BIJVOEGSEL
GOESCHE COURANT.
DINSDAG
24 SEPTEMBER 1895.
No. 115.
Gemeenteraad van Goes.
20 September 1895.
De vergadering van d9n raad der gemeente Goes,
Vrij dagavond te 8 uren gehouden, werd geleid door
den heer mr. J. G. de Witt Hamer en bijgewoond
door 11 leden. Afwezig waren de heeren Ochtman
en Kakebeeke met kennisgeving.
Na opening der vergadering en voorlezing en goed
keuring van de notulen der vorige, deelde de Voor
zitter mede, dat de cursus 1895/96 aan de Hoogere
Burgerschool alhier is aangevangen met 92 leerlin
gen, waaronder 44 van elders, terwjjl die der Bur
ger-avondschool met 59 leerlingen begon dat op
school E 54 leerlingen aan de lessen deelnemen,
waaronder 13 van elders; dat de onderwijzer Lind-
hout de hoofdakte heeft behaal 1, en dus met 1 Oc
tober a. s. recht heeft op de bepaalde verhooging
van jaarweddedat voor rekening der gemeente in
het krankzinnigengesticht »Coudewater" te Rosma
len zijn opgenomen twee personen.
Ingekomen waren het proces-verbaal van de op
name van kas en boeken van den gemeente-ontvan
ger op 14 September jl., aanvraag om eervol ont
slag als onderwijzer bij het L. O. door F. Maijs,
wegens zijne benoeming als zoodanig te Rotterdam,
benevens eenige verslagen.
De heer A. Kolkman werd nogmaals voor een
jaar als leeraar in het Hoogduitsch aan de Hoogere
Burgerschool gecontinueerd, behoudens goedkeuring
van den betrokken Minister.
Alsnu kwam in behandeling het volgend voor
stel van B. en W. tot conversie van ge
meente-schuld.
Uit de u aangeboden concept gemeente-begrooting
voor 1896 zal u gebleken zijn, dat, niettegenstaande
bij de opmaking daarvan de grootst mogelijke zuinig
heid door ons betracht is gewoiden, toch eene ver-
hooging van het cijfer van den H. O. met f 1000
noodig zal zijn om den dienst te kunnen sluiten.
Het is ons aangenaam u te kunnen mededeelen,
dat het ous is gelukt u thans eoa voorstel te kunnen
aanbieden, dat mocht het u-ve goedkeuring weg
dragen de bovengenoemde 7erhooging van den
H O. onnoodig zal mik<m.
Reeds meermalen zjjn door ons voorloopige onder
handelingen gevoerd om tot eene conversie der 4
pereents g-ldleeningon van 1836 en 1887, welke
hoofdzakelijk voor de overname en uitbreiding der
gasfabriek hebben gestrekt, en welke op 1 Januari
1896 nog zullen bedragen f81000, te geraken en
wij meenen thans een aanbod te hebben, dat, bij
68D reductie der rente van 4 pet. op 3 pet., de
gelegenheid zou geven om daaraan eene verminde
ring van jiarlijksohe aflossing te verbinden, indien
daaraan gepaard wordt eene vermindering van het
door de gomoento voor de openbare straatverlichting
aan de gasfabriek uitgekeerd wordend bedrag.
Voor 1896 wordt op de concept-begrooting voor
kosten van de straatverlichting uitgetrokken eene
som van f 4L00. Die som is ge baseer! op het bij
en sedert de overname der fabriek door de gemeente
aan de fabriek betaald wordende cijfer van 6.9 cent
per M3 gas. Waar nu, sedert de gemeente eigenares
der fabiiek is geworden, aan de particuliere gas-
verbruikers eene reductie van 6 cent per M3 is
kunnen worden toegestaan, daar komt het ons voor
niet onbillijk te zijn indien de gasprijs voor de
openbare straatverlichting van 6.9 cent eveneens
verminderd wordt. Deze vermindering van uitgaven
zou ons niet alleen in staat stellen het bedrag van
den H. O. op bet g9wone bedrag te behouden,
maar ook tevens wat meer beschikbaar doen komen
om in de behoeften van den dienst te voorzien.
Wij vinden te meer vrijheid om u het nemen
van dezen maatregel voor te stellen, omdat ook de
begrooting der gasfabriek bij de voorgenomen con
versie, na de verlaging van don prjjs der straatver
lichting, nog voordeel zou hebben.
