1895 N°. 1.
Dinsdag 1 Januari.
82ile jaargang.
1 894.
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrjjdagavond,
uitgezonderd op feestdagen.
Prgs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, f 1,75.
Afzonderlijke nommers 5 centmet bgblad 10 cent.
Behalve aan ons Bureau worden Abonnementen en Advertentiön voor dit blad
aangenomen bg de heeren Nijgh Van Ditmar te Rotterdam en verder
bg alle Boekverkoopers en Brievengaarders.
Inzeodins van
advertentiën voor I uren op den
De prgs der gewone advericntiën is van 1-5 regels 50 cent, eiken regel meer 10 ets.
Bjj directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prgs
slechts tweemaal berekend.
Geboorte-, buwelgks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 110 regels a f 1,berekend.
Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ct.
Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel,
(ia; der uitgave»
Door den gomeont6raad zijn in de vergadering van
heden benoemd in de verschillende
commissiën en besturen
van gemeente-inrichtingen
a. de financiëele commissiede heeren C. L. M.
LambrechUen, G. H. Kakebeeke en M. Do Jonge Jz.,
waarvan de eerst® tevens voorzitter
b. de commissie voor het ontwerpen der strafver
ordeningen, van welke commissie de Burgemeester
ambtshalve voorzitter is, de heeren C. L. M. Lam
brechtsen en M. De Jong® Jz.
c. de commissie van voorlichting bg het opmaken
der kohieren van d8n Hoofdelijken Omslag, de heeren
B. M. Den Boer, S. J. J. De Jonge Mulock Houwer
en J. Adam
d. de gascommissiede heer6n J. J. Ramondt,
tevens voorzitter, C. L. M. Lambrechtsen en J.
Fabery De Jonge;
e. de commissie van classificatie der onvermogende
schoolkinderen, do heeren J. J. Rainondt, Wethouder,
J. Adam, lid van den Raad, J. M. Kakebeeke, lid
van het Burg. Armbestuur, I. Weasel, lid van de
diaconie der Ned. Herv. gemeente, J. Fabery De
Jonge, lid van do diaconie der Ger. kerk, P. Stieger,
lid van het R. C. P. Armbestuur en A. Dekker,
lid van de Commissie voor de (Economische Spgs-
uitdeeling
f. tot Leden van het Burgerlijk Armbestuur de
heeren W. F. IC. Lenshoek en J. P. Boshoff;
g. tot Regentes van het Weeshuis mevr. Van
MervennéeKegelaar
h. tot Leden der Openbare Gezondheidscommissie
de heeren dr. J. L. Goemans, mr. W. Dicke en J. B.
Van Kalmthout
a. tot Lid der plaatselijke commissie van toezicht op
het Lager Onderwijs de heer A. D. F. Van der Wart;
j. tot Lid der commissie van toezicht op de inrich
tingen voor Middelbaar Onderwijs de heer dr. J. L.
Goemans
k. tot Regentes van het Gasthuis mevr. wed. Van
der HoekMol
l. tot Lid van het bestuur van het Gasthuis de
heer J. M. Pilaar.
Goes, den 28 December 1894.
Burgemeester en Wethouders van Goes,
J. G d. W. HAMER.
l)ö Secretaris.
VAN REIGERSBERG VERSLÜIJS.
Telkenmale als wij ons nederzetten tot het schrjj-
ven van het gebruikelijk jaaroverzicht, schgnfc het
ons toe alsof de tijd met toeneme nde snelheid voor
waarts schrijdt. Trouwens, dat is een klacht, die
men telkens ook door anderen hoort uiten, en die
veelal hareu oorsprong heeft in onvoldaanheid ten
opzichte van wat men zelf heeft verricht of anderen
heeft zien tot stand brengen. Veranderde maatschap
pelijke verhoudingen, nieuwe eischen op velerlei
gebied, ze doen ons telkens zoo groote verwachtin
gen koesteren van de naaste toekomstgeen wonder
dus, dat, wanneer die toekomst verleden is gewor
den zonder dat aan die verwachtingen en eischen
is voldaan, we ons vaak onbevredigd gevoelen en
we geneigd zijn do schuld te werpen op dien snel
voortschrijdenden tjjd, die ons geene gelegenheid
bood om alles te doen wat onze hand vond om te
doon.
