drgvtn. Hierdoor kan een regelmatig goede gang
bevorderd worden, en was eene verhooging van Java
zeker niet gewenscht bg de matige prjjzen van Santos
en andere bgsoorten.
De liberale kamerleden, behoorende tot de
groep-Borgesins c. s., hielden gisteravond
eene club-bgeenkomst in het gebouw der Tweede
Kamer. Ook de katholieke kamerleden hielden eene
club-vergadering.
In de zitting der Tweede Kamer waren
gisteren ingekomen verschillende wetsontwerpen, o. a.
het wetsvoorstel van den heer Gerritsen, betrekkelijk
de eedsaflegging.
Tot voorzitters der afdeel in gen werden gekozen
de heeren Kerdijk, Rutgers, Veegens, Tak en Haff-
mans. Tot onder-voorzitters de heeren Beelaerts,
Bastert, Viruly, Borgesius en De Savornin Lohman.
Met het stoomschip Gelderland der »Rotter-
damsche Lloyd" zijn te Rotterdam aangebracht 29
kanonnen op Lombok buit gemaakt.
Het metaal van deze kanonnen iB bestemd tot het
vervaardigen van medailles of kruisen, die uitgereikt
zullen worden aan degenen, die den Lombok-oorlog
meemaakten.
Door verschillende bladen werd gemeld, dat
de voorzitter van Patrimonium", de heer Kater,
na Maandag als lid der Pensioencommissie geïnstal
leerd te zgn, ernstig ongesteld teruggekeerd is, en
zich in een ziekenhuis ter behandeling begeveD heeft.
Tot toelichting op dit bericht deelt de Standaard
mede, dat het de oude ongesteldheid is, die de
Bondsvoorzitter, nu in heviger mate overviel. Hij
heeft in het ziekenhuis een lichte operatie aan de
keel ondergaan, en wel met gunstigen afloop.
Men herinnert zich bet sensatiebericht, dat
onlangs door de Fransche couranten werd verspreid,
dat o. a. onze landgenoote freule Tinne niet
éoid zou zgn.
In de brochure, waaruit de Fransche bladen dat
bericht hebben geput, werd echter enkel van de
kinderen van freule T. gesproken en niet van de
reizigster zelf.
De redactie der Bord. Ct. heeft zich daarop
gewend tot den schrijver der brochure zelf en de
volgende inlichtingen bekomen
>In tegenstelling met de berichten van sommige
(Fransche) bladen heeft de heer Djebari de persoon,
die hg als juffrouw Tinne beschouwt, niet gezien,
om de afdoende reden, dat zij gestorven is in 1887,
lang voordat de schrgver zijn reis naar Soedan deed.
M. Djebari heeft slechts een zoon en een dochter
▼an deze dame gezien. Haar dochter is blond de
eenige blonde, die de heer Djebari in dat land heeft
ontmoet zg scheen hem ongeveer 22 jaar oud.
Zij droeg aan haar hals een gouden kettinkje met
een krui", dat eveneens van goud was. Men noemde
haar: de dochter der Christin.
M. Djebari heeft, hoewel hij zich zeer voor deze
zaak interesseerde, niet de gelegenheid gehad zijn
onderzoekingen ver uit te strekken. De tekst van
de aantsekeningen, die hij in Soedan gemaakt heeft,
is opgenomen in het werk, waarvan ik u gesproken
heb." (Au Pays des Touaregs).
Zooals men ziet, zon dus freule Tinne niet den
eersten Augustus 1869 vermoord zgn, maar zou zij
eerst 18 jaar later in 1887 gestorven zijn en twee
kinderen hebben nagelaten.
Kerkelijke Zaken en Onderwijs.
Aan den heer W. Cannenbnrg van Ingen,
predikant bij de Hervormde gemeente te Urmoud,
▼roeger gedurende eene reeks van jaren predikant
te Borsele, is tegen 15 Sept. e. k. eervol emeritaat
verleend.
Gemengde Berichten.
