1895 N°. 111. Donderdag 19 September. 82sle jaargang. I FEUILLETON. Koosje Heydemann. De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrjjdagavond, uitgezonderd op feestdagen. Prjjs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, f 1,75. Afzonderlijke nommers 5 cent; met bp blad 10 cent. Behalve aan ons Bureau worden Abonnementen en Advertentiön voor dit blad aangenomen bp de heeren Nijgh Van Ditmar te Rotterdam en verder bp alle Boekverkooper» en Brievengaarders. De pips der gewone advertentiön is van 1-5 regels 50 cent, eiken regel meer 10 tj- Bp directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prpi slechts tweemaal berekend. Geboorte-, hnwelpks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende- dankbetuigingen worden van 110 regels a f 1,berekend. Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald 20 ct Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel. Insending van advertentlên vóór 3 «ren op den dag der uitgave. OPENBARE VERGADERING van den RAAD der Gemeente GOKS, op VRIJDAG den 20 SEPTEMBER 1895, des avonds te 8 uren. Goes, den 17 September 1895. De Secretaris, VAN REIGERSBERG VERSLUIJS. Punten van behandeling: I. Notulen. II. Mededeelingen. III. Ingekomen stukken. IV. Rekening der gemeente over 1894. V. Rekening van het Gasthuis over 1894. VI. Begrooting Burgerlijk Armbestuur 1896. VII. Rekening van idem 1894. VIII. Kohier schoolgeld school E, cursus 1895/96. IX. Kohier schoolgeld Hoogere Burgerschool, cur sus 1895/96. X. Continuatie van den leeraar A. Kolkman. XI. Benoeming leden raadscommissiën. XII. Conversie gemeeDteschuld. DE TROONREDE. Gisteren is het nieuwe zittingsjaar der Staten - Generaal op de gebruikelijke wijze geopend, bp welke gelegenheid H. M. de Koningin-Regentes de volgende troonrede uitsprak Mijne Heeren Ik waardeer bet voorrecht de Staten-Generaal opnieuw rond mjj vereenigd te zien, gereed om hunnen belangrpken arbeid te hervatten. De algemeene toestand van land en volk geeft reden tot tevredenheid. De betrekkingen tot alle buitenlandsche mogend heden zijn van den meest vriendschappelijken aard. Zee- en landmacht kwijten zich bij voortduring op loffelijke wijze van haren plicht. In Oost-Indië waren zij bij vernieuwing in de gelegenheid schit terende blijken 7an moed en volharding te geven. De gezondheidstoestand is gunstig. Met erkentelijkheid mag gewezen worden op den in vele opzichten goeden oogst der veldgewassen. Het mond- en klauwzeer, dat tot het sluiten van naburige landen voor den invoer van ons vee aan leiding gaf, is nagenoeg geweken. De toestand van handel en nijverheid is, den invloed der in andere rijken gevolgde handels-staat kunde in aanmerking nemende, niet onbevredigend. Gedurende dit zittingsjaar wachten u opnieuw vele en gewichtige werkzaamheden. Voor de verdere behandeling der wets voordrachten tot herziening van de personeele belasting en tot 5) Naar het Duitsch van H. Fohrbach. III. Koosje had het lieht reeds uitgedaan en zieh te bed begeven, toen er zacht aan hare deur geklopt werd. Ze hief het hoofd op, en luisterde aandachtig, bjjna ademloos van angst. Juffrouw I juffrouw Heydemann riep iemand op gedempten toon. Koosje trok vlug een ochtendjapon aan en snelde naar de deur. Er werd weder geklopt. »Doe dan toch open, ik ben het, Eva!" Nauwelijks had Koosje de deur geopend of eene witte gedaante sloop de kamer