Immers zoo het hieronder genoemde plan van af
lossing kon doorgaan, dan zou de gasfabriek aan af
lossing en rente jaarlijks ruim f 2400 profiteeren
indien dus de prijs van de straatverlichting b. v.
met plm. f 2000 werd verlaagd, zou de gasfabriek
nog eene meerdere ruim van plm. f 450 op hare
begrooting behouden, terwijl de gemeente door de
mindere uitgaaf aan straatverlichting en de mindere
rente van haar aandeel in de schuld hare begroo
ting met plm. f 2240 zou ontlast zien.
Een en ander is mogelijk omdat de voorgestelde
conversie de gelegenheid opent om de aflossing an
ders te regelen dan thans. Als toch de leening van
1886/7 op 1 Januari 1896 geheel wordt afgelost,
vervalt voor de gemeente de verplichting om elk
jaar minstens f 4000 af te lossen. Thans zou op die
wijze 20 jaar gevorderd worden om de f 81000 te
delgen. Het thans door ons ontvangen aanbod laat
ons geheel vrij in de wijze en termijnen van aflossing,
het is daarom dat wij u voorstellen om de aflossing
te bepalen op minstens f2001 's jaars gedurende
de eerstkomende 17 jaren of f 34000
en op minstens f 8000 gedurende de daar
opvolgende 6 jaren of48000
terwijl de resteerende3000
dan in het 24e jaar zou afgelost worden
om het bedrag vanf 85000
te rembourseeren, dat de gemeente zal moeten op
nemen om tegen den koers van 96Vi« pet. de be
staande f 81000 af te lossen.
De aflossing zou dan van 20 tot 24 jaar ver
lengd worden, terwijl de aflossingen van f 8000
eerst zouden aanvangen wanneer het renteloos voor
schot aan de provincie, bedragende nog een kleine
f 100000, geheel zal zjjn afgelost, als waaneer de
jaarlijksche post van f 6000 voor teruggave van
hot provinciaal voorschot vervalt.
Het is op grond van een en ander dat wij den
Raad voorstellen te besluiten
lo. om over te gaan tot de conversie van de
bestaande 4 pet. gemeenteleeningen van 1886 en
1887, bedragende op 1 Januari 1896 nog per resto
f 81000, in eene 3 pet. leening.
2 3. aan te nemen het aanbod van de hh. A.
Oppenheim te s'-Gravenhage en Da Kanter Hor-
dyk te Goes, om daartoe van de gemeente over te
nemen een door haar uit te schrijven 3 pet. lee
ning van hoogstens f 85000 tegen een koers van 96i/ig
pct„ met bepaling dat de afbssing zal geschieden
in 24jaar, beginnende 1 Januari 1897 en wol: de
eerste 17 jaar telkens minstens f 2000, de daarop
volgende 6 jaar telkens minstens f 8000 en het 24e
jaar f 3000.
3o. aan B. en W. de uitvoering der bjjzonder-
heden van de aantegane leening op den voet van
het aanbod Oppenheim c. s. op te dragen
4o. de bezittingen en inkomsten der gemeente
aan te wijzen als de middelen, waaruit renten en
aflossing zullen worden voldaan
5o. op een en ander de goedkeuring van Ged.
Staten te verzoeken.
Bij dit voorstel was de volgende toelichtende
berekening gevoegd
»In de op 1 Januari 1896 resteerende schuld van
f 81000, die geconverteerd zou worden, zit de gas
fabriek met f 59,386, do gemeente met f 21,614
(f 81000). Bij opname van f85000 tegen 96i/i« pet.
stijgt het daaraan evenredig aandeel schuld der
gasfabriek totf 62318,64
dat der gemeente tot22681,36
f 85000,—
In de bestaande omstandigheden zou de gasfabriek
over 1896 hebben te betalen
aan aflossingf 3947,90
aan 4 pet. rente van f59386,2375,44
Bij de hierboven bedoelde conversie
betaalt zij
i aan aflossingf 2000,
aan 3 pet. en te van f62318,14 1869,55
f 6323,34
3869,55
alzoo jaarlijks minder f 2453,79
De gasfabriek zou dus f 2000 op de straatver
lichting kunnen laten vallen en nog ruim f 450
overhouden voor verruiming barer eigene begrooting.