We vestigen de aandacht op het buitengewoon
concert, dat bet harmoniegezelschap »Euphonia" den
kunstlieven ien leden zal aanbieden. De vereeniging,
die behoefte heeft aan veler steun, verdient, dat zij,
die nog geen lid zijn, tot de vereeniging toetreden,
kasteel" mompelde ze, »en het zou mij niets ver
wonderen als ik zoo dadelijk uit de struiken het
een of andere monster zag opduiken dat eindelijk,
als ik het zeven jaar trouw hebt verzorgd en ge
koesterd, de griezelige huid afwerpt, eu als een
schoone prins voor mij staat."
Ze glimlachte en ging, zacht neuriënde langs het
begroeide tuinpad rechts het park in, waar zij een
poosje doelloos rondslenterde, tot ze op een open
plek aan den oever van de rivier stilhield. Ze
wilde zich juist in het gras neervleien, toen ze
August opmerkte, die op den rand van den steilen
oever met zijne beenen zat te schommelen en ernstig
naar het onder hem stroomende water staarde.
Goeden avond 1" zei Koosje op hem toetredende.
Goeden avond, juffrouw Heydemann."
Mag ik bij u komen zitten
»Wel, waarom niet, als u daar lust in hebt,
juffrouw? Maar het gras zal wel vochtig zijn."
>Dan bljjf ik maar liever staan, maar dan moest
a ook niet gaan zitten."
»Och, wg zgn dat meer gewoon, juffrouw, maar
n moet niet »u" tegen mg zeggen, ik ben nog
maar pas vgftien jaar geworden."
»Du8 moet ik »jij" zeggen?"
>Ja, dat vind ik veel prettiger, en dat is hierin
Litkauen ook de gewoonte. Hier zegt iedereen jij
en jou, bjj de kleinere grondbezitters zeggen de
knechts het zelfs tegen hunne meesters. Dat gebeurt
na wel is waar op Russeinen niet, want hij zegt
tegen niemand jij, zelfs niet tegen den kleinsten
herdersjongen, en dus zegt niemand het ook tegeu
hem."
Hg Wien bedoelt ge
August keek schuw om zich heen naar de donkere
boomen in welker toppen het avondwindje speelde. I
»Als ik >hg" zeg, dan bedoel ik den baron."
waardoor zij den bloei der vereeniging helpen be
vorderen, terwjjl zij bovendien voor hun toetreding
reeds recht van toegang hebben op dit concert.
Voorts worden op de te geven winterconcerten den
kunstlievenden leden ook nog bjjzondere voordeelen
aangeboden.
Men kan van de vereeniging voor een heel jaar
lid worden voor welk bedrag men wil, doch het
minimum van lidmaatschap is uiterst laag g<Bteld,
nl. op f2.50 voor een huisgezin-kaart, en voor on
getrouwde heeren boven den leeftijd van 18 jaar op
f 2,00 'sjaais.
Uoraele. Maandagavond verwelkomde het Fan
farekorps alhier den heer PoullierKetele uit Rijssel
in Frankrijk, die Zondag te voren met een aantal
andere heeren jagers in de gemeente arriveerde.
De vereeniging gaf verscheidene nommerB ten beste
tot groot genoegen van de om hunne vriendelijk
heid geachte heeren. Dat de attentie van het korps
op prijs werd gesteld bewees de omstandigheid dat
de heer Poullier—Ketele aan het gezelschap eene
som van f 150 overhandigde, alsmede een bedrag
van f 10 voor gebruik van ververschingen. De leden
benoemden den heer Poullier—Ketele tot bescherm
heer van het korps, hetwelk met genoegen werd
aanvaard. Ook het publiek, dat in grooten getale
was opgekomen, profiteerde bijzonder van de uit
voeringen. Door de gulhartigheid van vele heeren
heerschte den geheelen avond eene recht feestelgke
stemming.
Uit Vlissingen meldt men het volgende vreese-
lijke ongeluk aan de M. Ct.:
Maandagavond, tusschen negen en tien uur, heeft
op de rivier de Schelde, boven Rammekens, ter
hoogte van de Calloobank eene aanvaring plaats ge
had tusschen het binnenkomend Noordsche ss. Xania
van Gefle naar Antwerpen, en het afkomend Spaan-
sche stoomschip Manillavan Antwerpen naar Sa
tander, met het noodlottig gevolg, dat het eert tge
melde schip binnen weinige oogenblikken gezonken
is, waarbg de Belgische rivierloods Hemelrijk, drie
matrozen en twee kinderen van den gezagvoerder
Mohn zgn verdronken de overige negen man der
equipage zgn door het Spaansche stoomschip gered.