binnen. »Zoo, GoddankNu ben ik gered," mompelde de barones, terwjjl ze neerviel op een stoel bp het raam. Gered Maar mevrouw stamelde Koosje angstig. »Ja> Ja> g®red", fluisterde de barones. »Kom hier dicht bij mp, dan zal ik u alles vertellen alles!" Ze duwde Koosje zachtjes op een stoel naast zich en schoof zelf een voetbankje voor haar bp. »Ziet ge, ürte ging even naar de keuken en toen ben ik weggeloopen, want ik was bang. In de gang zag ik hem heel duideljjk staan, maar ik sloop voorbjj zonder dat hp mij opmerkte. Waarheen zou hg zoo laat nog zijn gegaan, Koosje? Weet ge dat ook?" »Neen mevrouw, hoe zou ik dat weten", stamelde Koosje. >Niet, niet Nu maar ik weet het wel", ant woordde de barones eensklaps op droevigen toon. >Door den tuin, het park en het bosch, ver, ver van hier over de heide heen. Over de heide? Heydomann, Heydemann welk een vreemde naam 1" regeling van het kiesrecht roep ik in de eerste plaats uwe medewerking in. Voorstellen tot nadere regeling van de gemeente- finauciön zullen u bereiken, terwijl ook andere wets ontwerpen, ten deele reeds aangekondigd, zullen worden ingediend. De toestand onzer bezittingen in Oost- en West- Indië geeft, in het algemeen, reden tot voldoening. Met vertrouwen, Mijne Heeren, doe ik wederom een beroep op uwen ijver ter vervulling van uwe veel omvattende taak. Moge uw arbeid onder Gods zegen, strekken tot verhooging van den voorspoed van ons dierbaar vaderland. In naam der Koningin verklaar ik de gewone zitting der Staten-Generaal te zijn geopend." Dit korte openingswoord toont, dunkt ons, dat de regeering den toestand van het oogenblik juist inziet. Nu de kieswet eerlang in behandeling zal komen, past het niet allerlei ontwerpen aan te kon digen, die toch niet tot wet zullen worden ver heven, althans niet door deze Kamers. Dat de re geering ten dezen met de aankondiging eener nadere regeling der gemeente-financiën eene uitzondering maakt, kan dan ook alleen zijn oorzaak vinden in het urgente der quaes tie. Voor het overige geeft deze troonrede geene aanleiding tot bjjzondere be schouwingen. GOES, 18 September 1895. Waar we den indruk willen trachten weder te geven, dien de tooneelvoorstelling gisteravond in »de Prins van Oranje" alhier door de Neder- landsche tooneelvereeniging onder directie van den heer L. H. Chrispijn gegeven, niet slechts op ons, maar ongetwijfeld op het geheele vrij talrijke pu bliek heeft gemaakt, daar beginnen we met over te nemen, wat het Berliner Fremdenblatt van 2 Juli jl. over dit gezelschap schreef»Das intime Zusammen- spiel lüsst es wünschenswert erscheinen, dasz die hollündischen Gaste bald wiederkommen." Wel is waar zijn de leden van dit voortreffelijk gezelschap voor ons geene »hÖllandisch9 Gaste," maar het verlangen om hen spoedig weder te zien optreden, niet het minst om »das intime Zusam- menspiel" is daarom niet minder groot. Zelden toch zagen we een zoo voortreffelijk samenspel als gister avond, en al moge dit ook voor een niet gering deel te danken zjjn aan het groot aantal malen, dat het blijspel van Blumenthal en Kadeiburg »Twee wapens" door dit gezelschap is opgevoerd, zoodat de souffleur met zijn hokje achterwege bleef, in de eerste plaats toch is het de vrucht van studie en vooral van waarachtige kunst bjj de acteurs en actrices. Ze liet bet bleeke gelaat met een diepen zucht in de handen zinken en zat een poos zwjjgend neder. »U zult koude vatten, mevrouw 1" sprak Kooeje eindeljjk aarzelend. 