J 895 N°. 15.
Zaterdag 2 Februari.
82ste jaargang.
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrydagavond,
uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, f 1,75.
Afzonderlijke noramers 5 centmet bijblad 10 cent.
Behalve aan ons Bureau worden Abonnementen en Adverteniiën voor dit blad
aangenomen by de heeren Nijgh Van Ditmar te Rotterdam en verder
bjj all© Boekverkoopers en Brievengaarders.
De prjjs der gewone advert«nii8n is van 1-5 regels 50 cent, eiken regel meer 10 ets.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de pryu
slechts tweemaal berekend.
Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 110 regels a f 1,berekend.
Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ct.
Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel.
van advertentie» voor S «ren ©as den dag der uitgave.
Ter secretarie van de gomeante za\ gedorende dertig dagen ter
inzsg# van de belanghebbenden liggen eene opgave van de
uitkomsten der meting of schatting van perceelen voor de
GKODIS EL ASTI\G
in deze gemeente.
De verzoekschriften om herraeting, herschatting of vernieti
ging der gedane meting of schatting, alsmede ae bezwtarschriften
kunnen binnen dertig daaeu na heden op ongezegold papier aan
heeren Gedeputeerde Staten dezer Provincie worden iugediend.
Goes, deu 1 Februari 1895.
Burgemeester en Wethouders van Goes,
J. G d. \V. HAMER.
De Secretaris,
VAN REIGERSBERG VERSLUIJS.
GOES, 1 Februari 1895.
De kolfzaal ia »de Prins van Oranje" was jl*
Woensdagavond geheel gevuld, toen ds. A. H.
Geselle Meerburg van Delft optrad om een
verhaal te geven van zijn Reis door bet Hei
lige Land. De beer J. De Hoogh, waarnemend
voorzitter van het bestuur der vereeniging Samuel"
opende de bijeenkomst met een welkom aan de aan
wezigen en betuigde zijn blijdschap, dat zoovelen
waren vei schenen op deze bijeenkomst, uitgaande van
genoemde vereeniging, die zich ten doel stelt gelden
bijeen te brengen ter betaling der schoolgelden voor
onvermogende kinderen, die de christelijke school
wenscben te bezoeken. Wel zijn dezo schoolgelden
niet boog, maar toeh te boog tegenover die der
openbare scholen, waarom sommige ouders niet in
staat zijn ze te bestrijden. Deze avond was daarom
ten deele bestemd om gelden voor Samuel" by een
te brengen en leden voor de vereeniging te ver
krijgen. Na gebed door den voorzitter werd het
woord gegeven aan den spreker van dezon avond.
Hij opende zijne improvisatie, die ruim 2 i/j uur
duurde, met de betuiging, dat het sedert 2ijn jeugd
een zijner idealen is geweest eenmaal Jeruzalem te
bezoeken en thans is dat ideaal werkelijkheid ge
worden. Hij heeft gestaan aan en binnen de poorten
dier heilige stad en vele andere plaatsen bezocht,
waar Jezus geleefd, geleerd en geleden beeft en ge
storven is. De naman Jeruzalem en Palestina ver
wekken bij hem een gevoel van heiligheid en van
eerbied en vormen te dien opzichte een groot con
trast met die der moderne steden.
Zijn r^is naar het Heilige Land was niet in alle
deelen voorspoedig. De matrozen van bet schip,
waarmede hij de reis deed, hadden reeds gezegd
een dominé aan boord, dat geeft een slechte reis"
en werkelijk, al hechtte de spreker geen waarde aan
dit gezegde, in de Middellandsche Zee stak een 3torm
op, waardoor de passagiers in twee dagen niet aan
dek konden komen en die belette dat spreker een
predikatie kon houden voor de ongeveer 90 militairen
en ander© passagiers, die zich aan boord bevonden.
Bij Candia was de storm het hevigst, juist ter
plaatse, waar ook Paulus zoozeer werd geteisterd
en waar Jonas in den buik van den walvisch werd
opgenomen. Men landde echter zonder eenig ongeval
te Port-Saïd in Egypte aan van welke stad, met
haar prachtige havenwerken en schoono gebouwen
een uitvoerige beschrijving werd gegeven, evenals
van Kaïro, dat een nog Rijkere verscheidenheid te
aanschouwen geeft door haar ruime parken, 200
moskeëo, uitgestrekte straten vol schoone winkels,
eene universiteit met 8 12 duizend studenten,
die gehurkt of zittende op den grond hunne pro
fessoren aanhooren, een bibliotheek, waarin zich een
ryke verzameling hieroglyfenschrift bevindt en vele
andere merkwaardigheden. Ook aan de pyramiden
van Egypte werd een oogenblik de aandacht gewijd.
