1895 N°. 42. Zaterdag 6 April. 82sle jaargang. De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrgdagavond, uitgezonderd op feestdagen. Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, f 1,75. Afzonderlfjke nommers 5 cent; mot bijblad 10 cent. Behalve aan ons Bureau worden Abonnementen en Advertentiën voor dit blad aangenomen bjj de heeren Nijgh Va.n Ditmar te Rotterdam en verder bij all® Boekverkoopers en Brievengaarders. De prjjs der gewone advertentiën is van 1-5 regels 50 cent, eiken regel meer 10 cte. Bp directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prjjs slechts tweemaal berekend. Geboorte-, huweljjks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 110 regels a f 1,berekend. Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ct Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel. Insendin* van advertentfen voor 9 aren op den dn* der nft*avf. GOES, 5 April 1895. Ook wij kunnen thans met zekerheid mede- deelen, dat mr. J. C. R. v. d. B i 11 bij de aan staande verkiezing voor leden van de Prov. Staten niet meer in aanmerking wenscbt te komen. Een verzoek om zich in bet boofdkiesdistrict Sluis eder beschikbaar te stellen, is dan ook door hem, onder dankzegging voor het in hem gesteld vertrouwen, van de hand gewezen. Op de medegedeelde lijst der genees kundigen enz. in Zeeland, opgemaakt door den inspecteur voor het geneeskundig staatstoezicht in Zealand c. a. op 1 Januari 1895 komen voor 83 genees- en heelkundigen, 36 vroedvrouwen, 23 apo thekers, 2 tandmeesters en 1 drogist. De doctoren enz. bevinden zich in 50 gemeenteD, de vroedvrou wen in 29, de apothekers in 7 en do tandmeesters in 1 gemeente. Onze provincie bestaat uit 109 ge meenten, weshalve 59 gemeenten g^en rigen genees heer bezitten en 70 geen vroedvrouw. Klfewoudsdijk. In de Donderdag alhier ge houden gemeenteraadsvergadering werd tot gemeente geneesheer benoemd d« heer H. R. Folmer, arts te Driewegen, met 4 stemmen. De andere 3 werden uitgebracht op den heer L. A. J. Deijer, arts te Hoedekenskerke. Borsele. In de Woensdag gehouden vergadering van den Dijkraad van het calamiUuze waterschap EllewoudsdijkBorsele werd, op voorstel van het bestuur, besloten, tot uitbreiding van de in Januari 11. voorgestelde oeverwerken te Ellewouds- d ij k met een zinkstuk en de vereischte steenbe- storting, zoodat bij goedkeuring drie stukken zullen worden gezonken en eene belangrijke hoeveelheid steen zal worden gestort. Men raamde een en ander op f 31720. De begrooting der inkomsten en uit gaven voor 1895/96, bedragende in ontvang f 60490,57s en in uitgaaf f 65112,40, onderging bij de vaststel ling geene verandering, zoodat ook het dijkgeschot en de bijdragen werden vastgesteld zooals door het bestuur was voorgedragen. De raming der kosten van schatting der pachtwaarde bleek niet toereikend met f 1225, weshalve eene verhooging van f 159,08s werd toegestaan. Onder goedkeuring van heeren Gedeputeerde Staten vond de Dijkraad goed een pensioen van f 200 's jaars toetekennen aan de weduwe van een overleden waterbouwkundig amb tenaar. Wolfertsdijk. De verordening tegen de vermomde bedelarjj, onlangs, zooals we reeds mededeelden, door den gemeenteraad alhier vastgesteld, is door Gedep. Staten dezer provincie goedgekeurd. Wanneer nu maar de ingezetenen deze poging van het gemeentebestuur om bedelarij te weren, zooveel mogelijk in de hand werken, zullen we vermoedelijk weldra van het zoo lastige bedelen verschoond zijn. De liberale kiesvereoniging te Veere heeft tot voorloopige C3ndidaten voor de Provinciale Staten gekozen de heeren: C. J. J. A. Van Tey- lingen, C. L. Van Woelderen, jhr. mr. A. A. Van Doorn, H. P. J. Tutein