2011 men een zoogenaamde bail mobile" achten en in
elk geval zeker afschaffing van rentmeesters of tus-
schenpersonon, die niet volkomen met de landbouw-
toestanden bekend zijn.
.De beide aftredende bestuursleden, de heeren J.
Hejjboer en L. de Wilde, werden herkozenin plaats
van den heer J. Markusse Mz. werd de heer S. J.
de Regt te Wissekerke gekozen.
De voorloopige begrooting van den dienst 1896
werd in ontvang en uitgaaf beide tot een bedrag
van 828 gulden vastgesteld.
Voor de sluiting der vergadering bracht een der
leden de aanstaande nieuwe regeling van den suiker
accijns naar sprekers meening eene zaak van
groot belang voor den landbouwer-bietenverbouwer
ter sprake. Door het bestuur werd toegezegd,
dat het de noodige stappen zal doen ten einde het
landbouwbelang te steunen.
De Staats. Gt. bevat een Min. besluit hou
dende bepaling dat in de gevallen, waarin de Bel
gische autoriteiten op grond van de daar te lande
geldende veeartsenijkundige voorschriften de toelating
van uit Nederland ingevoerde runderen
of schapen mochten weigeren, de geweigerde
dieren weder in Nederland zullen kunnen worden
ingevoerd op de volgende voorwaarden
1. dat de invoer geschiede langs dezelfde lijn
als de uitvoer plaats greep
2. dat aan het grenssration hetzij in originali
dan wel in gewaarmerkt afschrift of uittreksel de
vrachtbrief worde overgelegd, welke bij den uitvoer
tot geleiding heeft gestrekt;
3. dat het vee niet verder dan het grensstation
worde vervoerd dan na door den districts-vesarts
of een zjjner plaatsvervangers te zijn onderzocht.
De opmerking is gemaakt dat een lid dei-
Tweede Kamer, die in deze zitting geen enkele
vergadering had bijgewoond, door nog juist vóór
1 December te verschijnen, zijn aanspraak heeft be
houden op de f 500 per kwartaal aan de leden toe
gekend.
Dit is niet geheel juist. De Grondwet legt aan
ieder lid der Tweede Kamer behalve vergoeding van
reiskosten, eens, heen en terug voor elke zitting
»als verdere schadeloosstelling" een som van f 2000
*s jaars toe.
»Deze schadeloosstelling zoo bepaalt de Grond
wet (art. 891) verder wordt niet genoten door
de leden, die het ambt van minister bekleeden, noch
ook, voor den tijd der zitting, door hen, die gedurende
de geheele zitting afwezig bleven."
Volgens de woorden van deze bepaling behoudt
dus een lid aanspraak op de volle f 2000, indien hij
ook maar ééne vergadering heeft bijgewoond, welke
die kan wezen, waarin de zitting wordt geopend of
gesloten wordt verklaardEerst op den dag der
sluiting kan dus bljjken of een afgevaardigde, die
zich het geheele jaar niet vertoond heeft, de »sckade-
loo8Stelling" heelt verbeurd.
De vergoeding voor reiskosten ééns voor de heen-
en ééns voor de terugreis" voor elke zitting (dus
voor het geheele jaar), is door de wet van 26 Mei
1849 bepaald op 75 centen voor ieder uur afstand
tusschen de plaats, waar het Tweede Kamerlid ge
vestigd is, 8n de plaats waar de Staten-Generaal
vergaderen.
De leden der Eerste Kamer, die geene vaste schade
loosstelling genieten, ontvangen alleen als vergoeding
van reiskosten ook 75 cent per uur, doch voor elke
vergadering, die zij bijwonen, bovendien f 8 daags
voor verblijf kosten, ook als zij in commissie werk
zaam bljjven. De leden, die wonen in de stad, waar
de Staten-Generaal vergaderen, ontvangen die ver
goedingen niet.
»Maar," aldus merkt de Arnh. Ct. op, wanneer
de heer Kuyper niet vóór 1 December was ver
schenen, dan zou hem toch het eerste kwartaal niet
uitbetaald zijn, omdat dan niet zou gebleken zijn óf
hij wel één dag de zitting zou bijwonen. Verbeurd
had hij de schadeloosstelling niet, wanneer hij dien
dag niet verscheen, maar toch ook niet uitbetaald
In elk geval is nu gebleken, dat de heer Kuyper
van plan is de schadeloosstelling aan te nemen, ook
al ljjdt hij zelf volstrekt geen schade, maar alleen
de kiezers, wier mandaat onvervuld blijft."