De Manilla zelve is lek en ligt ter reede wachtende
op orders.
De aanvaring had plaats met prachtig weder en
helderen maneschijn.
Het Spaansche stoomschip Manilla was een nieuw
schip, dat zgn eerste reis deed.
De bemanning der Xania had zich in een der
booten gered, doch deze sloeg om, door de draaikolk
of zuiging, die ontstond door het zinken van het
schip.
De verdronken kinderen waren knapen van zeven
en negen jaar, die de reis voor hun genoegen met
hun vader, den gezagvoerder, medemaakten. De
ongelukkige vader moet nog geruimen tijd zijne
kinderen zwemmende boven water gehouden hebben.
Het lijk van een der jongens is gistermorgen bij
Vlissingen aangespoeld en werd per brancard naar
het lijkenhuis op de algemeens begraafplaats gebracht.
De verdronken manschappen waren de 2e machinist,
de bootsman en één matroos.
De verdronken binnenloods Hemelrijk was gehuwd
en laat eene weduwe met vijf kinderen achter.
Te Klapperbrug onder de gemeente Vlacht-
wedde, alwaar de sluisdeuren vernieuwd worden, is
Maandag onder het heien onverwacht het heiblok
naar beneden gevallen, waardoor vier werklieden
werden gedood.
Tijdens het verblijf van de Koninginnen te
Assen moest de jongen van een banketbakker
aldaar eene flosch met zuurtjes in de"» buurt van het
hotel van den Commissaris bezorgen. Bij ongeluk, viel
de flesch echter uit zgn hand. Het kleine ongeval
trok dadelijk een aantal menschen met den huilenden
jongen als middelpunt. Een oogenblik later kwam
een lakei uit het hotel, namens de jonge Koningin,
die het ongeval van uit het raam van haar kamer
gezien had, den jongen een gulden brengen. Dit
trekje van beminnelijke goedhartigheid van de jonge
Vorstin viel zeer iu den smaak van het publiek.
»Zoo, dus de baron zegt nooit »jg" tegen de
bedienden
»Neen, juffrouw Heydemann."
>Je kunt me gerust Koosje noemen."
>0, als ik mag. U bent toch wel goed" zeide
August, met zijne kleine, heldere oogen naar haar
opziende, >en en het spijt me erg, dat u hier
gekomen bent."
»Wat bedoelt ge daarmede?"
>Nu, ik wil maar zeggen," antwoordde August,
zijne beenen optrekkende en verlegen zjjne muts in
de handen ronddraaiende, >ik wil maar zeggen,
hm dat het toch voor eene beschaafde dame heel
vervelend moet zgn onder vreemden te gaan
>Ja, daar heb je gelijk in. Het is mij dan ook
niet gemakkeljjk gevallen. Maar wat moest ik be
ginnen Mijne ouders waren gestorven, en ze lieten
me niet genoeg na om van te leven."
»En hebt u geene familie, die voor u kan zorgen
»Ik heb maar een oom, die is mijn voogd, maar
och rgkelui zgn soms zoo vreemd."
Ja, ja, juffrouw 1 daar hebt u gelijk in", viel
August haar vol overtuiging in de rede. »Ze zijn
soms erg vreemd, trotsch en zoo van uit de hoogte.
Als ze iets op het hart hebben dai zeggen ze boe
noch ba om zich eens wat te verlichten. Zg zijn
trotsch en zoo gesloten. Hij bijvoorbeeld." August
legde den vinger tegen de lippen en keek zorgvul
dig naar alle kanten rond.
>Nu, wat is er van hem?" fluisterde Koosje op
gewonden.
»Hjj, wel! hij is erg vreemd" antwoordde August
ontwijkend. »Maar zeg eens, hoe oud bent u eigen-
ljjk, juffrouw?''
»Ik moet in 't najaar achttien worden."
»Pas achttien! Lieve God! Zulk een jongmeisje
heeft de barones nog nooit bjj zich gehad. Juffrouw
Verleden jaar werd eene vrouw te Gmitrode,
bij Budel, moeder van een tweelingthans is zij
moeder geworden van vier zonen, iloeder en kroost
zijn welvarend.