Ongetwijfeld zal ook het jaar 1894 bg velen een
gevoel van onvoldaanheid achterlaten, waar zij tot
de conclusie komen, dat we aan het einde daarvan
in sommige opzichten evenver, zoo niet minder ver,
zijn dan aan het begin. We doelen hierbij in het
bijzonder op onze binnenlandsche politiek. Met welke
goede verwachtingen traden we het nu verloopen
jaar in, speciaal met betrekking tot de kiesrecht
regeling. Overtuigd als schier ieder is, dat eene
herziening van het kiesrecht komen moet om tot
eene zuiverder politieken toestand te geraken, was
het een verblijdend verschijnsel, dat eindelijk het
vorige ministerie deze zaak met kracht had ter hand
genomen, zoodat zij binnenkort in openbare behan
deling kon komen. Wij zelf hebben medegejuicht
in het koor van hen, die de poging van den mi
nister Tak om het kiesrechtvraagstuk, dat aan an
dere groote hervormingen in den weg staat, tot eene
oplossing te brengen, als een gelukkig feit be
schouwden. We deden dit minder om de mérites
van het ontwerp zelf, de beoordeeling daarvan
lieten we aan meer bevoegden dan wel, omdat
we verlangend uitzien naar het oogenblik, waarop
in 's lan is vergaderzaal de vraagstukken van oeco-
nomischen en Bocialen aard eens krachtig zullen
kunnen worden ter hand genomen. Daarom ook
was de stagnatie, die er door de Kamerontbinding
en de daarop gevolgde verandering van ministerie
ontstond, eene groote teleurstelling.
Evenwel, ook thans is de rege&ring in goede en
vertrouwde banden, en al bracht 1894 ons dan ook
niet waar we wezen wilden, we hebben goed ver
trouwen, dat het jaar, hetwelk we hedeD intreden
ons tot hetzelfde doel zal leiden, wanneer althans
oude veeten zullen kunnen vergeten worden en de
breuk in de liberale partij hersteld mag worden.
Voor wie tot deze party, die zoo versterkt uit de
stembus kwam, behoort, mag het niet in de eerste
plaats de vraag zijn welk politiek man hst kiesrecht-
vraagstuk van de baan brengt, maar wel is het de
taak van ieder onzer te zorgen, door do eendracht
in de partij te doen herleven, en het ministerie te
«tonnen, dat het kiesstelsel, dat in aantocht is, een
waarlijk liberale en tevens nationale wet zjj.
We spraken hierboven van vraagstukken van ceco-
nomischen aard, die hoognoodig moeten worden ter
hand genomen, en zeker zal wel niemand tegenspre
ken, dat daaraan dringend behoefte bestaat. De toe
stand van het oogenblik eischt dringend voorziening,
waar zich allerwege gebrek en werkeloosheid ver
toont, en waar op vele plaatsen ook in de openbare
fondsen zulk een treurige toestand heerschi, dat aan
eene behoorlijke voorziening in de dagelijksche be
hoeften niet meer kan worden gedacht. Ook te dien
opzichte gingen wo in 1894 meer achter- dan voor
uit, en het wordt daarom meer dan tijd, dat aan
de oplossing van deze hoogst moeielijke punten de
volle aandacht worde gewijd. Landbouw en handel,
vooral de eerste, bevinden zich almede in eon toe
stand van groote gedruktheid en het middel om
daarin verbetering te brengen zonder de belangen
van het algemeen te schaden is helaas 1 nog altijd
niet gevonden.