De Minister van Justitie heeft aan de bur
gemeesters vau Amsterdam, Utrecht, 's-Gravenhage
en Rotterdam eene circulaire gezonden over d e
verhouding tusschen meerdere com
missarissen van politie in eene ge
meente, inzonderheid tusschen den hoofdcom
missaris en de commissarissen. De circulaire is
gericht tegen de opvatting, die velerwege schijnt
te bestaan, dat de commissarissen geheel zelfstandig
zouden moeten optreden en de bevelen van den
hoofdcommissaris niet zouden behoeven op te volgen.
Ten aanzien van den aanmaak der ge
weren deelt de Min. van Oorlog mede, dat zich
70or 1 Augustus een gepensioneerd hoofdofficier
der marine tot hem heeft gewend met een aanbie
ding tot levering van 47.000 geweren en 5000
karabijnen van 6.5 mM., vergezeld van een ver
klaring, waarin twee op financieel gebied gunstig
bekende firma'B mededeelden een syndicaat te hebben
gevormd, ten einde het tot stand komen van de
door den aanvrager bedoelde maatschappij te ver
zekeren.
Reeds dadeljjk had de Minister gelegenheid o. a.
reeds te wijzen op de onvoldoendheid van het ge
deelte der aanbieding, dat van begin van aanmaak
in stede van tijdstip van levering gewaagde en op
het geringe aantal der dageljjks te vervaardigen
wapenen.
Terwijl de Minister wachtte op de ontvangst
van hetgeen onontbeerlijk was om tot eerste be
oordeeling van het technische gehalte der aanbie
ding over te gaan en op de aanvullingen, die boven
dien gevraagd waren, trok da aanvrager zijn aanvrage
geheel onverwachts in. De Minister meende zijner-
zjjds alsnog een p>guig t» rnajten doen om van
l deze eenïge ingekomen aanbieding tot aanmaak van
de geweren in het binnenland gebruik te maken.
Deze poging mocht echter niet baten.
De aanbieding werd teruggenomen, omdat de
aanvrager niet meer dan 100 geweren daags kon
leveren. Aangezien niet voldaan werd aan de her
haalde vraag van den Minister om toezending vau
technische bescheiden en aanvulling van het vele
dat ontbrak, is do Minister buiten staat gewefst
om na te gaan in hoeverre de aanbieding in andere
opzichten te kort schoot. Dat het getal van 100
geweren per dag te weinig was, toont de Minister
nader aan.
Staten-Generaal.
TWEEDE KAMEK.
Bij de behandeling der begrooting van justitie
werden gisteren tal van punten behandeld. De Mi
nister zeide o. a. toe arbitrage, zooveel mogelijk tot
oplossing van geschillen bij aannemingwerken voor
zijn departement. In strijd met het gevoelen van
den heer Rutgers in deze zaak laat de Minister het
verbod of het toelaten van wandeloptochten van
werkeloozen te Amsterdam over aan het oordeel van
het gemeentebestuur, welke zienswijze de heer Heems
kerk deelde. Het algemeen debat is gesloten.
Karkelijka Zaksn en Onderwijs.
Doopsgezinde kerk. Godsdienstoefening op Zon
dag 8 Dec., des voormiddags te 10 uren, door
ds. H. A. van der Meulen van Haastrecht.
Beroepen bij de Ned. Herv. Gem. te Bergen-
op-Zoom ds. Van der Meulen te Haastrecht.
Naar men verneemt heeft ds. G. P. Wijnmalen,
sedert 1841 predikant te IJzendijke, emeritaat aan
gevraagd.
Door het Bestuur der Chr. School te Giesen
Nieuwkork c. a. werd tot hoofdonderwijzer benoemd
de heer P. Los Bz. Met den benoemde stond o. a.
op het drietal de beer H. Lampen te Goes.
Rechtszaken.
