen en toch bij aandachtiger beschouwing is er geen reden voor. De plattelandsburgemeesters en de gemeente-veld wachters zjjn in zak en asch geraakt door de nieuwe instructie voor de bezoldigde g o m e e n t e-v eldwachters van 30 November 1895, prov. blad 118. De eersten mtenden, dat de instructie hun te veel moeielijkheden op den hals schoof en dat hunne verhouding tot hun onderge schikten lastig zou worden de laatsten meenden dat hunne goede dagen geteld waren en zij onder een te zwaar juk zouden moeten voortdienen. Noch van het eene, noch van het andere is sprake. Wij hebben de artikels der instiucties van 1852 en vol gende, en die van 1895 vergeleken en wij hebben gezien dat zoowel wat de algemeeDe Inrichting als de bgzondere bepalingen betreft, er heel weinig verschil tusschen de eerste en de laatste is. Dat de Commissaris der Koningin het wenscheljjk vond do 47 jaren oude instructie te herzien en te completreren in verband met o na '52 gekomen wetten (zooals de drankwet en de arbeidswet) is hoogst natuurlijk, en evenzeer, dat de later geko- mon instructies inet de oudste wrrlen gecombineerd. Ook is het eene uitstekende gedachte de memories van de burgemeesters en de veldwachters op te frisschen en hun aan het bestaan eener instructie te herinneren, want we hebben van een burgemees ter gehoord, die de instructie vau '52 nooit gezien had en wij kennen ook veldwachters, die, zonder van eene instructie iets af te weten, hun plicht doen. Bepaalde voorheen de Commissaris des Konings de uniform-kleeding van den veldwachter, thans wordt dit aan den burgemeester overgelaten, waardoor ook de instructie van 1859 vervalt, die de kleedjj regelt voor ieder eiland afzonderlijk. Heel aardig is de beschrijving -an de uniform van vóór '52 een rok van grjjs laken met groene opslagen en kraag, een buis van dezelfde kleur, een lange broek van grijs lakeD, een paar halve slobkousen van dezelfde kleur en stojje; een ronde?i hoed, san de eene zijde opgeslagen met een witte lis van kemelshaar en ein oranje kokarde! In '59 veranderde dit. fantastisch costuum en zooals gezegd, kreeg ieier stukje van Zeeland eene aparte livrei, zooals nu nog gebruikelijk is. In den laa'sten tijd echter hebben wij veldwachters gezien, die meer op Go«scbe politieagenten geleken dan op gemeente veldwachters. Mochten vroeger de veldwachters bij den gewonen dienst zich kleeden mot buis of jas en met de pet, thans moeten zij steeds in het openbaar in uniform zgn en van een wapen voorzieD, tenzij hun door den burgemeester veroorloofd of bevolen zjj tijdeljjk burgerkleeding te dragen. Het groote struikelblok van de nieuwe instructie is art. 14 en toch is het geheel geljjk aan het oude art. 18. Het zakboekje is geene nieuwigheid, hst werd in '52 ook verordineerd", doch in don loop der jaren is het vergeten. Het zakboekje is voor den burgemeester hoegenaamd geen last en voor den veldwachter, die toch moet loopen en tijd ge noeg heeft het in te vullen, geen bezwaar tevens is het een uitstekend memorandumdo burgemees ters hebban niets te doen dan het boekje ééns in de week na te zien en af te teekenen de veld wachters vullen dagelijks in waar zrj geweest zgn en wat hunne opmerkzaamheid getrokken heeft. De zaak is dus de eenvou ligheid zelf; de burgemeester behoeft niet iederen dag den dienst voor te schqjven wat in kleine gemeenten belachelijk zou zijn en de inwoners behoeven door de veldwachters niet lastig gevalleu te worden met het afteekenea der boekjes. De Commissaris der KoningiD doet bjj zijn bezoek aan de gemeenten onderzoek naar de zak boekjes, wat zeker tusschen '52 en '96 niet gedaan is. Uit oud art. 19 is (in nieuw art. 13) een zin weggelaten, die in deze tijden van vooruitgang en verheffing ook niet maar op Vjjn plaats i6wjj be doelen deze: »Da veldwachters treden in geene be oordeeling aangaande de wettigheid of doelmatigheid der bevlen (van de burgemeesters)." Wij juichen het zeer toe dat de veldwachters de politiezaken met de burgemeesters kunnen bespreken en niet I langer slaafsch behoeven te gehoorzamen voor het overige is art. 13 duideljjk genoeg en art. 15 nog duideljjker door de repetitie. Geheel nienw is art. 17, waarbjj