De hoogste daarvan, die van Cheops, waaraan 100.000
man 400 jaar lang hebben gewerkt, is thans nog
136 M. hoog en biedt een verrukkelijk gezicht op
de omstreken aan.
Na Egypte verlaten te hebben werd de tocht naar
Palestina voortgezet om te Joppe of Jaffa, aan de
Middellandsche Zeo gelegen, aan wal te gaan het
geen, daar de zeo hier altijd onstuimig is, met roei
bootjes moest geschieden, onder bevigen regen en
wind. Ofschoon deze stad van uit de zee gezien een
schoonen aanblik oplevert, mag zij zelve niet op
den naam van schoon aanspraak makende straten
zijn er vuil, nauw, glibberig, en de huizen klein,
oud en bouwvallig, terwijl sprekers hotel eveneens
weinig confortabl© was, daar er in de groote zaal
slechts een kacheltje brandde zoo groot als bij ons
op een kantoortje. Van Jaffa ging de reis per
rijtuig (er voert ook een spoorweg heen) naar Jericho,
door het gebergte van Judea in het land Kanaiin,
het land, waarop tot hiertee een vloek rustte, doch
dat thans nu er meer regen valt, meer vruchtbaar
wordt, ofschoon de grond zeer steenachtig is en
daardoor wei nooit goede bouwgrond worden zal.
Daarna werd de tocht voortgezet naar Jeruzalem,
het hoofddoel, der reis, de stad, waar Jezus heeft
geleerd en geleden, waar Zijn kruis heeft gestaan,
waar zich de berg bevindt van waar Hjj is ten
hemel gevaren; voor den geloovige een onvergete
lijke stad. Een niet te beschrijven gevoel bezielde
spreker, toen hij al die heilige plaatsen in cn om
Jeruzalem zou betreden. De acht dagen, daar door
gebracht, noemde hij de gedenkwaardigste van zijn
leven.
Volgens de beschrijving die van het tegenwoor
dige Jeruzalem werd gegeven mag de stad zeker
niet gerangschikt worden onder de moderne steden.
De straten zijn er alle begrensd door muren, waarin
zich openingen of poorten bevinden, die toegang
geven tot pleinen, waarop de huizen staandie
straten zyn slecht of in het geheel niet geplaveid,
een rioleering of stadsreiniging vindt men er niet,
I evenmin als eenige straatverlichting, kreügen en
allerlei vuil worden overal neergeworpen. Uitspan-
j ningen of vermakelijkheden zijn er evenmin. Eenige
jaren geleden heeft men beproefd er een café-chan-
tant te houden, doch de zaak maakte geen opgang
en thans is de inrichting veranderd in een stal.
Jeruzalem is niet meer het Jeruzalem van vroeger,
en wisn niet als geloovige er heen gaat, kan een
bezoek aan dia stad niet aangeraden worden.
De hoofdinhoud van sprekers rede was zeker wel
de beschrijving van zijn bezoek aan zeer vele der
plaatsen, die in den bijbel worden genoemd en van
de gebeurtenissen in de bijbelsche geschiedenis ver
meld. Onze ruimte laat niet toe dit alles te rele-
veeren. We zouden dan moeten gewagen van de
Israëlieten in Egypte, den tocht door de Roode zee,
de bruiloft te Kanaiin, den doop van Jezus in de
Jordaan, de kerk van het Heilig® graf, den hot
Getsemaaé, de Emmaüsgangers en zoovele andere
punten uit de gewijde geschiedenis, die door ds.
Geselle Meerburg achtereenvolgens werden besproken
en waarbij bij telkens gelegenheid vond godsdienstige
overdenkingen en leeringen daaraan vast te knoopeu.
Ten slotte betuigde bij nog langer in die heilige
plaatsen te hebben willen vertoeven en met wee
moed, maar toch ook met dankbaarheid van daar
te zjjn vertrokken; hij gevoelde zich door deze reis
versterkt in de begeerte om Jezus te verkondigen
en spoorde zijn hoordors aan den weg te zooken,
die naar het Hemelsche Jeruzalem leidt.