Nolthenius, mr. F. J. Spren- ger ©n dr. A. Van der Swalmen. Do toestand van den wethouder van Haarlem, den heer M. O. De K a n t e rin het Gasthuis wegens brandwonden verpleegd wordende, is thans zeer gunstig. Dinsdag deed hij «en kleinen rijtoer hij hoopt weldra weder in functie te kunnen treden. Omtrent den overleden aartsbisschop van Utrecht, Mgr. Petrus Mathias Snickers, vinden we vermeld, dat bij 11 April 1816 te Rot terdam werd geboren. Na aan het gymnasium te Megen, het klein-seminarie Hageveld te Velzen en het groot-seminarium te Warmond zjjn opleiding te hebben genoten, werd hij 27 Maart 1841 tot priester gewjjd en was eenige jaren als kapelaan werkzaam te Poeldgk (1841), Pijnacker (1843), Amsterdam (H. Willibrordus) (December 1843), Haarlem (Mei 1846) en O verveen (Augustus 1846), meestal ter assistentie van zieke pastoors, tot hij eindelijk be noemd werd tot pastoor te Lutjebroek (1848) en daarna te Scheveningen (1853), welke laatste be trekking hg bekleedde tot in September 1861, toen hg den vicaris-generaal, later mgr. Van Beek, als regent van het seminarie Hageveld ging opvolgen. In October daarop werd bij benoemd tot kanunnik van het kathedraal kapittel. In 1859 ondernam mgr. Snickers een reis naar het Heilige land. Den 8 October 1874 vinden wij den overledene als vicaris-generaal van het bisdom Haarlem, en den 25 Juni 1877 volgde hg als bis schop aldaar mgr. G. P. Wilmer op. In 1883, na het overigden van mgr. A. J. Sebaep- man, werd mgr. Snickers als diens opvolger aange wezen voor den aartsbisschoppelgken zetel in Utrecht, welken hoogen post hij tot zijn dood bekleedde. Mgr. Snickers was assistent-bisschop bij den pnuse- lijken troon, buisprelaat van den paus, Romeinsch graaf, ridder-grootkruis van het H. Graf, werd, als bisschop van Haarlem, benoemd tot ridder in de orde van den Nederlandschen Leeuw, en bij zijn gouden priesterfeest, 27 Maart 1891, tot comman deur in die orde. Bij dit feest ontving mgr. Snickers, behalve een telegram van gelukwensching namens den paus, als bijzondere enderscheiding, ook een gouden medaille met diens beeltenis. Gisteren is het droevige bericht ontvangen, dat mr. W. IC. baron Van Dedem, oud-minis ter van koloniën, te Calcutta op zijne reis in En- gelsch-IndiÖ is overleden. De heer Van Dadem was vroeger advocaat in Nederlandsch-Indië. Na zijn terugkeer in het moe derland werd hij burgemeester van Hoorn, welk dis trict hem naar de Tweede Kamer afvaardigde, waar bij een werkzaam aandeel nam aan de behandeling van Indische zaken en waar zijne adviezen zeer ge waardeerd werden. Ook was hij verscheidene jaren president van het Indische Genootschap. In 1891 nam hij als minister van koloniën zitting in het kabinet Van Tien hoven. Na zijn aftreden als minister ondernam hij de reis naar Britsch-ïndië, waar hg tbans verre van het vaderland stierf. Mevrouw Le G r a n d—G o u d s c h a a 1, commies der telegrafie, die men indertijd wilde dwin gen ontslag te vragen omdat zij gehuwd was, maar die op haar krachtig verzet daartegen, verlof ver kreeg, is thans door den minister van waterstaat, handal en nijverheid met 1 Mei a. s. in aGtieven dienst hersteld. Zij is te Zwolle geplaatst. Staten-Generaal. TWEEDE KAMER. Gisteren werd aangenomen het ontwerp betreffende eene voorloopige handelsovereenkomst met Portugal en met 69 tegen 5 stemmen bat ontwerp tot schorsing van de heffing van het uitvoerrecht op de suiker in Ned. Indië Op het voorstel-Hartogh werd aan genomen met 34 tegen 32 stemman een amende ment, toelatende de opneming van exceptie van onbevoegdheid in conclusiën tot vrijwaring. De be handeling van het voorstel is afgeloopen. Heden eindstemming. Kerkelijke