Zaterdagavond omstreeks 9i/« uur moest een
werkman aan de gasfabriek te Delft meer licht ver
schaffen door een verkeerden draai aan de hoofd
kraan verkeerde de geheele stad eensklaps in duis
ternis; hoewel spoedig hersteld, gaf het ongeluk
tot vele grappige voorvallen aanleiding.
Een ernstig ongeluk bad Maandagavond te
Doorn plaats. Even na het vertrek van den stoom
tram, die tenj 8.25 naar het station ZeistDrie-
dergan gaat, hoorde men, dat er een heer van een
der tramrijtuigen was gevallen. Bij onderzoek bleek,
dat een le klasse passagier bij de bocht nabij den
tol alhier van het balkon was gevallen en zoodanig
verminkt, dat de onmiddellijk ter plaatse aanwezig
zijnde geneeskundige dr. Van Dam den dood con
stateerde. Het lijk is in bewaring genomen en aan
de firma, waarvoor de ongelukkige reiziger was,
werd kennis gegeven van het ongeval.
Een mannelijk persoon, zoo vertelt het Leid-
sche Bagbl. stapte Zondagmiddag aan de Kaiser-
straat te Leiden in de overhaal, welke de gemeen
schap onderhoudt tusschen Leiden en den Witten
Singel. Op dezen Singel gekomen, had hij er geen
zin in, om het verschuldigde transportgeld van éen
cent te betalenwel wilde hij echter weer terug,
maar aangezien de toegang tot de pont hem thans
werd ontzegd, ontkleedde hij zich, begaf zich te water
en bereikte zwemmende den overkant, waar hij een
politie-agent in de armen liep, die hem beval zich
te kleeden en hem daarna arresteerde.
Toen Zaterdagmiddag de wagen met porselein
enz. bestemd voor het diner, door de gemeente
Assen aan de Koninginnen aan te bieden, bij de
goederenloods bij het station te Assen de helling
afreed, kantelde hij en viel omver. Daardoor werd
eene aanzienlijke schade veroorzaakt.
Uit Utrecht wordt het volgende staaltje van
oplichterij gemeld
Een aantal personen ontvingen een inteekenlgst,
zoogenaamd ten bate van eene weduwe Van Wijck,
wier man van een stelling was gevallen en leven
loos naar huis vervoerd. Die vrouw zoo heette
het verder was ontijdig bevallen en eenige dagen
daarna wegens krankzinnigheid naar het genees
kundig gesticht overgebracht.
De bij de lijst gevoegde circulaire vermeldde voorts
nog, dat de man, een metselaar in dienst bij den
heer D. de Leur Jzdoor een bloedspuwing over
vallen en daardoor van den steiger gestort was,
zoodat de maatschappij tot uitbetaling bij onge
lukken niet behoefde uit te keeren.
De heer De Leur echter altijd volgens de
circulaire had medelijden met de weduwe die,
na vier maanden verpleegd te zijn geweest, als her
steld werd ontslagen en nu aan een zaakje moest
worden geholpen. Daartoe prijkte zijn naam als
eerste onderteekonaar op de lijst met een bedrag
van f 100.
Al deze bijzonderheden gaven aan het geval een
zoodanigen schijn van waarheid, dat twintig geachte
ingezetenen dit lofwaardig voorbeeld volgden en be
reidvaardig hunne penningen aan de arme weduwe
offerden. De laatste der inteekeDaars zond echter
de lijst a3n den heer De Leur terug, met bijvoeging
van een biljet van f 60.
En nu bleek het, dat de heer Da Leur van het
geheele geval niets afwist, noch van een ongeluk
met oen zjjner werklieden, noch van eene weduwe
Van Wijck, en nog minder van eene gift zijnentwege
van f 100. Hij deelde de zaak mede aan de politie,
welke een onderzoek naar de ontwerpers van de
lijst instelt.
Wij lezen in de Tel.
Het vooroordeel, dat vele menschen nog weer
houdt om paardevleesch te eten, is volkomen onge
grond en heeft geen zin. Niemand kan zich eigenlijk
er rekenschap van geven waarom hij iets tegen dat
vleesch heeft. Het paard is, zooals ieder weet, een
van de zindelrjkste dieren, en het is wat zijn voe
ding betreft veeleischender dan een van onze nuttige
huisdieren. Alleen goed en gezond voedsel en zuiver
water neimt het tot zich en het zou liever verhon
geren dan het vuile sopje te genieten dat vaak aan
runderen en varkens gegeven wordt.