Heden werd voor de Arr.-Rechtb. te Middel
burg behandeld de zaak tegen J. M., oud 53 jaren,
laatstelijk oesterkweeker te lerseke, wiens tegen
woordige woon- of verblijfplaats is onbekendter
zake dat hij in April 1895 of omstreeks dien tijd
te lerseke opzettelijk wederrechtelijk zich heeft toe
geëigend een bedrag van ruim f 1800, welke gelden
toebehoorden aan de te lerseke gevestigde burger
lijke maat- of vennootschap »de Ver wachting," ten
doel hebbende de oesterteelt in de Schelde en Zeeuw-
sche Stroomen of aan den secretaris-penningmeester
dier maatschappij Cornelis Kerkhof te Delft, althans
niet aan hem, beklaagde, en welke gelden hij be
klaagde, als vervangend -secretaris-penningmeester
van bedoelde maat- of vennootschap onder zich had.
In deze zaak werden vanwege het Openbaar Mi
nisterie 6 getuigen gedagvaard.
De O. v. J. achtte het wettig en overtuigend
bewijs van bekl. schuld geleverd, zoowel door inzage
vau de boeken der betrekkelijke maatschappij, als
door de getuigenverklaringen en die van dhr. cura
tor in 't faillissement van beklaagde. Hij vorderde
daarom veroordeeling tot 2 jaren gevangenisstraf,
ontzetting van burgerrechten gedurende 7 jaren, met
bevel, dat beklaagde zal worden gevangen genomen.
Uitspraak 13 dezer.
Voorts werd behandeld de zaak tegen K. V., oud
65 jaren, geboren te Toulon, zonder vaste woonplaats,
gedetineerd te Middelburg, ter zakedat hij op 1
October jl. des avonds omstreeks elf ure zich be
vindende in de herberg van J. Schoolmeester te
Vlake geweigerd heeft, op de vordering van ge
noemden Schoolmeester dat lokaal te verlaten, zoo
dat hij daaruit m9t geweid is moeten worden ver
wijderd door den rijksveldwachter J. B. Raes en de
onbezoldigde rijksveldwachters J. Zuidweg, J. van
Koeveringe en J. Kole, waarbij hij eene met vijf
kogels geladen revolver uit zijn zak heeft gehaald
met het oogmerk daarmede die beambten en andere
omstanders, die hulp verleenden, opzettelijk van het
leven te berooven, van welk voornemen de uitvoe
ring niet is voltooid, doordien genoemde personen
hem die revolver met geweld hebben ontrukt
dat hij vervolgens, nadat voormelde beambten
Raes, Van Koeveringe en Kole hem hadden gebracht
naar den burgemeester van Kapelle, die aan Raes
in last had gegeven om hem beklaagde, die in
Kapelle had rondgezworveu, op te sporen en aan te
houden, teneinde hem als vreemdeling over de gren
zen te brengen en voormelde burgemeester daarna
aan Raes had gelast hem - beklaagde verder
naar Goes over te brengen, dewijl in Kapelle geen
gelegenheid was tot tijdelijke in bewaringstelling
en de voornoemde beambten hem daarop, ter vol
doening aan dien last, van Kapelle verder naar Goes
wilden overbrengen, zich daartegen mot geweld heeft
verzet door te schoppen en trappen en alstoen den
rijksveld wachter Raes een hevigen trap op het lin
kerbeen boven de knie heeft toegebracht, .hetgeen
lichamelijk letsel heeft tengevolge gehad.
In deze zaak werden vanwege het openbaar Mi
nisterie 13 getuigen gedagvaard.
Bekl. ontkende schuldig te zijn aan het hem ten
laste gelegde en moest herhaaldelijk door den pre
sident tot kalmte worden aangemaand. Get. -Joh.
Schoolmeester werd het gewicht van den eed onder
het oog gebracht en hem gezegd, dat hij dien niet
als een vorm moest beschouwen.
De getuigen handhaafden hunne bij de instructie
afgelegde verklaringen.
De O. v. J. bracht hulde aan den rijksveldwach
ter Raes te Kapelle voor diens tactvol optreden in
deze zaak en aan de onbezoldigde rijksveldwachters
voor hunne gewaardeerde medewerking, waardoor
zeker menschenievens zijn gespaard. Bekl. is een
hoogst gevaarlijk sujet, dat ontelbare malen in ons
land is veroordeeld oa iu België zelfs tot de dood
straf, gewijzigd in levenslange gevangenisstraf. De
O. v. J. eischto eene gevangenisstraf van 10 jaren.
De ambtshalve verdediger van bekl., mr. F. N.
vau der Bilt, concludeerde vrijspraak.