De heer J. Donner dankte den spreker voor zijn
boeiende, schoone en leerrijke rede, die aller ver
wachting, hce groot ook, nog had overtroffen, en
hoopte dat deze bijeenkomst aan het doel mocht
beantwoorden. Namens het bestuur van »Samuel"
verzocht hij een milde gave ter bestrijding dor on
kosten en ten bate van arme kinderen der Christe
lijke School.
Na het zingen van Ps. 72 11 en dankzegging
door ds. Geselle Meerburg, werd de samenkomst
Wij laten in het midden, waaraan het is toe
te schrijven, maar zeker is het dat de beide voor
stellingen, die deze week in de schouwburgzaal der
sociëteit V. O. V. zijn gegeven, zich niet in een
druk bezoek mochten verheugen. Evenals verleden
Maandagavond bij de tooneelvoorstelling, was ook
gisteravond de zaal slecht bezet, toen voor de leden
der Vereeniging voor Volksvermaken
alhier optrad inejuff. Albertine Heijblom,
tooneelspeelster te Rotterdam, die met een elftal,
zoo ernstige als luimige voordrachten de aandacht
wist te boeion en den aanwezigen een degelijk genot
verschatte. Mej. Heijblom paart aan een goede voor
dracht een beschaafde, zuivere uitspraak, een aan
genaam stemgeluid en passende, niet overdreven
bewegingen. Dat zij niet alleen een meesteres is in
reciteeren maar ook als actrice op hare plaats is,
bewezen o. a. de nummers van het programma
♦Scène maken" en Het Gordijn". Bij de voordracht
hiervan behoefde men zijn verbeelding volstrekt geen
geweld aan tj doen om te meenen, dat zij optrad
in een tooneelstuk. Het beste bewijs voor de dege
lijkheid haror voordiachten is wel dat zij, alleen, in
staat bleek te zijn de aandacht van hare h- orde
ressen en hoorders een geheelen avond levendig te
houden, zonder dat eenige eentonigheid ontstond door
steeds dezelfde persoon te zien en te hoor en. Jam
mer daarom, dat de zaal niet beter was bezet en
het was in de eerste plaats jammer voor de
De waarn. voorzitter der vereeniging voor Volks
vermaken, dhr. Breetvelt, gedachtig aan de woorden
van de Genestetals u het hart tot spreken dringt,
zoo spreek, was dan ook ongetwijfeld de tolk van i
alle aanwezigen, toen hij mej. Heijblom dankte voor
haar optreden en hulde bracht aan hare talenten, j
Hij beschouwde dezen avond als een kennismaking
met haar en sprak de hoop uit, dat zij nog meer
malen in Goes zou optreden en alsdan een talrijker
publiek mocht voor zich zien. Een luid applaus
bezegelde deze woorden.
Ierseke. Woensdagavond werd in een spoed-
eischende Raadsvergadering tot onder
wijzeres aan school 1 benoemd mejuffr. A. M. Con
tant te Warnsveld, om 1 Maart in functie te treden.
Het beroep van L. De Feyter Pz. te Ak-
sel tegen het besluit van Ged. Staten van Zeeland
tot afwijzing van zijn verzoek om vernietiging der
beslissing van ingelanden van den Bath-polder tot
begrinding van den Doorndijk, is met-ontvankelijk
verklaard.
De off. van adm. Ie kl. D. G. Krol van
der Hoek wordt met 1 Augustus eervol ontheven
van de opleiding der adsp.-administrateurs te Wil
lemsoord en is bestemd voor het eskader in Oost-Indië.
De luitenant ter zee der 2de klasse W. M. K. B.
van Idsinga, uit Oost-Indië in Nederland terug
gekeerd, is op non-activiteit gesteld.
Woensdag behandelde de gemeenteraad
van Middelburg de voorstellen van B. en W.
tot samensmelting van drie of subsidiair van twee
scholen. Er bestaan daar, behalve kostGlooze scholen
en scholen voor minvermogenden, een jongensschool,
voorbereidend© voor H. B. S. en Gymnasium een
meisjesschool, wat omvang van het onderwijs en
het schoolgeld betreft, ongeveer met de vorige over
eenstemmende en een tweede meisjesschool, voor
voortgezet lager onderwijs, waarop het stelsel van
vakonderwijzers met middelbare akten toegepast
wordt. Het aantal leerlingen op de drie scholen,
vooral op die voor meisjes, is zoo gering, dat er
klassen voor drie en vier leerlingen zijn. B. en W.