Zaken en Onderwijs. Beroepon bij de Ned. Herv. gera. te Zuidland dr. P. A. Klap, te Oosterland. Ds. I. Middel, predikant bij de Ned. Ger. ge meente te Baarland, heeft toezegging van beroep ontvangen naar de Herv. gemeente te Ovezande en Driewegen. Aangenomen het beroep bij de Ned. Hervormde gem. te Oostzaan door ds. G. H. Blanken te Zieriksee. Do heer Chr. Schullz, onderwijzer aan de o. 1. school B. alhier, is benoemd tot derden onderwijzer bij het o. 1. onderwijs te Amsterdam. De Minister van Binnenl. Zaken brengt ter kennis, dat in 1895 de examens ter verkrijging van akten van bekwaamheid voor lager onderwijs in de Fransche taal zullen worden gehouden in Augustus, zoo noodig ook in het laatst van Juli, en die voor middelbaar onderwijs in December, zoo noodig ook in het laatst van Nov.die voor de Engelsche en Hoogduitscbe talen, zoowel voor het L. als M. O., in Aug., zoo noodig aanvangende in het laatst van Juli; die voor de gymnastiek, zoowel voor de akte L. O. als voor het M. O., en die voor de landbouw kunde, den tuinbouw ©n de hontteelt, zoowel voor het L. als voor het M. O., in Aug., zoo noodig in Sept.die voor M. O. in hand- en rechtlijnig teekenen en de perspectief, voor L. O. in het liandteekenen en voor het boetseeren in Augustus en September en zoo noodig in Oct.; die voor M. O. in do wis-en natuurkundige wetenschappen, boekhouden, Nederl. taal en letterkunde, geschiedenis en aardrijkskunde, staathuishoudkunde, statistiek, staatsinrichting en schoonschrijven, zoomede die voor Lager Onderwijs in de wiskunde, bedoeld in art. 65 der wet op het L. O. in Nov. en Dec. Het tijdetip, waarop zij, die zich aan deze examens wenschen te onderwerpen, zich daartoe zullen behooren aan te melden, zal nader worden bekend gemaakt. Rechtszaken. Arrondissements-Rechtbank te Middelburg. Zitting van 5 April 1895. Heden zijn veroordeeldP. B., 27 j te 's-Hee- renhoek, gedetineerd te Miidelburg, wegens over treding der jachtwet cn poging tot doodslag tot f40 boete of 8 dagen hechtenis, en 2 jaren gevan genisstraf met in mindering brengmg der doorge brachte hechtenis. J. M. M., 31 j., te Kats, wegens beleediging van oen ambtenaar tot f8 of 8 dagen. W. N., 33 j., te Wolfertsdgk, wegens opruiing tot 1 maand gevangenisstraf. H. J. M., 28 j., te Wolfertsdgk, wegpns mishandeling van een ambte naar tot 1 maand gevangenisstraf. P. B., 16 j., te Wolfertsdgk, wegens diefstal tot 7 dagen gevan genisstraf. C. S., 13 j "te Ierseke, wegens diefstal tot 4 maanden gevangenisstraf. A. F. K., 19 j., te Goes, wegens diefstal tot 1 maand gevangenisstraf. F. K., 24 j., te Kruiningen, wegens mishandeling tot 7 dagen gevangenisstraf. J. P. M., 23 j., te Goes, wegens dronkenschap en mishandeling van een ambtenaar tot f3 of 8 dagen hechtenis en 7 dagen gevangenisstraf. Vrijgesproken werd P. v. d. H., 35 j., te Goes, beklaagd van beschadiging. De dicht in* van de doorbraak op Tholen. Op Maandag 1 April jl. had te Strijenham een feit plaats van het grootste belang voor het geheele eiland Tholen. De doorbraak van den zeedijk van den Nieuw- Strgenpolder, waterschap Poortvliet, zoude men dien dag trachten te dichten. Het dichten van die doorbraak, g«vallen 29 De cember 1894, was onder leiding van den Ingenieur van den provincialen waterstaat J. van Elzelingen te Zierikzee, door het bestuur van het waterschap Poortvliet uitbesteed aan de heeren Brand en Van der Vlies voor een bedrag van f 95450, uit te voe ren, behoudens onwerkbaar weder, in 6 weken tijds. Eene dichting van een doorbraak als deze was een werk, dat gelukkig hoogst zelden voorkomt, en althans in Zeeland in de laatste s/4 eeuw niet voor gekomen was. Het gat bad