De smaak van het paardevleesch verschilt zoo
weinig van dien van rundvleescb, dat het er dik
wijls voor gegeten wordt. En zonder het te weten
zullen we het allemaal als rundvleesch verorberd
hebbeD, speciaal in worst. Het vleesch van ezels en
muildieren wordt wel in de echte Italiaansche Sa
lami-worst als een delicatesse gegeten en duur betaald.
Het is dus alleen een vooroordeel, wanneer wij
voor paardevleesch den neus optrekken. De schade
die dit vooroordeel aan de Europeesehe menschheid
heeft berokkend, is enorm. De nationale rijkdom
heeft door de waardeloosverklaring van wat het
paard kan opleveren en door de nadeelige gevolgen
voor de paardenfokkerij onberekenbaar veel geleden.
Doch ook uit een sociaal oogpunt is het zeer te
betreuren, dat millioenen menschen zich gebrekkig
voedden met aardappelen en krachtlooze stoffen,
terwijl vele millioenen ponden van het beste en ge
zondste vleesch aan de menschelijke behoefte werden
onttrokken.
Zoowel de ondervinding als wetenschappelijke
onderzoekingen hebben aangetoond, dat paardevleesch
naar verhouding het meest voedzame is van alle
vleeschsoorten. Bmillon van paardevleesch is zeer
krachtig en voedzaam. Zij bevat tweemaal zooveel
opgeloste stikstofbestanddeelen als bouillon van de
zelfde hoeveelheid rundvleesch getrokken. In veel
hospitalen wordt die bouillon dan ook aan zieken,
die versterking behoeven, gegeven.
Wanneer het vleesch van een niet te oud en goed
gevoerd paard met zorg wordt gepekeld, hebben de
smaak en de reuk eenige overeenkomst met die van
ganzevleesch. Deze smaak wordt veroorzaakt door
de voeding met haverpaarden, die alleen met
gras en hooi gevoerd worden, missen dien smaak.
Paardevet is nog weeker dan varkensvet, bijna olie
achtig en het levert dus veel op. Een uitstekende
eigenschap van paardenvleesch is nog, dat het zoo
wel in rouwen als in gekookten toestand langer
goed blijft dan rundvleesch.
Maar vooral omdat het vleesch zoo gezond is,
komt het paard als slachtdier in aanmerking. Tri
chinen enz. kent het paard niet en tuberculose komt
bij paarden zeer zelden voor. In Berlijn werden van
1 April 1890 tot 31 Maart 1891 geslacht 124.593
runderen en daarvan waren er 14.793 d. i. 12 pet.
of 1 op 11/2 tuberculeusen werden geslacht 8471
paarden, waarvan er niet een tuberculeus was.
Volgens de laatste telling waren er in het Duit-
sche rijk 3.852.000 paarden. Den gemiddelden leef
tijd op 15 jaar stellend, komt men tot een sterfte
van jaarlijks 257.000 paarden. Daarvan worden er
ongeveer 86.000 geslachtde beste qualiteit werd
voor menschelijke voeding gebruikt, de mindere als
hondenvoedsel. Het vleesch van 171.000 paarden
wordt dus jaarlijks in het geheel niet of voor een
klein deel met weinig voordeel voor technische doel
einden gebezigd. Jaarlijks kan men rekenen dat
Duitschland door veronachtzaming van paardevleesch
een verlies lijdt van 21 milliuen gulden, de prijs
van 50 kilo op f 24 geschat.
De bekende C. Voit berekent de gemiddelde be
hoefte van een volwassen mensch aan vleesch op
230 gram, waaronder 18 gram aan beenderen en
21 gram aan vet is begrepen. Volgens deze bereke
ning zouden meer dan een half millioen menschen
een krachtige en gezonde voeding vinden in het nu
weggeworpeu paardevleesch. Bestond het vooroor
deel tegen paardevleesch niet, dan zouden er twee
maal zooveel paarden worden geslacht en zouden
een millioen menschen zich daarmee kunnen voeden.