den veldwachters verboden is sterkedrank te gebruiken als zjj in uniform geklaed of, hoewel Diet in uniform, in dienst zgn op voor het publiek toegaokeljjke plaatsen, waar gelagen worden gezet of in drankwinkels enz. enz. Dit artikel zal zeker ieders goedkeuring wegdragen het staat natuurljjk den veldwachter vrjj, ook al is hjj in uniform, in een herberg een borrel te nemen, mits bjj niet in dienst zjjis hg in functie dan komt ook het gebruik van jenever of brandewijn allerminst te pas. Zonder vergunning van den burgemeester mogen de veldwachters geene giften aannemen, en dan nog alleen als zjj meer dan één gulden tegelijk ontvangen. De 80 artikels van '52 zgn voor de rest precifs geljjk aan de 28 van '95. Alle vorige instructies, van '52, '59, '62, '71, '73, '87 en '89 zgn ingetrokken en alles is verzameld in de nieuwe, die zeker door alle belanghebbenden gewaardeerd zal worden. In ons verslag van de tooneelvoorstelling van jl. Donderdag wordt den heer Ckrispijn Jr. lof toe gezwaaid voor de wgze waarop bij de rol van den berouwhebbende^ zoon speelde het was echter de heer Faassen Jr., die deze rol zoo juist vertolkte. De berichten van eergisteren over den toestand van den heer Fransen van de Putte leiden onrustbarend. De patiënt lijdt arn benauwdheden, die ernstige bezorgdheid inboezemen. Gisteren was de toestand iets gunstiger, maar hjj bleef tcch zorgelijk. Bomele. In de Vrijdag gehouden Raads vergadering werd een nader besluit genomen met betrekking tot de pensioneeriog van den ge meente-veldwachter. De Raad vond goed den be trokken titularis een behoorlijk pensioen te ver zekeren, behoudens goedkeuring van heeren Ged. Statrn. Ter belooning van buitengewone diensten, bewezen in 1895, besloot de vergadering ten slotte eene som van f30 beschikbaar te stellen lot het verleenen van giatificatiën aan vier politiebeambten. Bij kon. besluit is aan jhr. mr. A. J. van C i 11 e r s gezantschapssecretaris der le kl. bjj het gezantschap te WeeneD, vergunning verleend tot hot aannemen der versierselen van commandeur der Italiaansche Kroonorde, hem door den koning van Italië geschonken. De door de Landbouwvereeniging te Seroor- kerke (W.) aanbestede levering van diverse klavers zaden werd gegund aan den heer D. J. van d e - Have te Kapello. De minister van financiëa heeft in zijn wets ontwerp op het personeel een paar be- langrjjke wijzigingen aangericht. Zij betreffen de tarieven voor de belasting naar de haardsteden en naar de paarden. De grens, waar de heffing der belasting naar den grondslog haardsteden begint, is hooger gesteld dan die voor den grondslag huurwaarde. Overeenkomstig het denkbeeld van den heer Borgesius worden de peic9elen, waarvoor de belasting wegens mobilair niet wordt geheven, mede van de heffing naar den grondslag haardsteden uitgesloten. En verder is voor bijna alle ovorige perceelen deze heffing mat'ger De belasting is ook gematig geworden ten aan zien van de paarden in gemengd gebruik. Terwijl het wetsontwerp oorsprondelijk voor éen dier paar den f 10, voor twee f 30 vorderde, wordt thans voor elk paard in gemengd gebruik eene belasting van slechts f 6 voorgesteld, en voor elk paard van geneeshoeren f 10. De wijziging van t het wetsontwerp t9n aanzien van do belasting der haardstedeo zal, volgons de raming des ministers f350,000, die ten aan den van de belasting der paarden f 150,000 mindere opbrengst ten gevolge hebben. In het geheel zal de schatkist door deze wjjzigingen dus 1/2 millioen minder ont vangen. De minister heeft deze belangrijke vermindering durven voorstellen met het oog op de zoo ongemeen gunstige uitkomst vau de heffing der invoerrechten volgens de nieuwe wot. Wij gelooven, dat de minister inderdaad door deze tegemoetkomende houding verstandig heeft gehan deld en de kans van aanneming van zgn wetsont werp heeft vergroot. Ook in een ander opzicht is de minister actief geweest. Hg heeft reeds een ontwerp vau wet in gereedheid gebracht tot afzonderlijke regeling der rjj woonbelasting, zoo ook de Kamer deze aanbeve lenswaardig acht. Voor eene dergelijke afzonderlijke regeling, van de regeering uitgaande, is inderdaad veel te zeggen, en verwonderen zou het ons