meenden bij den tegenwoordigen, niet rooskleuriger!
toestand der financiën, een voorstel tot combinatie
te moeten doeD, waarvan voorloopig eene kleine,
later misschien eoae aardige bezuiniging op de on
derwijskosten het gevolg zou zijn terwijl naar zij
meenden, in die meening gesteund door den districts
schoolopziener, het onderwijs eer zou wel varen dan
schade lijden. Het oorspronkelijke voorstel omvatte
alle drie de scholen en werd als het verst strekkende
het eerst behandeld. De raad verwierp het met
vijf tegen elf stemmen en daarna eveneens het tweede
subsidiaire, dat samenvoeging der twee eerste scholen
beoogde, eveneens met vijf tegen elf stemmen, anders
gecombineerd. De zaken blijven dus voorloopig zoo
als ze zijn.
In een tweede artikel over de werking
van graanrechten, zegt De a.-r. Nederlander
het volgende
Wij onderstelden dat er in Nederland 150,000
bunder grond tot bouwland zullen worden aangelegd.
Geschiedt dat, dan worden milUoenen aan werkloon
verdienddie miilioenen komen ook ten bate van
de stedelingen, die, daar velen naar het platteland
zullen terugkeeren, de te groote concurentie in de
steden zullen doen afnemener komt welvaart en
Nederland is gered. Ziedaar het plan.
Doch is er voor die onderstelling dat 150,000
hectare in cultuur zullen worden gebracht eenige
redelijke grond Is dio grond er niet, dan hangt
ook alles wat op die onderstelling gebouwd is in de
lucht.
De lezer veroorlove ons hem eenige oogenblikken
met cijfers te vermoeien en te vervelen waar het
eene zoo gewichtige zaak geldt als de algemeene wel
vaart, is het onderzoek naar de middelen om daartoe
te geraken wel eenige moeite waard.
Blijkens de jaarcijfers uitgegeven door de centrale
commissie voor statistiek, 1894, is geheel de in
cultuur gebrachte hoeveelheid grond gedurende de
laatste zestig jaren vermeerderd met slechts 225
duizend bunder; sedert 1883 slechts met ruim 19
duizend (waaronder natuurlijk ook ingedijkt land
behoort).
De woeste grond daarentegen is verminderd met
194 duizend bunder.
Van die 225 duizend bunder is het grootste deel,
nl. 98,000, in bouwland, een kleiner deel, nl. 60,000,
in weiland omgezet.
Hiermee strookt ook de opgave van de opbrengsten
der granen: bedroegen deze van 1851 tot 1860
dooreengenomen 426,000 hectoliter, in 1891 bedroe
gen zij 483,000. Er is dus vooruitgang wat den
graanbouw betreft. Wel is de opbrengst van tarwe
belangrijk minder, terwijl die van rogge zoowat
stationair gebleven ismaar de opbrengst van haver
is in den zelfden tijd toegenomen.
Die jaarcijfers geven ook de verhouding aan tus-
schen bouwland en weiland.
In 1880 werden van elke 100 bunder 43.4 tot
bouwland gebezigdhet overige voor weiland.
Is dat nu sinds de daling van de graanprijzen
grootelij ks veranderd?
Neen thans wordt nog 42.6, dus slechts 1 op
de honderd bunder minder dan in 1880, voor wei
land gebruikt. Gedurende de periode van 1879 tot
1892 weid op zijn meest 57.4, op zijn minst 56.5
percent aan weiland gebezigden omgpk^erd aan
weiland op zijn minst 42.6; op zijn meest 43.5.
In 1833, dus 60 jaar geleden, was de verhouding
42.4 en 57.6, dus bijna dezelfde.
Uit deze cijfers is, dunkt ons, wel eenige leering
te trekken.
Vooreerst ziet men er uit, dat de gewone klachten,
alsof al het bouwland reeds in groenland wordt
omgezet en alzoo vele handen van arbeid beroofd
worden, met de werkelijkheid in strijd is. Het moge,
om velerlei oorzaken, het platteland slecht gaan,
toch schijnt de handenarbeid er ongeveer dezelfde
te blijven.
Indien dit is onze tweede opmerking de
steden zoo ontzaglijk bevoordeeld zijn boven het
platteland, waarom verlaten de landbouwers dan
niet in grooteren getale het platteland, om zich in
de steden immers toegankelijk voor allen te
verrijken Dit schijnt evenwel niet te geschieden.