Uitspraak 13 dezer.
Gemengde Berichten.
Een GBjarige weduwe alhier, die gisteravond
in de Lange Voiststraat een bezoek wilde afleggen,
was daar nauwelijks aangekomen, toen zij over be
nauwdheid klaagde, ineenzakte en den geest gaf.
fl&attendijlie. Woensdagavond gaf het fanfa-
rengezelschap x>Oefening kweekt Kunst" alhier een
concert. Deze voor onze gemeente zoo ongewone ge
beurtenis had, ondanks het min gunstige weer, een
groot getal nieuwsgierigen gelokt, zoodat de loden
vau genoemd gezelschap voor een vrij talrijk publiek
optraden. Het zestal muzieknummers en de drie
komische voordrachten werden met onverdeelde aan
dacht aangehoord. Vooral de voordrachten, die dan
ook verdienstelijk werden uitgevoerd, vielen zeer in
don smaak. Toen een der aanwezigen het gezelschap
dankte voor den genoegelijken avond en den leden
daarbij een welgemeend »Tot weerzienstoeriep
was hij zeker de tolk van het geheele publiek.
Bij den landbouwer A. M. werd men
'deze week des avonds opnieuw opgeschrikt aangezien
door een onbekende met geweld eene ruit werd in
geworpen. Om erger te voorkomen is van het ge
beurde aangifte bij de politie gedaan. Zooals omstreeks
veertien dagen geleden gemeld werd, schoot men
toen op een avond een geweer of pistool af dicht
bij M's. woning.
Aan den Znidkraaiertpolder strandde Donder
dagmiddag bij den hevigen storm uit het westen
een tonnenlegger van het Ned. loodswezen.
lerseke. Op het telegraafkantoor alhier zijn in
November ontvangen 1154, verzonden 184, totaal
behandeld 1338 telegrammen.
Een merkwaardig geval van slimheid bij run
deren, anders op dat gebied nog al tamelijk on
gunstig aangeschreven, deed zich dezer dagen te
Schagen voor. Door een drietal veehouders werden
op de markt 4 gras-kalveren aan een landbouwer
in den Anna-Paulownapolder, ongeveer 21/2 aur van
Schagen gelegen, verkocht.
Des nachts wisten de beesten de afsluiting van
het hok, waarin men ze tijdelijk had opgesloten, te
verbreken, waarna ze den terugtocht naar Schagen
hebben ondernomen, 's Morgens iu de vroegte vond
ieder der verkoopers zijn gewezen eigendom loeiend
voor de hoeve staan.
Uit Beesd meldt men aan de Tielsche Courant
Welke ernstige gevolgen het veroorzaken van een
schrik kan hebben, is hier dezer dagen op treurige
wijze gebleken. Een jong meisje, krachtig en gezond,
struikelde voor enkele weken op een donkeren avond
over een zwart voorwerp, dat later bleek een jongen
te zijn, die zich opzettelijk op den grond had gelegd,
.om schrik aan te jagen.
Nog denzelfden avond moest een geneesmiddel
aangewend worden, om haar geschokte zenuwen tot
rust te brengen. Niets mocht echter baten. Hare
zenuwachtigheid ging over in krankzinnigheid en
den lsten dezer maand is zij overleden.
De gemeenteraad van Alkmaar heeft het door
den- gemeente-secretaris aangevraagd eervol ontslag
geweigerd. Met algemeene stemmen is bij ontslagen,
met ontzetting uit alle commission.
Door den herbergier Caron, te den Hout bij
Oosterhout woonachtig, is bij de marechaussee aldaar
aangifte gedaan, dat door hem uit Rotterdam een
ongeteekende brief is ontvangen, waarin iemaüd,
zich Jack the Ripper noemende, h^m en zijn gezin
bedreigt.
Uit Rotterdam wordt aan het U. D. gemeld:
Justitie en politie schijnen nog zoo spoedig niet
van Van Berkel te kunnen scheiden, ofschoon er
niets bezwarends tegen den man gevonden is, en
hjj integendeel veel heeft, kunnen aanvoeren, dat
voor zjjne onschuld aan den gruwelmoord pleit. Bij
eene nauwgezette vergelpkende studie tusschen zijn
handschrift en dat van den meermalen vermelden
brief moet ook d9 overtuiging zich gevestigd heb
ben, dat er toch eigenlijk geen overeenstemming is,
zooals eerst gedacht werd.