7 Koude vatten? O, dat zou zoo erg niet zijn maar sterven Sterven lijkt mij iets vreeselijks, iets ontzettends I Ik wil niet sterven, neen, neen, ik ben bang voor den dood, ik Ze begon plotseling zachtjes te lachen en leunde vertrouwelijk tegen Koosje aan. »0", fluisterde ze, schuw rond kijkende, »ik weet hesl goed, dat er vroeger op die open plek eene bank gestaan heeft. Ik heb haar zelf van bovenaf in de rivier gegooid. Niemand weet dat, niemand, dan gij en ik." »Maar waarom deedt u dat, mevrouw vroeg KooBje met klimmenden angst. »Waarom Ja, waarom Ik wilde niet, dat hp daar boven zat, ziet ge, dat wilde ik nietwant hp zat daar niet met mp, ma3r met anderen u begrijpt me wel met anderen. Met jonge meisjes, met mijne gezelschapsjuffrouwen, maar alleen met de mooie, ja, ja, o 1 Maar zoodra ik er iets van be merkte, joeg ik zijne lievelingetjes weg, de éene voor, de andere naEu de bank wierp ik naar beneden, opdat hp nooit, nooit meer ze fronsde de wenkbrauwen, >u begrppt me wel, niet waar?" »Ik begrjjp u," stamelde Koosje. »En dan die bloemen in den tain Ge verwondert er u over, dat ik het gras zoo hoog Iaat groeien. Ach, het is nog niet hoog genoeg, en ik zal geen rust hebben voor al de bloemen geheel door het gras overdekt zijn, geheel en al, want hij houdt zooveel van bloemen en tooit er anderen mede mp niet maar anderen, anderen. Mooie, jonge meisjes en zelfs van de leeljjken houdt hij nog meer dan van mij, en daarom moesten die ook weg. Allen, allen Koosje streek zacht met de hand over het losge raakte haar der barones. »Achl u bent goed, juffrouw Koosje 1" snikte Wanneer we hun spel even willen bespreken, dan schijnt ons de opvatting, die de heer Ternooy Apèl heeft van de rol van Dietrich van Vinck, de gelukkigste. Zijn spel was zoo natuurlijk, zoo ge- h66Ï passend bij de rol, die hij had te vervullen, zoo beschaafd, dat het een waar genot was hem te zien en te hooren. Maar na hem wenschen we te wijzen op de uitstekende vertolking van de rol van den door eigen kracht r|jk geworden Amerikaan Thomas Forster, door den heer v. Weiterhoven. Zonder zich aan groote overdrijving schuldig te maken, wist hp den Yankee, die zich in de Euro- peesche toestanden en maatschappelijke verhoudingen niet weet te schikken, keurig weer te geven, ter wijl hij met bewonderenswaardigen tact volhield om het Hollandsch met een Amerikaansch accent te spreken, en er telkens Engelsche woorden tnsschen te voegen. Dat de heer Chrispijn een uitstekend acteur is, hadden we hier vroeger reeds bp herhaling de ge legenheid op te merken, maar ook ditmaal heeft hp als Maximiliaan, baron van Wettingen weder bewe- zeD, dat hij tot de beste tooneelspelers van Neder land behoort. Toch kon de opvatting, die hij van zijne rol had, niet in allen deele bevredigen, en scheen het of hij zich somwijlen wel wat aan over drijving schuldig maakte. Wat minder kleingeestig heid en wat meer waarachtige aristocratie waren hier meer op haar plaats geweest, zonder dat de tegenstelling met de zeer democratische neigingen van den Amerikaan er ondei behoeft te lijden. Maar dit neemt niet weg, dat de heer Chrispijn de opvatting, die hp van zijne rol heeft, tot het einde toe meesteripk volhoudt, en daardoor geen oogen blik met zichzelf in tegenspraak komt. Ook de overige acteurs, zoowel