De gemeente moet voor hare tegenwoordige schuld
(gedeelte in de f 81000 ad f 21614, zie boven)
over 1896 betalen
Aflossing f 4000 min f 3947,90 (die de gasfabriek
verstrekt)f 52,10
4 pet. rente van f 21614 - 864,56
Totaal f 916,66
Bij conversie betaalt zij
Aan aflossingNihil
3 pet. rente van f 22681,36 - 680,45
Jaarlijksch voordeel f 236,21
Hierbij gevoegd de mindere uitgaaf
aan de straatverlichting ad - 2000,
doet de gemeente profiteeren
f 2236,21
Aangezien het echter niet zeker is of de volle
f85000, voor de terugbetaling der f81000 naar
den maatstaf van 96i/]<$ pet. plus eenige kosten voor
nieuwe obligat.iëa noodig zal zijn, kunnen de hier-
voren genoemde cijfers nog eene kleine, doch altijd
gunstige wijziging ondergaan. Daarom en mot het
oog op de jaarlijks afnemende rente, kan men veilig
aaace uen, dat de gemeente reeds in de eerste jaren
gomidleld 1 2250 en d9 gasfabriek (na de vermin
dering van den prijs der straatverlichting) gemid
deld f500 'sjaars bij de conversie profiteeren zou,
terwijl laatstgenoemd bedrag in den loop der jaren
verbetert, naarmate het rentebedrag afneemt.
Van een en ander zou voorts het gevolg zijn,
dat de delging der tegenwoordige schuld van f 81000
benevens van het renteloos voorschot der provincie
voor het Sas, gelijkelijk over 23 a 24 jaren zou ver
deeld worden en niet, zooals thans, in de eerstvol
gende 16 a 17 jaren met f 10,000 en daarna met
plm. f4000 'sjaars, plaats zou hebben."
De financiëele commissie, in wier handen het voor
stel om advies is gesteld, raadt de aanneming aan.
Het voorstel werd zonder discussie met algemeene
stemmen aangenomen.
Voorts werden op voorstel vau B. en W. en gun
stig advies der fin. commissie zonder hoofdeljjke
stemming goedgekeurd en vastgesteld
lo. de rekening der gemeente over 1894, in ont
vang op f 112286,92, in uitgaaf op f 109175,42 of
met een goed slot van f3111,50 (voorloopig)
2o. de rekening van het Gasthuisbestuur, in ont
vang op f 12049,93, in uitgaaf op f 11057,37 of met
een goed slot van f 992,56
3o. de begrooting van het Burg. Armbestuur
voor 1896, in ontvang en uitgaaf op f53902,57.
Hierbij valt op te merken, dat de jaarwedde van
den secretaris-penningmeester van f800 op f 1000
is gebracht, wegens vermeerdering van werkzaam
heden, aan die betrekking verbonden
4o. de rekening van dezelfde instelling over
1894, in ontvang op f 45998,88 i/j, in uitgaaf op
f 39411,42 i/a of met een goed slot van f6587,46.
Omtrent deze cijfers zegt h9t bestuur ter verdui
delijking dat onder de genoemde ontvangsten mede
begrepen is, de als eerste post in de rekening ge
brachte som van f5488,791/2, als goed slot der reke
ning 1892, zoodat de werkelijke dienst 1894 toont
een ontvang van f 40510,09een uitgaaf van
f 59411,421/2 of een goed slot van f 1098,661/3.
Onder die sommen zjjn begrepen f 12000 als tijdelijk
bij de crediet-vereeniging gedeponeerd.
Op voorstel van B. en W. werd alsnu vastge
steld het kohier van verschuldigd schoolgeld voor
het onderwijs aan school E, cursus 1895/96, op een
bedrag van f 2370 en dat van de Hoogere Burger
school op een bedrag van f 4337.
Ten slotte werd voorzien in de vacatures in ver
schillende raads-commissiën. Achtereenvolgens wer
den benoemd:
tot lid in de Jin. commissievacature C. L. M.
Lainbrechtsen, de heer JJ. Ochtmandie tevens tot
voorzitter der commissie werd benoemd
in de commissie voor de strafverordeningenvacature
C. L. M. Lambrechtsen, de heer A. E. Janssen
in de commissie voor den Hoofdelijken Omslagter
vervanging der heeren B. M. den Boer en J. Adam,
de heeren S. v. d. Peijl en W. Temperman
in de gas-commissie, vacature C. L. M. Lambrechtsen
en ter vervanging van den heer J. Fabery de Jonge,
de heeren J. J. Ochtman en B. Quist
tot hoofd-commissaris der vereeniging van werklie
den, ter vervanging van den heer B. M. den Boer,
d9 heer S. v. d. Peijl;
in de commissie van classificatie der schoolkinderen,
ter vervanging van den heer J. Adam, de heer
J, F. v. d. Leeuwen
in de commissie voor de Blaaubeenbeurs, vacature
C. L. M. Lambrechtsea, de heer S. J. J. de Jonge
Mulock Houwer.
Druk F. Kleeuwens Zoon. Goes.