Meer dan anders hebben in het afgeloopen jaar
onze Oost-Indische bezittingen de aandacht getrok
ken tengevolge van de expeditie naar Lombok. De
geschiedenis der laatste maanden ligt onze lezers
natuurlijk nog versch genoeg in het geheugen, oan
dat we haar hier behoeven te herhalen. Het aan
vankelijk succes, zoodra de troepen op Lombok
waren geland, de schijnbare onderwerping, gevolgd
door de ontzettonde catastrophe van 25 en 26
Augustus, de talrijke overwinningen, waarmede deze
nederlaag werd uitgewischt, de moed en de onver
saagdheid van ons dapper Indisch leger, ze zijn alle
het onderwerp geweest van een goed deel der nieuws
tijdingen, die in de laatste tijden van ver over zee
tot ons zjjn gekomen. We zullen daarop in dit
jaaroverzicht niet terugkomen, maar wel past hier
nogmaals een woord van dankbare hulde aan da
nagedachtenis van zoovelen, die daarginds het leven
lieten voor de eer van het vaderland, en die met
heldenmoed gestreden hebben tegen do fanatieke
bevolking van Lombok tot het vijandelijk wapen
hen trof. Moge de overtuiging, dat geheel Neder
land trotsch is op het Indisch leger in het algemeen,
en op hen, die op Lombok hebben gestreden in het
bgzonder, den nagelaten betrekkingen der gevallenen
ten troost zijn, en moge 1895 ook in onze Oost-
Indische bezittingen de zoo hooggewenschte rust
en vrede brengen
Wanneer we thans nog even een terugblik slaan
op hetgeen in enger kring rondom ons is geschied,
dan gedenken we in de eerste plaats het bezoek
onzer beide Koninginnen in den afgeloopen zomer
aan de hoofdstad onzer provincie en aan Walcheren
gebracht. Geheel Zeeland is toen derwaarts gestroomd
om o^) eerbiedige en gepaste wjjze hulde te betuigen
aan onze beide Vorstinnen, en dit is geschied met
eene hartelijkheid en ongekunsteldheid, die opH.H.
M.M. een diepen indruk hebben gemaakt. Dit Konink
lijk bezoek heeft ongetwijfeld den band, die onze
provincie aan Oranje bindt, nog nauwer toegehaald,
en het zal dan ook een der schoonste bladzijden
vormen in het geschiedboek van ons gewest.
Te meer treffend was de feestelijke stemmingder
plattelands-bevolking vooral, omdat die voor zichzelf
zoo weinig reden tot juichen heeft. De landbouw
gaat steeds meer gedrukt onder de lage graanprijzen,
terwijl ook de natuur dit jaar niet medewerkte om
een schitterenden oogst te kunnen inzamelen. De
veeteelt, die zich hier meer en meer uitbreidt, werd
getroffen door de bekende besmettelijke ziekte, en
al heerschte deze ook in onze naaste omgeving niet
in hevige mate, op den handel, vooral naar het
buitenland, oefende zij toch een nadeeligen invloed
uit. Daarom verdient het te meer waardeering, dat
onze landbouwende bevolking nog blijken van ener
gie toont als b. v. het geval is met de oprichting
eener coöperatieve suikerfabriek, waardoor zij in ieder
geval tegenover de fabrikanten een onafbankeljjk
standpunt kan innemen. We hopoD, dat de aanvan
kelijk geslaagde pogingen in 1895 door een volkomen
succes mogen worden bekroond.
In onze eigen woonplaats bracht het verloopen
jaar zeer weinig belangrijks en met recht kan gezegd
worden, dat bijna all8S hier bij het oude bleef.
Alleen kwam er eene wjjziging in onze stedelijke
vertegenwoordiging door het overlijden van den
heer B. Van Asperen Vervenne, die gedurende eene
lange reeks van jaren deel van onzen gemeenteraad
had uitgemaakt, en wiens plaats in dat college
werd aangevuld door de verkiezing van mr. J. G.
Do Witt Hamer.
En hiermede gelooven we onzen terugblik op het
afgeloopen jaar, die uit den aard der zaak slechts
kort en vluchtig kan zijn, te kunnen eindigen. We
willen daarom dit artikel besluiten met bet uit
spreken van den wensch, dat 1895 voor al onze
lezers in alle opzichten een rjjk gezegend jaar moge
zijn. De strijd om het bestaan wordt al zwaarder,
maar strijd wekt d kwjjls nieuwe kracht; daarom
hopen we, dat niemand in dien strijd zal ondergaan,
maar pal zal blijven in de goede verwachting, dat
het einde het werk kroont.
Onzerzijds voegen we bij dien wensch een woord
van dank aan zoovelen, die ons steunden door hunne
toenemende belangstelling in ons blad. Zij wijst ons
vanzelf den weg dien wij ook in de toekomst heb
ben te volgen en dien wij met eere en tot genoeg
doening van onz8 lezers veider hopen te betreden.
GOES, 31 December 1894*
We ontvingen ter aankondiging het jaar
boekje van de maatschappij tot bevordering van
landbouw en veeteelt in Zeeland, dat zeker voor
velen weder een welkome gids zal zijn in het jaar
1895. Het bevat als gewoonlijk tal van opgaven en
berekeningen voor den landbouwer, en ook voor an
deren, van belangvoorts eene beschouwing over
boterfabrieken van den heer C. Groene veld de Kater
enz.