Voor den nationalen rijkdom is echter van nog
grooter beteekenis de hoogere waarde, die daardoor
het paardenmateriaal zou verkrijgen. De paarden
fokkerij zou uit het gebruiken van paardenvleesch
als menschelijk voedsel een ontzaglijk nut trekken.
Als een paardenfokker bemerkte, dat een veulen een
slacht paard zal worden, dan zou hij zich de moeite
en de kosten vau het opkweeken niet getroosten,
wanneer hij het op andere manier van de hand kon
zetten. Hij zou meer goede paarden fokken en de
overige voor de slachtbank bestemmen. De paarden-
Thérèse was de jongste van allen, maar die was ten
minste rog vier en twintig jaar."
»Je zegt zoovan allen. Verandert de barones
dan zoo dikwijls van gezelschapsjuffrouw
»Hm niet meer dan noodig is." August trok
een bosje gras uit en speelde met de halmpjes.
»Maar hoe komt het dan, dat de barones onder
al degenen, die in haar huis geweest zijn, rooit
iemand heeft kunnen vinden, die haar aanstond
August haalde de schouders op.
Waren ze dan niet geschikt voor hare be
trekking
»Och, dat wel! Ze spraken allen vreemde talen en
kenden muziek, maar velen waren voor Russeinen
te mooi hij knipte met de oogen»u begrijpt
mij welEn de anderen waren te leelijk. De eersten
ontsloeg de barones, de anderen hm maar
wat zit ik toch te babbelen viel hij zichzelf
plotseling in de rede, »ik weet eigenlijk niets zeker
en op den keper beschouwd, gaat de geheele rommel
mij ook niets aan. Ik ben benieuwd, hoelang u
hier zult zgn, juffrouw Koosje."
»Nu, ik ben van plan hier minstens een jaar te
blijven," sprak Koosje beslist.
Dat is heel langvoor Russeinen bedoel ik.
Bent u vroeger ook al in betrekking geweest
>Neen, August! mijn vader is pas vier maanden
geleden gestorven en vóór dien tijd behoefde ik
niet onder vreemden te gaan."
»Hm zoo Jamaar vergeef me, dat
ik zoo brutaal naar alles vraag." Hg kreeg zelf
eene kleur >hebt ge dan geen vrijer om mee te
trouwen
Koosje lachte luid. >Neen, August."
>Maar u ziet er toch lief genoeg uit, en ik heb
altijd gehoord, dat er iu Berlijn zooveel jonge men
schen wonen".
»Ja, en toch heb ik nog geen vrijer," antwoordde
Koosje altijd glimlachende. »Maar nu wensch ik je
goeden nacht, August, het is Iaat geworden."
»Goeden nacht, juf August hied eensklaps
op en trok Koosje in de schaduw der boomen. »Hebt
u niets gehoord fluisterde hij.
»Neen, maar nu kraakt er iets in het hout,"
sprak Koosje op geljjken toon, maar een weinig
zenuwachtig. »Ik hoor iemand loopen. Wie zou
dat zijD, August
August hield den vinger tegen den mond. Toen
het weer stil geworden was, sprak hij diep adem
halend Hij was het; maar nu vaarwel, juffrouw
Koosjehet is hoog tijd, dat u heen gaat. Als de
wolf zich vertoont, moeten de schapen zorgen op
stal te zijn, denk daarom." Hij knikte haar nog eens
toe en verdween in de schaduw der boomen.
Koosje keek angstig rond. »De wolf, de wolf!
Zou bij evenals de draak uit het sprookje door de
struiken komen
Een zacht windje ruischte door de toppen der
boomenover de rivier klonk het zwaarmoedige
gezang van Russische vlotschippers aan den anderen
oever. Koosje's oogen vulden zich met tranen zoo
verlaten en hulpeloos als thans had ze zich nog
nooit gevoeld. Bevend van angst en zenuwachtigheid
sloop zg door het park, om den tuin heen, wipte
over het voorplein en zoo in huis.
In de kamer, die op de veranda uitkwam, liep
iemand in regelmatigen stap heen en weer. >Hg
dacht Koosje en eene huivering beving haar. Zg
vloog de trap op zoo hard ze kon en haalde eerst
vrijer adem, toen ze zich op hare kamer bevond en
ze de deur goed op slot had gedaan.
,/ordt vervolgd