Evenwel moeten de verhooren, die Van Berkel
ondergaan heeft, wel eonig nut hebban g«had voor
de instructie in deze treurige zaak. Er zou na
melijk uit zijne verklaringen eenig vermoeden zijn
gerezen, dat Hoogsteden, de vader van den ver
moorden knaap, niet alles medegedeeld heeft wat
hy weet, en wat misschien de justitie op een beter
spoor zou kunnen brengen.
Van Berkel, die vooral door de verklaringen van
zijn zwager Hoogsteden onder verdenking schijnt te
zijn gekomen, (zij het dan ook, dat men hierbij niet
bepaald aan opzet van de zijde van Hoogsteden heeft
to denken), heeft op zijne beurt zijne familie niet
gespaard. Eu zoo moeten er dingen aan het licht
zijn gekomen, die aan de moraliteit van Hoogsteden
en vrouw doen twijfelen en, in verband daarmede,
aan de goede trouw van Hoogsteden bij het verstrek
ken van inlichtingen aan de politie. Met andere
woorden, er zou eenig vermoeden zijn gerezen, dat
de vader van den knaap, uit vrees dat er te zijnen
nadeele zekere zaken (met den moord in geen recht-
streeksch verband staande) ontdekt zouden worden,
namou verzwijgt, die misschien bij den inoord van
zeer nabij betrokken zijn.
Iu verband met deze vermoedens werden Hoog
steden en zijae vrouw Dinsdag opnieuw bij den
hoofd-commissaris ontboden, om nadere inlichtingen
te geven.
Vraagt men, waarom Van Berkel nog altijd ge
vangen gehouden wordt, dan schijnt het antwoord
geen ander te kunnen zijn dan dit: men hoopt nog
altijd iets uit hem te zullen krijgen, dat op het
spoor kan brengen. Maar men zal wel moeten ein
digen met hem los te laten.
Vermeld dient nog te worden, dat Van Berkel
getrouwd is met eene zuster van Hoogsteden. Hij
is dus geen familie van Hoogsteden's tweede vrouw,
zooals eerst gedacht werd. De goede verstandhouding
tusschen de beide zwagers schijnt door heel andere
oorzaken verstoord te zijn geworden dan door eene
geldquaestie. Van Berkel verklaart pertinent, dat
hij zijn zwager niet f 700 te leen gevraagd heeft,
zooals deze beweerde.
De N. li. Ct. meldt nog
Nadat het verhoor van W. van Berkel Woensdag
middag door don hoofd-commissaris van politie ge
sloten is, is hjj in overleg met den rechtercommis
saris, den heer mr. T. H. van Meurs, en den officier
van justitie, op last van laatstgenoemde, per rijtuig
onder geleide van den inspecteur van politie H.
Brinkman naar de strafgevangenis aan den Noord
singel overgebracht.
Aan Van Berkel, die gedurende zijn verhoor en
ook Woensdag uiterlijk zeer kalm was, is toegestaan
afschrift van de verklaringen, door hem aan den
hoofd-commissaris afgelegd, te nemen. Des namiddags
hield hij zich daarmede onledig.
Zondagavond had, onder zonderlinge omstan
digheden, een diefstal plaats te Amsterdam bij den
barbier M. Do bewoner en zjjn echtgenoote waren
's middags na éénen uitgegaan, omaan een familie
feestje deel te nemen. De commensaal, een oude heer,
die bij het echtpaar een opkamer bewoont, was
's avonds omstreeks zes uur thuis gekomen, om
zijn gebruikelijk dutje te doen.
Tegenelf uur ontwakend, ontdekte hjj tot
zijn niet geringen schrik, dat inmiddels een niet ge-
noode bezoeker zijn gouden horloge uit zijn vestzak
gehaald, een sommetje van f85 uit zijn kast ver
wijderd" en al zijn kleeren en ondergoed overhoop
geworpen had. Met dien buit scheen de dief tevreden
te zijn, want ofschoon het hem zeer gemakkelijk
ware geweest ook de in de kast van den heer D.
gereed liggende penningen voor huur en belasting
te naasten, daar de sleutel in de kast stak, heelt
hij die blijkbaar niet eens geopend.