ËLnts* Het door den westelijken storm hoog op
gezette water van het avondgetij Zaterdag 11. was
den overstroomden Annapolder bijna noodlottig
.geworden. Op twee plaatsen dreigde de noodkade
voor hot opdringende water te bezwijken gelukkig
echter heeft men ze weten te behouden. Den ge-
heelen nacht van Zaterdag op Zondag heeft men er
dan ook bij gewaakt.
Een ploeg van ruim 60 man heeft den geheelen
Zondag op tij gewerkt ter verzwaring en bekleeding
van den dijk, zoodat thans 't gevaar voor doorbraak,
behoudens buitengewone omstandigheden, geweken is.
De duiker, ter lengte van 12 M. en ter breedte
van 4 d.M. werkt sedert Zaterdagmorgen goed, zoo
dat het water Zondagmiddag reeds een d.M. gevallen
was. Toch staat er nog veel water in den polder.
Het huis op de hofstede staat droog, de schuur niet.
De Waterstaat doet al het mogeljjke, om zoo
spoedig mogelijk den polder van den grooten wa
terlast te bevrijden.
'«-Heer Arentiskerke. Jl. Vrijdagmiddag ten
éen ure hielden de leden der coöperatieve
zuivelfabriek eene vergadering in de herberg
bij J. De Ruiter alhier. Daarin deelde de voorzitter
dhr. J. J. Van Weel mede, dat het molkvervoer
bij inschrijving is aanbesteed en dat aannemers zijn
geworden voir de route Wolfertsdijk P. Van Strien
te Wolfertsdijk voor de route Kraaiert met 's-Heer
Arendskerke Jan Van Eijkeren te 's-Heer Arendskei ke
de route uit den Poel zal, wegens te hooge inschrij
ving, door een der leveranciers zelf geschieden. De
bussen met de daarvoor geschikte teemden, zijn
door het bestuur aangekocht voor den prgs van
f 6 en f 2,90 en aan de fabriek gearriveerdde
leveranciers der melk kunnen ze tegen inkoopsprijs
bekomen. De fabriek is, op enkele kleinigheden na,
geheel afgewerkt, en zal op a. s. Donderdag 3
Januari beginnen te werken. De leden zgn volkomen
vrij, of zij al of niet des Zondag* melk willen leveren
en bij rondvraag bleek, dat zoowat de holft dit wel
en de helft niet zal doen.
Na nog eenige besprekingen werd een wandeling
naar de fabriek gemaakt, die (natuurlijk nog met
water) iu volle werking was. Bij het binnentreden
verzocht de voorzitter de machines even te laten
stilstaan, waarna hg den leden met eene gepaste
toespraak het welkom toeriep, en hun ook nog even
op hun plicht wees. Hij bracht hulde en dank aan
den architect, dhr. M. van der Linde te Zierikzee,
en aan den aaunemer dhr. M. Buitendyk te Goes,
voor de uitstekende wijze, waarop zij zich van hun
taak hadden gekweteu en hij hoopte dat de direc
teur, dhr. Vellinga, zal toonen, dat bij de rechte
man op de rechte plaats is, terwijl de machinist
bij het helpen stellen der machines al reeds een ge
deelte van zijn bekwaamheid heeft getoond. De
voorzitter eindigde met den wensch uit te spreken
dat de eerste stoomzuivelfabriek op Z.-Beveland »de
Adelaar" zou mogen bloeien. Dhr. van de Linde
dankte den voorzitter voor do woorden ten zijnen
opzichte gesproken, en voor do flinke wijze, waarop
het bestuur de zaak had aangepakt, en het, én
aannemer èn architect, gemakkeigk had gemaakt
om het werk uit te voerenhij kon niet nalaten
de leden met hun bestuur geluk te wenschen. Na
dat de machines weder in beweging waren gesteld,
werd alles met belangstelling bezichtigdalgemeen
was men tevreden over de doelmatige inrichting
en de nette en soliede wijze, waarop alles was afge
werkt, en gaarne helpen wij wenschen, wat wij zoo
nu en dan van de leden hoorden uiten: Als de zaak
nu maar goed mag werken.
De nieuwjaarscollecte te Uloetinge bracht
ditmaal op f360,85 i/g, zijnde ongeveer f 25 minder
dan verleden jaar.