een lengte, gemeten langs de dijks- kruin, van 54 M., gemeten op laag water van 30 M., eene grootste diepte van 6.4 M. De omstandigheden geboden hier eene dichting der doorbraak zelve. Het maken eener inlaagkade binnendijks over het maaiveld werd onraadzaam geoordeeld wegens de lage ligging van dat maai veld, ongeveer 1 M. beneden hoogwater, en de aan wezigheid van eene zeer breede binnenbermsloot langs den zeedijk, welke bermsloot, spoedig verbreed en verdiept, de aansluiting eener inlaagkade tot een hoogst moeilijk werk maakte. Men besloot dan ook op de ouderwetsche methode door opzinking van het gat de opening te beteugelen, daarna te trach ten bij goede gelegenheid van weer en wind het beteugelde gat door eene kado van schorgrond te sluiten, en eenmaal gesloten, deze kade tot een zee dijksprofiel Ie verzwaren. Do meest veilige wijze van werken acht men het opzinken van twee evenwijdige rijzendammen, waar- tusschen de schorgrond wordt gestort en tegen weg spoeling wordt beschermd. Deze werkwijze echter eischt buitengewone hoeveelheden kostbaren schor grond, welke voor dit werk moet worden aangevlet van uit de schorren onder St. Annaland aan de Noord-Oostzijde van het eiland Tholen. De aannemers, volgens het bestek vrij in de keuze der werkwgze, besloten te trachten met een enkelen rijzendam het werk te maken. Voor de uitvoering van het werk hadden zij aangevoerd zeer groote hoe veelheden rgsmaterialen, zinksteen, vletgrond en materieel, waaronder een grooten baggermolen voor grondhaling uit de rivier, tal van grondbakken en onderlossers, benevens een drietal sleepbootjes. Al was ook het werk der dichting 19 Januari aanbesteed geworden, de toestand van het waterschap bleef hachelijk. De veiligheid van het overige deel van het waterschap Poortvliet bleef toch afhanke lijk van het standhouden van den zoogenaamden Zuiddijkden dgk, scheidende den geïaundeerden polder van den polder Poortvliet zeiven. Deze dijk was laag, kwelde sterk door. De vrije polders onder Tbolen liepen mede gevaar, nu hunne veiligheid afhankelijk was van het stand houden van den dijk, scheidende den gfïnundeerden polder van den polder Schakerloo, welke binnendijk, zij het ook zwaarder dan de zuiddjjk, mede onvol doende hoogte had. De geïnundeerde polder Nieuw- Strijen ligt als een wig in het land tusschen de polders Poortvliet en Schakerloo. Ingelanden van het waterschap Poortvliet hadden in deze moeilijke tijden aan het waterschapsbestuur tot hulp ter zijde gesteld de heeren Jan Wagtho en Akkermane, welke wakkere mannen dag en nacht voor de belangen van het waterschap zijn werkzaam gebleven en in de eerste plaats hunne krachten wijdden aan het behoud van den zuiddijk. Wederom voorgegaan door den ingenieur van Elzelingen, heeft men met rusteloozen ijver het verzwaren van dezen waterkeerenden binnendijk aan gevat dank aan hunn« gezamelijke inspanning her ft men dit werk voltooid, en kon, zg het ter nauwer- nood, de stormvloed van de laatst© dagen van Januari gekeerd worden. Ware de zuiddijk bezweken de ramp voor het eiland Tholen zoude niet te overzien zijn geweest. Ook Schakerloo deed goed zijn plicht en verhoogde den scheidingsdijk. Intussehon waren de aannemers der dichting met hun werk begonnen. Aanvankelijk werd grond in het gat gelost, zoolang men bemerkte, dat de grond niet wegstroomde. Spoedig moest met zinken wor den begonnen, nadat de einden van den doorge broken dijk met zinkstukken en rijsbeslag waren bekleed geworden, vergrooting van hot gat daardoor voorkomen was. Met dit opzinken werd voortgegaan tot de rijzendam 31 Maart eene hoogte bereikt had van ongeveer half tij, bij eene breedte van wellicht 10 M. in