als de dames ver vulden hunne rollen zeer goed, doch zjj treden te weinig op den voorgrond om daarover hier veel uit te weiden. Alleen mag niet onvermeld blijven, dat mevr. Ternooy Apèl als Hanna Stephenson, de Amerikaansche vrouw van zaken bijzonder goed vertolkte. Het stuk zelf behoort ongetwijfeld tot de geestigste blijspelen van Duitsehen bodem, die in den laatsten tijd in Nederland zijn ten tooneele gevoerd, en het bevat tal van aardige verwikkelingen, geestige zet ten, en pittige samenspraken. Het gesprek tusschen den Amerikaan en Dietrich van Vinck in het derde bedrijf is een der beste en geestigste tooneelen uit het geheele stuk. Jammer, dat het slot van het vierde bedrijf zoo zonderling is, en het stuk daar door eenigszins als eene nachtkaars uitgaat. We eindigen, zooals we begonnen zijn, met den wensch, dat de Nederlandsche tooneelvereeniging spoedig nog eens hier moge optreden, waartoe wel licht bij een bezoek aan Middelburg op heen- of terugreis dezen winter wel gelegenheid kan gevon- deze, »u zult wel nooit bloemen van hem aannemen, niet waar Urte is ook zoo goed, soms wel eens een beetje streng, maar ze houdt toch veel van mij, dat weet ik; maar die anderen, die anderen Ach!" Ze stond op en ging zonder verder een woord te spreken de kamer uit. Koosje bleef nog een oogen blik op den stoel bij het venster zitten. Toen ging ze licht huiverend weder naar bed. IV. Den volgenden morgen werd Koosje reeds vroeg bp de barones geroepen. >Het regent", sprak deze verdrietig, toen Koosje binnentrad, »dan gevoel ik mij altijd ziek, dan ben ik uit mijn humeur en zenuwachtig. Wilt u mij wat gezelschap houden Ze stak Koosje hare magere, blanke hand toe. >0, heel gaarne, mevrouw! Wil ik wat piano spelen?" vroeg Koosje, verheugd dat zp de arme, eenzame vrouw een dienst kon bewijzen. Ja, speel wat, maar iets ernstigs, iets droevigs." Nauwelijks had Koosje het instrument geopend en een paar accoorden aangeslagen, of de barones stond reeds naast haar. >Neen, neen, u moet niet spelen, neen, neen, ik zelf ik »Dat vind ik heerlijk, dat u zelf lust hebt om muziek te maken, mevrouw", sprak Koosje opstaande, »nu zal uwe droefgeestigheid wel spoedig verdwijnen, en voor opgewektheid plaatsmaken." »Ach, ja, jaAls het maar ophield met rege nen, anders vrees ik ze legde zuchtend de handen op de toetsen en keek met hare groote, lichtblauwe oogen voor zich uit. »Ik ken een lied", mompelde ze, »een lied, dat zal ik u eens voor zingen. Hjj heeft het gedicht en er ook de muziek bij geschreven. Het spreekt van het geluk, dat eerst in de lente zou komen, toen in den zomer werd verwacht, toen in de herfst moest worden gezocht, en eindelijk in den winter werd tegemoet gezien, maar dat alleen kan komen, wanneer anderen den worden. Het tooneelseizoen is ditmaal hier vroeg begonnen, maar dit begin is luisterrijk geweest en zal zeker niet spoedig vergeten zijn. Driewegen. De raad dezer gemeente heeft be sloten om eene toelage ad f 25 te verstrekken aan den heer L. Boogaert bp zijne vestiging als veearts te Ovezand. Bij Kon. besl. is {benoemd tot officier van justitie bij da arrond-rechtbank te Zieriksee mr. K. M. Schram de Jong, thans substituut-officier van justitie bij de arrond.