SHoedekenskerlce* Alhier is herbenoemd tot
lid van het Burgerlijk Armbestuur de heer M. J»
Bakker.
ïerscke. De nieuwjaarscollecte heeft
hier opgebracht f311,45 benevens 152 Kilo brood,
4 Kilo spek en 3 H.L. steenkolen.
Te Hontenisse is overleden de heer mr. A. G.
B. T h o m a e slid der Prov. Staten van Zeeland.
De gemeenteraad van Vlissingen vergunde aan
de firma Ribbink, Van Bork en Co. telephoon-
1 jj n e n aan te leggen tusschen Vlissingen
en Middelburg.
Zooals men zich herinnert, heeft Het Vader
land tegengesproken dat de heor Schepel zich
zou verklaard hebben vóór de invoering van graan
rechten. Uit Groningen wordt nu aan de N. R. Ct.
bericht dat genoemde beer in eene vergadering van
protectionisten aldaar zich zoo had uitgelaten, dat
men geen oogenblik behoefde te twijfelen of hij met
de protectionistische beweging medeging. Ook de
heer Heldt beweert dat de heer Schepel in eene
vergadering van het hoofdbestuur van den Alg. Ned.
Werkliedenbond, hem verklaard had, dat er toch ook
veel voor te zeggen viel.
Naar aanleiding hiervan zegt Het Vaderland:
>Om nog duidelijker te zijn, kunnen wij verklaren,
dat de heer S. ons gemachtigd had het bericht van
het Hbld. tegen te spreken.
Dat de heer S. ten aanzien van graanrechten zou
verklaard hebben, dat er »ook veel voor te zeggen
viel" is best mogelijk, maar zoo iets zegt men al
leen, als men van oordeel is, dat het tegen de over
hand heeft."
De heer Staalman sprak in de Tweede Kamer
>De regeering verleent pensioen aan amb
tenaren en officieren, waardoor die heeren
in staat blijven hunne gezinnen te onderhouden,
terwijl de oude, afgesloofde arbeider in dienst van
het Rijk grijs geworden, een luttel sommetje ont
vangt, waarvan hij op zijn ouden dag slechts gebrek
kan lijden."
Patrimonium schreef Zaterdag jl.
»Het trok onze aaudacht, dat in vele kringen,
ook in die dor arbeiders, het feit wordt besproken
der pensioenen, toegekend aan onze staatsambtena
ren. Wat doet de staat voor zijn ambtenaren, die
hem soms maar zoo kort hebben gediend, wat doet
hij voor ons, arbeiders zoo vraagt men.
Maar geheel ten onrechte. Men meent dat de pen
sioenen worden gekweten uit 's Rijks kas, maar dit
is niet zoo. In rechtstreekschen zin kost het den
staat geen cent.
Wat is 't geval
Er bestaat een pensioenfonds. Dat fonds staat
onder een afzonderlijke administratie. De baten van
dit fonds worden gevonden uit de korting op 't
traktement van eiken Staatsambtenaar. En die kor
ting is, vooral de eerste jaren, soms niet gering.
Welnu, 't is uit dit fonds dat die uitkeeringen
worden gevonden.
Bij slot van rekening is het dus van de trakte
menten der ambtenaren zeiven, dat straks hun 't
pensioen wordt uitgekeerd."
Patrimonium heeft blijkbaar meer kennis van de
publieke zaak dan de heer Staalman. Dat is jammer
voor een Kamerlid.
Aldus het dagblad de Nederlander.
In de Eerste Kamer verklaarde jl. Vrijdag
de minister van koloniën, dat hij nog geen enkele
aanwijzing gevonden heeft, dat het in de bedoeling
van de Indische regeering zou liggen eene expe
ditie naar Bali t9 zenden. Do minister weet
ook niets van het bericht dat Goesti Djilantik
weigeren zou naar Batavia te komen.
Wat de minister echter weet, is dat Goesti Djilan
tik ons goed gezind bleef tot 24 Augustus, doch
het was en bleef een Balinees. Goesti wist vrn het
overleg omtrent den overval. Hg heeft zich daar
tegen krachtig verzot, doch zjj stoorden zich daar
aan niet. Men schijnt hem toon overgehaald te heb
ben geen verraad jegens de Baliërs te plegen. Daartoe
schijnt hij zich verbonden te hebben, en toen rnen