In de derde en voornaamste plaatsindien de
verhouding van bouw- en weiland altijd dezelfde
blijft; indien zelfs vóór 1884, dus in een tjjdperk
toen het koren veel duurder was dan het door in
voer eenor graanbelasting ad f 3 per hectoliter zal
worden, die verhouding niet is gewijzigd, hoe kan
men dan onderstellen dat er nu 150.000 hectaren
bouwgrond meer dan tot dusver zullen worden ge
bezigd voor den graanbouw?
Wil men die bunders onttrekken aan het nu in
gebruik zijnde groenland, dan zou de verhouding
van groen- en bouwland worden 50 en 50; terwijl
zij steeds geweGst is pl. m. 43 en 57.
Of wil men voor die 150.000 bunders heidegrond
ontginnen Maar wij ameenen, dat zoo daar voor
deel in zat, dit reeds lang geschied zou zijn toen
het graan veel hooger stond dan thans. Bljjkens
de ondervinding echter is gedurende zestig jaren
niet meer dan 98.000 bunder tot bouwland aan
gelegd; en dat ia natuurlijk niet alles heidegrond
geweest. De deskundigen beweren dan ook tegen
woordig, dat heidegrond wel met voordeel in cul
tuur kan worden gebracht, maar in den regel niet
voor graanbouw.
Er is natuurlijk geen enkele reden om aan te
nemen dat in vroegere jaren, bij veel hooger graan
prijzen, de menschen vergeten hebben dat er nog
meer grond met vrucht te bebouwen was. Maar
hoe kan men dan nu aannemen, dat onze bebouwde
gronden met 150.000 bunder zullen worden ver-
mcerderd, zoodra, en dat nog wel op kunstmatige
wijze, de tarweprys met f 3 wordt verhoogd
Omtrent het bericht, dat dr. Schaepinan
een eigen orgaan zou oprichten, sehrgft het Centrum:
Ofschoon wij het aanvankeljjk overbodig achtten
van deze tijding nota te nemen, meenen wij thans,
wegen6 de vele aanvragen om inlichtingen, die tot
ons komen, uit de allerbeste bron te moeten ver
zekeren, dat het bericht van het Rotterdamsch blad
van allen ernstigen grond ontbloot is."
De Neder 1. Vrouwenvereenging
Tesselschade, die zich ten doel stelt: ♦Lots
verbetering van de onvermogende, beschaafde vrouw,"
heeft in hare laatste algemeene vergadering, teneinde
beter te kunnen voldoen aan art. 2, 2o. harer sta
tuten, luidende: >Zij tracht dit doel te bereiken
door de onvermogende, beschaafde vrouw te helpen
in het vinden eener betrekking," besloten tot
de oprichting van een ♦Bureau van voorlichting"
omtrent onderwijs, betrekkingen en beroepen voor
vrouwen. Om nu de noodige vertrouwbare gegevens
voor dit bureau te verkrijgen, heeft zij de mede
werking ingeroepen van do gemeentebesturen en
verzoekt de directrice van dit bureau de beantwoor
ding der volgende vragen
lo. Welke betrekkingen voor vrouwen worden in
uwe gemeente door het gemeentebestuur begeven
2o. Welke zijn de instellingen van onderwijs in
uwe gemeente, waaraan vrouwen verbonden zijn, en
welk aantal is verbonden aan elke instelling
3o. Welke salarissen zijn verbonden aan de onder
sub lo. bedoelde betrekkingen, waaronder ook on
derwijzeressen
4o. Welk pensioen is aan die betrekkingen ver
bonden
Het is niet tegen te sprekeB, zoo meldt men
aan de Standaard uit Weststellingwerf,
dat het voor velen aldaar ten eennnmale onmogelijk is,
om den ongehoord zwaren hoofdelyken omslag te be
talen, terwjjl het voor anderen uiterst moeilijk zal
zijn daarvoor het geld byeen te brengen.
Het gerucht gaat, dat er pogingen worden aan
gewend, om zich eenparig tegen de betaling te
verzetten.
Uit Nederlandsch-Indiö wordt aan de Tel. ge
seind, dat het stoomschip Z e e d u i fvan
de gouvernements-marine is gestrand in de Patientia-
straat. Het schip is verloren. De bemanning werd
g^red.