Alleen was uit een penantkastje een bjjbel geno
men, die opengeslagen werd gevonden Wie weet
of de dief, het boek doorbladerend en toevallig een
tekst lezend, die op dieverijen sloeg, niet tot betere
gedachten is gekomen en daarom de kast, waar de
aap lap, ongemoeid heeft gelaten Dat zijn bekee
ring niet zoo ver ging om het gouden horloge en
de 85 gulden op de opkamer terug te brengen, moot
ongetwijfeld, helaas, geweten worden aan 's mans
bezorgdheid, dat hij den ouden heer in zijn dutje
zou kunnen storen 1
Men weet niet, waarover zich meer te verbazen:
of over de driestheid van den dief, of over de lengte
en de diepte van het middagdutje van den ouden
heer, of over de zorgeloosheid van den barbier, die,
wanneer hij eenige uren met zijn gezin afwezig blijft,
den sleutel laat steken in de kast, waar hij zijn geld
heeft geborgen. (Tijd).
Te Londen had onlangs voor den Tower een
eigenaardige plechtigheid plaatsde feestelijke parade
van 830 »telegraphboys" voor den postmeester-
generaal, den hertog van Norfolk. De jongens, die
nieuwe uniformen aan hadden, vormden twee ge
lederen en groetten op militaire wijze. Toen voerden
zij verschillende marschoefeningen uit onder het ge
luid van hun trommelslagers en pijpers. In het ge
heel vormden zij 12 compagnieën. De postmeester-
generaal betuigde zjjn vreugde over den kloeken
geest en de fl nke houding der jongens en spoorde
ze aan, in hun tegenwoordigen dienst de voorschool
van latere plichten te erkennen.
Albert en Pilot, twee olifanten, werden aan
boord van de Persia van Hamburg naar New-York
vervoerd. Onderweg braken zij los van hunne ket
tingen en gingen elkaar te lijf. Na een vervaarlijk
getoeter omklemden zij elkaar met hun trompen en
trachtten elkaar met de tanden te doorboren. Al
wat op het schip met de verwoede beesten in aan
raking kwam werd vernield. Eens vielen zjj met
zoo'n smak aan een boord, dat het geheele schip
trilde. Over en weer troffen de stcoten. Eindelijk
richtte Albert zich op zijne achterpooten op en liet
zich op Pilot vallen. Deze kwam onder te liggen
en de tanden van Albert drongen in zijn lichaam.
Het bloed stroomde uit beider lijven. Dit verzwakte
hen blijkbaar, en 200 dorsten de schepelingen de
beesten eindelijk te naderen en konden zij hen door
een ruim gebruik vau mestvorken en gloeiende jjz°rs
van elkander scheiden. Het gevecht had twee uren
geduurd.
Indien men slechts zoekt, is er nog wel iets
nieuws onder de zon te ontdekken dat vrouwen
als siierenbevechters ontreden, hadden wij althans
nog nimmer gehoord. Spanje, bet klassieke land der
stierengevechten, kan er zich op ^beroemen" op
dit gebied der vrouwenemancipatie schitterend te
zijn voorgegaan. De gezusters Lolita en Angelita
Pages, twfe jeugdige meisjes met het wildbruisende
bloed der Spaansche schoon en in de aderen, zijn
onlangs in de arena opgetreden en hebben in ver
scheidene steden van het schiereiland schitterende
triomfen gevierd. Men heeft haar de overwinning
echter zeer gehiakkelijk gemaakt, want de zooge
naamde stieren, die zij moesten bekampen, waren
niets meer dan onmondige kalveren en de strijd had
meestal veel overeenkomst met een landelijk slacht
feest. Te Jerez evenwel, waar de beide vurige »To-
réras" dezer dagen optraden, werd het spel bloe
dige ernst. De stieren waren ditmaal tegen de
dames opgewassen en zoo ongalant, tegenover het
schoone geslacht het recht van den sterkste te doen
gelden.
Het gevolg daarvan was, dat Angelita door een
onopgevoeden stier overrompeld, op de horens go-
nomen en herhaaldelijk in de lucht geslingerd werd.
Te Mont-de-Marsan (Frankrijk) zijn de bewo
ners eener wijk zeer ongerust. Daar woont nl. een
artiste," madame Valcourt, die een prachtigen boa
constrictor bezat van vier en een halven meter. Zij
bezigde het dier om er mee op te treden iu een