het midden. Een prachtig schouwspel vertoonde deze dam, als, met rijzend water buiten, hot zeewater bruischend naar binnen stroomde, om bij vallend water met gelijk geweld over den dam zich naar buiten te storten. De zware bezinking voorkwam echter ondanks deze overstorting ontgronding. Op 1 April met oostelijken wind en doodtij werd over dezen dam de dichting beproefd. Inderdaad gelukte het een dam van schorgrond door het gat te werken, welke 's avonds ten 7 ure het hoogwater keerde, zij het ook slechts met eene meerdere hoogte van 20 c.M. In den polder bleef het water staan ongeveer ter hoogte van halftij. Deze aanvankelijk zwakke dam beslist de dichting, indien weer en wind vergunnen de verzwaring, zoodat de komende giertijen en mogelijke stormvloeden gekeerd kunnen worden. Keerde ook de dam van schorgrond, het onder gelegen rijswerk liet als van zelve 6preekt nog veel water door. Verzwaring en verhooging van den dam van schorgrond, benevens het aanvoeren van grond, land- en zeewaarts van den rijzendam, zoodat een waterdicht geheel verkregen wordt, zij a thans de werkzaamheden, welke in de eerste dagen te ver richten rallen. Het was Maandag 1 April voor hen, die tegen woordig waren, een belangwekkend schouwspel. Een zoo groot mogelijk aantal werklieden, welke per kruiwagen den in voorraad aangevoerden schorgrond op den dam brachten, tal van vletschuiten hun vlet grond lossende, de grondbakken zand lossende tegen den dam, ieder spande zijne beste krachten in. 's Nachts werd met het werk doorgegaan, zoodat de hoofdingenieur van den provincialen waterstaat, M. B. G. Hogerwaard, die het werk in den morgen van 2 April bezocht, kon constateeren dat aanvan kelijk de poging tot dichting kon geacht worden geslaagd te zijn. Veel valt nog te verrichten. Blijven echter weer en wind dienendo, dan is te verwachten, dat onder de flinke leiding van hen, die hier de zaken in handen hebben, de volledige herstelling der doorbraak van Nienw-Strgen weldra weder tot de geschiedenis be hooren zal. Gemengde Berichten. Bij J. Allemekinders op don Molendijk alhier is gisteren een zwaluw komen binnonvliegen. Deze voorbarige lentebode vond het buiten zeker nog wat frisch. Ierseke. Woensdag zijn 2 jongelingen als ver dacht van den brand van den vorigen nacht gesticht te hebben, aangehouden en gevankelijk naar Middel burg gebracht. Een hunner heeft voor zijn makker bezwarende verklaringen afgelegd. D_ze wilde de schuur in brand steken, doch op aandringen van eerstbedoelde bepaalde hij zich tot een hooiberg. Men meent voldoende bewijzen te hebben, dat men de ware schuldigen in handen heeft. Hun aanhouding veroorzaakte een ware verademing in de gemeente. Borsele. Woensdag ontdekten de bewoners eener hofstede alhier tot hun schrik, dat hun knechtje, een jongen van bijna veertien jaar, in bewusteloozen toestand op den dorschvloer lag. Spoedig bleek hun dat hij ernstig aan het hoofd was gewond door een val van eenige meters hoogte met een ladder. Door den geneesheer, wiens hulp ingeroepen werd, konden gelukkig geene inwendige beleedigingen worden ge constateerd, zoodat het ongeval vermoedelijk een gunstig verloop zal hebben. Te Rilland hebben eenige schooljongens de brutaliteit gehad, om uit een uitgespannen rijtuig van een grossier, die zijn gewoon bezoek aan zijn klanten bracht, eenige K.G. gedroogde appelen te stelen. De politie heeft zich de zaak aangetrokken. Wissekerkc. In de maand Maart werden op het telefoonkantoor alhier ontvangen 34 en verzonden 37 berichten, samen 71. Te Kamperland werden ontvangen 39 en vorzen- den 36 berichten, samen 75.

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1895 | | pagina 1