niet, als de Kamer bljjk gaf eene dergelijke regeling te verkiezen boven die, welke bjj wgze van amende ment op het wetsontwerp op het personeel is voor gestel d. (A7. R. C.) Het bestuur van deu Algemoenen Nederland- schen Wielrijders Bond heelt een uitvoerig adres gericht tot de Tweede Kamer, waarin het der Kamer verzoektin de wet tot regeling der personeele b e- lasting dieoprijwielen niet op te nemen en wanneer de Kamer zich mocht bljjveD verklaren vóór de regeling der rijwielbelasting bjj de wet op de personeele belasting, dan die regeling te doen plaats hebben door het rangschikken der rjjwielen onder het mobilair, zooals reeds met rijtuigen het geval is, en dus den grondslag »iijwielen" te doen vervallen. Mocht ook daaraan niet kannen worden voldaan, dan verzoekt het bestuur bij de regeling van de belasting naar den grondslag rgwielen bepalingen vast te stellen, die practiseh uitvoerbaar zijn en die deze regeling niet noodeloos laBtig maken voor de wielrijders. De correspondent der N. R. Ct. te Batavia seinde Zaterdag Officieel wordt medegedeeld, dat de pretendent- sultan van Atjeh Kemala hernam met behulp vau zjjn partijganger Habiblhong en 590 man. Al de dorpen van het gebied van Kemala werden verbrand. De predendent-sultan keerde daarna naar Kwala Batoe terug. Ter verduidelijking van dit telegram kan het vol gende dienen, dat aan het koloniaal verslag van 1895 is ontleend. T. Lampoe8oe, een der met de Gighen-federatie verbondenen, sloot den pretendent-sultan Toeankoe Mohamad Daoed in zgne kotta te Kemala in, on maakte het hem aldaar zoo onhoudbaar, dat hij iu den nacht vau 14 op 15 December 1894 met zgne famalie en verder gevolg Kotta Kemala verliet, na zijne woning aan de vlammen te hebben prjjs gr- geven. Ia strjjd met de adat werd hjj door de ver bondenen der Gighen-federatie vervolgd, zoodat zijn aftocht in eene wilde vlucht oversloeg, -totdat hij eindeljjk Kwala Batoe aan de kust van Pedir be reikte en den 308ten van genoemde maand in de woning van T. Raija Pakeh werd opgenomen. De pretendent-sultan tracht thans van de hoeloe- balangs der kustlandschappen hulp te verkrjjgen tot het bestrafiea van de Gig hen-federatie. Twee zijner raadgevers, die als onruststokers bekend staan en in de Pedir-streek reeds veel kwaad stichtten, zouden daarvoor op reis gaan, doch werden te Segli in ver zekerde bewaring gesteld. Wel trachtte Panglima Polim van de XXLI Moekim eene verzoening tot stand te brengen, doch de door hem ges'elde, zelfs zeer aanlokkelijke voorwaarden hebben den preten dent-sultan niet van zgne wraakzuchtige plannen kunnen terugbrengen. Kerkelijke Zaken en Onderwas. Ter beroeping van een predikant bij de Gere formeerde gem. te Heinkenszand is het volgende tweetal opgemaakt: ds. J. J. Koopmans te Naaldwijk en ds. H. de Koning te Mijdrecht. Het Zuider-Zendiugsfeest zal dit jaar, op een nader te bepalen Dinsdag iu de maand Juli worden gehouden, op de buitenplaats »Ten Donck" te Bolnes gemeente Ridderkerk. VI. Ct.) Kerkvoogden en notabelen te Middelburg wei geren de betaling van de gemeente-toelage aan den in de vacature Sibinacher Zijnen te beroepen predi kant. Ook gaven kerkvoogden gevolg aan de vroeger geuite bedreiging om ia de kerken de niet ver huurde zitplaatsen onbruikbaar te maken. Verleden week Zondag waren in de Nieuwe- en Oostkerk vele plaatsen door ijzers afgesloten. In de Koorkerk, thans tjjdelijk door de Reservekas" ge bruikt, was men met onbruikbaar maken nog niet begonnen. W. Zond. b.) Holijnsplaat. Mejuffrouw S. P. Gesrtsema Beckeringh, sedert Januari 1895 onderwijzeres alhier, is als zood mig* benoemd te Aalst (gem. Poederooien). Tot ooderwjjzere8 te Zevenhuizen is benoemd mej. Mispelblom van Altena, te Berkenwoude, eeniga sollicitante, op een salaris van f 550. Ingevolge besluit der algemeene vergadering van de Vereeniging van (Jhr. Onder wjjzers eu Onderwijzeressen", is thans namens de vereenigiug een adres aan de Koningin-regentes verzonden, met verzoek, dat teruggekomen worde op het verplicht stellen van het examen iu da vrjje en orde-oefe ningen, en dat mitsdien de respectieve gemeenten

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1896 | | pagina 1