-rechtbank te Tiel. Tot ridder iu de Leopoldsorde is benoemd de heer J. de Kater J z., konorair-consul te Brou wershaven. Men meldt dd. gisteren uit Roermond aan de Tel.: Met den trein van 8 uur 10 min. arriveerden hier hedenmorgen de gouverneur der provincie Lim burg jhr. mr. G. L. M. H. Ruys van Beerenbroek, de heer Flament, archivaris, benevens de heer Everts, assistent van den archivaris. Kapitein Aliard bevond zich met twee marechaus sees op het perron en geleidde den Commissaris der Koningin naar een gereed staand, met twee paarden bespannen rjjtuig. Buiten het station had zich een onafzienbare menigte verzameld. Plotseling klonk er een fluitje, weldra door anderen gevolgd. Daarna ging onder de menigte een ge mompel op, dat van weinig instemming met het hooge bezoek getuigde. Iu di af werd naar het stadhuis gereden, waarheen zich ook het volk begaf. De correspondent der N. R. Ct. meldt nog Liet het zich Dinsdagochtend aanzien of de stad in rep en roer zou komen, tegen 10 uur reeds was alles kalm. Behalve het gefluit en geschreeuw bij aankomst van den Commissaris der Koningin, is er niets voor- Het archief is uitgezocht en dat van het rijk naar Maastricht gezonden. De archieven tot de gemeente behoorende en eenige stukken van twpfelachtigen aard, zjjn te Roermond De Commissaris der Koningin verliet nog heden, de stad. Voor zooveel de schrijver der Haagsche kroniek van de N. Gr on. Ct. heeft kunnen te weten komen staan de kansen der kieswet niet slecht. Wel is er ongeveer niemand in de afdeelingen der Kamer geweest, die het ontwerp onvoorwaardelijk verdedigd heeft, maar er heerschte toch algemeen het ons brengen. Ik zal het u voorzingen, maar hij mag het nooit te weten komen, nooit, nooit, want ik heb de muziek stilletjes overgeschreven/ Nu ken ik de woorden en de muziek beide reeds lang van buiten." Ze lichtte de handen op en liet ze weder op de' toetsen dalen en zong toen, zonder te spelen, zachtkens voor zichzelf het lied van het geluk. »Vindt ge het niet een vreemd lied?" vroeg ze* aan Koosje, toen ze geëindigd had. »Ja, mevrouw, ik vind het aangrijpend schoon." »Hm, ja maar toch meer vreemd dan schoon. En vindt ge niet dat het als voor mij gemaakt is Tot mij is het geluk niet in de lente gekomen, en in den zomer In den zomer kwam hij, maar niet het geluk." Zij fronste de wenkbrauwen en vroeg eensklaps: Dunkt u, dat ik nog gelukkig zou kunnen wor den Geloolt ge dat, Koosje >Sfcellig, mevrouw," antwoordde Koosje op innigen toon, terwijl ze de hand der barones streelde. »TJ zjjt nog jong en het zomerzonnetje lacht u nog tegen." >Neen, neen, het is reeds herfst," mompelde me vrouw von Schliewen. »Hoe staat er ook in het lied In den herfst moet men het zoeken" neuriede ze voor zich heen. »Ja, ja, maar ik ben dikwijls zoo moe, zoo angstig zooWilt gjj mp het geluk helpen zoeken vroeg ze plotseling. »Ja, dat wil ik," sprak Koosje hartelijk, en ze raakte het blonde hoofd, dat tegen haar boezem leunde, even met de lippen aan. Maar dan moeten we nu ook opgeruimd zjjn, want ik heb altjjd ge hoord, dat het geluk het liefst komt daar waar alleen vrooljjke gezichten, lach en scherts gevonden worden." >Gjj hebt gelpk, we moeten vrooljjk zijn. Hp is ook nooit treurig, hjj lacht en schertst den ganschen dag, soms meer dan ik kan verdragen. Ja, hij is altijd vrooljjk als hjjniet boos is, maar soms is hij dagen en weken lang boos," vervolg ie ze peinzen 3. Hebt ge hem al eens boos gezien^KjosjeJ* k,

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1895 | | pagina 1